Commissievergaderingen Tweede Kamer

Tijdens commissievergaderingen komen Tweede Kamerleden i in kleinere groepen (commissies) bijeen. Geregeld worden zij hierbij vergezeld door ministers i en staatssecretarissen i. De voornaamste taak is het bespreken van beleid en wetsvoorstellen. Tweede Kamercommissies i bepalen zelf wanneer zij vergaderen.

1.

Soorten overleg

Naar de aard van de te bespreken onderwerpen worden diverse typen overleggen onderscheiden:

  • in een commissiedebat i (voorheen algemeen (mondeling) overleg i) wordt met één of meer ministers en/of staatssecretarissen van gedachten gewisseld over het beleid, bijvoorbeeld naar aanleiding van een brief, notitie of rapport van het kabinet;
  • in een schriftelijk overleg i wordt op een vergelijkbare manier van gedachten gewisseld over het beleid, maar dan in schriftelijke vorm;
  • in een notaoverleg i wordt met één of meer ministers en/of staatssecretarissen van gedachten gewisseld over belangrijke nota's, brieven en notities van het kabinet. Tijdens een nota-overleg worden geen wetsvoorstellen behandeld. Een nota-overleg is 'zwaarder' van karakter dan een algemeen overleg;
  • in een wetgevingsoverleg i wordt met één of meer ministers en/of staatssecretarissen overlegd over een wetsvoorstel;
  •  

Het komt ook voor dat een commissie zich laat informeren door externe betrokkenen en deskundigen via een hoorzitting i of een rondetafelgesprek.

2.

Toegankelijkheid

De leden en plaatsvervangende leden van een commissie hebben toegang tot alle vergaderingen van een commissie. Deze vergaderingen zijn openbaar, maar:

  • de Tweede Kamer kan besluiten dat vergaderingen van een bepaalde commissie besloten mogen zijn;
  • de commissie kan besluiten dat haar procedurevergaderingen besloten zijn (in de regel is dat het geval);
  • de commissie kan op voorstel van een commissielid of minister besluiten een besloten vergadering te houden.
 

Meer over