Gereformeerd Politiek Verbond (GPV)

Met dank overgenomen van Parlement.com.

Het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV) was een in 1948 gevormde protestants-christelijke partij, die zich baseerde op bijbelse normen. De partij was sterk verbonden met de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt).

Het GPV was tussen 1963 en 2001 met een fractie i in de Tweede Kamer vertegenwoordigd. Het zetelaantal wisselde in die jaren tussen de één en twee zetels. Ook had de partij in de periode tussen 1977 en 2001 (met uitzondering van de jaren 1981-1983) een Eerste Kamerfractie i, bestaande uit telkens één senator. De partij had ook een jongerenorganisatie: de Gereformeerd Politiek Jongeren Contact i.

Op 13 maart 2001 gingen het GPV en de RPF i, eveneens een sterk christelijk georiënteerde partij, samen onder de naam ChristenUnie i. Sinds 15 mei 2002 heeft het GPV ook niet meer zelfstandig aan de Tweede Kamerverkiezingen deelgenomen; wel bleef de partij nog enige tijd voortbestaan. Pas op 31 december 2003 werd de partij officieel opgeheven. Vooruitlopend op de fusie met de RPF, hadden beide partijen bij de Eerste Kamerverkiezingen in 1999 al hun lijst gecombineerd. Deze lijst behaalde toen 4 zetels.

Beginselen

Het Gereformeerd Politiek Verbond richtte zich op een christelijke politiek. Bij de inrichting van de staat en het bestuur moest worden uitgegaan van de geboden van de bijbel. Daarnaast was het GPV sterk nationaal-denkend. Het beschouwde onder meer Willem van Oranje, koning-stadhouder Willem III, Jan Pietersz. Coen en Groen van Prinsterer i als voorbeelden.

De vertaling van dit alles in praktische politiek betekende onder meer dat het GPV zich keerde tegen een Europese politieke unie, zich sterk maakte voor een krachtige defensie, onvoorwaardelijk trouw was aan het koningshuis en zich keerde tegen materialisme en een te grote invloed van de overheid. Het bijzonder onderwijs verdiende bescherming. Het onderwijs moest aandacht besteden aan nationale historie en diende de bijbel te eerbiedigen.

Opvallend waren de verdediging van de rechten de Zuid-Molukkers en de Papoea's en de begripvolle houding jegens de Zuid-Afrikaanse apartheidsheidpolitiek.

Vanaf de jaren tachtig kreeg het GPV een socialer gezicht en weer later was ook de aandacht voor het milieu opvallend. Belangrijke strijdpunten waren handhaving van de strafbaarstelling van abortus en euthanasie en het tegengaan van pornografie en onzedelijkheid. Handhaving van democratie en staatsrechtelijke beginselen hadden een belangrijke plaats in het GPV-gedachtegoed.

1.

GPV en de Tweede Kamerverkiezingen tussen 1963 en 2001

Het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV) nam sinds 1948 deel aan de Tweede Kamerverkiezingen en was van 1963 tot en met 2001 doorlopend in de Tweede Kamer i vertegenwoordigd. In die periode wisselde het zetelaantal steeds tussen de één en twee zetels.

2.

Historische ontwikkeling

In 1943 werd de Kampense hoogleraar Schilder door de synode van de Gereformeerde Kerken geschorst en uit zijn ambt gezet. Hem werd 'scheurmakerij' verweten omdat hij het theologische werk van Abraham Kuyper op enkele 'zwakke' punten wilde corrigeren. De synode kon dit initiatief niet waarderen. Als gevolg hiervan trad Schilder in 1944 uit de Gereformeerde Kerk en richtte met een aantal volgelingen de Vrijgemaakte Gereformeerde Kerken op.

Na de oorlog stelden de vrijgemaakten zich de vraag of zij, als zij met de niet-vrijgemaakten niet ter kerke konden gaan, zij dan wel met de niet-vrijgemaakten in een politieke partij konden zitten. Een heftige discussie binnen de ARP was hiervan het gevolg die ten slotte op 1 april 1948 de oprichting van een partij voor de vrijgemaakten tot gevolg had: het Gereformeerd Politiek Verbond.

Bij de verkiezingen van 1952 en 1956 haalde het GPV steeds net te weinig stemmen om een zetel te bemachtigen. Lijsttrekker was in deze periode het oud-ARP-Tweede Kamerlid A. Zijlstra i.

In 1959 leek de partij een zetel te hebben veroverd. De lijsttrekker, L.P. Laning i, werd zelfs als nieuwgekozen fractievoorzitter uitgenodigd voor advies over de kabinetsformatie. Uiteindelijk bleek de partij enkele honderden stemmen te kort te zijn gekomen voor een zetel.

Pas vanaf 1963 kreeg het GPV één zetel in de Tweede Kamer, die bezet werd door Pieter Jongeling. Nadien wist de partij deze zetel te behouden, soms uitgebreid met een tweede. In de Eerste Kamer had het GPV sinds 1977 één zetel. De partij heeft nooit deelgenomen aan de regering.

Van 1981 tot 2001 was Gert Schutte als voorzitter van GPV-fractie in de Tweede Kamer beeldbepalend voor de partij.

Het GPV had het 'Nederlands Dagblad' als zijn spreekbuis en beschikte over een wetenschappelijk instituut, de Groen van Prinstererstichting.

3.

Afsplitsingen en fusies

Het GPV heeft in haar bestaan nooit te maken gehad met afsplitsingen. Na de verkiezingen van eind jaren'90 werd gestreefd naar samenwerking met de RPF. In de beide Kamers werkten vanaf resp. 1998 en 1999 de fracties nauw samen. In 2001 kwam het tot een samensmelting van de fracties en tot een samenwerkingsverband onder de naam 'ChristenUnie'. Onder die naam werd in 2002 aan de verkiezingen deelgenomen.

4.

Persoonlijkheden

De bekendste GPV-politicus was lange tijd Pieter Jongeling i. Deze Groningse journalist kreeg onder het pseudoniem Piet Prins bekendheid als kinderboekenschrijver. Zijn met Groningse tongval voorgedragen redevoeringen waren ook inhoudelijk opvallend. Hoewel hij in politiek opzicht vaak alleen stond, wist hij door zijn opstelling waardering van andersdenkenden te verwerven.

Die waardering was er ook voor een volgende GPV-voorman, Gert Schutte i. Deze voormalige gemeenteambtenaar ontpopte zich na verloop van tijd als het staatsrechtelijke geweten van de Tweede Kamer.

Een derde vooraanstaande GPV'er was Eimert van Middelkoop i. De waardering voor zijn rol als Kamerlid bleek onder meer uit zijn benoeming tot voorzitter van een onderzoekscommissie naar klimaatverandering en tot voorzitter van een commissie die de enquête naar Srebrencia voorbereidde.

5.

Electoraat

Het GPV had een kleine, maar vrij trouwe achterban, die grotendeels afkomstig was uit de kring van de vrijgemaakt gereformeerden. Traditioneel was het GPV vooral sterk in delen van het Groningse platteland, in Gelderland en Utrecht, en in delen van Zuid-Holland.

6.

Kerngegevens

Opgericht:

1 april 1948, op de laatste dag van het 'Amersfoorts congres'

Oprichter:

diverse kiesverenigingen o.l.v. kiesvereniging Berkel (Z.H.)

Opgeheven:

31 december 2003

Secretariaat:

was gevestigd in Dordrecht

Leden:

hoogste aantal 14.650 (1995)

Contributie:

afdeling dragen jaarlijks bedrag af per lid; min. 8 gulden per jaar, incl. partijblad (1967)

Partijblad:

'Ons Politeuma' (Ons Burgerschap), 6 gulden per jaar (1967)

Jongerenorganisatie:

Gereformeerd Politiek Jongeren Contact i (GPJC)

Jongerenblad:

'Jeugd en Politiek'

Scholingsinstituut

Mandaat - Gereformeerd Politiek Vormingswerk

Wetenschappelijk instituut:

Groen van Prinsterer Stichting

Logo/beeldmerk:

gestyleerde kroon in oranje met wit op zwarte letters GPV

Bekendste slogan(s):

'Den Vaderland Getrouwe...' (1963)

 

Meer over

Kijk voor meer informatie over de GPV op de website van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen.