Vrijheid van meningsuiting

Met dank overgenomen van E.I. (Edith) SchippersĀ i, gepubliceerd op dinsdag 9 juni 2009.

Ik wil wonen in een land dat zijn eigen kernwaarden serieus neemt. Kernwaarden waarvoor is gevochten en die niet vanzelfsprekend zijn. Vrij zijn om je leven naar eigen inzicht in te richten, zelf te kiezen met wie je leeft, waarin je gelooft en wat je zegt.

Deze vrijheid is begrensd. Allereerst door fatsoen. Je mag misschien veel, maar hoeft niet alles te zeggen. Daarnaast blijft de begrenzing altijd het oproepen tot geweld of discriminatie. Door de immigratie van mensen uit culturen waar onze vrijheden niet gelden, staan ze ook in Nederland onder druk. De overheid moet het opnemen voor deze vrijheden, maar doet dat niet. Integendeel. Partijen als het CDA, de Christen Unie, maar ook de PvdA hebben de neiging om steeds een stukje verder mee te buigen. Voor de lieve vrede. Zo kan het gebeuren dat een cartoonist van zijn bed wordt gelicht. Opgepakt alsof het een staatsgevaarlijke crimineel betreft. Zo kan het gebeuren dat een politicus door de regering onder druk wordt gezet om een propagandafilmpje niet uit te zenden. Zo kan het gebeuren dat zelfcensuur mensen van de buis en uit de kranten houdt, die een geluid zouden willen laten horen dat een klein groepje geradicaliseerde moslims niet aanstaat. Zelfcensuur uit zelfbehoud. Een maatschappij waar een vrouw besluit haar mini rok en hemdje in te ruilen voor een broek en bedekte schouders om gedoe te voorkomen, is een maatschappij die zich op een glijdende schaal bevindt. Ik verzet mij daartegen en het verbaast mij dat een krant als het FD deze innerlijke drijfveer tendentieus wegzet als een tactiekje dat ingeruild kan worden als het niet werkt. Dit is geen eenmansactie, maar een consistent liberaal standpunt waarvoor ook ik als VVD politicus hartstochtelijk zal vechten.

(gepubliceerd in het Financieele Dagblad, dinsdag 9 juni 2009)