Artikel 3: Bevoegdheden Hof van Justitie; Subsidiariteitsbeginsel voor beleidsterreinen waar Unie geen exclusieve bevoegdheid heeft

2
Artikel 3
4

Het subsidiariteitsbeginsel laat de bij het Verdrag aan de Europese Gemeenschap verleende bevoegdheden zoals uitgelegd door het Hof van Justitie, onverlet.

De criteria van artikel 3 B, tweede alinea, van het Verdrag i hebben betrekking op gebieden waarvoor de Gemeenschap geen exclusieve bevoegdheid heeft. Het subsidiariteitsbeginsel is een leidraad voor de wijze waarop die bevoegdheden op Gemeenschapsniveau moeten worden uitgeoefend.

Subsidiariteit is een dynamisch concept en dient te worden toegepast in het licht van de in het Verdrag neergelegde doelstellingen. Het maakt het mogelijk het optreden van de Gemeenschap binnen de grenzen van haar bevoegdheden uit te breiden wanneer de omstandigheden zulks vereisen, dan wel te beperken of te beëindigen wanneer het niet meer gerechtvaardigd is.

1.

Toelichting

Artikel 3 B VEG is hernummerd naar artikel 5 VEG.

Bron: Bijlage - Concordantietabel bedoeld in artikel 12 van het Verdrag van Amsterdam, Publicatieblad Nr. C 340 van 10 november 1997