Uitvoeringsbesluit 2022/2082 - Wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 tot toekenning van tijdelijke steun aan Cyprus om het risico op werkloosheid door de COVID-19-uitbraak te beperken

1.

Wettekst

28.10.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 280/27

 

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/2082 VAN DE RAAD

van 25 oktober 2022

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan de Republiek Cyprus om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID-19-uitbraak te beperken

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2020/672 van de Raad van 19 mei 2020 betreffende de instelling van een Europees instrument voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid te beperken in een noodtoestand (SURE) als gevolg van de COVID-19-uitbraak (1), en met name artikel 6, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Naar aanleiding van een verzoek van Cyprus van 6 augustus 2020 heeft de Raad bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 (2) financiële bijstand aan Cyprus toegekend in de vorm van een lening van maximaal 479 070 000 EUR met een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar en een beschikbaarheidsperiode van 18 maanden, als aanvulling op de nationale inspanningen van Cyprus om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen.

 

(2)

De lening moest door Cyprus worden gebruikt ter financiering van de werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen als bedoeld in artikel 3 van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344.

 

(3)

Naar aanleiding van een tweede verzoek van Cyprus op 10 maart 2021 heeft de Raad bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/680 (3) tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 aanvullende financiële bijstand ten belope van 124 700 000 EUR aan Cyprus toegekend door het maximumbedrag van de lening te verhogen tot 603 770 000 EUR met een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar en een beschikbaarheidsperiode van 18 maanden, als aanvulling op de nationale inspanningen van Cyprus om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers.

 

(4)

De aanvullende lening moest door Cyprus worden gebruikt ter financiering van de werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen als bedoeld in artikel 3 van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344, zoals gewijzigd bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/680.

 

(5)

Door de COVID-19-uitbraak is een aanzienlijk deel van de beroepsbevolking in Cyprus inactief geworden. Dit heeft geleid tot herhaalde plotse en sterke stijging van de overheidsuitgaven van Cyprus in verband met de in artikel 3, punten c), e), f), g), h) en i), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 bedoelde maatregelen.

 

(6)

De COVID-19-uitbraak en de buitengewone maatregelen die Cyprus in 2020, 2021 en 2022 heeft getroffen om die uitbraak en de sociaal-economische en gezondheidseffecten daarvan in te perken, hadden een dramatisch effect op de overheidsfinanciën en hebben dat nog steeds. Cyprus had in 2020 een overheidstekort van 5,8 % van het bruto binnenlands product (bbp) en een overheidsschuld van 115,0 % van het bbp, die eind 2021 waren afgenomen tot respectievelijk 1,7 % en 103,6 %. Volgens de voorjaarsprognose 2022 van de Commissie zou Cyprus tegen het einde van 2022 een overheidstekort van 0,3 % van het bbp en een overheidsschuld van 93,9 % van het bbp hebben. Volgens de tussentijdse zomerprognose 2022 van de Commissie zou het bbp van Cyprus in 2022 met 3,2 % toenemen.

 

(7)

Op 5 september 2022 heeft Cyprus de Unie om 29 200 000 EUR aan verdere financiële bijstand verzocht als aanvulling op zijn in 2020, 2021 en 2022 gedane nationale inspanningen om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen. Cyprus heeft met name de in de overwegingen 8 tot en met 13 beschreven regelingen voor de werktijdverkorting en soortgelijke maatregelen verder uitgebreid en gewijzigd.

 

(8)

“Wet 27(I)/2020” (4), “Wet 49(I)/2020” (5), “Wet 140(I)/2020” (6), “Wet 36(I)/2021” (7) en “Wet 120(I)/2021” (8) waren de grondslag voor de invoering van een reeks maandelijkse bestuurlijke besluiten (9) waarin maatregelen werden uiteengezet om aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak het hoofd te bieden. Op basis hiervan hebben de autoriteiten een “regeling ter ondersteuning van ondernemingen wegens de gedeeltelijke schorsing van hun activiteiten” zoals bedoeld in artikel 3, punt c), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344, ingevoerd. Daarmee wordt voorzien in looncompensatie voor werknemers van ondernemingen die als gevolg van de pandemie hun omzet zien dalen, op voorwaarde dat de werkgelegenheid behouden blijft. De compensatie dekt 60 % van het salaris van de werknemer of 60 % van de socialezekerheidsrechten die de werknemer heeft opgebouwd in 2018, afhankelijk van wat het grootst is. Het bedrag van de compensatie ligt tussen maximaal 1 214 EUR en minimaal 360 EUR per maand. De maatregel, die oorspronkelijk gold voor de periode van maart tot en met juni 2020, is uitgebreid om ook de periode van januari tot en met augustus 2021 te dekken.

 

(9)

Daarnaast waren “Wet 27(I)/2020”, “Wet 49(I)/2020”, “Wet 140(I)/2020”, “Wet 36(I)/2021” en “Wet 120(I)/2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (10) de grondslag voor de invoering van een “bijzondere regeling voor hotels en toeristische accommodatie”, als bedoeld in artikel 3, punt e), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Daarmee wordt voorzien in looncompensatie ter ondersteuning van werknemers in de hotelsector en andere bedrijven die toeristische accommodatie aanbieden, en van wie de werkgever zijn activiteiten volledig heeft geschorst of die zijn omzet met meer dan 40 % zag terugvallen. Voorwaarde om de aan de regeling te kunnen deelnemen, is het behoud van werkgelegenheid. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode van juni 2020 tot en met oktober 2020, en werd vervolgens uitgebreid om ook de periode van november 2020 tot en met oktober 2021 te dekken.

 

(10)

Daarnaast waren “Wet 27(I)/2020”, “Wet 49(I)/2020”, “Wet 140(I)/2020”, “Wet 36(I)/2021” en “Wet 120(I)/2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (11) de grondslag voor de invoering van een “bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven uit de toeristische sector of getroffen door het toerisme of verbonden met bedrijven die hun activiteiten volledig moeten schorsen”, als bedoeld in artikel 3, punt f), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in looncompensatie voor werknemers in de hotelsector en andere bedrijven die toeristische accommodatie aanbieden, die hun activiteiten volledig hebben geschorst of die hun omzet met meer dan 40 % zagen terugvallen, tegenover 55 % in de oorspronkelijke regeling, op voorwaarde dat de werkgelegenheid behouden blijft. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode van juni 2020 tot en met augustus 2020 en werd uitgebreid en gewijzigd om ook de periode van september 2020 tot en met oktober 2021 te dekken.

 

(11)

Daarnaast waren “Wet 27(I)/2020”, “Wet 49(I)/2020”, “Wet 140(I)/2020”, “Wet 36(I)/2021” en “Wet 120(I)/2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (12) de grondslag voor de invoering van een “bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven die vooraf omschreven activiteiten uitoefenen”, als bedoeld in artikel 3, punt g), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in inkomenscompensatie voor 50 % van het personeel van de ondernemingen die tot de regeling toetreden. De steun dekt 60 % van het salaris van de werknemer of 60 % van de socialezekerheidsrechten die de werknemer heeft opgebouwd in het betrokken referentiejaar, afhankelijk van wat het grootst is. Het bedrag van de compensatie ligt tussen maximaal 1 214 EUR en minimaal 360 EUR per maand. Voorwaarde om de aan de regeling te kunnen deelnemen, is het behoud van werkgelegenheid. De maatregel, die oorspronkelijk gold voor de periode van juni tot en met augustus 2020, is uitgebreid met de periode september van 2020 tot en met oktober 2021.

 

(12)

Voorts worden met de “subsidieregeling” waarin wordt voorzien door “Aanvullende begroting, Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak”, als bedoeld in artikel 3, punt h), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344, subsidies ingevoerd voor zeer kleine en kleine ondernemingen en zelfstandigen die tot 50 werknemers in dienst hebben. Het verzoek betreft alleen het deel van de uitgaven met betrekking tot de steun aan de zelfstandigen en eenmansbedrijven. Met die subsidies wordt een vast subsidiebedrag toegekend om de exploitatiekosten van kleine bedrijven en zelfstandigen te ondersteunen. Voor verschillende categorieën bedrijven zijn de vaste subsidiebedragen herzien op basis van het aantal werknemers. Daarnaast zijn er voor bedrijven die hun activiteiten sinds maart 2020 hebben geschorst subsidies overeengekomen voor een bedrag van 10 000 EUR voor maximaal negen werknemers en 15 000 EUR voor meer dan negen werknemers. Die subsidieregeling kan worden beschouwd als een maatregel die vergelijkbaar is met werktijdverkortingsregelingen, als bedoeld in Verordening (EU) 2020/672, omdat die bedoeld is om zelfstandigen of gelijksoortige categorieën werknemers tegen inkomensdaling of -verlies te beschermen. De maatregel, die oorspronkelijk gold voor de periode van april 2020 tot en met mei 2020, is in november 2020 uitgebreid en gewijzigd voor november 2020. De regeling is in maart 2021 en april 2021 opnieuw uitgebreid, en heeft betrekking op ondernemingen, ongeacht hun aantal werknemers, die op grond van decreten van de minister van Volksgezondheid hun activiteiten volledig moesten opschorten.

 

(13)

Daarnaast waren “Wet 27(I)/2020”, “Wet 49(I)/2020”, “Wet 140(I)/2020”, “Wet 36(I)/2021” en “Wet 120(I)/2021” alsook een aantal maandelijkse bestuurlijke besluiten (13) de grondslag voor de invoering van een “regeling ziekte-uitkeringen”, als bedoeld in artikel 3, punt i), van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344. Die regeling voorziet in looncompensatie voor werknemers van de particuliere sector en voor zelfstandigen, op voorwaarde dat zij zijn ingedeeld bij kwetsbare personen overeenkomstig een door het ministerie van Gezondheid bekendgemaakte lijst, zij door de autoriteiten in quarantaine zijn geplaatst of zij met COVID-19 besmet zijn. De maatregel gold oorspronkelijk voor de periode van maart 2020 tot en met juni 2020, en werd uitgebreid om ook de periode van november 2020 tot en met juni 2021 te dekken.

 

(14)

Cyprus voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672 om financiële bijstand te kunnen aanvragen. Cyprus heeft de Commissie het nodige bewijsmateriaal verschaft dat de werkelijke en geplande overheidsuitgaven sinds 1 februari 2020 met 777 840 000 EUR zijn gestegen als gevolg van de nationale maatregelen om de sociaal-economische gevolgen van de COVID-19-uitbraak het hoofd te bieden. Dit is een plotse en sterke stijging omdat zij ook verband houdt met een verlenging of wijziging van bestaande nationale maatregelen die rechtstreeks verband houden met de werktijdverkortingsregeling en soortgelijke maatregelen die een aanzienlijk deel van de ondernemingen en de beroepsbevolking in Cyprus bestrijken. Cyprus is voornemens om 144 870 000 EUR van de stijging van het uitgavenbedrag te financieren.

 

(15)

De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2020/672, Cyprus geraadpleegd en heeft de plotse en sterke stijging geverifieerd van de werkelijke en geplande overheidsuitgaven die rechtstreeks verband houden met de werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen waarvan sprake is in het verzoek van 5 september 2022.

 

(16)

Daarom moet financiële bijstand worden verleend om Cyprus te helpen het hoofd te bieden aan de sociaal-economische gevolgen van de ernstige economische verstoring als gevolg van de COVID-19-uitbraak. De Commissie moet de besluiten inzake de looptijd, omvang en vrijgave van de tranches en deeltranches in nauwe samenwerking met de nationale autoriteiten nemen.

 

(17)

Aangezien de in Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 vermelde beschikbaarheidsperiode is verstreken, is een nieuwe beschikbaarheidsperiode voor de aanvullende financiële bijstand nodig. De beschikbaarheidsperiode van18 maanden voor financiële bijstand uit hoofde van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 moet met 21 maanden worden verlengd en bijgevolg moet de totale beschikbaarheidsperiode 39 maanden bedragen vanaf de eerste dag na de inwerkingtreding van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344.

 

(18)

Cyprus en de Commissie moeten in de in artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde leningsovereenkomst met dit besluit rekening houden.

 

(19)

Dit besluit moet de uitkomst onverlet laten van eventuele procedures met betrekking tot verstoringen van de werking van de interne markt, met name uit hoofde van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag. Het doet geen afbreuk aan het vereiste dat de lidstaten, uit hoofde van artikel 108 van het Verdrag, de Commissie op de hoogte brengen van voorgenomen steunmaatregelen.

 

(20)

Cyprus moet de Commissie op regelmatige basis informeren over de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven, zodat de Commissie kan beoordelen in hoeverre Cyprus die uitgaven ten uitvoer heeft gelegd.

 

(21)

Bij het nemen van het besluit om financiële bijstand te verlenen is rekening gehouden met de bestaande en verwachte behoeften van Cyprus en met verzoeken om financiële bijstand op grond van Verordening (EU) 2020/672 die reeds door andere lidstaten zijn ingediend of gepland, met toepassing van de beginselen inzake gelijke behandeling, solidariteit, evenredigheid en transparantie,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

leden 1 en 2 worden vervangen door:

“1.   De Unie stelt Cyprus een lening van maximaal 632 970 000 EUR beschikbaar. De lening heeft een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar.

  • 2. 
    De periode waarin de bij dit besluit verleende financiële bijstand beschikbaar is, bedraagt 39 maanden te rekenen vanaf de eerste dag nadat dit besluit van kracht geworden is.”;
 

b)

lid 4 wordt vervangen door:

“4.   De vrijgave van de eerste tranche hangt af van de inwerkingtreding van de in artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde leningsovereenkomst. Eventuele verdere tranches worden vrijgegeven overeenkomstig de voorwaarden van die leningsovereenkomst of zijn, in voorkomend geval, onderworpen aan de inwerkingtreding van een addendum bij die overeenkomst of van een gewijzigde leningsovereenkomst tussen Cyprus en de Commissie die de oorspronkelijke leningsovereenkomst vervangt.”.

 

2)

Artikel 3 wordt vervangen door:

“Artikel 3

Cyprus mag de volgende maatregelen financieren:

 

a)

de bijzondere regeling ouderschapsverlof, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 127/148/151/184/192/212/213/235/2020”, zoals uitgebreid;

 

b)

de regelingen ter ondersteuning van ondernemingen wegens de volledige schorsing van hun activiteiten, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 130/148/151/187/212/213/238/243/271/273/2020”, zoals uitgebreid;

 

c)

de regelingen ter ondersteuning van ondernemingen wegens de gedeeltelijke schorsing van hun activiteiten, waarin wordt voorzien door “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 131/188/239/2020”, zoals laatstelijk gewijzigd bij “Wet 120(I)/2021” en bij “bestuurlijk besluit 370/2021”;

 

d)

de bijzondere regeling voor zelfstandigen, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 129/148/151/186/237/322/2020”, zoals uitgebreid;

 

e)

de bijzondere regeling voor hotels en toeristische accommodatie, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 269/317/393/418/498/533/631/2020”, zoals laatstelijk gewijzigd bij “Wet 120(I)/2021” en bij “bestuurlijk besluit 431/2021”;

 

f)

de bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven uit de toeristische sector of getroffen door het toerisme of verbonden met bedrijven die hun activiteiten volledig moeten schorsen, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 270/318/394/419/499/534/632/2020”, zoals laatstelijk gewijzigd bij “Wet 120(I)/2021” en bij “bestuurlijk besluit 432/2021”;

 

g)

de bijzondere regeling ter ondersteuning van bedrijven die vooraf omschreven activiteiten uitoefenen, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 272/320/396/420/500/535/633/2020”, zoals laatstelijk gewijzigd bij “Wet 120(I)/2021” en bij “bestuurlijk besluit 433/2021”;

 

h)

de subsidieregeling voor zeer kleine en kleine ondernemingen en zelfstandigen, waarin wordt voorzien door de “Aanvullende begroting, Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak”, voor het gedeelte van de uitgaven met betrekking tot de steun aan zelfstandigen en eenmansbedrijven, zoals uitgebreid en gewijzigd;

 

i)

de regeling ziekte-uitkeringen, waarin wordt voorzien in “Wet 27(I)/2020” en in “bestuurlijke besluiten 128/185/236/539/637/2020”, zoals laatstelijk gewijzigd bij “Wet 120(I)/2021” en bij “bestuurlijk besluit 273/2021”.”.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de Republiek Cyprus.

Dit besluit wordt van kracht op de datum van de kennisgeving ervan aan de adressaat.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Luxemburg, 25 oktober 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    SÍKELA
 

  • (2) 
    Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 van de Raad van 25 september 2020 tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan de Republiek Cyprus om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID-19-uitbraak te beperken (PB L 314 van 29.9.2020, blz. 13).
  • (3) 
    Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/680 van de Raad van 23 april 2021 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1344 tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan de Republiek Cyprus om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID-19-uitbraak te beperken (PB L 144 van 27.4.2021, blz. 19).
  • (4) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4748, 27/3/2020.
  • (5) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4756, 26/5/2020.
  • (6) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4780, 12/10/2020.
  • (7) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4823, 29/3/2021.
  • (8) 
    Ε.Ε., Παρ.Ι(I), Αρ.4846, 16/7/2021.
  • (9) 
    Bestuurlijke besluiten 131/188/239/2020, en bestuurlijke besluiten 16/84/124/169/219/276/331/370/2021.
  • Bestuurlijke besluiten 269/317/393/418/498/533/631/2020 en bestuurlijke besluiten 13/81/121/166/216/271/329/368/402/431/2021.
  • Bestuurlijke besluiten 270/318/394/419/499/534/632/2020 en bestuurlijke besluiten 14/82/122/167/217/274/330/369/403/432/2021.
  • Bestuurlijke besluiten 272/320/396/420/500/535/633/2020 en bestuurlijke besluiten 404/433/2021.
  • Bestuurlijke besluiten 128/185/236/539/637/2020, en bestuurlijke besluiten 19/87/127/172/222/273/2021.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.