Programma Commissie-Von der Leyen

Met dank overgenomen van Europa Nu.

Op 16 juli 2019 presenteerde Ursula von der Leyen i haar politieke programma aan het Europees Parlement i. Aansluitend stemde het Parlement met een nipte meerderheid van 383 van de 647 stemmen in met haar benoeming tot voorzitter van de Europese Commissie i. Het programma dat Von der Leyen in juli 2019 presenteerde geeft een goed beeld van het beleid dat de Commissie-Von der Leyen wil gaan uitvoeren.

Het programma bestaat uit zes speerpunten. Op plaats één staat de ontwikkeling van een nieuwe Europese Green Deal waarin moet worden vastgelegd hoe de EU erin gaat slagen om voor 2050 volledig klimaatneutraal te zijn. Daarna volgen het bewerkstelligen van een 'economie voor de burger', een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk, de bescherming van de Europese levenswijze, een sterker Europa in het internationale veld en een verdere ontwikkeling van de Europese democratie.

1.

Prioriteiten

Europese Green Deal

Von der Leyen geeft aan dat ze van Europa het eerste klimaatneutrale continent wil maken. Om dat te bereiken moet de Europese Green Deal binnen 100 dagen van haar voorzitterschap op tafel liggen. Belangrijk onderdeel hiervan is de eerste Europese klimaatwet die op 30 juni 2021 van kracht werd, met als doel de CO2 uitstoot in 2030 met 55 procent te verlagen ten opzichte van het niveau in 1990. Om dit te bereiken is een transitie naar een circulaire economie noodzakelijk. Met het doel deze transitie soepel te laten verlopen wordt een transitiefonds in het leven geroepen dat steun biedt aan burgers en regio's waar de veranderingen op het gebied van klimaat het meest ingrijpend zijn.

Ook op intercontinentaal gebied wil Von der Leyen de leiding nemen: voor 2030 moet de mondiale CO2-uitstoot niet met 40% maar met 50% verlaagd worden. De EU moet initiatiefnemer zijn in de noodzakelijke internationale onderhandelingen en moet zelf het voortouw nemen door de doelstelling voor Europa op te schroeven naar een verkleining van de uitstoot van 55%.

Economie voor de burger

Het geld dat Von der Leyen wil besteden om haar klimaatdoelstellingen te halen, moet eerst verdiend worden. Dat wil ze doen door de Europese sociale markteconomie te versterken, en dan met name de ondernemingen van klein en gemiddeld formaat. Ze wil een fonds in het leven roepen om het voor kleine ondernemingen gemakkelijker te maken te groeien en daarmee innovatie te stimuleren.

Ze geeft aan dat de nadruk weer op het 'sociale' aspect van de sociale markteconomie moet komen te liggen. Voor het goed functioneren van de sociale markteconomie is het volgens Von der Leyen van groot belang dat alle werkende burgers het gevoel hebben dat hun werk gewaardeerd wordt. Hiervoor zijn 'eerlijke' minimumlonen cruciaal. Eveneens van belang zijn het aanpakken van ongelijke salarissen van mannen en vrouwen en belastingontwijking door grote (tech)corporaties.

Bovendien pleit Von der Leyen voor een verdere verdieping van de Economische en Monetaire Unie i en het voltooien van de Europese Bankenunie i.

Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk

Europa moet volgens Von der Leyen de mogelijkheden van nieuwe technologiëen - met name die van kunstmatige intelligentie (AI) - omarmen. Wel moet dit gebeuren op een veilige en ethisch verantwoorde wijze. Dit houdt in dat er binnen 100 dagen van Von der Leyen's ambtstermijn wetgeving moet liggen die een Europese coördinatie van de ethische gevolgen van AI mogelijk maakt.

De mogelijkheden die de digitalisering biedt voor de ontwikkeling van een 'Europees onderwijsgebied' moeten aangegrepen worden. Daarnaast streeft Von der Leyen ook naar een volledige digitalisering van de Commissie zelf.

Bescherming van de Europese levenswijze

Dit is het meest besproken speerpunt van het programma-Von der Leyen. De discussie richt zich voornamelijk op de titel, die op verschillende wijzen is geïnterpreteerd. De uitwerking van het speerpunt in het programma richt zich echter voornamelijk op de bescherming van de rechtsstaat. Von der Leyen beschouwt een sterke rechtsstaat als de basis waarop het gehele Europese project rust. Daarom schrijft ze in haar plan dat er in geen enkel geval concessies gedaan mogen worden. Alles wijst dus op een voortzetting van de harde aanpak van bedreigingen die het vicevoorzitterschap van Frans Timmermans i in de Commissie-Juncker i kenmerkte.

Daarnaast pleit Von der Leyen voor harde externe grenzen die zachte interne grenzen mogelijk moeten maken. Concreet betekent dit dat de beoogde 10.000 Frontex i troepen voor de bescherming van de Europese grenzen en kusten al eerder dan het beoogde 2027 actief moeten zijn. Door deze versterking van de externe grenzen kan er weer nieuw leven in de Schengen i-zone worden geblazen, die door de migratiestroom onder druk is komen te staan. Wat betreft de migranten waartegen de grenswacht op moet treden, geeft Von der Leyen aan dat er vooral naar oplossingen op niet-Europees grondgebied gekeken moet worden. De EU moet steun verlenen aan zowel de thuislanden van de vluchtelingen en de niet-Europese landen waar de vluchtelingen ondergebracht worden.

Een sterker Europa in het internationale veld

Von der Leyen wil het aantal Europese handelsverdragen blijven uitbreiden. Zo moeten de akkoorden met Australië, Nieuw-Zeeland en een aantal Aziatische landen afgerond worden. Ook met het Verenigd Koninkrijk moet een strategisch partnerschap worden bewerkstelligd. Het uitbreiden van de intercontinentale handel is volgens Von der Leyen nodig om de welvaart binnen Europa te stimuleren en om de Europese normen en waarden over de wereld te verspreiden.

Daarnaast krijgen alle nieuwe verdragen een hoofdstuk 'duurzame ontwikkeling', zodat de verdragen bij kunnen dragen aan het behalen van de klimaatdoelen en het versterken van de arbeidsbescherming. Ten slotte moeten er in de komende vijf jaar grote stappen gezet worden in het creëren van een Europese defensie-unie.

Nieuwe ontwikkeling van de Europese democratie

Tussen 2020 en 2022 moet een twee jaar durende conferentie over de toekomst van Europa georganiseerd worden, waarin burgers, bedrijven en instellingen zich uit kunnen spreken over hun visie op de toekomst van de EU. Ook wil Von der Leyen het Europees Parlement het recht van initiatief verlenen en de samenwerking tussen het Parlement en de Commissie versterken. Verder zegt ze weer terug te willen naar verkiezingen van de commissievoorzitter op basis van Spitzenkandidaten, al moet dit systeem flink verbeterd worden.

Door het gehele plan staan zinnen waarin Von der Leyen aangeeft de invloed van het Europees Parlement te willen vergroten. Zo wil ze dat er alleen handelsverdragen worden gesloten wanneer het EP daar toestemming toe heeft gegeven en geeft ze aan de rol van het Parlement in het economische bestuur van de EU te willen vergroten. In geen enkel geval wordt echter gesproken over plannen om wetmatig vast te leggen dat het Parlement meer bevoegdheden krijgt.

2.

Moeilijkheden

Voornamelijk op het vierde punt uit het plan - de bescherming van de Europese levenswijze - is veel kritiek gekomen. Enerzijds betreft dit de vraag wat de 'Europese levenswijze' inhoudt. Hierop geeft het rapport van Von der Leyen geen sluitend antwoord. Alleen het belang van de de rechtsstaat wordt aangegeven. Anderzijds worden in het gelijknamige portfolio van Margaritis Schinas i de onderwerpen veiligheid en migratie gekoppeld. Dit wekt volgens sommigen de indruk dat migranten een bedreiging voor de Europese identiteit en veiligheid zouden vormen.

Ook het feit dat de thema's rechtsstaat en democratie niet meer tot de portefeuille van een vicevoorzitter behoren, wordt door een aantal journalisten en politici als problematisch beschouwd. Frans Timmermans, die als vicevoorzitter in de Commissie-Juncker wel voor deze onderwerpen verantwoordelijk was, lag vaak in de clinch met Hongarije en Polen over de manier waarop deze lidstaten de democratie en de rechtspraak in gevaar zouden brengen. Vooral het feit dat de Tsjechische Vera Jourova i nu verantwoordelijk wordt voor deze thema's, wordt als probleem bestempeld. Zij is namelijk lid van de partij van de voormalige Tsjechische premier Andrej Babis i, die vaak de kant van Hongarije en Polen koos wanneer zij vanuit Brussel bekritiseerd werden over de rechtstatelijke ontwikkelingen in die landen.

3.

Meer informatie