23445 - Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 12 oktober 1993 ingediend door de regering.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is regels vast te stellen omtrent de beginselen waarop de verpleging in inrichtingen voor verpleging van ter beschikking gestelden en de rechtspositie van verpleegden, in het bijzonder van de ter beschikking gestelden die in justitiële inrichtingen als bedoeld in artikel 90quinquies, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, worden verpleegd, berusten en in verband daarmee enige bepalingen van het Wetboek van Strafrecht en de Beginselenwet gevangeniswezen te wijzigen.
Inhoudsopgave
Vaststelling van een Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden en overige verpleegden strafrechtstoepassing en daarmede verband houdende wijzigingen van het Wetboek van Strafrecht en de Beginselenwet gevangeniswezen (Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden)
Bij dit wetsvoorstel werden drie nota's van wijziging, twee nota's van verbetering en zeven amendementen ingediend. Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer drie moties ingediend. (44 stuks)2 |
1 januari 1993, memorie van toelichting, nr. 3
KST23445N3K2 Memorie van toelichting |
2 |
12 oktober 1993, koninklijke boodschap, nr. 1
KST23445N1K2 Koniimklijke boodschap - Vaststelling van een Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden en overige verpleegden straf rechtstoepassing en daarmede verband houdende wijzigingen van het Wetboek van Straf recht en de Beginselenwet gevangeniswezen (Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden) |
2 |
12 oktober 1993, voorstel van wet, nr. 2
KST23445N2K2 Voorstel van wet - Vaststelling van een Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden en overige verpleegden straf rechtstoepassing en daarmede verband houdende wijzigingen van het Wetboek van Straf recht en de Beginselenwet gevangeniswezen (Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden) |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.Voorman van de ChristenUnie, die zijn partij in 2007 in het kabinet-Balkenende IV tot regeringsdeelname bracht. Hijzelf was in dat kabinet minister voor Jeugd en Gezin en viceminister-president. Maakte zich sterk voor betere toegankelijkheid van gezinsondersteuning. Werd in november 2002 als jonge jurist politiek leider van zijn partij, na in 1994 voor de RPF Tweede Kamerlid te zijn geworden. Verwierf snel gezag als goed debater en vanwege zijn dossierkennis. Hij was voordien vijf jaar directeur van de Marnix van Sint Aldegonde Stichting, het wetenschappelijk bureau van de RPF. In 2010 was hij tevens acht maanden minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In april 2011 verliet hij de politiek om voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland te worden.
- 2.Gedegen bestuurder en Tweede Kamerlid van het CDA uit een (vrijgemaakt) gereformeerd milieu. Zijn vader was predikant. Maakte carričre in de partijorganisatie van de ARP en het CDA en was van beide partijen secretaris. Was campagneleider bij de succesvolle verkiezingen van 1989. In de periode 1995-1998 Tweede Kamerlid. Nadien was hij leraar en algemeen secretaris van de Vereniging YMCA-Nederland. Was ook korte tijd lid van het Europees Parlement. Keerde daarna terug naar de YMCA. Auteur van enkele historische werken, met name over de ARP.
- 3.PvdA-politicus en burgemeester, die in Tweede en Eerste Kamer woordvoerder was voor staatsrechtelijke vraagstukken, het koninklijk huis en binnenlands bestuur. Bouwde als Tweede Kamerlid op die terreinen snel een goede naam op. Hield zich ook bezig met hoger onderwijs en was een pleitbezorger voor LHBTI-rechten. Voor zijn Kamerlidmaatschap medewerker staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen, particulier secretaris van minister Ritzen en stafmedewerker van de WBS. Werd in 2004, anderhalf jaar na zijn vertrek uit de Tweede Kamer, burgemeester in Naarden en bleef dat vijfenhalf jaar. Was in die tijd tevens Eerste Kamerlid (2007-2009). Zijn burgemeesterschap van Groningen eindigde na ruim vier jaar voortijdig. Keerde vanaf 2017 terug als waarnemend burgemeester van respectievelijk Zaltbommel, Bergen (NH), Dijk en Waard (NH) en Voorne aan Zee (ZH) en sinds 2025 Alphen aan den Rijn.
- 4.Advocaat uit Kennemerland, die als Tweede Kamerlid voor de VVD actief was als (mede)initiatiefnemer van enkele wetsvoorstellen. Bracht onder meer met anderen wijzigingen van de Mediawet en de Visserijwet tot stand, en samen met de PvdA'er Van Heemst een wet over sluiting van drugspanden. Maakte bovendien deel uit van de parlementaire enquêtecommissies opsporingsmethoden en bouwnijverheid. Was voor hij Kamerlid werd lid van de gemeenteraad van Velsen. Zoon van een hoogleraar.
- 5.Thom de Graaf (1957) is sinds 1 november 2018 vicepresident van de Raad van State. Daarvoor was hij van 7 juni 2011 tot 20 september 2018 Eerste Kamerlid voor D66. Van juni 2015 tot juni 2018 was hij tevens fractievoorzitter. In 2007-2012 was hij burgemeester van Nijmegen en van 1 februari 2012 tot 26 september 2018 was hij voorzitter van de Vereniging Hogescholen. De heer De Graaf werd op jonge leeftijd gemeenteraadslid in Leiden en was daarnaast topambtenaar op Binnenlandse Zaken. In 1994 werd hij Tweede Kamerlid. Hij was lid van de enquêtecommissie IRT. In 1997 volgde hij Wolffensperger op als fractievoorzitter en hij leidde de D66-fractie tijdens paars II en Balkenende I, maar stapte na de verkiezingsnederlaag van 2003 op. Keerde in het kabinet-Balkenende II terug als vicepremier en minister voor Bestuurlijke vernieuwing. Zag in 2005 zijn voorstel voor de gekozen burgemeester stranden in de Senaat en trad toen af.
- 6.D66-minister tijdens Paars I, die als bekwaam juriste en wetgever optrad, maar desondanks later aan politiek gezag inboette. Was officier van justitie en procureur-generaal en daarna minister van Justitie in het kabinet-Kok I. Wist belangrijke wetgeving tot stand te brengen, zoals de reorganisatie van het Openbaar Ministerie en een nieuwe regeling voor TBS. Kreeg te maken met de nasleep van de IRT-affaire. Een ruime 'gouden handdruk' aan de Amsterdamse procureur-generaal Van Randwijck bracht haar in politieke problemen. Kwam in 1998 bovendien in conflict met de top van het OM. Moest na haar ministerschap afzien van een benoeming tot Nationale Ombudsman en verliet al na enkele maanden de Eerste Kamer om voorzitter te worden van de Raad voor Cultuur. Was daarna 12 jaar lid van de Raad van State. Sinds 2018 is zij minister van staat.
- 7.Rechter van katholieken huize, die twaalf jaar justitie-woordvoerster van het CDA in de Eerste Kamer was. Kort voor de oorlog in Nederlands-Indië geboren en later onder andere woonachtig in Indonesië en Nieuw-Guinea, waar haar vader arts was. Na advocaat geweest te zijn vanaf 1972 rechter en in 1989 raadsheer in het Gerechtshof van Den Haag. Hield zich in de Senaat ook bezig met ontwikkelingssamenwerking. Was gehuwd met de secretaris-generaal van Financiën, die in 1990 overleed. Was in 2003-2009 voorzitter van de Commissie van Toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
- 8.Zelfbewuste advocate die acht jaar Eerste Kamerlid was voor D66. Woordvoerster op het terrein van justitie en verkeer en waterstaat. Bekleedde diverse commissariaten en bestuursfuncties. Voerde regelmatig het woord in de Senaat, waarbij haar ervaring als advocate vaak van pas kwam.
- 9.Bescheiden, principiële, pijprokende jurist uit Uddel op de Veluwe, die vijfentwintig jaar een alom gerespecteerd Eerste Kamerlid voor de SGP was. Kwam uit een boerengezin. Hij combineerde het Eerste Kamerlidmaatschap achtendertig jaar met de functie van beleidsmedewerker van de SGP-Tweede Kamerfractie. Was daarnaast geruime tijd Statenlid in Gelderland. Als lid van een kleine fractie, één periode zelfs een eenmansfractie, woordvoerder bij honderden kamerdossiers. Hoewel zijn stem in de Senaat soms de doorslag kon geven, stelde hij zich altijd nuchter en zakelijk op.
- 10.Juriste, die acht jaar voor de PvdA zitting had in de Eerste Kamer. Dochter van een Tweede Kamerlid en verzetsman. Was werkzaam in de wetenschap en als advocaat en daarna coördinerend vicepresident van de arrondissementsrechtbank in Assen. Hield zich in de Eerste Kamer bezig met wetgeving op het terrein van justitie en het op raakvlak van justitie en volksgezondheid.
- 11.Rechter met een grote staat van dienst in de VVD, de partij waarvoor hij twaalf jaar Eerste Kamerlid was. Was voor hij in de rechterlijke macht kwam werkzaam in het bedrijfsleven als directeur van een textielconcern. Vele bestuursfuncties in de VVD. Woordvoerder justitie, volkshuisvesting en verkeer en waterstaat, die met grote deskundigheid sprak over onderwerpen op die beleidsterreinen.