Attributiebeginsel

Source: Europa Nu.

Volgens dit beginsel mag de Europese Unie i (EU) alleen regels maken en optreden op grond van bevoegdheden die de lidstaten aan de EU hebben toegekend. Alle andere bevoegdheden behoren toe aan de lidstaten i zelf. Met het attributiebeginsel moet zowel bij het interne als het internationale optreden van de EU rekening gehouden worden. Het attributiebeginsel is vastgelegd in artikel 2 i van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Het attributiebeginsel kent drie bevoegdheidstypes:

  • de exclusieve bevoegdheden: alleen de Europese Unie is op deze gebieden gemachtigd om wetten te maken
  • de gedeelde bevoegdheden: zowel de Europese Unie als de lidstaten mogen op deze gebieden wetten maken.
  • de gebieden waarin de lidstaten bevoegd blijven, maar waarin de Europese Unie de lidstaten mag aanvullen door ondersteunend of coördinerend op te treden

Met het Verdrag van Lissabon i is de verdeling van de bevoegdheden tussen de Unie en de lidstaten duidelijker geworden dan voorheen. Het verdrag legde naast het subsidariteits i- en het proportionaliteitsbeginsel i ook het attributiebeginsel vast. Deze drie beginselen bepalen hoever de invloed van de EU zich uitstrekt. Ook maakt het beginsel deel uit van de manier waarop de Unie om moet gaan met de bevoegdheden die de burgers van Europa aan de EU hebben toegekend. Dit heet ook wel 'Europese Governance'.

1.

Meer Informatie