Amendement Wassenberg over verhoging van de strafmaxima - Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet dieren met het oog op de versterking en aanvulling van het instrumentarium ten behoeve van de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke sanctionering van dierenmishandeling, dierverwaarlozing en overtreding van bepalingen inzake dierenwelzijn, dierengezondheid en het aanhitsen van dieren (Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing) - Hoofdinhoud
Dit amendement i is onder nr. 12 toegevoegd aan wetsvoorstel 35892 - Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet dieren met het oog op de versterking en aanvulling van het instrumentarium ten behoeve van de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke sanctionering van dierenmishandeling, dierverwaarlozing en overtreding van bepalingen inzake dierenwelzijn, dierengezondheid en het aanhitsen van dieren (Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing); Amendement; Amendement van het lid Wassenberg over verhoging van de strafmaxima |
---|---|
Documentdatum | 15-03-2023 |
Publicatiedatum | 15-03-2023 |
Nummer | KST3589212 |
Kenmerk | 35892, nr. 12 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2022-2023
35 892 |
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet dieren met het oog op de versterking en aanvulling van het instrumentarium ten behoeve van de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke sanctionering van dierenmishandeling, dierverwaarlozing en overtreding van bepalingen inzake dierenwelzijn, dierengezondheid en het aanhitsen van dieren (Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing) |
Nr. 12 |
AMENDEMENT VAN HET LID WASSENBERG Ontvangen 15 maart 2023 De ondergetekende stelt het volgende amendement voor: I |
Na artikel I, onderdeel B, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende: Ba In artikel 350, tweede lid, wordt «drie jaren» vervangen door «vijf jaren» en wordt «vierde categorie» vervangen door «vijfde categorie». II Artikel III, onderdeel G, wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 8.12 wordt als volgt gewijzigd:
|
kst-35892-12 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023 |
Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 35 892, nr. 12 1 |
-
4.In het vierde lid wordt «zes maanden» vervangen door «een jaar» en wordt «derde categorie» vervangen door «vierde categorie».
-
5.Er wordt een lid toegevoegd, luidende:.
Toelichting
Dit amendement regelt een verhoging van het strafmaximum op alle delicten gerelateerd aan dierenmishandeling en -verwaarlozing. Met een hoger strafmaximum stelt de wetgever een duidelijke norm dat geweld tegen dieren onaanvaardbaar is. Het kan niet zo zijn dat eenvoudige diefstal zwaarder kan worden bestraft (maximaal vier jaar gevangenisstraf of een geldboete van de vierde categorie) dan het mishandelen en doden van een dier. Dieren zijn geen dingen maar wezens met gevoel, en verdienen door hun unieke positie en kwetsbaarheid extra bescherming van de wetgever. Bovendien beantwoordt een hoger strafmaximum aan de wens vanuit de samenleving om dierenbeulen zwaarder te straffen.1 Om niet te tornen aan de huidige systematiek van de Wet dieren is gekozen voor een algemene verhoging van alle delicten gerelateerd aan dierenmishandeling en -verwaarlozing.
De maximumstraf voor misdrijven zoals het doden, mishandelen of verwaarlozen van een dier, het houden van aangewezen dieren als dat verboden is, het organiseren van dierengevechten of het laten deelnemen van dieren aan dierengevechten, is momenteel drie jaar gevangenisstraf of een geldboete van de vierde categorie (€ 22.500). Indiener stelt voor het strafmaximum te verhogen naar vijf jaar of een geldboete van de vijfde categorie (€ 90.000). De maximumstraf voor overtredingen zoals een hulpbehoevend dier aan zijn lot overlaten, het houden van dieren waarvoor dit niet toegestaan is, het meedoen aan wedstrijden met een dier waarbij een verboden of aangewezen lichamelijke ingreep is verricht, of het aanwezig zijn bij dierengevechten, is momenteel hechtenis van ten hoogste zes maanden of een geldboete van de derde categorie (€ 9.000). Indiener stelt voor het strafmaximum te verhogen naar hechtenis van ten hoogste een jaar of een geldboete van de vierde categorie (€ 22.500).
De hogere strafmaxima zijn van toepassing op zowel particuliere als bedrijfsmatige houders van dieren.
Wassenberg
1 Kamerstukken II 2014/15, 34 437, nr. 1 (Burgerinitiatief «Een dier is geen ding»).
Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 35 892, nr. 12
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn, op de voet. De monitor signaleert de recent aan deze dossiers toegevoegde documenten en de vergaderingen waarin ze aan de orde komen. U ziet in één oogopslag van elk lopend wetsvoorstel de stand van zaken. Via e-mail-alerts en de nieuwsbrieffunctie zijn u en uw relaties altijd onmiddellijk op de hoogte.
Als u meer wilt weten over de Parlementaire Monitor, bekijk dan de uitgebreide beschrijving op www.pdc.nl of neem contact met ons op via info@parlementairemonitor.nl.