Politiek van de heimwee

Met dank overgenomen van J.F. (Jesse) Klaver i, gepubliceerd op maandag 30 maart 2009.

Afgelopen week werd ik geconfronteerd met een duidelijk voorbeeld van politiek van de heimwee. Vriend en vijand zijn het erover eens: de AOW in haar huidige vorm behoeft modernisering. Behalve van volgens de FNV dan. De boodschap om de AOW te verhogen is geen leuke boodschap, maar wel passend bij deze tijd, waarin de levensverwachting met zo’n acht jaar is gestegen ten op zichte van de tijd dat de AOW ingevoerd werd en passend bij een vergrijzende samenleving waarin de kosten voor die AOW door steeds minder werkenden opgebracht moeten worden, voor een groeiende groep ouderen. Nu verdienen tien werknemers de AOW voor twee gepensioneerden. Over een aantal jaren zullen die tien werknemers de AOW van tweemaal zoveel gepensioneerden moeten zorgdragen.

Dat is niet erg. Het is belangrijk dat alle ouderen een goede oudedagsvoorziening krijgen. Daar werken ik en mijn generatiegenoten straks met alle liefde en inzet voor. Maar sinds de invoering van de AOW door vadertje Drees in de jaren ‘50, zijn we gemiddeld acht jaar langer gaan leven. En met de vergrijzing op komst dreigen de kosten de pan uit te reizen. Ik wil dat de AOW welvaartsvast blijft. Dan moeten we ervoor zorgen dat we hem ook kunnen betalen. Als we nu geen aanpassingen doen, zul je zien dat we over twintig, dertig jaar gedwongen zullen zijn AOW in te krimpen, of voor enorme kosten komen te staan.

Overigens hoeft de AOW-leeftijd wat mij betreft helemaal niet generiek naar 67 jaar te worden verhoogd. Een flexibele AOW zoals in Noorwegen in 2010 ingevoerd zal worden, de AOW afhankelijk maken van het aantal dienstjaren of een uitzondering maken voor mensen in zware beroepen. Dit zijn volgens mij prima opties waar we zeker over moeten praten. Maar welke optie je ook neemt om de AOW te moderniseren, netto zal de leeftijd omhoog moeten.

De AOW-leeftijd verhogen is geen populaire maatregel en tornen aan dit verworven recht is vragen om electorale problemen. Vraag het maar aan Brinkman of Bos. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de politiek het onderwerp lang taboe heeft verklaard. Door de crisis is echter het politieke momentum ontstaan om, in de woorden van het kabinet, onorthodoxe maatregelen te nemen. Het kabinet leek hier ook toe bereid. Tot mijn grote spijt ligt echter de FNV dwars. Nu hou ik uiteraard wel van partijen die DWARS liggen, maar als je stelt dat aanpassingen aan de AOW ‘onbespreekbaar’ zijn, dan heb je het toch echt totaal verkeerd begrepen.

Begrijp mij niet verkeerd. Ik ben geenszins tegen vakbonden. Ik heb veel contact met onze collega’s van CNV jong en ook de FNV doet een heleboel dingen goed, ook voor de positie van jongeren. FNV Jong claimt de 200 miljoen (van de 17,5 miljard) voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid voor de poorten van de hel te hebben weggesleept en een jaar geleden hebben we samen opgetrokken in de strijd voor betere rechten van flexwerkers. Toen echter Agnes Jongerius in haar eentje een boordnodige maatregel voor de toekomst blokkeerde, was de maat vol. Als je zo dogmatisch over de AOW praat, kan ik niet anders dan concluderen dat de FNV de belangen van jongeren en het belang van de maatschappij niet goed vertegenwoordigt. Dan is het tijd om je stem te laten horen. Dat hebben we de afgelopen week samen met de Jonge Democraten en de JOVD gedaan.

Onze verzorgingsstaat verdient aanpassing aan de eenentwintigste eeuw. Vasthouden aan wat ooit goed was, is politiek van de heimwee. Niet durven moderniseren, is politiek van de heimwee. Daar kan en wil ik geen genoegen mee nemen. Ik wil vooruit en ik wil beter. Dat betekent dat je heilige huisjes moet verlaten en over je schaduw heen moet stappen.