COM(2008)62 - Voortgang van Roemenië met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de Parlementaire Monitor.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Key dates
  3. Gerelateerde informatie
  4. Uitgebreide versie
  5. EU Monitor

1.

Kerngegevens

officiële titel

Tussentijds verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de voortgang van Roemenië met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing

officiële Engelstalige titel

Interim Report from the Commission to the European Parliament and the Council on Progress in Romania under the Co-operation and Verification Mechanism
 
Rechtsinstrument Verslag
COM-nummer55 COM(2008)62 NLEN
Extra COM-nummers COM(2008)62
Celex-nummer58 52008DC0062

2.

Key dates

Document 04-02-2008
Online publicatie 04-02-2008

3.

Gerelateerde informatie

  • Toelichting
  • Juridische bepalingen
  • Bijlagen
 

4.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de stand van zaken van het dossier, de juridische context, een overzicht van verwante dossiers, de betrokken Europese organisaties (denk aan directoraten-generaal van de Europese Commissie, EP-commissies en Raadsformaties) en personen (denk aan eurocommissarissen en Europarlementariërs) en tot slot documenten van het Europees Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

5.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.


  • 1. 
    Beschikking 2006/928/EG van de Commissie van 13 december 2006 tot vaststelling van een mechanisme voor samenwerking en toetsing van de vooruitgang in Roemenië ten aanzien van specifieke ijkpunten op het gebied van de hervorming van het justitiële stelsel en de bestrijding van corruptie (Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 354 van 14-12-2006, pagina 56 pdf icoon).

     
  • 2. 
    Het eerste verslag verscheen op 27 juni 2007 (COM(2007) 378 definitief).

     
  • 3. 
    Het actieplan is te vinden op -->
     
  • 4. 
    Deze strategie loopt tot 2012 en komt overeen met het actieplan. De strategie zal worden uitgevoerd door een door de Hoge Raad voor de Magistratuur te benoemen werkgroep.

     
  • 5. 
    Doordat Wet 304 werd gewijzigd, is voor benoemingen en ontzettingen uit het ambt van leidinggevende functionarissen niet langer de instemming van de raad van het Nationaal Instituut voor de Magistratuur vereist.

     
  • 6. 
    Deze sollicitatieprocedure wordt met ingang van 1 juni 2008 bij GEO 100/2007 afgeschaft.

     
  • 7. 
    Activiteit 1.4 van deel V van het actieplan. Daarnaast werd een nieuw organigram voor het openbaar ministerie goedgekeurd (Besluit nr. 2477/C/1.10.07) .

     
  • 8. 
    De Hoge Raad voor de Magistratuur wordt niet systematisch door de minister van Justitie vooraf geraadpleegd over wetgeving die van belang is voor het justitiële stelstel. De Hoge Raad voor de Magistratuur zou zijn rol als hoeder van het Roemeense recht beter kunnen uitoefenen indien een dergelijke systematische raadpleging wel plaatsvindt.

     
  • 9. 
    Punt 2.1 van deel II van het actieplan.

     
  • 10. 
    Wet 144/2007 van 25 mei 2007.

     
  • 11. 
    Om de opzet van het agentschap te versnellen, heeft de regering nooddecreet 138/6.12.2007 goedgekeurd.

     
  • 12. 
    Tussen 1 juni en 31 oktober 2007 behandelde de DNA 64 dossiers met 148 verdachten. In deze periode heeft de rechtbank 31 niet-definitieve uitspraken gedaan over 53 verdachten van DNA-dossiers. Over 31 verdachten zijn 22 definitieve vonnissen uitgesproken. 10 verdachten werden definitief vrijgesproken.

     
  • 13. 
    Bij regeringsdecreet nr. 95 van 4 oktober 2007, dat werd gesteund door de voormalige minister van Justitie, werd de procedure voor het opheffen van de immuniteit van ministers gewijzigd door het bestaande adviescomité te vervangen door een nieuw comité, dat uit rechters bestaat. Deze wet werd ongrondwettelijk verklaard door het Roemeense Constitutionele Hof. Na het aftreden van de minister van Justitie, die zelf betrokken is bij een van de acht zaken, en de benoeming van een interimminister in januari, heeft de president in januari zelf de immuniteit van alle verdachten opgeheven.

     
  • 14. 
    De belangrijkste reden is dat de openbaar aanklager (de DNA) zich niet zou hebben gehouden aan een recent vonnis van het Constitutioneel Hof inzake de opheffing van de immuniteit van de verdachten, waardoor ook de immuniteit van leden van de vorige regering moet worden ingetrokken. Dit nieuwe vonnis werd echter pas uitgesproken nadat de desbetreffende procedures waren ingeleid door de DNA.

     
  • 15. 
    Een zaak is relatief nietig in geval van procedurefouten waardoor de grondrechten van de verdachte niet wezenlijk zijn geschonden en die kunnen worden hersteld. Bij schending van de grondrechten van een verdachte is herstel niet mogelijk en wordt de zaak absoluut nietig verklaard en terugverwezen naar het openbaar ministerie, die het onderzoek moet overdoen.

     
  • 16. 
    Als opnieuw vóór de wet wordt gestemd, is de president op grond van artikel 77 van de Roemeense grondwet verplicht de wet te bekrachtigen.

     
  • 17. 
    Wanneer dit niet gebeurt, is het onderzoek ongeldig.

     
  • 18. 
    Regeringsdecreet nr. 47 van 28 augustus 2007.

     
  • 19. 
    Tussen oktober 2007 en januari 2008 heeft een voorlichtingscampagne plaatsgevonden over de verbetering van de corruptiebestrijding.

     
  • 20. 
    Er kon niet worden vastgesteld in welke mate het maatschappelijk middenveld nog steeds betrokken wordt bij de bestrijding van corruptie en hoe meldingen van corruptie worden behandeld.

     
  • 21. 
    Dit initiatief is de belangrijkste maatregel die in het actieplan werd voorgesteld met betrekking tot ijkpunt 4 (zie activiteit nr. 5).

     
  • 22. 
    Sinds 2004 heeft Phare meer dan 187 miljoen euro aan Roemenië ter beschikking gesteld voor justitie en binnenlandse zaken. De overgangsfaciliteit wordt uitgevoerd tot 2010. In het kader van de Structuurfondsen wordt bijzondere aandacht besteed en steun verleend voor de opzet van een degelijk en transparant systeem voor het financiële beheer van de EU-middelen, wat gekoppeld is aan corruptiebestrijding. Er wordt technische bijstand verleend voor de bewaking, evaluatie en controle van projecten en voor de opzet van een enkelvoudig informatiebeheersysteem voor transparante informatie over de steun en de wijze waarop die wordt besteed. TAIEX heeft een aanzienlijk aantal activiteiten georganiseerd op het gebied van justitie en binnenlandse zaken in Roemenië en heeft nog middelen gereserveerd voor toekomstige activiteiten.

     
  • 23. 
    Om eventuele lacunes in de steun op te sporen en ervoor te zorgen dat alle mogelijke steun beschikbaar is, bevat de bijlage bij dit verslag een overzicht van alle relevante EU- en bilaterale steun die Roemenië sinds 2004 heeft ontvangen. Dit overzicht is opgesteld op basis van de informatie die binnen de Commissie beschikbaar is en door de lidstaten verstrekte gegevens. Over individuele projecten zijn niet alle gegevens vermeld en met het oog op de leesbaarheid is de voorkeur gegeven aan gegroepeerde gegevens. Alle beschikbare gegevens zijn echter wel meegedeeld aan Roemenië. De suggesties van dit hoofdstuk zijn besproken met de Roemeense autoriteiten en worden door hen onderschreven.

     
  • 24. 
    IJkpunt 4, activiteit 5 van het actieplan.

     
  • 25. 
    Sommige juridische en politieke initiatieven zijn in tegenspraak met de doelstellingen van het actieplan. Daarnaast gaat het actieplan niet over het belangrijke thema, de juridische en institutionele stabiliteit van het kader voor corruptiebestrijding (ijkpunt 3). In het plan is ook niet vermeld of en wanneer sectorale strategieën met betrekking tot de justitiële hervorming en corruptiebestrijding zullen worden opgesteld ter vervanging van de strategieën Het actieplan geeft te weinig detail wat lokale corruptie betreft (ijkpunt 4). In het actieplan worden enkele activiteiten en indicatoren voorgesteld waarmee de beoogde resultaten waarschijnlijk niet kunnen worden gehaald. Dit geldt met name voor de indicatoren over het lekken van vertrouwelijke informatie naar de pers (ijkpunt 3; hoofdstuk I, punt 1.2). Een studie naar de individualisering van de straffen in corruptiezaken (ijkpunt 3; hoofdstuk II, punt 1) kan slechts de eerste stap zijn in de oplossing van het probleem van de vermeende mildheid bij rechtszaken over corruptie op hoog niveau, zoals werd beschreven in het rapport van de Commissie over het mechanisme voor samenwerking en toetsing van 27 juni 2007. Het actieplan zou regelmatig moeten worden geactualiseerd en een sterk, goed functionerend coördinatiemechanisme zou sreng toezicht moeten worden gehouden op de resultaten met betrekking tot de indicatoren.

     
  • 26. 
    PHARE: Budgetary figures include Romanian national co-financing.

     
  • 27. 
    Beschikking 2006/928/EG van de Commissie van 13 december 2006 tot vaststelling van een mechanisme voor samenwerking en toetsing van de vooruitgang in Roemenië ten aanzien van specifieke ijkpunten op het gebied van de hervorming van het justitiële stelsel en de bestrijding van corruptie (Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 354 van 14-12-2006, pagina 56 pdf icoon).

     
  • 28. 
    Beschikking 2006/928/EG van de Commissie van 13 december 2006 tot vaststelling van een mechanisme voor samenwerking en toetsing van de vooruitgang in Roemenië ten aanzien van specifieke ijkpunten op het gebied van de hervorming van het justitiële stelsel en de bestrijding van corruptie (Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 354 van 14-12-2006, pagina 56 pdf icoon).

     
  • 29. 
    Het eerste verslag verscheen op 27 juni 2007 (COM(2007) 378 definitief).

     
  • 30. 
    Het actieplan is te vinden op -->
     
  • 31. 
    Deze strategie loopt tot 2012 en komt overeen met het actieplan. De strategie zal worden uitgevoerd door een door de Hoge Raad voor de Magistratuur te benoemen werkgroep.

     
  • 32. 
    Doordat Wet 304 werd gewijzigd, is voor benoemingen en ontzettingen uit het ambt van leidinggevende functionarissen niet langer de instemming van de raad van het Nationaal Instituut voor de Magistratuur vereist.

     
  • 33. 
    Deze sollicitatieprocedure wordt met ingang van 1 juni 2008 bij GEO 100/2007 afgeschaft.

     
  • 34. 
    Activiteit 1.4 van deel V van het actieplan. Daarnaast werd een nieuw organigram voor het openbaar ministerie goedgekeurd (Besluit nr. 2477/C/1.10.07) .

     
  • 35. 
    De Hoge Raad voor de Magistratuur wordt niet systematisch door de minister van Justitie vooraf geraadpleegd over wetgeving die van belang is voor het justitiële stelstel. De Hoge Raad voor de Magistratuur zou zijn rol als hoeder van het Roemeense recht beter kunnen uitoefenen indien een dergelijke systematische raadpleging wel plaatsvindt.

     
  • 36. 
    Punt 2.1 van deel II van het actieplan.

     
  • 37. 
    Wet 144/2007 van 25 mei 2007.

     
  • 38. 
    Om de opzet van het agentschap te versnellen, heeft de regering nooddecreet 138/6.12.2007 goedgekeurd.

     
  • 39. 
    Tussen 1 juni en 31 oktober 2007 behandelde de DNA 64 dossiers met 148 verdachten. In deze periode heeft de rechtbank 31 niet-definitieve uitspraken gedaan over 53 verdachten van DNA-dossiers. Over 31 verdachten zijn 22 definitieve vonnissen uitgesproken. 10 verdachten werden definitief vrijgesproken.

     
  • 40. 
    Bij regeringsdecreet nr. 95 van 4 oktober 2007, dat werd gesteund door de voormalige minister van Justitie, werd de procedure voor het opheffen van de immuniteit van ministers gewijzigd door het bestaande adviescomité te vervangen door een nieuw comité, dat uit rechters bestaat. Deze wet werd ongrondwettelijk verklaard door het Roemeense Constitutionele Hof. Na het aftreden van de minister van Justitie, die zelf betrokken is bij een van de acht zaken, en de benoeming van een interimminister in januari, heeft de president in januari zelf de immuniteit van alle verdachten opgeheven.

     
  • 41. 
    De belangrijkste reden is dat de openbaar aanklager (de DNA) zich niet zou hebben gehouden aan een recent vonnis van het Constitutioneel Hof inzake de opheffing van de immuniteit van de verdachten, waardoor ook de immuniteit van leden van de vorige regering moet worden ingetrokken. Dit nieuwe vonnis werd echter pas uitgesproken nadat de desbetreffende procedures waren ingeleid door de DNA.

     
  • 42. 
    Een zaak is relatief nietig in geval van procedurefouten waardoor de grondrechten van de verdachte niet wezenlijk zijn geschonden en die kunnen worden hersteld. Bij schending van de grondrechten van een verdachte is herstel niet mogelijk en wordt de zaak absoluut nietig verklaard en terugverwezen naar het openbaar ministerie, die het onderzoek moet overdoen.

     
  • 43. 
    Als opnieuw vóór de wet wordt gestemd, is de president op grond van artikel 77 van de Roemeense grondwet verplicht de wet te bekrachtigen.

     
  • 44. 
    Wanneer dit niet gebeurt, is het onderzoek ongeldig.

     
  • 45. 
    Regeringsdecreet nr. 47 van 28 augustus 2007.

     
  • 46. 
    Tussen oktober 2007 en januari 2008 heeft een voorlichtingscampagne plaatsgevonden over de verbetering van de corruptiebestrijding.

     
  • 47. 
    Er kon niet worden vastgesteld in welke mate het maatschappelijk middenveld nog steeds betrokken wordt bij de bestrijding van corruptie en hoe meldingen van corruptie worden behandeld.

     
  • 48. 
    Dit initiatief is de belangrijkste maatregel die in het actieplan werd voorgesteld met betrekking tot ijkpunt 4 (zie activiteit nr.

    5).

     
  • 49. 
    Sinds 2004 heeft Phare meer dan 187 miljoen euro aan Roemenië ter beschikking gesteld voor justitie en binnenlandse zaken. De overgangsfaciliteit wordt uitgevoerd tot 2010. In het kader van de Structuurfondsen wordt bijzondere aandacht besteed en steun verleend voor de opzet van een degelijk en transparant systeem voor het financiële beheer van de EU-middelen, wat gekoppeld is aan corruptiebestrijding. Er wordt technische bijstand verleend voor de bewaking, evaluatie en controle van projecten en voor de opzet van een enkelvoudig informatiebeheersysteem voor transparante informatie over de steun en de wijze waarop die wordt besteed. TAIEX heeft een aanzienlijk aantal activiteiten georganiseerd op het gebied van justitie en binnenlandse zaken in Roemenië en heeft nog middelen gereserveerd voor toekomstige activiteiten.

     
  • 50. 
    Om eventuele lacunes in de steun op te sporen en ervoor te zorgen dat alle mogelijke steun beschikbaar is, bevat de bijlage bij dit verslag een overzicht van alle relevante EU- en bilaterale steun die Roemenië sinds 2004 heeft ontvangen. Dit overzicht is opgesteld op basis van de informatie die binnen de Commissie beschikbaar is en door de lidstaten verstrekte gegevens. Over individuele projecten zijn niet alle gegevens vermeld en met het oog op de leesbaarheid is de voorkeur gegeven aan gegroepeerde gegevens. Alle beschikbare gegevens zijn echter wel meegedeeld aan Roemenië. De suggesties van dit hoofdstuk zijn besproken met de Roemeense autoriteiten en worden door hen onderschreven.

     
  • 51. 
    IJkpunt 4, activiteit 5 van het actieplan.

     
  • 52. 
    Sommige juridische en politieke initiatieven zijn in tegenspraak met de doelstellingen van het actieplan. Daarnaast gaat het actieplan niet over het belangrijke thema, de juridische en institutionele stabiliteit van het kader voor corruptiebestrijding (ijkpunt 3). In het plan is ook niet vermeld of en wanneer sectorale strategieën met betrekking tot de justitiële hervorming en corruptiebestrijding zullen worden opgesteld ter vervanging van de strategieën Het actieplan geeft te weinig detail wat lokale corruptie betreft (ijkpunt 4). In het actieplan worden enkele activiteiten en indicatoren voorgesteld waarmee de beoogde resultaten waarschijnlijk niet kunnen worden gehaald. Dit geldt met name voor de indicatoren over het lekken van vertrouwelijke informatie naar de pers (ijkpunt 3; hoofdstuk I, punt 1.2). Een studie naar de individualisering van de straffen in corruptiezaken (ijkpunt 3; hoofdstuk II, punt 1) kan slechts de eerste stap zijn in de oplossing van het probleem van de vermeende mildheid bij rechtszaken over corruptie op hoog niveau, zoals werd beschreven in het rapport van de Commissie over het mechanisme voor samenwerking en toetsing van 27 juni 2007. Het actieplan zou regelmatig moeten worden geactualiseerd en een sterk, goed functionerend coördinatiemechanisme zou sreng toezicht moeten worden gehouden op de resultaten met betrekking tot de indicatoren.

     
  • 53. 
    PHARE: Budgetary figures include Romanian national co-financing.

     
  • 54. 
    Beschikking 2006/928/EG van de Commissie van 13 december 2006 tot vaststelling van een mechanisme voor samenwerking en toetsing van de vooruitgang in Roemenië ten aanzien van specifieke ijkpunten op het gebied van de hervorming van het justitiële stelsel en de bestrijding van corruptie (Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 354 van 14-12-2006, pagina 56 pdf icoon).

     
  • 55. 
    De Europese Commissie kent nummers toe aan officiële documenten van de Europese Unie. De Commissie maakt onderscheid in een aantal typen documenten door middel van het toekennen van verschillende nummerseries. Het onderscheid is gebaseerd op het soort document en/of de instelling van de Unie van wie het document afkomstig is.
     
  • 56. 
    De Raad van de Europese Unie kent aan wetgevingsdossiers een uniek toe. Dit nummer bestaat uit een vijfcijferig volgnummer gevolgd door een schuine streep met de laatste twee cijfers van het jaartal, bijvoorbeeld 12345/00 - een document met nummer 12345 uit het jaar 2000.
     
  • 57. 
    Het interinstitutionele nummer is een nummerreeks die binnen de Europese Unie toegekend wordt aan voorstellen voor regelgeving van de Europese Commissie.
    Binnen de Europese Unie worden nog een aantal andere nummerseries gebruikt. Iedere instelling heeft één of meerdere sets documenten met ieder een eigen nummering. Die reeksen komen niet overeen met elkaar of het interinstitutioneel nummer.
     
  • 58. 
    Deze databank van de Europese Unie biedt de mogelijkheid de actuele werkzaamheden (workflow) van de Europese instellingen (Europees Parlement, Raad, ESC, Comité van de Regio's, Europese Centrale Bank, Hof van Justitie enz.) te volgen. EURlex volgt alle voorstellen (zoals wetgevende en begrotingsdossiers) en mededelingen van de Commissie, vanaf het moment dat ze aan de Raad of het Europees Parlement worden voorgelegd.
     
  • 59. 
    Als dag van bekendmaking van een Europees besluit geldt de dag waarop het besluit in het Publicatieblad wordt bekendgemaakt, en daardoor in alle officiële talen van de Europese Unie bij het Publicatiebureau beschikbaar is.