Energiebeleid - Hoofdinhoud
Het energiebeleid van de Europese Unie i richt zich op de Europese energievoorziening, een concurrerende energiemarkt en verduurzaming van Europese energiebronnen. De huidige Europese Commissie i streeft naar een constante, duurzame en veilige aanvoer van energie. De energiecrisis i is aanleiding om meer in te grijpen in de markt en om meer vaart te maken met de energietransitie.
De EU-lidstaten i hebben afspraken gemaakt over klimaatbeleid en bestrijding van luchtvervuiling. De EU stimuleert duurzame manieren om energie op te wekken. Hiervoor wordt gekeken naar energiebronnen als wind-, zonne-, waterkracht-, getijden-, geothermische, en biomassa-energie. De Europese Commissie streeft naar een energie-unie i. Door in de energie-unie zelf meer duurzame energie op te wekken en toe te werken naar één Europees energienetwerk, moet de energievoorziening in de EU betrouwbaarder, schoner en goedkoper worden.
In november 2018 presenteerde de Commissie een langetermijnstrategie genaamd de Green Deal i, met als doel om de EU tegen 2050 klimaatneutraal te maken. Ze presenteerde als aanvulling daarop het plan om de uitstoot van broeikasgassen in de EU tegen 2030 met ten minste 55 procent te verminderen ten opzichte van 1990. Op 29 juli 2021 zijn de energie-doelstellingen vastgelegd in een Europese klimaatwet.
Inhoudsopgave
Europese Gemeenschap van Kolen en Staal & Euratom
Het energiebeleid van de Europese Unie gaat terug tot de oprichting van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal i in 1952 en het Euratom-verdrag i in 1958 (samenwerking op het gebied van kernenergie). Sinds die tijd heeft het beleid zich ontwikkeld; kernpunten zijn nu vooral het veiligstellen van de Europese energievoorziening, ontwikkeling van duurzame energiebronnen en verdere liberalisering van de energiemarkt.
ACER
In 2009 werden de Europese Commissie i, het EP en de Raad het eens over een nieuw pakket regelgeving voor verdere liberalisering van de energiemarkt. Een ander onderdeel van het pakket was de oprichting van een agentschap i voor samenwerking tussen nationale energieregulators (ACER i). Dit agentschap is op 4 maart 2011 operationeel geworden. ACER coördineert en ondersteunt het werk van de nationale toezichthouders op de energiemarkt, zodat er meer samenhang komt tussen het energiebeleid in de verschillende lidstaten van de EU.
De Europese Green Deal
Een mijlpaal voor de Europese energie-aanpak is de Green Deal. In de Green Deal is afgesproken dat de EU in 2050 klimaatneutraal moet zijn. Dit wordt onder andere gedaan door te investeren in milieuvriendelijke technologie, bedrijven te helpen innoveren, te zorgen voor schonere vormen van particulier en openbaar vervoer, de energiesector koolstofvrij te maken, te zorgen voor een grotere energie-efficiëntie van gebouwen en samen te werken met internationale partners. De Europese Commissie stelde in 2021 nieuwe regels voor die bepalen welke soorten energiegebruik bijdragen aan het behalen van de klimaatdoelen.
REPowerEU
De Russische inval van Oekraïne heeft in Europa voor een energiecrisis gezorgd, omdat een groot deel van de Europese energie uit Rusland komt. In reactie op dit probleem heeft de Europese Commissie het REPowerEU-plan opgesteld: voor het jaar 2030 moet de Europese Unie onafhankelijk zijn van Russische olie en aardgas. Om dit doel te bereiken werkt de EU aan energiebesparing, de productie van schone energie en diversificatie van de energievoorziening. In april 2023 heeft de Europese Commissie het AggregateEU-mechanisme ingesteld waarmee Europese bedrijven gezamenlijk gas kunnen inkopen, met als doel de gasvoorraden tijdig en gecoördineerd aan te vullen.
Bij de besluitvorming op dit beleidsterrein spelen de Europese Commissie i, de Raad i en het Europees Parlement i een rol. De besluitvorming verloopt volgens de gewone wetgevingsprocedure i. Fiscale maatregelen worden besloten volgens de procedures die gelden voor fiscaal beleid i.
Europees orgaan |
Verantwoordelijke |
---|---|
Europese Commissie |
|
Parlementaire commissie Europees Parlement |
parlementaire commissie Industrie, onderzoek en energie (ITRE) i |
Nederlands lid commissie Europees Parlement |
Lid/leden Plaatsvervanger(s) |
Raad van de Europese Unie |
|
Nederlandse afvaardiging Raad van Ministers |
Rob Jetten i, minister voor Klimaat en Energie Hans Vijlbrief i, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat |
Invloed nationale parlementen
Nationale parlementen van de lidstaten kunnen binnen acht weken nadat de Europese Commissie een voorstel heeft bekendgemaakt, laten weten dat de Europese Unie zich niet met het onderwerp zou moeten bezighouden i.
Vanuit het Nederlandse parlement zijn bij dit beleidsterrein betrokken:
Nederlands orgaan |
Verantwoordelijke |
---|---|
Tweede Kamer |
Tweede Kamercommissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK) i |
Eerste Kamer |
Betrokken bij wetgeving en uitvoering
Betrokken instantie EU |
Verantwoordelijke |
---|---|
Directoraat-Generaal |
|
Agentschap |
|
Agentschap |
Europees agentschap voor samenwerking tussen energieregulators i |
Agentschap |
Het energiebeleid vindt haar basis in het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) i en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU) i:
-
-beleid: derde deel VwEU titel XXI i (art. 194)
-
-solidariteitsclausule: derde deel VwEU titel VIII hoofdstuk 1 art. 122 i
-
-kernenergie: Euratom-verdrag i
Europese Unie
Algemeen overzicht EU
Factsheet Europees Parlement
Wetgevingsoverzicht
Statistiek