Europese Commissie verheugd over besluit Europese Rekenkamer om EU-rekeningen voor 13e opeenvolgende jaar goed te keuren

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op dinsdag 10 november 2020.

De Commissie is verheugd over het besluit van de Europese Rekenkamer i om de jaarrekening van de EU voor het dertiende opeenvolgende jaar goed te keuren, omdat deze een getrouw beeld geeft. De Rekenkamer heeft, net als in de voorgaande jaren, ook erkend dat het ontvangstendeel van de EU-begroting goed werd beheerd.

De Commissie neemt er nota van dat de Rekenkamer heeft besloten zijn oordeel over de regelmatigheid van de uitgaven dit jaar te wijzigen, maar is verheugd over de beoordeling door de Rekenkamer van de EU-begroting voor meerdere belangrijke beleidsterreinen. Zo is de begroting op het gebied van cohesie en natuurlijke hulpbronnen, waartoe ook landbouw behoort, correcter besteed dan in het voorgaande jaar.

In 2019 had 55 % van de gecontroleerde uitgaven betrekking op natuurlijke hulpbronnen en administratieve uitgaven. Op deze gebieden lag het door de Rekenkamer vastgestelde geschatte foutenpercentage zelfs onder het materialiteitsniveau van de Rekenkamer. Boven dat niveau zouden de controleurs concluderen dat de uitgaven een aanzienlijk foutenpercentage vertonen. Over het geheel genomen blijft het door de Rekenkamer geschatte foutenpercentage voor de EU-uitgaven stabiel in vergelijking met vorig jaar.

Johannes Hahn i, commissaris voor Begroting en Administratie: “De Europese Commissie hanteert de strengste normen op het gebied van transparantie en verantwoordingsplicht en streeft ernaar dat elke cent wordt besteed in overeenstemming met de regels en wettelijke bepalingen. De Commissie blijft ook de strengste prestatienormen hanteren door programma's voortdurend te beoordelen en te verifiëren of deze op schema liggen om hun doelstellingen te verwezenlijken en of deze blijven aansluiten op de politieke prioriteiten. Dankzij de alomvattende aanpak en methodologie die de Europese Commissie en de uitvoerende partners in de lidstaten overeenkomstig het beginsel van gedeeld beheer hebben gevolgd, kunnen wij vertrouwen hebben in onze beheers- en controlesystemen en in de doeltreffendheid van de uitvoering van onze uitgavenprogramma's. Het gaat uiteindelijk om de bescherming van het geld van de belastingbetaler. Wij zullen onze op risicofactoren gebaseerde aanpak blijven verbeteren door de aanbevelingen van de Rekenkamer in ons meerjarenkader op te nemen en tegelijkertijd het delicate evenwicht te bewaren tussen controles, administratieve lasten, kosten, vereenvoudiging en efficiëntie.”

De Commissie zal haar werkzaamheden in dezelfde richting blijven voortzetten tot het einde van de huidige meerjarige financiële periode en vanaf 2021, wanneer de nieuwe langetermijnbegroting van start gaat. De Commissie zal zich blijven richten op vier belangrijke gebieden:

  • Samenwerken met de lidstaten en uitvoerende partners om ervoor te zorgen dat elke euro volgens de regels wordt uitgegeven

De EU-begroting wordt uitgevoerd in een complexe omgeving met een grote verscheidenheid aan partners in vele landen. Binnen de EU zijn de EU-lidstaten medeverantwoordelijk voor het beheer van ongeveer 75 % van de EU-begroting. Zij spelen een belangrijke rol op beleidsterreinen als cohesie- en landbouwuitgaven, waar het grootste deel van de begroting via de nationale en regionale beheersautoriteiten wordt verstrekt.

De Commissie hanteert strikte regels voor een goed en doeltreffend beheer van middelen. Zij werkt nauw samen met de lidstaten om ervoor te zorgen dat de begroting in overeenstemming met deze regels wordt besteed en dat elke euro uit de EU-begroting terechtkomt waar die het hardst nodig is.

Doel is fouten te voorkomen door ervoor te zorgen dat de lidstaten onregelmatigheden snel kunnen vaststellen, rapporteren en corrigeren, zodat ze geen middelen dreigen te verliezen waarop ze wel recht hadden.

  • Elke euro optimaal benutten

Het is voor de Commissie van essentieel belang dat elke euro uit de EU-begroting de best mogelijke resultaten oplevert voor alle beleidsterreinen. Daarom heeft de Commissie er doelgericht aan gewerkt dat de EU-begroting niet alleen in overeenstemming met de regels wordt besteed, maar dat er ook projecten worden gefinancierd waarmee EU-brede uitdagingen worden aangepakt en waar een groot aantal mensen baat bij hebben.

Op het gebied van onderzoek bijvoorbeeld had Horizon 2020 eind 2019 meer dan 23 000 organisaties ondersteund bij de toegang tot risicofinanciering, naast 5 522 hoogwaardige onderzoeksprojecten in het kader van de Europese Onderzoeksraad en 44 000 innovatieprojecten die prototypes en testactiviteiten omvatten. Het Galileo-programma heeft 26 satellieten in een baan om de aarde en helpt bij de verbetering van de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van locatiediensten van de smartphones van meer dan 1 miljard gebruikers wereldwijd.

De nadruk op EU-meerwaarde staat dan ook centraal in het voorstel van de Commissie voor de langetermijnbegroting voor de periode 2021-2027. Het is de bedoeling duidelijkere doelstellingen te formuleren en er wordt meer nadruk gelegd op prestaties. Het doel is resultaten gemakkelijker te kunnen monitoren en meten, en om bij te sturen waar dat nodig is. Dit moet leiden tot een verdere verbetering van de wijze waarop de EU-begroting wordt besteed.

  • Eenvoudigere regels om de EU-uitgaven doeltreffender te maken

De afgelopen jaren heeft de Commissie gewerkt aan een verdere vereenvoudiging van de regels voor de besteding van de EU-begroting, aangezien eenvoudigere regels betekenen dat financiering gemakkelijker toegankelijk wordt en er bij het beheer daarvan minder fouten worden gemaakt.

Dit stond ook centraal in het voorstel van de Commissie voor de volgende langetermijnbegroting van de EU. De Commissie heeft voorstellen gedaan om de regels voor de besteding van de EU-begroting te vereenvoudigen en verwacht dat de concrete ideeën zullen worden opgenomen in de definitieve compromissen voor de volgende langetermijnbegroting en NextGenerationEU.

  • Terugvordering van ten onrechte uitgegeven EU-middelen

Als beheerder van de EU-begroting streeft de Commissie ernaar dat programma's, nadat zij zijn afgesloten en alle controles zijn verricht, minder dan 2 % fouten vertonen. Dat is de door de Rekenkamer gehanteerde materialiteitsdrempel.

Daartoe houdt de Commissie toezicht op de praktische uitvoering van de EU-begroting. Als geld van de EU op een niet-correcte manier door de lidstaten of de eindbegunstigden wordt uitgegeven, kan de Commissie middelen terugvorderen om de EU-begroting te beschermen. De Commissie schat dat het resterende foutenrisico voor de EU-begroting, na correcties en terugvorderingen (ten belope van 1,5 miljard euro in 2019), in 2019 minder dan 1 % bedraagt.

Achtergrond

De publicatie van het jaarverslag van de Europese Rekenkamer is het startschot voor de jaarlijkse “kwijtingsprocedure” van de EU-begroting. Ter voorbereiding van het proces heeft de Commissie in juli 2020 verslag uitgebracht over de uitvoering van de EU-begroting in het pakket Geïntegreerde financiële en verantwoordingsverslagen, dat het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag omvat. Uit die verslagen blijkt dat de EU-begroting in 2019 concrete resultaten heeft opgeleverd, heeft bijgedragen tot het verwezenlijken van de politieke prioriteiten van de Europese Unie, meerwaarde voor de Europese burgers heeft opgeleverd en is uitgevoerd in overeenstemming met de EU-regels.

Het geschatte foutenpercentage is geen graadmeter voor fraude, ondoelmatigheid of verspilling. Het is slechts een raming van de reeds uit de EU-begroting betaalde middelen, ook al zijn bepaalde regels niet nageleefd.

Meer informatie