Artikel 26:

25
Artikel 26
27
  • 1. 
    De Bank heeft in ieder der lidstaten de ruimste handelingsbevoegdheid welke door de nationale wetgevingen aan rechtspersonen wordt toegekend; zij kan roerende en onroerende goederen verkrijgen en vervreemden en in rechte optreden.
  • 2. 
    De bezittingen van de Bank kunnen op geen enkele wijze gevorderd of onteigend worden.