Parlement maakt zich sterk voor ambitieuze EU-meerjarenbegroting (infografiek)

Met dank overgenomen van Europees Parlement (EP) i, gepubliceerd op woensdag 3 juni 2020.

EP i-leden willen een solide EU i-begroting voor 2021-2027 die de uitdagingen van Europa kan aangaan en aan Europese verwachtingen kan voldoen.

De begroting zorgt ervoor dat de EU de financiële middelen heeft om programma’s en projecten uit te voeren voor de Europeanen. EU-financiering steunt landbouwers, steden, regio’s, studenten, onderzoekers, bedrijven en ngo’s.

De huidige meerjarenbegroting van de EU eindigt op 31 december 2020. De Europese Commissie i presenteerde in mei 2018 haar voorstel voor de aankomende termijn 2021 tot 2027 en het Europees Parlement nam in november 2018 zijn standpunt in en bevestigde dit in oktober 2019. Lidstaten van de Raad i hebben nog geen akkoord kunnen bereiken over de begroting, wat wil zeggen dat de budgetonderhandelingen tussen de instellingen nog niet kunnen starten.

Na de EU-top i van 20-21 februari over de meerjarenbegroting van de EU, zei Parlementsvoorzitter David Sassoli dat het Parlement teleurgesteld was dat de Europese Raad er niet in geslaagd was om tot een akkoord te komen en hoopte dat toekomstige onderhandelingen zullen aantonen dat de EU klaar is om met voldoende financiering achter haar ambitieuze doelstellingen te staan.

“Europa kampt met ongekende uitdagingen zoals klimaatverandering, digitalisering en een nieuwe geopolitieke orde,” zei Sassoli i. “Het afzwakken van onze ambitie kan alleen maar een negatieve impact hebben op jaren van vooruitgang en integratie.”

Terwijl de uiteindelijke beslissing over de meerjarenbegroting door de Raad wordt genomen, op basis van het resultaat van de onderhandelingen, moet het Parlement zijn goedkeuring geven voor het van kracht kan gaan.

EU-begroting met oog op de toekomst

Het Parlement heeft voortdurend gepleit dat de EU de vereiste middelen nodig heeft om te kunnen investeren in de toekomst van de EU, om aan de verwachtingen van de mensen te voldoen en om haar beloftes en ambities na te komen.

Eén van belangrijkste vragen is hoe EU-financiering Europeanen het beste kan helpen. EP-leden willen de huidige financiering voor landbouwers en armere regio’s behouden. Het gemeenschappelijk landbouwbeleid wordt exclusief gefinancierd op EU-niveau om veilige en kwalitatieve voeding en een redelijk inkomen voor landbouwers te voorzien. Steun voor armere regio’s stimuleert solidariteit en verzekert dat iedereen voordeel heeft van de interne markt.

Maar de EU staat voor andere uitdagingen die voldoende investering nodig hebben, zoals migratie en veiligheid en nieuwe uitdagingen zoals de ontwikkeling van digitale technologieën. Het Parlement wil dat klimaatactie in de EU-begroting meer en voldoende gefinancierd wordt. Om ervoor te zorgen dat er geen achterblijvers zijn tijdens de transitie naar een CO2-neutrale economie, willen Europarlementariërs een mechanisme voor een rechtvaardige transitie. EP-leden vragen ook bijkomende investeringen voor onder andere jongeren, onderzoek, innovatie en kleine en middelgrote bedrijven.

EU-voordelen wegen zwaarder dan de bijdragen

Het EU-budget is een investeringsmechanisme dat een toegevoegde waarde is en grensoverschrijdende mogelijkheden schept voor mensen en bedrijven.

Bijvoorbeeld de interne markt van de EU verwijdert economische barrières en maakt het voor bedrijven van elk EU-land mogelijk om op de markt van andere lidstaten actief te zijn. Volgens schattingen van de Europese Commissie zijn de voordelen veel groter dan de bijdragen van elk land aan de EU-begroting.

Studies tonen aan dat de interne markt sinds 1990 3,6 miljoen banen heeft gecreëerd. Zonder de interne markt zou het GDP van Europa trouwens 8,7% lager liggen. De gemiddelde burger verdient bovendien €840 meer per jaar dankzij de interne markt.

Aan de verwachtingen van Europeanen voldoen

Mensen verwachten dat de EU aandacht besteedt aan hun prioriteiten, maar de 2019 Eurobarometerenquête toont aan dat er een verschil is tussen wat de mensen wíllen dat de EU voor hen doet en wat volgens hen de voornaamste uitgaven van de EU zijn.

48% van de respondenten zei dat de EU-begroting gespendeerd moet worden aan werkgelegenheid en sociale zaken, en 41% vond dat het gespendeerd moet worden aan klimaat en milieubeleid (respondenten moesten hoogstens 4 voornaamste beleidsterreinen aanduiden). Daartegenover staat dat slechts 16% dacht dat het grootste deel van de EU-begroting in werkelijkheid gespendeerd wordt aan werkgelegenheid en sociaal beleid en 17% zei dat het meeste naar klimaat en milieubeleid gaat.

Hoe groot moet een goede EU-begroting zijn?

De grootte van de EU-begroting is een fractie van de nationale uitgaven van EU-landen. Na een evaluatie van de nodige middelen om de doelstellingen van alle beleidsterreinen te halen, stelt het Parlement een begroting voor van 1,3% van het nationale inkomen. De gemiddelde nationale uitgaven van de EU-landen is meer dan 47% van het GDP.

EP-leden hebben er herhaaldelijk op aangedrongen dat de begroting niet alleen afhangt van rechtstreekse bijdragen van de lidstaten, maar roepen ook op tot het gebruik van eigen middelen voor de begroting. Bronnen van inkomsten kunnen bijvoorbeeld een heffing op plastic zijn, inkomsten van het EU-emissiehandelssysteem (ETS of CO2-uitstoot door de industrie) of een nieuwe belasting voor bedrijven in de digitale sector. EP-leden zeiden in een resolutie van oktober 2019 dat het Parlement zijn goedkeuring op de volgende meerjarenbegroting niet zou geven zonder een akkoord over de herziening van de inkomsten van eigen middelen.

Productinformatie

REF.: 20200227STO73523