Brief minister over samenvoeging van het Kustwachtcentrum Nederland (KWC) met het marinehoofdkwartier te Den Helder - Functioneren Kustwacht - Hoofdinhoud

Deze brief is onder nr. 6 toegevoegd aan dossier 25865 - Functioneren Kustwacht.

Officiële titel	Functioneren Kustwacht; Brief minister over samenvoeging van het Kustwachtcentrum Nederland (KWC) met het marinehoofdkwartier te Den Helder
Document­datum	22-09-1999
Publicatie­datum	12-03-2009
Nummer	KST40652
Kenmerk	25865, nr. 6
Van	Defensie
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 1999–2000

25 865

Functioneren Kustwacht

Nr. 6

BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

’s-Gravenhage, 22 september 1999

Inleiding

De minister van Verkeer en Waterstaat heeft de Tweede Kamer 14 oktober 1994 geïnformeerd over het kabinetsbesluit de operationele leiding over alle kustwachttaken over te dragen aan de Koninklijke marine (Kamerstuk 17 408, nr. 76). Hiermee werd het Kustwachtcentrum Nederland (KWC) organisatorisch ondergebracht bij de Koninklijke marine. In de brief is tevens aangekondigd dat het KWC op termijn zou worden samengevoegd met het marinehoofdkwartier te Den Helder, en dat hiermee initiële investeringskosten van ongeveer f 5 miljoen (prijspeil 1994) zouden zijn gemoeid. Tijdens een algemeen overleg op 27 oktober 1998 over het functioneren van de Kustwacht (kamerstuk 25 865, nr. 5) is gemeld dat de verhuizing van IJmuiden naar Den Helder in oktober 2000 haar beslag zou krijgen. Met deze brief informeer ik u over de stand van zaken.

Ontwikkelingen

Sinds 1994 is er veel veranderd. Destijds was de samenvoeging van het marinehoofdkwartier en het KWC voorzien op de bestaande locatie van het marinehoofdkwartier, een ondergrondse bunker buiten Den Helder. Aanpassing van de Arbo-wet maakte dit echter onmogelijk. De Arbo-wet schrijft inmiddels voor dat personeel zo mogelijk bovengronds moet werken. Ook het personeel dat thans nog in de bunker werkt, moet daarom een andere werkomgeving krijgen. Ook stelde de instelling van de geïntegreerde Belgisch-Nederlandse staf (CZMNED) in 1996 nieuwe eisen aan het marinehoofdkwartier. Er bestond bovendien behoefte aan centrale kantooraccommodatie voor de staf van CZMNED, aangezien deze verspreid, in de bunker en in andere gebouwen, in Den Helder was gevestigd.

Om al deze knelpunten op te lossen, is besloten tot de bouw van een nieuw, gecombineerd centrum op een locatie op de Nieuwe Haven te Den Helder. Het huidige marinehoofdkwartier krijgt de status van «slapend»

oorlogshoofdkwartier. De keuze voor nieuwbouw leidt tot ingrijpende wijzigingen van het project, temeer daar meer duidelijkheid is ontstaan over een aantal zaken waarin het oorspronkelijke plan niet voorzag. Hierdoor is het project duurder geworden. Ook zal het pas in de loop van 2001 worden voltooid, in plaats van in 2000. Uiteraard zal de nieuwbouw voor het toekomstige Maritiem Hoofdkwartier Nederland en het KWC (MHK/KWC Nederland) voldoen aan de Arbo-normen.

De aanpassingen

Binnen het kader van opsporings- en reddingsacties (OSRD) en rampenbestrijding is het noodzakelijk dat de Kustwacht operaties kan blijven leiden tijdens een calamiteit in het MHK/KWC Nederland. Hiervoor zijn uitwijkfaciliteiten nodig. Op de locatie IJmuiden werd daarvoor gebruikgemaakt van Scheveningen Radio. Deze is echter opgehouden te bestaan, zodat er in Den Helder een nieuwe uitwijk moet komen. De uitwijk zal worden gecombineerd met een volwaardige trainingsfaciliteit, waaraan al langere tijd behoefte bestond. Tot dusver waren de trainingsmogelijk-heden beperkt. Het uitwijk- en opleidingscentrum wordt ondergebracht in een bestaand gebouw, dat hiervoor wordt gerenoveerd.

Een deel van het communicatiesysteem op de huidige locatie is inmiddels zo sterk verouderd dat het verhuizen ervan naar Den Helder niet meer loont. Stilaan verdwijnt ook de onderhoudskennis die samen met Scheveningen Radio werd onderhouden. Het KWC in Den Helder wordt daarom voorzien van nieuwe communicatieapparatuur en nieuwe centrale radiobedieningseenheden (CBR’s). De combinatie van de huidige locatie in IJmuiden, het nieuwe KWC in Den Helder, de uitwijk in Den Helder en de nieuwe CBR’s waarborgt wel de continuïteit van de dienstverlening tijdens de verhuizing. Ook de informatieverwerkende systemen die thans in gebruik zijn, worden in Den Helder vervangen door modernere. De keuze voor nieuwbouw op de Nieuwe Haven heeft voorts tot gevolg dat voorzieningen moeten worden getroffen om interferentie van hoogvermogenradars op nabijgelegen schepen met de apparatuur in het MHK/KWC Nederland te voorkomen. Ten slotte zijn facilitaire voorzieningen nodig, die op de huidige locatie reeds aanwezig waren.

Huidige planning en financiën

Het voorlopige bouwkundig ontwerp van het MHK/KWC Nederland is inmiddels klaar en de behoefte aan apparatuur is grotendeels geïnventariseerd. Ook de verhuisplannen zijn tot in detail vastgesteld. De Koninklijke marine beschikt thans dan ook over een beter inzicht in de totale kosten van de samenvoeging en de verhuizing dan tijdens het algemeen overleg van 27 oktober vorig jaar. Dit leidt tot het volgende overzicht (prijspeil 1999). Waar sprake is van samenvoeging van het toekomstige MHK Nederland en het KWC zijn de kosten op basis van het te gebruiken grondoppervlak gedeeld.

Bouw KWC en renovatie uitwijk- en opleidingscentrum             f 9,0 miljoen Verhuizing communicatie- en informatievoorzieningen KWC en uitwijk-enopleidingscentrum                                                  f3,5 miljoen Vervanging centrale bediening radio’s                                          f6,5 miljoen Vervanging overige communicatie- en informatievoorzieningen KWC en uitwijk- en opleidingscentrum                                 f 4,5 miljoen

Omdat voor diverse apparatuur nog een offerte gevraagd moet worden, kunnen nog enige prijsbijstellingen noodzakelijk zijn. Mochten kosten onverhoopt hoger uitvallen, dan zal de Tweede Kamer terstond opnieuw worden geïnformeerd.

Ten behoeve van de personele en materiële exploitatie van het KWC hebben de departementen die bij de verhuizing zijn betrokken een structureel bedrag van f 8 miljoen naar de defensiebegroting overgeheveld. De Koninklijke marine zal deze fondsen gebruiken voor de exploitatie van het KWC.

Zoals in de brief van de minister van Verkeer en Waterstaat van 14 oktober 1994 is uiteengezet, worden de voorziene investeringen grotendeels terugverdiend uit structurele besparingen op de materiële en de personele exploitatie. Die besparingen belopen ongeveer f 1,6 miljoen per jaar. Voorts is eenmalig f 0,4 miljoen aan de defensiebegroting toegevoegd voor initiële investeringen en nog eens f 0,25 miljoen met het oog op toekomstige vervangingsinvesteringen.

De aanbesteding van de bouw is voorzien voor oktober 1999; de werkelijke verhuizing van het KWC voor midden 2001.

Ten slotte

Het nieuwe plan zal midden 2001 resulteren in een modern, geïntegreerd MHK/KWC Nederland op het terrein van de Nieuwe Haven te Den Helder. Na de verhuizing beschikt het KWC bovendien op hetzelfde terrein over een volwaardig uitwijk- en trainingscentrum.

De Minister van Defensie, F. H. G. de Grave