Besluit 2022/2391 - Standpunt EU in de Ledenraad van de Internationale Olijfraad over de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven

1.

Wettekst

8.12.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 316/86

 

BESLUIT (EU) 2022/2391 VAN DE RAAD

van 25 november 2022

betreffende het namens de Europese Unie in de Ledenraad van de Internationale Olijfraad in te nemen standpunt over de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Internationale Overeenkomst van 2015 voor olijfolie en tafelolijven (de “overeenkomst”) is namens de Unie gesloten bij Besluit (EU) 2019/848 van de Raad (1).

 

(2)

Op grond van artikel 7, lid 1, van de overeenkomst dient de Ledenraad van de Internationale Olijfraad (de “Ledenraad”) beslissingen te nemen en aanbevelingen vast te stellen voor de toepassing van de bepalingen van de overeenkomst.

 

(3)

Tijdens zijn 116e zitting, die plaatsvindt van 28 november tot en met 2 december 2022 dient de Ledenraad een besluit aan te nemen waarbij de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven wordt gewijzigd, evenals een besluit om de analysemethode voor was en ethylesters van vetzuren bij te werken.

 

(4)

Het is dienstig het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in de Ledenraad, aangezien de vast te stellen besluiten voor de Unie bindend zullen zijn wat betreft de internationale handel met de andere leden van de Internationale Olijfraad (IOR) en beslissende invloed kunnen hebben op de inhoud van het recht van de Unie, namelijk op de handelsnormen voor olijfolie die op grond van artikel 75 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad (2) door de Commissie zijn vastgesteld.

 

(5)

De door de Ledenraad vast te stellen besluiten hebben betrekking op de schrapping van bijlage 1 bij de handelsnorm en de vereenvoudiging van het beslissingsschema voor delta-7-stigmastenol, evenals de opneming van herziening 3 van de methode voor de bepaling van het gehalte aan wassen en ethylesters van vetzuren. Wetenschappelijke en technische deskundigen van de Commissie en de lidstaten op het gebied van olijfolie hebben die besluiten uitvoerig besproken. Die besluiten zullen bijdragen aan de internationale harmonisatie van de normen voor olijfolie en zullen een kader vaststellen dat borg staat voor eerlijke handelsconcurrentie in de olijfoliesector. Daarom moeten die besluiten worden gesteund.

 

(6)

Indien de vaststelling van die besluiten in de Ledenraad tijdens zijn 116e zitting wordt uitgesteld omdat sommige leden niet in staat zijn hun goedkeuring te verlenen, moet het standpunt ter ondersteuning van de vaststelling van die besluiten namens de Unie worden ingenomen in het kader van een eventuele procedure waarbij de Ledenraad beslissingen vaststelt op grond van een briefwisseling overeenkomstig artikel 10, lid 6, van de overeenkomst, mits die procedure vóór de volgende gewone zitting van de Ledenraad in juni 2023 wordt ingeleid.

 

(7)

De herziening van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven COI/T.15/NC nr. 3/Herz. 19 kan technische aanpassingen aan andere methoden of documenten van de IOR vereisen. Die technische aanpassingen dienen te worden ondersteund.

 

(8)

Om het belang van de Unie te beschermen moet de Commissie evenwel kunnen verzoeken dat de vaststelling van de besluiten tot wijziging van de handelsnorm of -methoden wordt uitgesteld tot een latere zitting van de Ledenraad, indien nieuwe wetenschappelijke of technische informatie die vóór of tijdens de 116e zitting wordt gepresenteerd, gevolgen kan hebben voor het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in de Ledenraad tijdens de 116e zitting van 28 november tot en met 2 december 2022 of in het kader van een vóór zijn volgende gewone zitting in juni 2023 in te leiden procedure waarbij de Ledenraad besluiten aanneemt bij briefwisseling, met betrekking tot de herziening van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven (COI/T.15/NC nr. 3/Herz. 19), bestaat erin het besluit te steunen om bijlage 1 bij de handelsnorm te schrappen en het beslissingsschema voor delta-7-stigmastenol te vereenvoudigen, en met betrekking tot de herziening van methode COI/T.20/Do nr. 28/HERZ. 3 (bepaling van het gehalte aan wassen en ethylesters van vetzuren met behulp van capillaire gaschromatografie) is dat het besluit om een alternatieve analysemethode op te nemen en enkele kleine wijzigingen in de bestaande methode aan te brengen, moet worden gesteund.

Artikel 2

Het standpunt van de Unie bestaat erin technische aanpassingen aan andere methoden of documenten van het IOR te steunen indien zij voortvloeien uit de herziening van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven COI/T.15/NC nr. 3/Rev. 19.

Artikel 3

Indien vóór of tijdens de 116e zitting van de Ledenraad nieuwe wetenschappelijke of technische informatie wordt gepresenteerd die gevolgen kan hebben voor het in artikel 1 bedoelde standpunt, verzoekt de Commissie dat de vaststelling van het besluit tot wijziging van de handelsnorm voor olijfolie en olie uit perskoeken van olijven en van de analysemethode voor was en ethylesters van vetzuren, wordt uitgesteld totdat het standpunt van de Unie is bepaald op basis van die nieuwe informatie.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

Gedaan te Brussel, 25 november 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    SÍKELA
 

  • (1) 
    Besluit (EU) 2019/848 van de Raad van 17 mei 2019 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de Internationale Overeenkomst van 2015 voor olijfolie en tafelolijven (PB L 139 van 27.5.2019, blz. 1).
  • (2) 
    Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.