Brief minister bij aanbieding rapport van de VROM-Inspectie inzake de toepassing van AVI-slakken bij de aanleg van de HSL-Zuid - Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam-Brussel-Parijs en Utrecht-Arnhem-Duitse grens

Deze brief is onder nr. 156 toegevoegd aan dossier 22026 - Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam-Brussel-Parijs en Utrecht-Arnhem-Duitse grens i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam-Brussel-Parijs en Utrecht-Arnhem-Duitse grens; Brief minister bij aanbieding rapport van de VROM-Inspectie inzake de toepassing van AVI-slakken bij de aanleg van de HSL-Zuid 
Document­datum 28-01-2002
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST59058
Kenmerk 22026, nr. 156
Van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM)
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2001–2002

22 026

Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam–Brussel–Parijs en Utrecht–Arnhem–Duitse grens

Nr. 156

BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Den Haag, 28 januari 2002

In het Voortgezet Algemeen Overleg van 20 december 2001 werd de motie Van der Steenhoven c.s. (Handelingen der Kamer, nr. 39, pag. 2927–2929) aangenomen (kamerstuk 22 026, nr. 151) inzake de opschorting van de toepassing van AVI-slakken bij de aanleg van de HSL-Zuid. Het onderzoek van de VROM-Inspectie heb ik u met brief van 20 december 2001 toegezegd (kamerstuk 22 026, nr. 153). Het rapport van de VROM-Inspectie stuur ik u hierbij toe.1

Onderhavig rapport betreft diverse milieuhygiënische aspecten rond de aanleg van de HSL-Zuid/A16, gebaseerd op bronnenonderzoek, eigen waarnemingen van de Inspectie en laboratoriumonderzoek.

Inzake de kwaliteit van de toegepaste AVI-slakken is de voorlopige conclusie van het RIVM dat voor de door de Inspectie bemonsterde partijen de uitloging van de AVI-slakken/bodemas niet afwijkt van hetgeen normaal bij dit materiaal wordt aangetroffen. Dit betekent dat het materiaal past in de bijzondere categorie van het Bouwstoffenbesluit die met extra beschermende maatregelen toegepast kan worden. In de onderzochte monsters is geen vliegas aangetroffen. Het mineralogisch onderzoek wordt nog voortgezet.

Ten aanzien van in de HSL toegepaste hoogovenslakken is geconstateerd dat de bijbehorende certificaten niet erkend zijn in het kader van het Bouwstoffenbesluit. Deze certificaten zijn derhalve geen wettige bewijsmiddelen dat aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit wordt voldaan. De gemeente Breda als bevoegd gezag heeft de Projectorganisatie HSL-Zuid tot 31 januari a.s. in de gelegenheid gesteld om alsnog kwaliteitsgegevens van de samenstelling en uitloging van de hoogovenslakken bepaald conform het Bouwstoffenbesluit te overleggen. Kan niet worden aangetoond dat de hoogovenslakken aan het Bouwstoffenbesluit voldoen, dan zal de gemeente de Projectorganisatie verplichten de betreffende hoogovenslakken te verwijderen.

In tijdelijke op- en afritten wordt als funderingsmateriaal menggranulaat toegepast. De gemeente Breda heeft aan de hand van keuringen conform het handhavingsprotocol van het Bouwstoffenbesluit geconstateerd dat met betrekking tot molybdeen niet aan de eisen van het besluit wordt voldaan. De gemeente heeft ingestemd met het voorstel van de Projectorganisatie HSL-Zuid om over circa 2 jaar het menggranulaat gecontroleerd te verwijderen. Dan worden de tijdelijke op- en afritten afgebroken. Tevens dient dan door middel van bodemonderzoek aangetoond te worden dat de bodem ter plaatse niet verontreinigd is met molybdeen.

In de door Breda gevolgde lijn inzake de toegepaste hoogovenslakken en het menggranulaat kan ik mij vinden.

De verdere bevindingen van de VROM-Inspectie spitsen zich toe op met name twee aspecten: de afdichtingconstructie over de AVI-slakken en de berekening van de Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand (GHG).

Bij de afdichtingconstructie over de AVI-slakken wordt onderscheid gemaakt tussen de definitieve afdichting en de tijdelijke afdichting tijdens de bouwfase.

Circa 12% van het werk is voorzien van een standaardafdichting conform de Uitvoeringsregeling Bouwstoffenbesluit (bentonietmatten in combinatie met een kunststoffolie) waarover evenwel tijdens de uitvoering van het werk twijfel is ontstaan over de bestendigheid op langere termijn vanwege de mogelijke aantasting van bentoniet door AVI-slakken. Zoals reeds gemeld (brief van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 23 november 2001) is een deskundigenwerkgroep ingesteld om te adviseren over deze problematiek en zullen de bevindingen van deze werkgroep naar verwachting dit voorjaar bekend zijn.

Voor het verdere, tot nu toe uitgevoerde, deel zijn, zoals eveneens reeds gemeld, extra voorzieningen (bitumen, drainage en afschot) getroffen om te voorkomen dat er contact tussen de AVI-slakken en de bentonietmatten optreedt.

Door niet adequate tijdelijke afdichting in de bouwfase heeft verontreiniging van het naastgelegen oppervlaktewater kunnen plaatsvinden. In het vervolg dient in ieder geval voorkomen te worden dat er contact optreedt tussen de AVI-slakken en hemelwater om verspreiding van verontreiniging te voorkomen.

De GHG is van belang om te bepalen of de onderkant van de ophoging met AVI-slakken zich op voldoende afstand boven het grondwater bevindt. Over de GHG is in opdracht van de gemeente Breda door TNO onderzoek uitgevoerd. De gemeente heeft dit onderzoek aan mij aangeboden. TNO concludeert hierin dat de GHG voor het onderzochte traject niet volgens de in het Bouwstoffenbesluit genoemde standaardformule is berekend. Door het Projectbureau HSL-A16 zullen op korte termijn aanvullende gegevens aan de gemeente Breda worden overgelegd die ook weer aan TNO zullen worden voorgelegd. Blijkt daaruit dat er twijfels blijven over de afstand tussen de AVI-slakken en het grondwater, dan zullen passende maatregelen moeten worden getroffen om grondwaterverontreiniging te voorkomen.

Er zijn tot nu toe geen grondwaterverontreinigingen geconstateerd die herleidbaar zijn tot de toepassing van de AVI-slakken. De VROM-Inspectie concludeert evenwel dat de tot nu toe toegepaste afdichtingconstructie en mogelijk ook de berekende GHG risico’s leveren voor verspreiding van verontreiniging. Door middel van monitoring zal moeten worden bewaakt of verontreiniging daadwerkelijk optreedt. Er zullen garanties door de eigenaar van het werk moeten worden gegeven dat indien in de toekomst verontreiniging als gevolg van de toegepaste AVI-slakken wordt geconsta- teerd, de verontreiniging wordt weggenomen en de situatie zodanig wordt hersteld dat geen verontreiniging meer kan optreden.

Ik zal met mijn ambtgenoot van Verkeer en Waterstaat overleggen wat de verdere mogelijke stappen zijn op grond van dit onderzoek en nog lopend onderzoek van Verkeer en Waterstaat voor reeds toegepaste en nog toe te passen materialen en afdichtingconstructies bij de HSL-Zuid. Ik zal u hierover informeren.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J. P. Pronk

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.