Heerlijk, helder...

Met dank overgenomen van P. (Paul) de Krom i, gepubliceerd op vrijdag 15 januari 2010.

Gisteravond waren we getuige van een nieuwe fase in de doodsstrijd van een kabinet. Met veel woorden, vooruitschuiven, gedraai en tijdrovend, onduidelijk geneuzel over woordjes werd getracht te verbloemen wat iedereen gewoon weet: dat een gezamenlijke agenda ontbreekt, dat CDA en PvdA het oneens zijn over zo ongeveer alle vraagstukken die er echt toe doen, dat er sprake is van wantrouwen en dat elkaar dus geen ruimte wordt gegund. Het probleem is in feite heel eenvoudig. Als de basis, de kern, van een kabinet niet deugt is het slechts een kwestie van tijd voordat iemand de stekker eruit trekt. Gisteravond, toen de brief van Balkenende, Bos en Rouvoet vers van de pers over onze schermen rolde, was direct helder dat de coalitiefracties - ongetwijfeld tegen beter weten in - nog niet zover waren. Als coalitiefracties besluiten dat het moment nog niet is gekomen, dan kan je hoog en laag springen, maar dan valt een kabinet niet. In onze parlementaire geschiedenis is nog nooit een kabinet door toedoen van Hare Majesteit's Loyale Oppositie gevallen. Kabinetten blazen zichzelf op. De rest van de avond/nacht mondde dus uit in tijdverspilling en genante ketelmuziek met als centraal thema: hoe draaien we met veel geneuzel en wollige woorden zo goed mogelijke om de hete brei heen? Als hypothetische vingeroefening: stel u voor dat het als volgt was gegaan:

Voorzitter (V): ik open de vergadering. Het woord is aan de Minister-President (MP)

MP: Het gaat over een besluit van zeven jaar geleden. Ik heb dat besluit altijd verdedigd, en doe dat nu nog. U kunt in redelijkheid niet anders van mij verwachten. Het is geen geheim dat CDA en PvdA - de een toen als regeringspartij, de ander in de oppositie - er toen volstrekt anders over dachten. En dat doen wij nu nog steeds. U kunt in redelijkheid dus ook niet van de heer Bos verwachten dat hij het in alles met mij eens is.

Fractievoorzitter (F): maar het kabinet spreekt toch met 1 mond?

MP: Zeker, en dat doen wij ook. Van alle ministers - inclusief collega Bos en mijzelf - is de consistente boodschap: wij zijn het op dit punt niet eens en zullen het ook niet eens worden. Het zou eenvoudig ongeloofwaardig zijn om iets anders te pretenderen. Het raakt het huidige kabinetsbeleid ook niet. Het besluit is genomen door een vorig kabinet en de oorlog in Irak is afgelopen. De kwestie is voor het huidige kabinet dus niet opportuun. Aan de wederopbouw van Irak blijven wij bijdragen.

V: het woord is aan vice minister-president Bos (VMP)

VMP: ik onderstreep de woorden van de minister-president. Dit kabinet neemt als collectief geen verantwoordelijkheid voor het besluit van het kabinet 7 jaar geleden. Gelet op de ingenomen posities toen, is het niet redelijk te verwachten dat wij nu geheel op 1 lijn zouden zitten. Iets anders pretenderen zou oneerlijk zijn tegenover de kiezers.

F: maar dat is staatsrechtelijk niet mogelijk. De regering dient ook verantwoording af te leggen over besluiten en acties van vorige kabinetten, zelfs als er geen sprake is van persoonlijke betrokkenheid van de huidige bewindslieden. U dient dus collectief uw verantwoordelijkheid te nemen en als u dat niet doet, moet u aftreden.

VMP: er is geen reden om af te treden, omdat er geen sprake is van een vertrouwensbreuk met het parlement. Ik constateer dat de drie coalitiefracties het kabinet onverkort blijven steunen. Het kabinet zelf wil verder, en de drie coalitiefracties en dus een parlementaire meerderheid ook.

F.: dus het kabinet is tot op het bot verdeeld, en de coalitiefracties ook. Het was niks met dit kabinet, het is niks en het wordt niks. Het is een martelgang en een lijdensweg. U bent het ten diepste oneens over zo ongeveer alle grote belangrijke kwesties. Er is geen gezamenlijke agenda, behalve zo lang mogelijk blijven zitten en vooruitschuiven. Het kabinet heeft geen ziel. Waarom blijft u dan toch zitten? U wordt geacht te handelen in het algemeen belang, maar u stelt uw eigen belang voorop.

VMP: dat is waar, maar wij maken uiteindelijk een politieke afweging. En wij vinden het politieke risico om de boel nu op te blazen gewoon te groot. De gemeenteraadsverkiezingen zijn in maart en geen van ons drieën wil nu de stekker eruit trekken. Want u weet: wie breekt, betaalt. Na 3 maart zien we wel weer verder.

V: dan sluit ik de vergadering

Reëel? Nee. Staatsrechtelijk zuiver? Nee. Maar iedereen weet dat het zo in elkaar steekt. Gisteravond zagen we hoe moeilijk het is om iets anders vol te houden. Ik zou zeggen: dames en heren, maak een einde aan deze publieke zelfkwelling. Doe u zelf en anderen een lol, trek de stekker er uit, houdt de eer aan uzelf, gun uzelf de kans met opgeheven hoofd het theater te verlaten. De kans op applaus is immers al lang verkeken.

Deze blog is eerder verschenen op de Dagelijkse Standaard