Brief minister over project Bescherming Vitale Infrastructuur - Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Deze brief is onder nr. 48 toegevoegd aan dossier 26643 - Informatie- en communicatietechnologie (ICT).

1.

Kerngegevens

Officiële titel Informatie- en communicatietechnologie (ICT); Brief minister over project Bescherming Vitale Infrastructuur 
Document­datum 19-03-2004
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST75156
Kenmerk 26643, nr. 48
Van Binnenlandse Zaken (BIZA)
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2003–2004

26 643

Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Nr. 48

BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 19 maart 2004

1.1 Inleiding

Het project Bescherming Vitale Infrastructuur (hierna te noemen: Vitaal) heeft tot doel de kwetsbaarheid van de vitale infrastructuur in Nederland in kaart te brengen en door het treffen van beschermende maatregelen deze waar nodig te verminderen. In de voortgangsrapportage van 17 september 2003 deelde ik u al mede dat het uitvoeren van kwetsbaarheid- en risicoanalyses en het definiëren en realiseren van beschermende maatregelen geen eenmalige activiteiten zijn. De bescherming van de vitale infrastructuur is dan ook een continu beleidsproces, waarbij ieder betrokken ministerie zijn eigen verantwoordelijkheid draagt. De integrale aanpak en de samenhang blijven belegd bij BZK als coördinerend ministerie. Een nauwe samenwerking met het bedrijfsleven en andere beheerders van infrastructuur is daarbij een noodzakelijke voorwaarde.

1.2. Relatie Bescherming Vitale Infrastructuur en Crisisbeheersing

Crisisbeheersing beoogt vitale belangen van de samenleving te waarborgen. Deze belangen worden voornamelijk door vitale sectoren en diensten behartigd. Daarmee is de bescherming van vitale sectoren, producten en diensten -en daarmee van de vitale infrastructuur- een essentiële voorwaarde voor crisisbeheersing. Vitaal genereert kennis over kwetsbaarheden, risico’s en daarop toegesneden maatregelen en heeft daarmee betrekking op alle schakels van de veiligheidsketen. Dit betekent dat voor zover de inhoud van Vitaal aanleiding geeft voor een versterking of aanpassing van de organisatie van crisisbeheersing, dit zal worden meegenomen in het beleidsplan Crisisbeheersing 2004–2007, waarvan de aanbieding aan de Tweede Kamer voorzien is vóór het zomerreces. Voor het overige zal Vitaal, net als andere in het beleidsplan Crisisbeheersing op te nemen actiepunten, rapporteren over de inhoudelijke

voortgang. In die rapportage zal ik u een beeld kunnen geven van de stand van zaken met betrekking tot, a) de analyse van de intersectorale knooppunten en de kwetsbaarheden, b) de genomen en eventueel te nemen beschermende maatregelen en c) de wijze waarop de continuïteit van het beleidsdossier gewaarborgd wordt.

Naar huidige verwachting verschijnt die rapportage rond de zomer 2004. De eerder aangekondigde separate eindrapportage van het project Vitaal in april 2004 komt daarmee te vervallen.

De resultaten van de juridische werkgroep die is belast met de juridische inventarisatie op hoofdpunten van zowel nationale als internationale wetgeving op het terrein van de bescherming van de vitale infrastructuur zullen worden opgenomen in het beleidsplan Crisisbeheersing en de volgende rapportage van Vitaal.

1.3. Stand van zaken van het vervolgtraject project Vitaal

In de rapportage van 17 september 2003 is toegezegd u te informeren over de uitkomsten van de knooppuntenanalyses, zoals deze de afgelopen maanden door alle vitale sectoren van overheid en bedrijfsleven zijn uitgevoerd.

Het gaat hier om knooppunten van en tussen vitale sectoren als onderdelen van netwerken van bedrijfs- en beleidsprocessen waar verschillende vitale producten of diensten samenkomen die hoog of totaal afhankelijk van elkaar zijn.

Uitval of verstoring van deze vitale knooppunten zou een economische of maatschappelijke ontwrichting op (inter)nationale schaal kunnen veroorzaken of direct of indirect tot veel slachtoffers leiden. Tevens is gekeken naar geografische knooppunten als ruimtelijke clusteringen van vitale producten en diensten. Tijdens het algemeen overleg inzake terrorisme van 11 maart jl. heb ik deze rapportage al aangekondigd.

In de bijlage bij deze brief treft u aan, gegroepeerd per vitale sector, de samenvatting van de uitkomsten van de gehouden analyses. Elke analyse is uitgevoerd onder leiding van het primair verantwoordelijke ministerie in overleg met de betrokken bedrijfssector(en) en andere beheerders van infrastructuur. De analyses zijn uitgevoerd aan de hand van een interdepartementaal vastgesteld uniform kader, opdat de uitkomsten zoveel mogelijk vergelijkbaar zijn.

De knooppuntenanalyse is een complexe en weerbarstige exercitie. Er moet met een veelheid van actoren binnen de overheid en bedrijfsleven worden overlegd om tot een samenhangend resultaat te komen. De resultaten tot nu toe, waarvan u in de bijlage dus een samenvatting aantreft, moeten worden gekenschetst als een eerste begin dat goede perspectieven biedt om na verdere verdiepingsslagen een valide basis te kunnen vormen voor de geplande kwetsbaarheidanalyses.

Er is gekozen voor een samenvattende bijlage omdat de concrete knooppunten tot op objectniveau – die op need-to-know basis wel bekend zijn bij de desbetreffende ministeries of bedrijfssectoren – veelal gerubriceerd zijn. Het gaat namelijk om concurrentiegevoelige bedrijfsgegevens dan wel vertrouwelijke gegevens in het kader van de veiligheid van de staat. Uiteraard liggen aan de beknopte bijlage uitgebreide (vertrouwelijke) analyses en gedetailleerde werkdocumenten ten grondslag.

De geïnventariseerde knooppunten zijn niet uitputtend en definitief. Het gaat om niet-statische gegevens die de komende tijd verder geoptimaliseerd zullen worden, mede aan de hand van de uit te voeren kwetsbaarheidanalyses.

De huidige knooppunten, opgesteld door de vitale sectoren, bieden een verdieping van het inzicht in de organisatie van de vitale infrastructuur. De

uitkomsten van de knooppuntenanalyses kunnen worden gekenschetst als een voorwaarde voor de vervolgfase. In deze vervolgfase zal verder worden ingezoomd op de intersectorale afhankelijkheden. Aansluitend wordt inzichtelijk gemaakt welke extra knooppunten daaruit mogelijkerwijs voortvloeien.

In interdepartementaal verband zijn onlangs de contouren besproken en akkoord bevonden met betrekking tot een uniforme aanpak van de kwetsbaarheidanalyses. De uitkomsten van de kwetsbaarheidanalyses zullen worden gebruikt om in een sturingsmodel het risicoprofiel van vitale knooppunten en de mate van beheersing van de geconstateerde risico’s tegen elkaar af te zetten. Op basis van een dergelijk model kunnen beleidskeuzes worden gemaakt om gefaseerd aanvullende of aangepaste beschermingsmaatregeln te treffen. Zo zullen bijvoorbeeld knooppunten met een hoog risicoprofiel en een lage mate van beheersing eerder noodzaken tot het treffen van aanvullende maatregelen dan andersom.

Enkele ministeries zijn overigens al gestart met het beschrijven van de sectorale kwetsbaarheden. De doorlooptijd van de kwetsbaarheidanalyses in de verschillende sectoren zal variabel zijn en is afhankelijk van randvoorwaarden zoals de stand van zaken en de complexiteit van de sectoren. In ieder geval moet gerekend worden op een doorlooptijd van een half jaar.

De bescherming van de vitale infrastructuur is, zoals al eerder is gesteld, een continu beleidsproces dat berust op drie belangrijke pijlers; (1) de analyses van vitale knooppunten, (2) de kwetsbaarheid- en risicoanalyses en (3) het daarop gebaseerde samenhangende stelsel van beschermingsmaatregelen. Vanwege het continue en tevens cyclische karakter, immers knooppunten wijzigen en risico’s veranderen, is een definitief eind- of totaalbeeld niet te geven. Naar verwachting zullen de resultaten van het voor de eerste keer doorlopen van de volledige beleidscyclus rond het eind van het tweede kwartaal van 2005 aan de Tweede Kamer kunnen worden gerapporteerd. Naast de werkzaamheden die leiden tot het eerste totaalbeeld medio 2005 zal de komende periode een concrete priori-teringsslag worden uitgevoerd, opdat op kortere termijn samenhangende (tussen)resultaten beschikbaar komen over die onderdelen van de vitale infrastructuur, die bij uitval of verstoring de grootste impact op de samenleving hebben. In het beleidsplan Crisisbeheersing zullen de ervaringen voor zover deze betrekking hebben op structuurkenmerken (organisatie, verantwoordelijkheden etc.) met betrekking tot de bescherming van de vitale infrastructuur worden opgenomen.

Natuurlijk is hiermee niet gezegd dat de Nederlandse vitale infrastructuur op dit moment onvoldoende zou zijn beschermd. Bij het doorlopen van de beleidscyclus zullen klaarblijkelijke en acute onvolkomenheden ad hoc worden aangepakt.

1.4. De praktische waarde van het beleidsdossier Vitaal

De bescherming van de vitale infrastructuur is geen academische of technische exercitie om alleen maar inzicht te verkrijgen in vitale knooppunten, in kwetsbaarheden in risico’s of in verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Het dossier Vitaal is een praktisch dossier dat in structurele zin kennis genereert die nodig is om de Nederlandse vitale infrastructuren in onderlinge samenhang onder tal van omstandigheden -zoals natuurrampen, bewust (o.a. terrorisme en gewelddadig activisme) en onbewust menselijk handelen en organisatorische en technisch falen- op een algemeen aanvaardbaar niveau te kunnen laten doorfunctioneren.

Met de opgedane kennis zal besluitvorming over te treffen maatregelen niet alleen in geval van een daadwerkelijke grootschalige uitval of verstoring van vitale infrastructuren, maar ook in de preventieve sfeer in de toekomst sneller en doeltreffender kunnen plaatsvinden. Actuele kennis over vitale knooppunten, over de gevolgen van mogelijke dominoeffecten etc. kan leiden tot het opstellen van noodscenario’s en tot voorbereiding van toegesneden beschermingsmaatregelen. Beschermingsmaatregelen kunnen worden vastgelegd in calamiteiten- en continuïteitsplannen. Eventuele bewakings- en beveiligingsmaatregelen zullen meer efficiënt en doelgericht worden toegepast.

Kennis over afhankelijkheden maakt een betere inschatting van de impact van calamiteiten mogelijk, waardoor effectievere repressieve maatregelen kunnen worden voorbereid die de herstelduur van uitval of verstoring van vitale infrastructuren zullen bekorten en de kans domino-effecten zullen verkleinen. Hiermee zal schade worden beperkt.

Het treffen van (beschermings)maatregelen is niet alleen van belang ten tijde van een crisis, maar juist ook in het kader van het voorkomen van crises. Samenhangende kennis van afhankelijkheden, van kwetsbaarheden en van risico’s maakt een effectieve(re) besluitvorming mogelijk over noodzakelijk te treffen preventieve maatregelen.

Het inzichtelijk maken van de verdeling van verantwoordelijkheden tussen overheid en bedrijfsleven bij crisissituaties, maakt het mogelijk tot een meer adequate en snelle aanpak van (dreigende) crises te komen zowel in preventieve als in repressieve zin. De inzichtelijkheid maakt immers duidelijk welke juridische en bestuurlijke mogelijkheden er zijn voor bijvoorbeeld toezichthouders en andere (overheids)organen om te kunnen ingrijpen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. Remkes

Bijlage                                                     Inleiding

Deze bijlage bevat de resultaten tot dusver van de knooppuntenanalyse, die in het kader van het project Bescherming Vitale Infrastructuur is uitgevoerd. Deze knooppuntenanalyse is het eerste van een drietal trajecten dat wordt doorlopen om de einddoelstelling van het project Bescherming Vitale Infrastructuur te behalen. De lijsten met knooppunten brengen de elementen van de vitale infrastructuur in beeld, die in ieder geval op hun kwetsbaarheid moeten worden onderzocht (traject 2) en die in het licht van de bestaande en gewenste beschermingsmaatregelen beoordeeld moeten worden op hun robuustheid (traject 3).

De knooppuntenanalyses zijn door de vitale sectoren van overheid en bedrijfsleven uitgevoerd. Daarbij is gebruik gemaakt van een interdepartementaal vastgesteld uniform kader, opdat de uitkomsten zoveel mogelijk vergelijkbaar zijn. In het kiezen van de te hanteren analysemethode stonden de vitale sectoren vrij.

Onder knooppunten wordt binnen project Vitaal verstaan: onderdelen van een netwerk van bedrijfsen beleidsprocessen waar verschillende vitale producten of diensten samenkomen die hoog of totaal afhankelijk van elkaar zijn. De hoge of totale afhankelijkheid staat beschreven in het quick scan-rapport van TNO-FEL (Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 26 643, nr. 39). Daarnaast zijn er ook geografische knooppunten die gezien moeten worden als ruimtelijke clusteringen van vitale producten en diensten. Om te bepalen of een knooppunt kan worden gekenschetst als vitaal zijn de volgende criteria vastgesteld: Uitval of verstoring van vitale knooppunten veroorzaakt economische of maatschappelijke ontwrichting op (inter)nationale schaal en kan direct of indirect tot veel slachtoffers leiden. De ontwrichting is van lange duur, het herstel kost relatief veel tijd en gedurende het herstel zijn vooralsnog geen reële alternatieven voorhanden.

Niet alleen binnen, maar ook tussen de sectoren zijn knooppunten te identificeren. Deze intersectorale knooppunten worden vastgesteld door de afhankelijkheid van de eigen knooppunten ten opzichte van andere vitale producten en/of diensten te benoemen. De analyse naar intersectorale knooppunten moet voor een belangrijk deel nog plaatsvinden.

Na afronding van de knooppuntenanalyse zal gefaseerd worden begonnen met de kwetsbaarheidanalyses. Daarbij zal de kwetsbaarheid van de sectorale en intersectorale knooppunten en van de vitale sectoren worden bepaald.

Aanpak en stand van zaken per departement

1.Sector Energie

Ministerie van Economische Zaken

Het ministerie van Economische Zaken heeft door middel van bijeenkomsten met betrokkenen binnen de sector allereerst de te onderscheiden vitale processtappen in het gas-, electriciteits- en olieproces vastgesteld. Daarbij moet worden gedacht aan bijvoorbeeld toevoer, opslag en distributie. Vervolgens is per processtap beargumenteerd welke objecten of elementen als vitaal knooppunt moeten worden bestempeld. In de gassector gaat het daarbij bijvoorbeeld om controlekamers, commandoposten en bufferstations; bij de electriciteitssector om schakelstations, centrale bedrijfsvoeringslocatie en aanvoer- en overslaglocaties van kolen ten behoeve van de productie; en bij de oliesector om bijvoorbeeld

pijpleidingensystemen en opslagfaciliteiten. Bij het vaststellen van een initiële knooppuntenlijst heeft EZ de afhankelijkheidsrelaties met andere vitale sectoren betrokken.

Na een verdere verdiepingsslag op deelterreinen zullen de uitkomsten van de knooppuntenanalyses de basis vormen voor de kwetsbaarheid-analyses.

  • 2. 
    Sector Telecommunicatie

Ministerie van Economische Zaken

De vitale sector Telecommunicatie/ICT bestaat uit de 7 vitale diensten Vaste Telecommunicatie, Mobiele Telecommunicatie, Satellietcommunicatie Post- en Koeriersdiensten, Radiocommunicatie en -navigatie, Omroep en Toegang tot het Internet. Voor het opstellen van een overzicht van vitale knooppunten is een aantal onderzoeken uitgevoerd. Om de specifieke eigenschappen van deze sector goed tot recht te laten komen is uitgegaan van een andere werkdefinitie van een knooppunt. Voor de vitale sector Telecommunicatie/ICT is tevens een onderscheid gemaakt in directe knooppunten en indirecte knooppunten.

De directe knooppunten zijn de knooppunten binnen de vitale sector Telecommunicatie/ICT. Hieronder vallen zowel de knooppunten van een vitale dienst van deze sector als de knooppunten tussen vitale diensten van deze sector. Gedacht kan worden aan antennevoorzieningen ten behoeve van mobiele communicatienetwerken, maar ook aan inter-connectiepunten tussen infrastructuren en centrales. Onder de indirecte knooppunten worden vervolgens de knooppunten tussen de vitale sector Telecommunicatie/ICT met andere vitale sectoren verstaan. Het meest sprekende voorbeeld is dat wanneer een van de vitale diensten van de vitale sector Energie – zoals Elektriciteit – wegvalt, dit consequenties kan hebben voor één of meerdere van de vitale diensten van de vitale sector Telecommunicatie/ICT. Maar ook met de vitale sectoren Keren en beheren oppervlaktewater, Handhaving Openbare Orde en Veiligheid, Transport, Voedsel, Financieel en Openbaar Bestuur is een aantal indirecte knooppunten geïdentificeerd. Nadrukkelijk wordt vermeld dat de aangehaalde voorbeelden slechts een minimaal bestanddeel vormen van het totale aantal geïdentificeerde knooppunten van deze sector.

  • 3. 
    Sector Drinkwater

Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu

Bij de knooppuntenanalyse van de sector Drinkwater is onderscheid gemaakt in levering van (1) drinkwater aan consumenten (en daarbij aan medewerkers van bedrijven en instellingen), (2) sanitair water voor de dienstensector en industrie, (3) proceswater voor de industrie, (4) bluswater voor brand- en incidentbestrijding en (5) drinkwater voor primaire behoefte van vee.

De drinkwatersector levert drinkwater als eerste levensbehoefte voor mens en dier en levert een vitaal product waarbij de opzettelijke besmetting van de kwaliteit van het drinkwater een grotere bedreiging en kwetsbaarheid voor de samenleving vormt dan de uitval van de levering. Naar de specifieke bescherming van deze vitale infrastructuur dient daarom extra aandacht uit te gaan.

Voor wat betreft het eigen productieproces heeft de sector twee knooppunten geïdentificeerd die eventueel kunnen voldoen aan de uitgangs-criteria (theoretische langdurige uitval en impact op nationale schaal). Voorts is door de sector verduidelijkt van welke andere vitale sectoren

men direct afhankelijk is. De drinkwatersector heeft vanuit de verantwoordelijkheid voor de continuïteit van de drinkwatervoorziening de afhankelijkheid van de toelevering van producten en diensten zo gering mogelijk gemaakt. Het meenemen van de toeleverende vitale sectoren in de analyse heeft geen additionele knooppunten opgeleverd. De sector drinkwater is zelf ook aanleverend voor andere sectoren. Of hier knooppunten uit voorvloeien, zal in nader intersectoraal overleg moeten worden vastgesteld. Pas na een iteratief proces, met inbreng van de visie van de andere vitale sectoren, kan een definitieve lijst van vitale knooppunten uit de drinkwatersector opgesteld worden. Daarna kan pas de kwetsbaarheid-analyse vanuit de drinkwatersector toegepast worden op deze intersectoraal bepaalde knooppunten van de drinkwatersector.

De kwetsbaarheidanalyse binnen de drinkwatersector is reeds afgerond. De projectgroep Beveiliging Nederlandse Watersector (Benewater) heeft een basisbeveiliging voorbereid, waarin met name productielocaties en transportleidingen worden beveiligd en de aandacht in het distributiegebied is gericht op consequentiereductie. Bij enkelvoudige verstoringen zullen bij besmetting of verontreiniging productie-eenheden (mogelijk langere tijd) uit bedrijf worden genomen. Een bewust meervoudige verstoring in de drinkwatersector kan leiden tot grote maatschappelijke ontwrichting. Alternatieven voor leidingwater zijn in grote mate ontoereikend om in de primaire behoefte van de gehele Nederlandse bevolking te voorzien.

  • 4. 
    Sector Voedsel

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Door LNV en VWS is samen met de sectorale producentenorganisaties een inventariserend onderzoek verricht naar voedselvoorziening en voedselveiligheid. Dit onderzoek geeft niet alleen inzicht in knooppunten. Ook de kwetsbaarheid van de sector en de getroffen beschermingsmaatregelen zijn met dit onderzoek in kaart gebracht. Deze laatste twee aspecten uit het onderzoek zijn onderstaand buiten beschouwing gelaten. De voedselsector is tot de conclusie gekomen dat er geen knooppunten zijn te identificeren, die voldoen aan het gehanteerde criterium «economische of maatschappelijke ontwrichting op nationale schaal». Voor iedere branche van de voedselsector geldt dat het uitvallen van de grootste productie unit weliswaar grote economische schade zal veroorzaken, maar dat hierdoor de voedselvoorziening niet in gevaar komt. In geografisch opzicht geldt de Rotterdamse haven als vitaal knooppunt voor de voedselsector. Doordat dit knooppunt aan het begin van de voedselketen ligt, zal de uitval van langere duur (1 week of meer) dienen te zijn voordat effecten op de voedselvoorziening zullen optreden. Het gaat hier om grote productiestromen, waarbij het voedselveiligheidsaspect van bijzonder belang is. Het is de voedselsector duidelijk geworden dat veel branches in hoge mate afhankelijk zijn van dezelfde vitale producten en diensten. Wanneer bijvoorbeeld drinkwater, aardgas, elektriciteit of wegtransport gedurende 24 uur tot een week uitvallen, zal sprake zijn van economische en maatschappelijke ontwrichting op nationale schaal. Deze afhankelijkheden zijn meegenomen in de kwetsbaarheidanalyse. Bij de knooppuntenanalyse is met name het product Voedselvoorziening aan bod gekomen. Bij het beschouwen van de kwetsbaarheden van de Voedselsector vormt juist de Voedselveiligheid de voornaamste determinant, waarbij het gaat om het risico dat grote groepen consumenten in aanraking komen met onveilig voedsel met alle gevolgen van dien.

  • 5. 
    Sector Gezondheidszorg

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Betrokken vertegenwoordigers uit branche- en (koepel)organisaties en instellingen van de vier onderscheiden zorgketens, te weten spoedeisende hulp en overige ziekenhuiszorg, geneesmiddelen en overige medische producten, sera en vaccins, en nucleaire geneeskunde, hebben door middel van schriftelijke enquêtes van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport knooppunten gedefinieerd en uitgebreid toegelicht, waarbij tevens (meer) inzicht in de procesvoering is verkregen. Voorbeelden van vitale knooppunten zijn: opstallen (gebouwen/ afdelingen, apparatuur), product- en voorraadbeheer, grondstoffen, distributie, categorieën geneesmiddelen, bloed en bloedproducten. De vitale sector Gezondheidszorg is geheel of in hoge mate [(inter)natio-naal] afhankelijk van energie (elektriciteit) voor bijvoorbeeld bewakings-en behandelmodaliteiten op IC afdelingen en geconditioneerde opslag van geneesmiddelen, de factor menskracht, (drink)water, communicatie, transport (van patiënten, grondstoffen en geneesmiddelen), en openbare orde en veiligheid.

  • 6. 
    Sector Financieel

Ministerie van Financiën

Bij de sector Financiën (zowel publiek als privaat) zijn zeven processen aangemerkt als vitaal. In de private sfeer betreft dit het toonbank-betalingsverkeer, betalen op afstand, het topgirale betalingsverkeer en het effectenverkeer. Binnen de overheid gaat het daarbij om cash management binnen de Rijksoverheid, de inning van belastingen en de niet-fiscale diensten van de Douane (betreffende de volksgezondheid en de veiligheid).

Binnen deze processen zijn knooppunten aangewezen die met De Neder-landsche Bank, de Belastingdienst, de Douane en de Nederlandse Vereniging van Banken zijn afgestemd. Men moet hierbij denken aan diverse systemen voor het verwerken van het betalingsverkeer, de ICT-locaties van de Belastingdienst, het douanelaboratorium, (mobiele) scan-apparatuur en De Nederlandsche Bank zelf. Bij haar dienstverlening is de financiële sector vooral afhankelijk van elektriciteit en ICT/communicatie-infrastructuur.

  • 7. 
    Sector Keren en beheren oppervlaktewater

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft Waterkeren en Water-beheren als vitale diensten benoemd. Waterkeren beschermt tegen overstroming vanuit zee, rivieren en meren en Waterbeheren is onder meer van belang voor andere vitale sectoren, zoals de Sector Transport en de Sector Drinkwater.

Om tot een definitieve lijst met vitale knooppunten te komen, bestudeert het ministerie van Verkeer en Waterstaat momenteel de gegevens die zijn aangeleverd door waterschappen en regionale directies van Rijkswaterstaat. De waterschappen en Rijkswaterstaat beheren objecten zoals gemalen, sluizen, stuwen en de stormvloedkeringen. Binnen het stelsel van waterkeringen wordt nog bekeken welke specifieke waterkeringen daadwerkelijk als vitaal kunnen worden aangemerkt.

  • 8. 
    Sector Openbare Orde en Veiligheid

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Uit de analyse van de OOV sector komen de mens, het materieel en de uitrusting, de logistieke randvoorwaarden en de meldkamer (met het verbindingsnetwerk C2000) naar voren als de vitale onderdelen (knooppunten) binnen de OOV dienstverlening.

Er zijn afhankelijkheden tussen C2000 en uitval/verstoring van de vitale sectoren Elektriciteit, en Keren en Beheren oppervlaktewater en de dienst Vaste Communicatieverbindingen.

In het vervolgtraject zal een inschatting moeten worden gemaakt van de «claim» die er vanuit andere vitale sectoren op de OOV-sector wordt gelegd bij bedreiging en/of uitval van zowel één evenals meerdere sectoren tegelijk in combinatie met geografische bundelingen van deze claims.

Daarnaast zal apart aandacht worden besteed aan de kwetsbaarheid als gevolg van de externe veiligheid in relatie tot de sector OOV. Externe veiligheid gaat over de aanvaardbaarheid van risico’s die samenhangen met de opslag, het vervoer en/ of de bewerking van gevaarlijke stoffen.

  • 9. 
    Sector Rechtsorde

Ministerie van Justitie

De sector Rechtsorde is onderverdeeld in de vitale diensten Rechtshandhaving, Rechtspleging en het vitale product Detentie. Het ministerie van Justitie heeft naar aanleiding van een bijeenkomst met experts van de vitale diensten voorlopige knooppunten aangewezen die op een later tijdstip eventueel als vitaal bestempeld zullen worden. Bij de diensten Rechtshandhaving en Rechtspleging gaat het om fysieke locaties (een enkel nog nader te bepalen gerechtsgebouw) en om personen (officieren van justitie en rechters). Voorts wordt voor de werkzaamheden in deze diensten een groeiende afhankelijkheid benoemd van ICT en informatievoorziening.

Een bij Detentie behorend knooppunt is een enkel nog nader te bepalen penitentiaire inrichting.

10a. Sector Openbaar Bestuur

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

In bijeenkomsten met de medeoverheden is een analyse gemaakt van de vitale processen Bestuurlijke Besluitvorming en Informatieverstrekking Overheid. Daarbij is gekozen voor vitale knooppunten die cruciaal zijn voor het functioneren van het openbaar bestuur onder buitengewone omstandigheden.

Gekomen is tot een lijst van knooppunten, die zijn onderverdeeld in de volgende clusters: (1) functionarissen vanuit beslissend perspectief, (2) functionarissen vanuit deskundig perspectief, (3) fysieke locaties, waaronder coördinatiecentra op alle niveau’s, (4) informatiesystemen, waaronder registratiesystemen en omgevingsdata, (5) fysieke verbindingen of netwerken en (6) crisiscommunicatie en media.

Bij de analyse is nog geen aandacht besteed aan de afhankelijkheden van de sector Openbaar Bestuur van andere vitale sectoren. In de volgende stappen van het project zal dit aspect worden uitgewerkt, evenals de kwetsbaarheid van de onderkende knooppunten.

10b. Diplomatie

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Het ministerie van Buitenlandse Zaken definieert het eigen ministerie als knooppunt, daar het een grote rol speelt als knooppunt van alle diplomatieke internationale communicatie tussen de Nederlandse overheid en buitenlandse overheden en internationale organisaties, alsook voor communicatie met de vertegenwoordigingen. Het succesvol functioneren van dit knooppunt is afhankelijk van de beschikbaarheid van communicatiekanalen voor data en telefonie, bestaande uit satelliet- en land lijnen, mobiele telefonie en elektriciteit om de systemen te laten werken.

10c. Krijgsmacht

Ministerie van Defensie

De inzet van de krijgsmacht bij de bescherming van de vitale infrastructuur zal in de volgende fases van het dossier Vitaal actief aan bod komen. Bij het bepalen van intersectorale knooppunten en hun kwetsbaarheid zal specifiek worden gekeken waar andere vitale sectoren voor de continuïteit van hun dienstverlening afhankelijk zijn van inzet van de krijgsmacht.

  • 11. 
    Sector Transport

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

De sector Transport is onderverdeeld in de vitale diensten: Wegverkeer, Railverkeer, Luchtverkeer, Binnenscheepvaart, Zeescheepvaart en Leidingenbeheer. De benoemde knooppunten voor de vitale dienst Wegverkeer zijn afdoende beschikbaarheid van het (hoofd)wegennet en beschikbaarheid van voldoende transportbrandstof. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat benoemt geen vitaal knooppunt bij de transportfunctie voor personen en goederen voor het Railverkeer, omdat het een relatief kleine vervoersstroom betreft en er bij verstoring geen sprake zal zijn van economische dan wel maatschappelijke ontwrichting. Voor de beheerder blijft uiteraard de verantwoordelijkheid bestaan verstoring van allerlei aard zoveel mogelijk te voorkomen. Voor de Luchtvaart geldt dat kortstondige verstoring van de transportfunctie niet direct tot grootschalige ontwrichting zal leiden. Langdurige uitval, of aantasting van het veilige imago kan echter enorme economische impact hebben.

Derhalve wordt de luchthaven- Schiphol aangemerkt als vitaal en geografische knooppunt.

Voor de diensten Binnenscheepvaart en Zeescheepvaart zijn de vitale knooppunten: de Rotterdamse haven, de binnenvaart, de achterlandverbindingen en de aan- en afvoer per zeescheepvaart. Tot slot wordt door het ministerie van Verkeer en Waterstaat opgemerkt dat transportmiddelen zelf als wapen kunnen worden gebruikt. Dan moet met name gedacht worden aan transport van gevaarlijke stoffen.

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.