Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2017/825 om de financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen en de algemene doelstelling ervan aan te passen

1.

Kerngegevens

Document­datum 11-12-2017
Publicatie­datum 12-12-2017
Kenmerk 15663/17
Van Secretary-General of the European Commission, signed by Mr Jordi AYET PUIGARNAU, Director
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Raad van de Europese Unie

Brussel, 11 december 2017 (OR. en)

15663/17

Interinstitutioneel dossier: 2017/0334 (COD) i

ECOFIN 1119 UEM 350

VOORSTEL

van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

ingekomen: 7 december 2017

aan: de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

Raad van de Europese Unie

Nr. Comdoc.: COM(2017) 825 final i

Betreft: Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2017/825 om de

financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen en de algemene doelstelling ervan aan te passen

Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2017) 825 final i.

Bijlage: COM(2017) 825 final i

EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 6.12.2017 COM(2017) 825 final i

2017/0334 (COD) i

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) 2017/825 om de financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen en de algemene

doelstelling ervan aan te passen

TOELICHTING

  • 1. 
    ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Het steunprogramma voor structurele hervormingen voor de periode 2017-2020 loopt sinds 20 mei 2017 en beschikt over een budget van 142,8 miljoen EUR 1 . Het werd vastgesteld met als doel het versterken van het vermogen van de lidstaten om groei-ondersteunende bestuurlijke en structurele hervormingen voor te bereiden en uit te voeren, onder andere door middel van bijstand voor efficiënte en doeltreffende inzet van de fondsen van de Unie. De steun in het kader van het programma wordt op verzoek van een lidstaat door de Commissie verleend en kan betrekking hebben op een breed scala aan beleidsterreinen.

Sinds de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen in werking is getreden, hebben de lidstaten zeer veel gebruik gemaakt van het programma en zijn er veel meer aanvragen voor steun geweest dan er financiering beschikbaar was per jaar. Dit wordt bevestigd door de gegevens voor de cyclus 2017: ondanks de late goedkeuring van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen hebben 16 lidstaten 271 steunverzoeken ingediend voor een totaalbedrag van naar schatting meer dan 80 miljoen EUR, terwijl de jaarlijkse toewijzing voor 2017 22,5 miljoen EUR bedraagt. De Commissie heeft daarom een strenge selectie op basis van prioriteiten moeten uitvoeren, waardoor meerdere verzoeken niet zijn geselecteerd voor financiering. De situatie is nog acuter voor de recent gelanceerde cyclus 2018 (de uiterste termijn voor het indienen van verzoeken was 31 oktober 2017): 24 lidstaten hebben 444 steunverzoeken ingediend voor een totaalbedrag van naar schatting ongeveer 152 miljoen EUR, terwijl de jaarlijkse toewijzing voor 2018 30,5 miljoen EUR bedraagt. Hieruit blijkt duidelijk dat de steunbehoeften in de praktijk en de interesse van de lidstaten voor steun de momenteel beschikbare financiële middelen van het programma ruimschoots overstijgen.

De tot nu toe opgedane ervaring heeft aangetoond dat veel lidstaten steun in het kader van het programma hebben aangevraagd en dat de steunverzoeken verdeeld zijn over alle voor steun in aanmerking komende beleidsterreinen die onder het programma vallen, zoals bestuur en overheidsbestuur, inkomstenbeheer en beheer van overheidsfinanciën, groei en ondernemingsklimaat, arbeidsmarkt, onderwijs, gezondheidszorg en sociale diensten, de financiële sector, en toegang tot financiering.

Zoals voorzitter Juncker in zijn toespraak (en de bijhorende intentieverklaring) voor het Europees Parlement van 13 september 2017 over de Staat van de Unie 2 heeft aangegeven, is het de bedoeling dat de euro de munteenheid van de hele Unie wordt en dat daarom uiteindelijk, op twee na, alle lidstaten tot de eurozone mogen en moeten toetreden. Er is dus een duidelijke behoefte om vooruit te denken en de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone wanneer zij dit wensen te ondersteunen bij de voorbereiding op hun toetreding tot de eurozone. Om aan te sluiten bij de eurozone moeten de lidstaten voldoen aan de zogenaamde "criteria van Maastricht" of "convergentiecriteria", waarmee wordt aangetoond

1 Verordening (EU) 2017/825 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot vaststelling van het steunprogramma voor structurele hervormingen voor de periode 2017-2020 en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1303/2013 i en (EU) nr. 1305/2013 i (PB L 129 van 19.5.2017, blz. 1).

dat zij een hoge mate van duurzame convergentie hebben bereikt.

De economische en financiële crisis heeft aangetoond dat, naast nominale convergentie, echte convergentie en een veerkrachtige economie die op solide economische structuren is gebaseerd waardoor lidstaten efficiënt schokken kunnen opvangen en er snel van kunnen herstellen, van cruciaal belang zijn om een succesvolle deelname aan de eurozone te garanderen. Hiervoor moeten de lidstaten in het bijzonder de capaciteit hebben om hun begroting te beheren in overeenstemming met de beginselen van gezond beheer van de overheidsfinanciën en in institutioneel opzicht klaar zijn voor deelname aan de bankenunie. Daarnaast zijn goed functionerende arbeids- en productmarkten, die externe schokken kunnen opvangen, een hoge mate van integratie op het gebied van handel in goederen en diensten, en goed functionerende overheidsdiensten van het grootste belang voor een succesvolle integratie in de eurozone.

Tegen de achtergrond van i) de grotere financieringsbehoefte voor steunverlening voor de uitvoering van structurele hervormingen en ii) de behoefte om de lidstaten die van plan zijn de euro in te voeren te ondersteunen bij het versnellen van het proces van reële convergentie en het ontwikkelen van veerkrachtigere economische en sociale structuren om ervoor te zorgen dat die lidstaten zonder problemen aan de economische en monetaire unie kunnen deelnemen, verbindt de Commissie zich er, in eerste instantie, toe om het budget van het steunprogramma voor structurele hervormingen voor de periode 2019-2020 met 80 miljoen EUR te verhogen. Dit moet gebeuren door middel van het flexibiliteitsinstrument op grond van artikel 11 van het huidige meerjarige financiële kader 3 . Hierdoor zouden de totale financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen op 222,8 miljoen EUR uitkomen. Door de stijging zou niet alleen kunnen worden voldaan aan de vraag naar steun vanuit de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone die de euro willen invoeren en hun economie moeten hervormen, maar zou ook tegemoet kunnen worden gekomen aan het grotere aantal en de stijgende kosten van de verzoeken om steun voor de uitvoering van bestuurlijke en structurele hervormingen.

Dit bijkomende budget zou worden aangevuld door de lidstaten uit te nodigen om, in overeenstemming met artikel 11 van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen, gebruik te maken van de mogelijkheid om een deel van hun middelen uit de technische-bijstandscomponent van de Europese structuur- en investeringsfondsen naar het steunprogramma voor structurele hervormingen over te dragen voor steunverlening voor de uitvoering van hervormingen, waaronder hervormingen die verband houden met de invoering van de euro. Op basis van de huidige ramingen van de mogelijke behoefte aan steun, zou deze aanvulling het totale bedrag van het budget dat voor steun beschikbaar is tot 300 miljoen EUR verhogen, en zou de steuncapaciteit in 2020 dus verdubbelen.

De steun zou bijstand op maat aanbieden voor de uitvoering van alle beleidsmaatregelen met behulp waarvan de lidstaten een hoge mate van duurzame convergentie kunnen bereiken. De steun zal met name worden aangeboden op het gebied van ondernemingsklimaat, de financiële sector, arbeids- en productmarkten, overheidsdiensten en het beheer van overheidsfinanciën. De belangrijkste hervormingen die nodig zijn om duurzame reële convergentie te bevorderen, zullen in het kader van het Europees semester aan de orde komen.

Binnen een specifieke actielijn zullen de lidstaten die stappen willen zetten in de richting van de invoering van de euro, in dialoog met de Commissie, een beperkte reeks hervormingstoezeggingen doen die van bijzonder belang zijn voor een succesvol lidmaatschap van de eurozone. Deze hervormingstoezeggingen zouden ook worden weergegeven in het nationale hervormingsprogramma van de betrokken lidstaten. De Commissie zal via de ondersteuningsdienst voor structurele hervormingen met de betrokken lidstaten een nieuw samenwerkings- en steunplan overeenkomen, met aandacht voor het leveren van technische steun voor de uitvoering van de hervormingstoezeggingen die met de invoering van de euro verband houden. Deze regeling zou volledig vrijwillig zijn en zou zonder enige medefinanciering van de begunstigde lidstaten worden aangeboden.

Samenhang met bestaande beleidsbepalingen op het beleidsterrein

Het steunprogramma voor structurele hervormingen is een innovatief Unieprogramma waarbij de Commissie lidstaten op hun verzoek steun verleent voor de opzet en de uitvoering van bestuurlijke en structurele hervormingen. Het steunprogramma voor structurele hervormingen is toegespitst op bijstand op maat en deskundigheid in de praktijk om de nationale autoriteiten van de verzoekende lidstaten te begeleiden tijdens het hele hervormingsproces of in welbepaalde stadia of verschillende fasen ervan. Daarbij wordt uitgegaan van de meest dringende behoeften van het land, zoals die door de Commissie en de betrokken lidstaat zijn vastgesteld in een samenwerkings- en steunplan.

Het steunprogramma voor structurele hervormingen vormt een aanvulling op de bestaande middelen voor capaciteitsopbouw en technische bijstand, die beschikbaar zijn in het kader van andere financieringsprogramma's van de Unie uit hoofde van het meerjarige financiële kader, en op technische bijstand en andere maatregelen die door de fondsen van de Unie worden gefinancierd. Dit wordt zowel in de programmerings- als in de uitvoeringsfasen gewaarborgd. Hiertoe heeft de Commssie een coördinatiemechanisme voor technische steun opgezet waaraan de betrokken diensten deelnemen. Dat moet ervoor zorgen dat de in het kader van programma's en fondsen van de Unie verleende steun consistent is en dat overlapping met de maatregelen in het kader van het steunprogramma voor structurele hervormingen wordt vermeden.

Dit voorstel is erop gericht de financiële toewijzing van het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen, zodat de Commissie tegemoet kan komen aan de behoeften van in het bijzonder de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone en die aan structurele hervormingen beginnen om hun economie schokbestendiger te maken en beter voor te bereiden op lidmaatschap van de eurozone, alsook aan de behoeften die ontstaan door het grotere aantal en de stijgende kosten van de steunverzoeken van alle lidstaten in verband met de uitvoering van structurele hervormingen.

Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie

Het voorstel sluit aan op en draagt bij tot belangrijke beleidsinitiatieven van de Unie, zoals het Europees semester en de voorstellen in de discussienota over de verdieping van de economische en monetaire unie 4 , en stemt overeen met de toespraak over de Staat van de Unie 2017 (en de bijhorende intentieverklaring) die voorzitter Juncker op 13 september 2017 voor het Europees Parlement heeft gehouden en waarin hij een ontwerp van de versterking van de toekomstige economische en monetaire unie heeft voorgesteld.

Met het voorstel kunnen meer financiële middelen beschikbaar worden voor steunverlening voor noodzakelijke hervormingen, waardoor de economieën van de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone schokbestendiger zouden worden en het goed doen wanneer zij zich bij de eurozone aansluiten. Bovendien kunnen met dit voorstel meer middelen beschikbaar worden om de uitvoering van structurele hervormingen in de hele Unie te steunen.

  • 2. 
    RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Het steunprogramma voor structurele hervormingen is gebaseerd op artikel 175, derde alinea, en artikel 197, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Dit voorstel bevat een wetswijziging om i) de bijdrage van het programma om de deelname aan de eurozone te vergemakkelijken voor lidstaten die de euro niet als munt hebben, aan te geven, ii) de specifieke financiële middelen van het programma te verhogen (door middel van het flexibiliteitsinstrument van het huidige meerjarige financiële kader), en iii) de algemene doelstelling van het steunprogramma voor structurele hervormingen aan te passen om het verband te benadrukken met de voorbereiding op lidmaatschap van de eurozone. Het speelt ook in op een aantal technische wijzigingen wat betreft het gebruik van steunuitgaven van het programma. Op grond van de toegenomen financiële middelen kan het steunprogramma voor structurele hervormingen een essentiële bijdrage leveren aan het creëren van veerkrachtiger economische structuren in de lidstaten en aan het bereiken van duurzame convergentie in de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone en die zich voorbereiden op de toetreding tot de eurozone.

Subsidiariteit (voor niet-exclusieve bevoegdheden)

De financiering van de activiteiten van het programma via de voorgestelde wijziging is in overeenstemming met het beginsel van Europese meerwaarde en het subsidiariteitsbeginsel. Er zijn meer middelen uit de begroting van de Unie nodig met betrekking tot de algemene steun voor de uitvoering van structurele hervormingen in het licht van het feit dat de lidstaten onverwacht zeer veel gebruikt hebben gemaakt van het programma. Deze zijn ook nodig in het licht van de doelstelling om duurzame convergentie in de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone te ondersteunen. Dit is van cruciaal belang voor de welvaart van de Unie en, in het bijzonder, voor een vlotte werking van de eenheidsmunt. Geen van deze doelstellingen (steun voor structurele hervormingen in het algemeen en steun voor lidmaatschap van de eurozone)

4 COM(2017) 291 i van 31.5.2017.

kan in voldoende mate worden bereikt door de lidstaten afzonderlijk ("noodzakelijkheidstoets"), terwijl het optreden van de Unie een meerwaarde kan bieden ten opzichte van maatregelen die de lidstaten alleen uitvoeren ("effectiviteitstoets").

De Unie is immers beter dan de lidstaten in staat om de beste beschikbare expertise te identificeren, mobiliseren en coördineren (die expertise kan worden geleverd door diensten van de Europese instellingen, diensten van andere landen of door internationale organisaties) en om de uitwisseling van goede praktijken te stimuleren (en voor consistente verspreiding ervan in de hele Unie te zorgen) om de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone bij te staan op weg naar toetreding tot de eenheidsmunt en om de uitvoering van gerichte groeibevorderende hervormingen in de lidstaten te ondersteunen.

Evenredigheid

Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel: het is beperkt tot het minimum dat vereist is om de genoemde doelstelling op Europees niveau te verwezenlijken en gaat niet verder dan wat daartoe nodig is.

Keuze van het instrument

Het voorstel is een wijziging van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen.

  • 3. 
    RESULTATEN VAN EVALUATIES ACHTERAF, RAADPLEGINGEN VAN

    BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Deze wijziging wil een antwoord bieden op een dringende behoefte om steun te bieden aan de lidstaten die geen lid zijn van de eurozone en die aan structurele hervormingen beginnen om hun economie schokbestendiger te maken, het proces van reële convergentie te versnellen en hen beter voor te bereiden op lidmaatschap van de eurozone. De wijziging heeft ook als doel de totale financiële middelen te verhogen om te voldoen aan de veel hoger dan verwachte vraag naar steun van de lidstaten in verband met de uitvoering van structurele hervormingen.

Gezonde regelgeving en vereenvoudiging

Het voorstel hangt niet samen met de activiteiten inzake gezonde regelgeving en vereenvoudiging en leidt niet tot nalevingskosten voor kleine en middelgrote ondernemingen of andere belanghebbenden. Het steunprogramma voor structurele hervormingen wordt binnenkort uitgevoerd via een elektronisch platform (JIRA), dat beschikbaar zal zijn voor de diensten van de Commissie en de lidstaten.

Grondrechten

Het voorstel heeft gunstige gevolgen voor de instandhouding en ontwikkeling van de grondrechten van de Unie, indien de lidstaten technische steun vragen en ontvangen op daarmee verband houdende gebieden. Steun op gebieden als migratie, arbeidsmarkt en sociale verzekering, gezondheidszorg, onderwijs, milieu, eigendom, openbaar bestuur en justitie kan ondersteuning bieden voor EU-grondrechten zoals waardigheid, vrijheid, gelijkheid, solidariteit, burgerrechten en justitie.

  • 4. 
    GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Er wordt voorgesteld de specifieke financiële middelen voor het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen van 142 800 000 EUR (lopende prijzen) tot 222 800 000 EUR (lopende prijzen). Die verhoging zou gelden in 2019 en 2020. In het financieel memorandum is de nodige uitleg opgenomen.

Deze verhoging moet worden gerealiseerd door 80 000 000 EUR uit het flexibiliteitsinstrument op grond van het huidige meerjarige financiële kader (artikel 11 van Verordening nr. 1311/2013 i van de Raad) te gebruiken; dit maakt het voor de jaren 2018 en 2019 mogelijk de financiering die in de algemene begroting van de Unie beschikbaar is aan te vullen boven het maximum van rubriek 1b (cohesie).

Dit verhoogde budget zal worden aangevuld door de lidstaten uit te nodigen om, in overeenstemming met artikel 11 van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen, gebruik te maken van de mogelijkheid om een deel van hun middelen uit de technische-bijstandscomponent van de Europese structuur- en investeringsfondsen naar het steunprogramma voor structurele hervormingen over te dragen voor steunverlening voor de uitvoering van hervormingen, waaronder hervormingen die verband houden met de invoering van de euro. Op basis van de huidige ramingen van de mogelijke behoefte aan steun, zou deze aanvulling het totale bedrag van het budget dat voor steun beschikbaar is tot 300 miljoen EUR verhogen.

  • 5. 
    OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplannen en regelingen voor monitoring, evaluatie en rapportage

De verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen bevat adequate monitoring-, evaluatie- en rapportagevoorschriften. In dit verband zijn geen wijzigingen gepland.

Toelichtende stukken (bij richtlijnen)

N.v.t.

Gedetailleerde toelichting bij de specifieke bepalingen van het voorstel

Het voorstel wijzigt artikel 4 van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen (algemene doelstelling) om steun voor lidmaatschap van de eurozone toe te voegen aan de doelstellingen waarvoor het programma bijdragen verstrekt. Het programma verleent met name steun aan nationale autoriteiten voor de hervorming van instellingen, bestuur, overheidsdiensten, economische en maatschappelijke sectoren, als antwoord op economische en sociale problemen. Met de voorgestelde wijziging wordt benadrukt dat meer cohesie, een beter concurrentievermogen, hogere productiviteit, meer duurzame groei en meer werkgelegenheid ook moeten bijdragen aan de voorbereidingen op deelname aan de eurozone door lidstaten die de euro niet als munt hebben en die tot de eenheidsmunt willen toetreden.

Het voorgestelde artikel 5 bis benadrukt de bijdrage van het programma via een specifieke actielijn aan de ondersteuning van hervormingen die lidstaten kunnen helpen bij hun voorbereiding op deelname aan de eurozone.

Het voorstel wijzigt artikel 10, lid 1, van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen wat betreft de specifieke financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen, zodat die tot 222,8 miljoen EUR in lopende prijzen worden opgetrokken.

Het voorstel wijzigt artikel 10, lid 2, van de verordening inzake het steunprogramma voor structurele hervormingen, d.w.z. de bepaling inzake de uitgaven voor steun in het programma, door de mogelijkheid toe te voegen om ondersteunende activiteiten te financieren, zoals kwaliteitscontrole en de monitoring van concrete steunprojecten in de praktijk.

2017/0334 (COD) i

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) 2017/825 om de financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen en de algemene doelstelling ervan aan te passen

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 175, derde alinea, en artikel 197, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité 5 ,

Gezien het advies van het Comité van de Regio's 6 ,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    Het steunprogramma voor structurele hervormingen (hierna "het programma" genoemd) werd vastgesteld met als doel het versterken van het vermogen van de lidstaten om groei-ondersteunende bestuurlijke en structurele hervormingen voor te bereiden en uit te voeren, onder andere door middel van bijstand voor efficiënte en doeltreffende inzet van de fondsen van de Unie. De steun in het kader van het programma wordt op verzoek van een lidstaat door de Commissie verleend en kan betrekking hebben op een breed scala aan beleidsterreinen. Het ontwikkelen van veerkrachtige economieën die op sterke economische en sociale structuren zijn gebaseerd, waardoor lidstaten efficiënt schokken kunnen opvangen en er snel van kunnen herstellen, draagt bij aan economische en sociale cohesie. De uitvoering van institutionele, bestuurlijke en groei-ondersteunende structurele hervormingen is een passend instrument om een dergelijke ontwikkeling te verwezenlijken.
  • (2) 
    De lidstaten hebben steeds meer gebruik gemaakt van steun in het kader van het programma, meer dan oorspronkelijk verwacht. De steunverzoeken die de Commissie tijdens de cyclus 2017 heeft ontvangen, bedroegen – op basis van de geraamde waarde ervan – aanzienlijk meer dan de beschikbare jaarlijkse toewijzing. Voor de cyclus 2018 bedroeg de geraamde waarde van de ontvangen verzoeken vijfmaal de voor dat jaar beschikbare financiële middelen. Bijna alle lidstaten hebben steun in het kader

5 PB C […] van […], blz. […].

6 PB C […] van […], blz. […].

van het programma aangevraagd en de steunverzoeken zijn verdeeld over alle beleidsterreinen die onder het programma vallen.

  • (3) 
    Het verbeteren van de economische en sociale cohesie door structurele hervormingen te versterken, is van cruciaal belang voor een succesvolle deelname aan de economische en monetaire unie. Het is in het bijzonder van belang voor lidstaten die de euro niet als munt hebben, voor hun voorbereiding op deelname aan de eurozone.
  • (4) 
    Het is dus passend om in de algemene doelstelling van het programma – in het kader van de bijdrage ervan voor het aanpakken van economische en sociale problemen – te benadrukken dat meer cohesie, een beter concurrentievermogen, een hogere productiviteit, meer duurzame groei en meer werkgelegenheid ook moeten bijdragen aan de voorbereidingen op deelname aan de eurozone door lidstaten die de euro niet als munt hebben.
  • (5) 
    Er moet ook worden aangegeven dat maatregelen en activiteiten van het programma hervormingen kunnen ondersteunen die lidstaten die de euro willen aannemen kunnen helpen bij hun voorbereidingen op deelname aan de eurozone.
  • (6) 
    Om te kunnen voldoen aan de toenemende vraag naar steun van de lidstaten en in het licht van de behoefte om de uitvoering van de structurele hervormingen in lidstaten die de euro niet als munt hebben, te ondersteunen, moet de financiële toewijzing van het programma worden verhoogd tot een niveau dat voldoende is opdat de Unie steun zou kunnen verstrekken die voldoet aan de behoeften van de verzoekende lidstaten.
  • (7) 
    Om zo spoedig mogelijk steun te kunnen verstrekken, moet de Commissie een deel van de financiële middelen kunnen gebruiken om de kosten voor de activiteiten ter ondersteuning van het programma ook te dekken, zoals uitgaven voor kwaliteitscontrole en de monitoring van projecten in de praktijk.
  • (8) 
    Verordening (EU) 2017/825 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.
  • (9) 
    Om ervoor te zorgen dat de in deze verordening opgenomen maatregelen meteen kunnen worden toegepast, moet deze verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) 2017/825 wordt als volgt gewijzigd:

  • (1) 
    Artikel 4 wordt vervangen door:

    "Artikel 4

    Algemene doelstelling

    De algemene doelstelling van het programma is bij te dragen tot institutionele, administratieve en groei-ondersteunende structurele hervormingen in de lidstaten door de nationale autoriteiten steun te verlenen voor maatregelen die gericht zijn op de hervorming en versterking van instellingen, bestuur, overheidsbestuur en economische en sociale sectoren, als antwoord op de economische en sociale uitdagingen, om zo te komen tot meer cohesie, een beter concurrentievermogen, hogere productiviteit, meer duurzame groei, meer werkgelegenheid en meer investeringen, alsook voor maatregelen die voorbereiden op deelname aan de eurozone, in het bijzonder in het kader van economische beleidsprocessen, inclusief door bijstand voor de efficiënte, doeltreffende en transparante inzet van de fondsen van de Unie.";

  • (2) 
    Het volgende artikel 5 bis wordt toegevoegd:

    "Artikel 5 bis

    Steun voor voorbereiding op lidmaatschap van de eurozone

    Met het programma mogen maatregelen en activiteiten worden gefinancierd ter ondersteuning van hervormingen die lidstaten kunnen helpen bij hun voorbereiding op lidmaatschap van de eurozone.".

  • (3) 
    Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:
    • a) 
      lid 1 wordt vervangen door:

    "1. De financiële middelen voor de uitvoering van het programma worden

    vastgesteld op 222 800 000 EUR in lopende prijzen.";

    • b) 
      aan lid 2 wordt de volgende zin toegevoegd:

    "Uitgaven kunnen ook de kosten dekken van andere ondersteunende activiteiten, zoals kwaliteitscontrole en monitoring van steunprojecten in de praktijk.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De voorzitter De voorzitter

FINANCIEEL MEMORANDUM

  • 1. 
    KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

    1.1. Benaming van het voorstel/initiatief

    1.2. Betrokken beleidsterrein(en)

    1.3. Aard van het voorstel/initiatief

    1.4. Doelstelling(en)

    1.5. Motivering van het voorstel/initiatief

    1.6. Duur en financiële gevolgen

    1.7. Beheersvorm(en)

  • 2. 
    BEHEERSMAATREGELEN

    2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen

    2.2. Beheers- en controlesysteem

    2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

  • 3. 
    GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET

    VOORSTEL/INITIATIEF

    3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken

    begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

    3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven

    3.2.1. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

    3.2.2. Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

    3.2.3. Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

    3.2.4. Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

    3.2.5. Bijdragen van derden

    3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

    FINANCIEEL MEMORANDUM

  • 1. 
    KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

1.1. Benaming van het voorstel/initiatief

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) 2017/825 om de financiële middelen van het steunprogramma voor structurele hervormingen te verhogen en de algemene doelstelling ervan aan te passen

1.2. Betrokken beleidsterrein(en)

Beleidsterrein: BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

ABB-activiteit: steunprogramma voor structurele hervormingen

Voor een gedetailleerd overzicht van de ABB-activiteit, zie punt 3.2.

Beleidsterrein: Werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie

Beleidsterrein: Regionaal beleid en stadsontwikkeling

Beleidsterrein: Landbouw en plattelandsontwikkeling

Beleidsterrein: Asiel en migratie

Beleidsterrein: Economische en financiële zaken

1.3. Aard van het voorstel/initiatief

 Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie

 Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie na een proefproject/een voorbereidende actie 7

 Het voorstel/initiatief betreft de verlenging van een bestaande actie

 Het voorstel/initiatief betreft een actie die wordt omgebogen naar een nieuwe actie

1.4. Doelstelling(en)

1.4.1. De met het voorstel/initiatief beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie

Het programma draagt bij aan de prioriteit "een nieuwe impuls voor banen, groei en investeringen".

De algemene doelstelling van het programma, zoals gewijzigd bij dit voorstel, is bij te dragen tot institutionele, administratieve en groei-ondersteunende structurele hervormingen in de lidstaten door de nationale autoriteiten steun te verlenen voor maatregelen die gericht zijn op de hervorming en versterking van instellingen, bestuur, overheidsbestuur en economische en sociale sectoren, als antwoord op de economische en sociale uitdagingen, om zo te komen tot meer cohesie, een beter

7 In de zin van artikel 54, lid 2, onder a) of b), van het Financieel Reglement.

concurrentievermogen, hogere productiviteit, meer duurzame groei, meer

werkgelegenheid en meer investeringen, alsook voor maatregelen die voorbereiden

op deelname aan de eurozone, in het bijzonder in het kader van economische

beleidsprocessen, inclusief door bijstand voor de efficiënte, doeltreffende en

transparante inzet van de fondsen van de Unie.

Met de voorgestelde wijziging zal het programma met name ook bijdragen aan de ondersteuning van hervormingen die lidstaten kunnen helpen bij hun voorbereiding op deelname aan de eurozone.

1.4.2. Specifieke doelstelling(en) en bijbehorend nummer [ ]

Aangezien dit voorstel een wijziging van Verordening (EU) 2017/825 betreft, zijn de specifieke doelstellingen van het voorstel dezelfde als in artikel 5 van de verordening.

1.4.3. Verwacht(e) resulta(a)t(en) en gevolg(en)

Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen.

De verwachte resultaten zijn die van Verordening (EU) 2017/825, zoals blijkt uit voorstel COM(2015) 701 final i.

Naar verwachting zal de voorgestelde wijziging ook de bestuurlijke capaciteit in de lidstaten versterken om de instellingen, het bestuur en de economische en sociale sectoren te hervormen, en duurzame convergentie bevorderen om de lidstaten te helpen bij hun voorbereiding op deelname aan de eurozone.

1.4.4. Resultaat- en effectindicatoren

Vermeld de indicatoren aan de hand waarvan kan worden nagegaan in hoeverre het voorstel/initiatief is uitgevoerd.

Aangezien dit voorstel een wijziging van Verordening (EU) 2017/825 betreft, zijn de indicatoren aan de hand waarvan de resultaten en effecten kunnen worden nagegaan, dezelfde als in de bijlage bij die verordening.

1.4.5. Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien

De behoeften zijn die van Verordening (EU) 2017/825, zoals blijkt uit voorstel COM(2015) 701 final i.

Naar verwachting zal de voorgestelde wijziging ook duurzame convergentie bevorderen om de lidstaten te helpen bij hun voorbereiding op deelname aan de eurozone.

1.4.6. Toegevoegde waarde van de betrokkenheid van de Unie (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, o.a. coördinatiewinst, rechtszekerheid, een grotere doeltreffendheid en complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder "toegevoegde waarde van de betrokkenheid van de Unie" verstaan de waarde die een optreden van de Unie oplevert bovenop de waarde die zou zijn gecreëerd indien alleen de lidstaat een maatregel had getroffen.

Aangezien dit voorstel een wijziging van Verordening (EU) 2017/825 betreft, is de toegevoegde waarde van het programma dezelfde als in artikel 3 van die verordening.

Bovendien is de Unie beter dan de lidstaten in staat om de beste beschikbare expertise te identificeren, mobiliseren en coördineren (die expertise kan worden geleverd door de Europese instellingen en diensten van andere landen of door internationale organisaties). Zij verkeert in een betere positie om de uitvoering van gerichte groei-ondersteunende hervormingen in de lidstaten te ondersteunen en lidstaten die geen lid zijn van de eurozone te helpen bij hun voorbereiding op deelname aan de eurozone door de uitwisseling van beste praktijken te stimuleren en voor consistente verspreiding ervan in de hele Unie te zorgen.

1.4.7. Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

De ervaring die is opgedaan bij de uitvoering van de voorbereidende actie "Capaciteitsontwikkeling en institutionele opbouw ter ondersteuning van de

uitvoering van economische hervormingen", en met name tijdens het eerste jaar van uitvoering van het steunprogramma voor structurele hervormingen, bevestigt het nut van een programma voor technische ondersteuning dat voor alle lidstaten en een groot aantal sectoren openstaat: de lidstaten hebben hun belangstelling bevestigd om te profiteren van expertiseverstrekking door de Commissie ter ondersteuning van hun eigen hervormingen of de overeenkomstig de aanbevelingen in het kader van het Europees semester uitgevoerde hervormingen.

Voor het jaar 2018 hebben bijna alle lidstaten (24) steunverzoeken ingediend, en zowel voor 2017 als voor 2018 bedroeg de steun waarom werd verzocht veel meer dan de toewijzing van het programma. Hieruit blijkt duidelijk dat de steunbehoeften in de praktijk en de interesse van de lidstaten voor steun de momenteel beschikbare financiële middelen van het programma ruimschoots overstijgen.

1.4.8. Verenigbaarheid en eventuele synergie met andere passende instrumenten

Het programma vormt een aanvulling op de bestaande middelen die voor capaciteitsopbouw en technische bijstand beschikbaar zijn in het kader van andere financieringsprogramma's van de Unie uit hoofde van het meerjarige financiële kader, en op technische bijstand en andere maatregelen die door de fondsen van de Unie worden gefinancierd.

1.5.

1.6. Duur en financiële gevolgen

 Voorstel/initiatief met een beperkte geldigheidsduur

–  Voorstel/initiatief is van kracht vanaf 2019 tot en met 2020

–  Financiële gevolgen vanaf 2019 tot en met 2020  Voorstel/initiatief met een onbeperkte geldigheidsduur

– Uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en met JJJJ,

– gevolgd door een volledige uitvoering.

1.7. Beheersvorm(en) 8

Direct beheer door de Commissie

–  door haar diensten, waaronder het personeel in de delegaties van de Unie;

–  door de uitvoerende agentschappen

Gedeeld beheer met lidstaten

Indirect beheer door begrotingsuitvoeringstaken te delegeren aan:

–  derde landen of de door hen aangewezen organen;

–  internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke);

–  de EIB en het Europees Investeringsfonds;

–  de in de artikelen 208 en 209 van het Financieel Reglement bedoelde organen;

–  publiekrechtelijke organen;

–  privaatrechtelijke organen met een openbaredienstverleningstaak, voor zover zij voldoende financiële garanties bieden;

–  privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële garanties bieden;

–  personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het gebied van het GBVB in het kader van titel V van het VEU is toevertrouwd en die worden genoemd in de betrokken basishandeling.

Verstrek, indien meer dan één beheersvorm is aangekruist, extra informatie onder "Opmerkingen".

Opmerkingen

Dit komt overeen met de huidige bepalingen van de te wijzigen verordening.

8 Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb:

https://myintracomm.ec.europa.eu/budgweb/EN/man/budgmanag/Pages/budgmanag.aspx

  • 2. 
    BEHEERSMAATREGELEN

2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen

Vermeld frequentie en voorwaarden.

De regels inzake het toezicht en de verslagen zijn die van de gewijzigde verordening (EU) 2017/825.

2.2. Beheers- en controlesysteem

2.2.1. Mogelijke risico's

De mogelijke risico's zijn die welke zijn opgenomen in het voorstel voor de

vaststelling van Verordening (EU) 2017/825, d.w.z. COM(2015) 701 final i.

2.2.2. Informatie over het ingestelde systeem voor interne controle

Als hierboven, zie het financieel memorandum bij COM(2015) 701 final i.

2.2.3. Raming van de kosten en baten van de controles en evaluatie van het verwachte foutenrisico

Als hierboven, zie het financieel memorandum bij COM(2015) 701 final i.

2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen.

Als hierboven, zie het financieel memorandum bij COM(2015) 701 final i.

  • 3. 
    GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

• Bestaande begrotingsonderdelen

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen.

Begrotingsonderdeel Soort Bijdrage

Rubriek uitgave

van het

meerjarige in de zin van

financiële 1b Economische, sociale en territoriale van EVA-

van

9 van derde

artikel 21, lid 2,

kader: cohesie

GK/NGK landen 10 kandidaatlidstaten 11 landen onder b), van het

Financieel Reglement

1.b 13.08.01 GK JA NEE NEE NEE

• Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen.

Begrotingsonderdeel Soort

Rubriek uitgave

Bijdrage

van het

meerjarige in de zin van Nummer financiële van EVA- van van derde artikel 21, lid 2,

kader: [Omschrijving………………………………

GK/NGK

………] landen

kandidaatlidstaten

landen

onder b), van het Financieel

Reglement

[XX.YY.YY.YY] JA/NEE JA/NEE JA/NEE JA/NEE

9 GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten. 10 EVA: Europese Vrijhandelsassociatie. 11 Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke Balkan.

3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.1. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Rubriek van het meerjarige financiële

kader 1b

Economische, sociale en territoriale cohesie/Duurzame groei: Natuurlijke hulpbronnen

Jaar Jaar Jaren

DG:SG / SRSS 2019 2020 2021 & TOTAAL

2022

Beleidskredieten

Vastleggingen (1) 40,000 40,000 80,000

13.08.01 Betalingen

  • (2) 
    17,200 28,600 34,200 80,000

TOTAAL kredieten

voor 13 Vastleggingen

=1+1a +3 40,000 40,000 80,000

=2+2a

Betalingen 17,200 28,600 34,200 80,000

3

Vastleggingen (4) 40,000 40,000 80,000

TOTAAL beleidskredieten

Betalingen (5) 17,200 28,600 34,200 80,000

TOTAAL uit het budget van specifieke programma's

gefinancierde administratieve kredieten (6)

NL 18 NL

TOTAAL kredieten

onder RUBRIEK 1b Vastleggingen

(4+6) 40,000 40,000 80,000

Betalingen (5+6) 17,200 28,600 34,200 80,000

TOTAAL kredieten Vastleggingen =4+ 6 40,000 40,000 80,000 onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 4

van het meerjarige financiële kader Betalingen =5+ 6

(referentiebedrag) 17,200 28,600 34,200 80,000

NL 19 NL

Rubriek van het meerjarige financiële

kader 5 "Administratieve uitgaven"

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om

2019 2020 de duur van de gevolgen weer te TOTAAL geven (zie punt 1.6)

DG: SG/SRSS

 Personele middelen 3,594 3,594 7,188

 Andere administratieve uitgaven 0,300 0,300 0,600

TOTAAL DG SG/SRSS Kredieten 3,894 3,894 7,788

TOTAAL kredieten

onder RUBRIEK 5 (totaal vastleggingen =

van het meerjarige financiële kader totaal betalingen)

3,894 3,894 7,788

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar Jaar Jaren Vul zoveel jaren in als nodig om

2019 2020 2021 & de duur van de gevolgen weer te TOTAAL 2022 geven (zie punt 1.6)

TOTAAL kredieten Vastleggingen 43,894 43,894 87,788 onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 5

van het meerjarige financiële kader Betalingen 21,094 32,494 34,200 87,788

NL 20 NL

3.2.2. Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

–  Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig

–  Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Vastleggingskredieten, in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Vermeld doelstellingen Jaar Jaar TOTAAL

en outputs

2019 2020

OUTPUTS

Gem. kosten

Soort[1] tal tal Totale A an

Kosten Kosten

A an kosten

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1

Steun verlenen voor de initiatieven van nationale autoriteiten om hun hervormingen af te stemmen op prioriteiten, rekening houdend met de beginsituatie en verwachte sociaal-economische effecten

Aantal analyses ter

  • Output A ondersteuning van de te 0,06 50-60 3,360 50-60 3,360 6,720

    hervormen nationale sector

  • Output B Aantal deskundigen 0,00115 80 0,092 80 0,092 0,184

    Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 1 3,452 3,452 6,904

NL 21 NL

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 2

De nationale autoriteiten ondersteunen bij het versterken van hun vermogen om hervormingsbeleid en -strategieën te formuleren, te ontwikkelen en uit te voeren en een geïntegreerde aanpak te hanteren die voor alle sectoren een consistentie van doelen en middelen garandeert

  • Output C Aantal deskundigen 0,00115 100-150 0,141 100-150 0,141 0,282

    Aantal stappenplannen,

  • Output D actieplan, voorbereid en uitgevoerd per sector en 0,125 25-30 3,125 25-30 3,125 6,250

    per land

  • Output E Aantal specifieke dienstdeskundigen 0,015 25-30 0,390 25-30 0,390 0,780
  • Output F Aantal gesteunde projecten 0,900 6 5,400 6 5,400 10,800

    Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 2 9,056 9,056 18,112

De nationale autoriteiten ondersteunen bij het vaststellen en uitvoeren van geschikte processen en methoden, rekening houdend met de goede praktijken en lessen die andere landen in soortgelijke situaties al hebben geleerd

  • Output G Aantal deskundigen 0,00115 220-240 0,251 220-240 0,251 0,502
  • Output H Aantal gesteunde projecten 0,900 8 7,200 8 7,200 14,400
  • Output I Aantal gesteunde projecten 0,150 18 2,700 18 2,700 5,400
  • Output J Aantal specifieke dienstdeskundigen 0,015 90-95 1,380 90-95 1,380 2,760

Subtotaal voor specifieke doelstelling

nr. 3 11,531 11,531 23,062

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 4

De nationale autoriteiten ondersteunen om de efficiëntie en effectiviteit van het personeelsbeheer waar nodig te versterken, door duidelijk de verantwoordelijkheden te bepalen en de professionele kennis en vaardigheden te verbeteren

  • Output K Aantal opleidingen/seminars 0,08 40-50 3,200 40-50 3,200 6,400

NL 22 NL

  • Output L Aantal deskundigen 0,00115 100-150 0,161 100-150 0,161 0,322
  • Output M Aantal gesteunde projecten 0,900 10-12 9,900 10-12 9,900 19,800
  • Output N Aantal gesteunde projecten 0,150 18 2,700 18 2,700 5,400

Subtotaal voor specifieke doelstelling

nr. 4 15,961 15,961 31,922

NL 23 NL

3.2.3. Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

3.2.3.1. Samenvatting

–  Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

–  Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van

2019 12 2020 N+2 N+3 de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) TOTAAL

RUBRIEK 5 van het meerjarige

financiële kader

Personele middelen 3,594 3,594 7,188

Andere administratieve

uitgaven 0,300 0,300 0,600

Subtotaal RUBRIEK 5

van het meerjarige 3,894 3,894 7,788

financiële kader

Buiten RUBRIEK 5 13 van het meerjarige financiële kader

Personele middelen

Overige uitgaven van administratieve aard

Subtotaal buiten RUBRIEK 5 van het meerjarige

financiële kader

TOTAAL 3,894 3,894 7,788

De benodigde kredieten voor personeel en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

12 Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen. 13 Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.

3.2.3.2. Geraamde personeelsbehoeften

–  Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig

–  Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming in voltijdequivalenten

Vul zoveel jaren in

als nodig

Jaa om de Jaar Jaar r duur 2019 2020 Jaar N+2 N+ van de

3 gevolg en

weer te geven (zie punt 1.6)

Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)

XX 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de

Commissie) 23 23

XX 01 01 02 (delegaties)

XX 01 05 01 (onderzoek door derden)

10 01 05 01 (eigen onderzoek)

Extern personeel (in voltijdequivalenten - VTE) 14

XX 01 02 01 (AC, END, INT van de "totale financiële

middelen") 6 6

XX 01 02 02 (AC, AL, END, INT en JED in de delegaties)

  • zetel XX 01 04 jj 15
  • delegaties

XX 01 05 02 (AC, END, INT – onderzoek door derden)

10 01 05 02 (AC, END, SNE – eigen onderzoek)

Ander begrotingsonderdeel (te vermelden)

TOTAAL 29 29

XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel.

Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Beschrijving van de uit te voeren taken:

14 AC = Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL = Agent Local (plaatselijk functionaris); END = Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT= Intérimaire (uitzendkracht); JED = Jeune Expert en Délégation (jonge deskundige in delegaties).

15 Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere "BA"-onderdelen).

Ambtenaren en tijdelijke De uit te voeren taken zijn alle taken die nodig zijn voor a) het verwerken van de functionarissen verzoeken van de lidstaten en het daaropvolgende projectbeheer en b) het financiële en

contractuele beheer van het programma, namelijk:

• input leveren voor de begrotingsprocedure en het beheersplan;

• jaarlijkse werkprogramma's/financiële beslissingen voorbereiden, jaarlijks prioriteiten bepalen;

• oproepen tot het indienen van voorstellen en aanbestedingen beheren, evenals de bijhorende selectieprocedures, in overleg met de operationele diensten;

• communiceren met belanghebbenden over contractuele en financiële kwesties;

• voorbereiden en organiseren van vergaderingen van de groep op hoog niveau met de desbetreffende DG, lidstaten en andere belanghebbenden;

• beheren van projecten: ontwikkeling, uitvoering en opvolging van projecten en beheer op contractueel en financieel vlak: vastleggingen, betalingen, invorderingen,...

• controles uitvoeren zoals hierboven beschreven (verificatie vooraf, aanbestedingsdienst, controle achteraf of interne controle);

• beheren van IT-instrumenten;

• bijdragen aan en opvolgen van de jaarlijkse DAS-procedure.

Evalueren en rapporteren over de bereikte doelstellingen, met inbegrip van de begrotingsprocedure, het beheersplan, de tussentijdse evaluatie, jaarlijkse activiteitenverslagen en verslagen van gesubdelegeerde ordonnateurs.

Extern personeel Ondersteuning bij financiële en administratieve taken.

3.2.4. Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

–  Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader

–  Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarige financiële kader

Zet uiteen welke herprogrammering nodig is, onder vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

–  Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader.

Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

Voor dit voorstel moet het flexibiliteitsinstrument op grond van het huidige meerjarige financiële kader (artikel 11 van Verordening nr. 1311/2013 i) worden gebruikt; dit maakt het mogelijk de financiering die in de algemene begroting van de Unie beschikbaar is boven het maximum van rubriek 1b aan te vullen met 40 miljoen EUR in 2019 en 40 miljoen EUR in 2020.

3.2.5. Bijdragen van derden

–  Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden

– Het voorstel/initiatief voorziet in medefinanciering, zoals hieronder wordt geraamd:

Kredieten in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om

N N+1 N+2 N+3 de duur van de gevolgen weer te Totaal geven (zie punt 1.6)

Medefinancieringsbron

TOTAAL medegefinancierde kredieten

3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

–  Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten

–  Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

 voor de eigen middelen

 voor de diverse ontvangsten

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Voor het Gevolgen van het voorstel/initiatief 16

Begrotingsonderdeel voor lopende

ontvangsten: begrotingsjaar beschikbare Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om de duur

kredieten N N+1 N+2 N+3

van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

Artikel ………….

Voor de diverse ontvangsten die worden "toegewezen", vermeld het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.

Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.

16 Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 25 % aan inningskosten.


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.