Brief minister over terugkeer van geëvacueerde bewoners, publieksvoorlichting en schade-afwikkeling - Wateroverlast in Nederland - Hoofdinhoud

Deze brief is onder nr. 3 toegevoegd aan dossier 24071 - Wateroverlast in Nederland.

Officiële titel	Wateroverlast in Nederland; Brief minister over terugkeer van geëvacueerde bewoners, publieksvoorlichting en schade-afwikkeling
Document­datum	06-02-1995
Publicatie­datum	12-03-2009
Nummer	KST6530
Kenmerk	24071, nr. 3
Van	Binnenlandse Zaken
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 1994–1995

24 071

Wateroverlast in Nederland

Nr. 3

BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

’s-Gravenhage, 6 februari 1995

In het mondeling overleg met uw Kamer op donderdag 2 februari jl. is afgesproken dat de regering uw Kamer regelmatig zal informeren over de stand van zaken. Gaarne voldoe ik aan die afspraak.

• 1. 

  Algemene situatieschets

In de vorige rapportage aan uw Kamer van 2 februari jl. (24 071, nr. 2) werd al geconstateerd dat de toestand op dat moment stabiel kon worden genoemd. Sindsdien is de situatie verder verbeterd. De daling van het water zet door zonder ernstige problemen (bij voorbeeld afbrokkeling of inzakking van dijken) te veroorzaken. De toestand van verzadigde dijken en keringen wordt nauwlettend in de gaten gehouden.

De verbetering van de situatie komt mede tot uiting in het geleidelijk terugbrengen gedurende de afgelopen dagen van de bezetting van verschillende provinciale coö rdinatiecentra. Een nog duidelijker signaal voor de verbeterde toestand is natuurlijk de terugkeer van de geëvacu-eerden (zie ook paragraaf 2 van deze brief).

Het vorenstaande wil overigens zeker niet zeggen dat er geen problemen meer zijn als gevolg van wateroverlast. Dijkwegen zijn veelal nog afgesloten voor verkeer. Het scheepvaartverkeer mag slechts gefaseerd weer op gang komen. Velen kunnen hun woningen of bedrijven nog niet op de gebruikelijke wijze bereiken.

Problemen zijn er ook voor degenen die, met name in Limburg, terugkeren in hun woningen en bedrijven en daar worden geconfronteerd met – letterlijk – de ellende die het hoge water heeft achtergelaten.

De afwikkeling in fysieke, emotionele en financiële zin van de wateroverlast van de afgelopen weken, zal tijd vergen. Het streven van de regering is er op gericht de schade-afwikkeling voorzover door haar te beïnvloeden, zo snel en gecoö rdineerd mogelijk te doen verlopen (zie ook paragraaf 4 van deze brief).

Bijgaand treft u aan twee situatierapporten van het afgelopen week-einde.¹

• 2. 

  De terugkeer

Evenals de evacuatie is ook de terugkeer tot nu toe zeer goed verlopen. Er was natuurlijk sprake van drukte op de wegen; grote problemen hebben zich echter niet voorgedaan. Naar verwachting zal dit ook de komende dagen zo blijven.

De beheerste wijze waarop de terugkeer is verlopen verdient respect.

Ook wil ik waardering uitspreken voor de wijze van besluitvorming door de betrokken bestuurders over de openstelling van de geëvacueerde gebieden. De beslissingen zijn op verantwoorde wijze en na goed overleg met mij genomen.

• 3. 

  De publieksvoorlichting

Aangezien te voorzien viel dat het openstellen van gebieden zou leiden tot vele telefonische vragen van allerlei aard, is tegelijk met de eerste beslissing tot terugkeer een telefoonnummer landelijk opengesteld. Het Nationaal Voorlichtingscentrum op mijn ministerie heeft in dit kader een belangrijke coö rdinerende rol gespeeld. Gebleken is dat het telefoonnummer in een behoefte heeft voorzien: tot maandag 6 februari (begin van de ochtend) hebben ca. 6067 mensen het nummer gebeld.

• 4. 

  De schade-afwikkeling

In de ministerraad van vrijdag 3 februari jl. heeft besluitvorming plaatsgevonden over de (hoofdlijnen van) schadevergoedingsregelingen voor de diverse schade-categorieën. Over de uitkomsten van dit beraad wordt uw Kamer op korte termijn separaat geïnformeerd. De meest betrokken bewindspersonen zijn thans bezig de schadevergoedingsregelingen die onder haar of zijn verantwoordelijkheid vallen, nader in te vullen en te effectueren.

Wat betreft de schadevergoeding aan particulieren merk ik op dat een eerste overleg met de betrokken provincies en met het Nationaal Rampenfonds heden plaatsvindt. Werkafspraken zullen worden gemaakt over de organisatie en uitvoering van de schadevergoedingsregeling. Belangrijk uitgangspunt bij die afspraken is het realiseren van een voor alle provincies zo uniform mogelijke aanpak.

De Minister van Binnenlandse Zaken, H. F. Dijkstal

¹ Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.