Mr.Drs. A. (Atzo) Nicolaī

foto Mr.Drs. A. (Atzo) Nicolaī
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Privécollectie/DSM
Met dank overgenomen van Parlement.com.

Liberaal politicus, die dertien jaar voor de VVD actief was in de landelijke politiek. Daarvoor secretaris van de Raad voor de Kunst. Was als Tweede Kamerlid woordvoerder justitie, cultuur en sociale zaken. Stond bij de aanpak van criminaliteit bekend als hardliner. In de kabinetten-Balkenende I en II staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, belast met Europese samenwerking en daarna minister voor Bestuurlijke vernieuwing en Koninkrijksrelaties in Balkenende III i. Tijdens zijn staatssecretariaat was Nederland voorzitter van de EU en speelde het referendum over de EU-Grondwet i. Als minister was hij verantwoordelijk voor de slotakkoorden met de Antillen over staatkundige vernieuwing. Keerde in 2006 terug als Kamerlid en was daarna van 2011 tot 2019 voorzitter van de Raad van Bestuur van DSM.

VVD
in de periode 1998-2011: lid Tweede Kamer, staatssecretaris, minister

1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Atzo (Atzo)

geboorteplaats en -datum
Delft, 22 februari 1960

overlijdensplaats en -datum
Amstelveen, 19 augustus 2020

2.

Partij/stroming

partij(en)
VVD (Volkspartij voor Vrijheid en Democratie), vanaf 1993

3.

Hoofdfuncties/beroepen (9/15)

  • parttime projectleider voor de integratie van de ministeries van Onderwijs & Wetenschap en Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur tot het nieuwe ministerie van OCW, van 1997 tot 1998
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 19 mei 1998 tot 22 juli 2002
  • staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (belast met Europese samenwerking en internationaal cultuurbeleid), van 22 juli 2002 tot 7 juli 2006 (in het buitenland mocht hij de titel "Minister for European Affairs" voeren)
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 30 januari 2003 tot 27 mei 2003
  • minister zonder portefeuille, minister voor bestuurlijke vernieuwing en Koninkrijksrelaties, van 7 juli 2006 tot 22 februari 2007
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 30 november 2006 tot 1 juni 2011
  • voorzitter Raad van Bestuur N.V. Koninklijke DSM Nederland, van 1 juni 2011 tot 1 juni 2019
  • voorzitter pensioenfonds DSM, van 2012 tot 2018
  • voorzitter havenondernemersorganisatie Deltalinqs, van 1 januari 2020 tot 7 augustus 2020

takenpakket (bewindspersoon)
  • Was als staatssecretaris belast met aangelegenheden betreffende 1. de coördinatie van Europese onderwerpen, inclustief bilaterale onderwerpen; 2. de Europese integratie; 3. het budgetdesk van de Ecofin-raad; 4. het interne marktdeel van de Concurrentievermogen-raad; 5. het internationaal cultuurbeleid; 6. de coördinatie van het internationaal milieubeleid; 7. andere onderwerpen, voor zover de minister de behandeling daarvan niet aan zichzelf voorbehield.
  • Was als minister belast met 1. bestuurlijke vernieuwing, waaronder referendum, dualisering gemeente- en provinciebestuur en de gekozen burgemeester en het kiesstelsel; 2. Constitutionele zaken (inclusief het Statuut van het Koninkrijk der Nederlanden), met uitzondering van hoofdstuk 2, paragraaf 1 van de Grondwet, hoofdstuk 4 van de Grondwet en hoofdstuk 7 van de Grondwet (uitgezonderd de voorgenomen veranderingen van de aanstellingswijze van de burgemeester en het kiesrecht). Wat betreft paragraaf 2 van hoofdstuk 2 van de Grondwet is de minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties de eerste en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tweede ondertekenaar; 3. Organisatie en kwaliteit van de rijksdienst, waaronder het informatiebeleid van de openbare sector, de doorlichting van regelgeving en lastendruk voor burgers en overheden, waaronder de specifieke uitkeringen, de doorlichting van staand beleid en van zelfstandige bestuursorganen en het stelsel van adviesraden; 4. Grotestedenbeleid; 5. Koninkrijksrelaties (de samenwerking met de landen van het Koninkrijk, waaronder hoofdstuk IV van de rijksbegroting); 6. De Europese Unie, voor wat betreft de onderwerpen binnen het ministerie, waaronder de Europese Conventie en de daarop volgende Intergouvernementele Conferentie, uitmondend in een nieuw Verdrag van de Europese Unie.

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Partijpolitieke functies

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Nevenfuncties (2/25)

  • lid bestuur SmartPort
  • voorzitter Raad van Toezicht Rotterdams Philharmonisch Orkest, van 1 juli 2020 tot 19 augustus 2020

afgeleide functies, presidia etc.
lid Interparlementaire Commissie van de Nederlandse Taalunie, van november 2007 tot november 2010

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

6.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

7.

Activiteiten

als parlementariër (3/4)
  • In de periode 2007-2011 hield hij zich bezig met arbeid en zorg, luchtvaart, sociale zekerheid, buitenlandse zaken en beleid rond kinderopvang. Was in de jaren 2010-2011 buitenlandwoordvoerder van zijn fractie.
  • Bracht in 2009 namens zijn fractie een opzet uit voor wijzigingen van het Wetboek van Strafrecht om de vrijheid van meningsuiting beter te waarborgen
  • Kwam namens zijn fractie met voorstellen voor nieuwe vormen van criminaliteitsbestrijding, zoals gebruik van DNA, ID-plicht, langere TBS en strafverzwaring bij recidive. Deze werden destijds als ‘hard’ bestempeld, maar zijn later vrijwel allemaal ingevoerd. $B vkv9nu2cobxq

In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.


als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/11)
  • Stelde de Kafkabrigade in op 9 oktober 2006 om administratieve lasten voor burgers (onder meer voor ouders van kinderen met een handicap) te verlagen $B vkv9nu2cobxq
  • Wist als minister voor Koninkrijksrelaties op 3 november 2006 een akkoord te bereiken over wijziging van de staatkundige verhoudingen met de Antillen. Daarbij is voorzien dat Curaçao en Sint Maarten een zelfstandige status krijgen in het Koninkrijk en Bonaire, Sint Eustatius en Saba 'gemeenten' worden, waar deels de Nederlandse wetgeving van toepassing zal worden. Er zijn afspraken gemaakt tussen Nederland en Curaçao en Sint Maarten over een gezamenlijk justitie- en anti-corruptiebeleid. Een groot deel (80 procent) van de Antilliaanse schuld door Nederland zal worden overgenomen. Op 28 november 2006 verwierp de Eilandsraad van Curaçao het akkoord, waarna hij met de andere eilanden op 12 februari 2007 een overgangsakkoord sloot. In 2008 sloot Curacao zich erbij aan, zodat de nieuwe staatkundige verhoudingen en afspraken in 2010 voor de gehele Antillen van kracht werden. (30.800)
  • Verdedigde in 2006 in de Tweede Kamer het wetsvoorstel Wet algemene bepaling burgerservicenummer. Door deze wet werd het sociaal-fiscaalnummer (sofinummer) vervangen door een burgerservicenummer (BSN), waaraan de DigiD werd gekoppeld. Het wetsvoorstel was in 2005 ingediend door minister Pechtold en werd door staatssecretais Bijleveld in het Staatsblad gebracht. (30.312)

als bewindspersoon (wetgeving)
  • Bracht in 2004 samen met minister Bot de wet tot Goedkeuring van het op 16 april 2003 te Athene totstandgekomen Verdrag betreffende de toetreding van de Tsjechische Republiek, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en de Slowaakse Republiek tot de Europese Unie tot stand. Het wetsvoorstel was in 2003 (mede) ingediend en in de Tweede Kamer verdedigd door minister De Hoop Scheffer. (28.972)
  • Bracht in 2006 samen met minister Bot de wet tot Goedkeuring van de toetreding van Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie tot stand (30.256)
  • Bracht in 2006 als minister voor bestuurlijke vernieuwing de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen in het Staatsblad (Stb. 587). De wet zorgt voor een wettelijk kader waaraan zelfstandige bestuursorganen moeten voldoen, zoals goedkeuring van het bestuursreglement door de minister, een meldingsplicht voor leden van een ZBO als die nevenfuncties aanvaarden, en de opstelling van een jaarverslag. Het wetsvoorstel was in 2000 ingediend door minister De Vries, die het voorstel ook in 2002 in de Tweede Kamer verdedigde. (27.426)

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

8.

Wetenswaardigheden

uit de privésfeer
  • Werkte tijdens zijn studie als redacteur van enige tijdschriften en als musicalproducent
  • Zijn zus was voor GroenLinks deelgemeenteraadslid in Amsterdam-Watergraafsmeer

9.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • Toof Brader en Marja Vuijsje, "Haagse portretten. Tweede-Kamerleden, ministers, staatssecretarissen" (1999)
  • Mark Kranenburg, "Een ingetogen alleskunner die het onderste uit de kan haalde", NRC Handelsblad, 22-23 augustus 2020
  • "Atzo Nicolaï combineerde kennis van zaken met ontspannenheid", Trouw, 24 augustus 2020
  • Thom de Graaf, "Hoed af. Atzo Nicolaï (1960-2020)", in: Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2021, 134

10.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.