Experts beves­tigen: Nederland poten­tiële hotspot voor zoöno­tische uitbraken

Met dank overgenomen van Partij voor de Dieren (PvdD) i, gepubliceerd op dinsdag 13 juli 2021.

13 juli 2021

Het aantal dieren in de veehouderij moet omlaag, net als het aantal dieren per stal en het aantal pluimveebedrijven in waterrijke gebieden. Ook moet de ontbossing die in het buitenland plaatsvindt als gevolg van Nederlands beleid worden aangepakt, zoals de ontbossing voor de productie van veevoer. In een rapport van de expertgroep zoönosen dat vorige week verscheen, doen artsen, virologen en epidemiologen een flink aantal stevige aanbevelingen om de kans op een nieuwe uitbraak van een zoönose te verkleinen. Het rapport “Zoonosen in het vizier” is geschreven op verzoek van de Partij voor de Dieren.

In juni 2020 nam de Tweede Kamer de motie Ouwehand aan die het kabinet opriep om te komen met een plan van aanpak om nieuwe zoönosen zoveel mogelijk te voorkomen. Dit rapport reikt hiervoor de basis aan. Esther Ouwehand: “Meer dan driekwart van de virussen die mensen ziek maken, is oorspronkelijk afkomstig van dieren. In het rapport wordt beschreven hoe de opkomst van dit soort virussen het gevolg is van een wereldwijd gedrags- en consumptiepatroon dat uit balans is. Klimaatverandering, ontbossing, verstedelijking en de enorme hoeveelheid dieren in de veehouderij zorgen ervoor dat contacten tussen mens en dier toenemen. Virologen waarschuwen al jaren dat de kans op uitbraken van zoönosen toeneemt. Dat het wachten is op een pandemie. We zien in de coronapandemie waar dit toe kan leiden. Iedereen is het er over eens dat we dit niet nog eens willen meemaken.”

Hotspot

Het coronavirus kwam uit China, maar ook Nederland is een potentiële hotspot voor zoönotische uitbraken, bevestigen de experts in het rapport. De expertgroep heeft een grondige analyse gemaakt van alle risicofactoren en komt op basis daarvan met tal van aanbevelingen om nieuwe uitbraken in de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen. Van het aanpassen van het handelsbeleid, landbouwbeleid en klimaatbeleid tot en met de inzet op preventie in de gezondheidszorg en de aanleg en bescherming van natuurgebieden.

Ook de handel in wilde dieren zal moeten worden aangepakt, iets waar ook de Partij voor de Dieren al meermaals op gehamerd heeft. Nederland is een belangrijk doorvoerland voor de handel in wilde dieren en er is onvoldoende zicht op de specifieke diersoorten die illegaal worden ingevoerd. Gevaarlijke virussen kunnen op deze manier Nederland binnen worden gehaald. De experts adviseren daarom om zo snel mogelijk een positieflijst in te voeren.

Ouwehand: “Het is tijd voor actie. Er ligt nu een groot aantal aanbevelingen waar het volgende kabinet direct mee aan de slag kan en moet. De focus van het kabinet heeft tot nu toe gelegen op de korte termijn: het bestrijden van de gevolgen van de corona-uitbraak. En dat is begrijpelijk. Maar effectief beleid voor de lange termijn kan niet langer uitblijven. Patholoog Thijs Kuiken zei het onlangs treffend: ‘We kunnen als onderzoekers een vaccin tegen een virus maken, we kunnen bij sommige zoönosen tijdelijk het vervoeren van dieren aan banden leggen. Maar als we onze houding niet fundamenteel veranderen, zal telkens een nieuw probleem blijven opdoemen’.”

De Partij voor de Dieren heeft al een debat aangevraagd met de ministers van Landbouw en Medische Zorg. Dit zal na de zomer worden gehouden.

Esther Ouwehand schreef zelf eind 2020 een boek over de risico’s op uitbraken van zoönosen in ons land door de manier waarop hier enorme aantallen dieren gefokt en gedood worden. Lees hier meer over 'Dieren kunnen de pest krijgen. En dan?': https://www.partijvoordedieren...