Brief staatssecretaris over de toewijzing van technologiesteun voor micro-elektronicaonderzoek en -ontwikkeling - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2007 - Hoofdinhoud

Deze brief is onder nr. 3 toegevoegd aan wetsvoorstel 30800 XIII - Vaststelling begroting Economische Zaken 2007.

Officiële titel	Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2007; Brief staatssecretaris over de toewijzing van technologiesteun voor micro-elektronicaonderzoek en -ontwikkeling
Document­datum	25-09-2006
Publicatie­datum	12-03-2009
Nummer	KST101037
Kenmerk	30800 XIII, nr. 3
Van	Economische Zaken (EZ)
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2006–2007

30 800 XIII

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2007

Nr. 3

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 september 2006

Jaarlijks wordt de Tweede Kamer geïnformeerd over de toewijzing van technologiesteun voor micro-elektronica onderzoeken ontwikkeling, onder verwijzing naar artikel 4, onderdeel b, van de Kaderwet EZ-subsidies. Met deze brief geef ik invulling aan deze jaarlijkse rapportage. Met de herijking van het financieel instrumentarium van EZ is de micro-elektronica stimulering echter in een nieuw licht komen te staan. In deze brief wordt, na een inleiding over de bestaande micro-elektronica stimulering, achtereenvolgens ingegaan op:

• • 

  Point One: het nieuwe innovatieprogramma voor nanoelektronica en embedded systemen;

• • 

  Het beëindigen van de Philips Kaderafspraak.

• • 

  Overzicht innovatiesubsidies micro-elektronica 2006.

• 1. 

  Inleiding

De micro-elektronica stimulering van EZ was voornamelijk gericht op de EUREKA programma’s ITEA en MEDEA+, waarover de Tweede Kamer jaarlijks werd geïnformeerd (TK 30 300 XIII, nr. 52). De laatste jaren betrof het voornamelijk projecten van ASML en Philips. Voor Philips gebeurde dit vanuit de Philips kaderafspraak, die de maximale technologiesteun voor Philips beperkte tot jaarlijks € 29,5 mln. De toegang van Philips tot het innovatie-instrumentarium werd middels de kaderafspraak beperkt om een onevenwichtig beslag op de beschikbare middelen voor innovatiestimulering te voorkomen. Dit met het oog op de beperkte omvang van deze middelen en het generieke karakter van het innovatie-instrumentarium.

Met de in 2005 ingezette vernieuwing van het EZ innovatie-instrumentarium en de hiermee gepaard gaande focus en massa op specifieke sleutelgebieden, is het generieke karakter van het innovatie-instrumentarium aanzienlijk verminderd. De sleutelgebieden aanpak is gericht op die sectoren, technologieën en netwerken waarin Nederland kan excelleren. De betrokkenheid van de gehele kennis- en toeleveringsketen is

daarbij essentieel voor het benutten van kansen. Binnen de sleutel-gebieden (Hightech Systemen & Materialen, Flowers & Food, Water, Creatieve Industrie en Chemie) zijn een aantal innovatieprogramma’s ontwikkeld. Point One waarover hieronder meer, is daar één van de eerste voorbeelden van.

• 2. 

  Point One

Binnen het sleutelgebied Hightech Systemen en Materialen is op 14 juni jl. Point One als eerste innovatieprogramma «nieuwe stijl» gelanceerd (TK 27 406, nr. 89). Dit innovatieprogramma richt zich op innovatie in nano-elektronica en embedded systemen. Doel van het innovatieprogramma Point One is om bedrijven en instellingen optimaal gebruik te laten maken van elkaars expertise. Een consortium met daarin partijen als Philips, ASML, ASMI, Holst Center en ESI en een aantal hoogkwalitatieve MKB-bedrijven heeft nauw samengewerkt om een ambitieus innovatieprogramma te ontwikkelen. De ambitie van het Point One programma is om een innovatiecluster te vormen voor nano-elektronica en embedded systemen van samenwerkende bedrijven en kennisinstellingen. Dit cluster moet op termijn uitgroeien tot een cluster van faam en leiden tot een gezamenlijke omzetstijging van 30% tot ca. € 26 mld. in 2011.

Om de ontwikkeling en uitvoering van Point One te steunen, is voor de jaren 2006 t/m 2009 in totaal ca. € 50,1 mln. gereserveerd voor de pilot Point One Boegbeeld. Deze pilot heeft tot doel een basis te creëren voor het totale Point One innovatieprogramma. Het Point One consortium heeft hiervoor vier strategische projectvoorstellen voorgesteld. Een onafhankelijke adviescommissie onder voorzitterschap van prof. Luc Soete heeft geadviseerd om twee projecten te subsidiëren, namelijk het project MEMSland en het project OML. Voor de looptijd van de pilot Point One Boegbeeld (2006 t/m 2009) ben ik voornemens om € 14,1 mln. beschikbaar te stellen voor het project MEMSland en € 15 mln. voor het project OML. In beide projecten zijn diverse MKB bedrijven en kennisinstellingen betrokken. Hiermee heeft het project een brede uitstraling. Verder is voor de jaren 2006 en 2007 ca. € 14 mln. beschikbaar voor een open call voor projecten. De overige Point One subsidiemiddelen worden gereserveerd voor activiteiten rondom het verder ontwikkelen van het kenniscluster, menselijk kapitaal, MKB en starters.

Het is mijn voornemen om de middelen die voorheen werden ingezet voor micro-elektronica stimulering, in het vervolg in te zetten binnen het innovatieprogramma Point One.

• 3. 

  Beëindiging Philips kaderafspraak

Grote bedrijven kunnen een krachtige impuls geven aan de gewenste focus en massa op sterke punten van de Nederlandse economie, en een belangrijke motor zijn om MKB, toeleveranciers en kennisinstellingen te betrekken. Zij zijn dus een belangrijke partner in de innovatieprogramma’s. Maar grote R&D intensieve bedrijven zullen niet aan alle sleutelgebieden kunnen of willen deelnemen. Het risico dat een bedrijf als Philips onevenredig beslag zal leggen op het instrumentarium is daarmee aanzienlijk verminderd. Een beperkte toegang voor Philips tot het innovatie-instrumentarium is daarom niet langer noodzakelijk. In overleg met Philips is derhalve besloten om de kaderafspraak te beëindigen. Dit geeft Philips de mogelijkheid om net zoals andere bedrijven naar innovatiesubsidies mee te dingen, maar geeft Philips minder zekerheid dat het inderdaad subsidie zal ontvangen. Philips kan na 1 januari 2007 geen projecten meer indienen binnen de kaderafspraak, wel worden de reeds voor 2006 voorbereide projecten meegenomen in de steun die ik

voornemens ben voor 2006 toe te zeggen. Door de beëindiging van de Philips kaderafspraak kan Philips ook delen in de subsidies voor Point One, specifiek voor het project MEMSland. Met Philips en ASML is afgesproken dat zij in de open call binnen de pilot Boegbeeld geen ondersteuning zullen aanvragen. Voor een uitgebreide toelichting verwijs ik naar bijlage 1 van deze brief¹.

• 4. 

  Overzicht innovatiesubsidies micro-elektronica 2006

Voor 2006 zal de totale stimulering op het gebied van micro-elektronica gelet op het voorgaande bestaan uit de voormalige micro-elektronica stimulering en het innovatieprogramma Point One. Dat betekent dat ik voornemens ben om, evenals in voorafgaande jaren, vanuit de micro-elektronica stimulering voor het EUREKA onderzoeksprogramma MEDEA+ € 13,6 mln. steun toe te zeggen aan ASML. Voor MEDEA+, ITEA en de Strategische samenwerkingsprojecten ben ik voornemens om vanuit de reguliere micro-elektronica stimulering ca. € 29,5 mln. toe te zeggen aan Philips. Daarnaast ben ik voornemens om binnen het innovatieprogramma Point One voor 2006 € 19 mln. beschikbaar te stellen. Point One heeft hiervan € 3,5 mln. gealloceerd voor het project MEMSland, en € 6,75 mln. voor het project OML. Verder is € 7 mln. beschikbaar voor de open call, en zal € 1,75 mln. worden geïnvesteerd in de opbouw van het kenniscluster. Mijn voornemen is om de projecten MEMSland en OML binnenkort ter goedkeuring voor te leggen aan de Europese Commissie. Over de voortgang van het innovatieprogramma Point One zal de Tweede Kamer worden geïnformeerd via de Voortgangsrapportage Sleutel-gebieden.

Samengevat gaat het om toezeggingen voor de volgende R&D projecten:

Projectnaam                                                                                                                                Subsidie

Innovatieprogramma Point One 2006

– project OML                                                                                                                 €6750 000,00

– project MEMSland                                                                                                       €3500 000,00

– open Call                                                                                                                      €7000 000,00

– opbouw kenniscluster                                                                                                 €1750 000,00

Totaal Point One (2006)                                                                                                  €19000 000,00

Micro-elektronica stimulering 2006

MEDEA+                                                                                                                           €28350 000,00

ITEA                                                                                                                                  €11344 505,40

Strategische samenwerkingsprojecten                                                                         € 3401 208,65

Totaal micro-elektronica (2006)                                                                                     €43095 714,05

Totaal overall (2006)                                                                                                       €62095 714,05

• 5. 

  Conclusie

Ik ben voornemens om in de toekomst de tot nu toe ingezette middelen voor micro-elektronica stimulering in te zetten binnen het innovatieprogramma Point One. De vroegere micro-elektronica stimulering en de vanuit de Innovatiesubsidie Samenwerkingsprojecten (IS) voor micro-elektronica ingezette middelen, zullen hierbij worden ingezet als een faciliteit voor internationale R&D projecten binnen Point One. Jaarlijks zal hiermee ca. € 40 tot € 45 mln. beschikbaar zijn voor deze internationale faciliteit. Voortbouwend op de pilot Boegbeeld, moet zo een Nederlands innovatiecluster voor nano-elektronica en embedded systemen worden gevormd van internationale allure.

In dit kader is het interessant te melden dat met de overname van Philips Semiconductors een nieuwe zelfstandige R&D speler is ontstaan in Neder-

¹ Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

land op het gebied van de micro-elektronica. Het bedrijf gaat verder als

NXP. Philips Semiconductors was al intensief betrokken bij de totstandkoming van het innovatieprogramma Point One. Het nieuwe NXP geeft aan dat Nederland zeer belangrijk is waar het gaat om R&D. NXP blijft gecommitteerd aan de doelstellingen van het innovatieprogramma Point One.

Uitgebreide informatie over de te ondersteunen micro-elektronica projecten treft u aan in bijlagen 2 en 3 bij deze brief¹. Deze informatie is conform eerder gemaakte afspraken met de Tweede Kamer. Dit vormt de laatste rapportage over micro-elektronica stimulering als zodanig. In het vervolg wordt de Tweede Kamer over de voortgang van het innovatieprogramma Point One geïnformeerd via de reguliere begrotingsverantwoording van het Ministerie van Economische Zaken en via de rapportages over de sleutelgebieden.

– Bijlage 1 schetst een beeld van de micro-elektronica stimulering.

Tevens is een totaaloverzicht van projecten toegevoegd, met de

belangrijkste kengetallen. – In Bijlage 2 treft u een toelichting aan op de in 2006 te ondersteunen

micro-elektronica projecten. – Bijlage 3 bevat de bijbehorende projectbeschrijvingen.

Ik heb mijn voornemens omtrent de micro-elektronica stimulering tevens per brief gemeld aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Staatssecretaris van Economische Zaken C. E. G. van Gennip

¹ Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.