Besluit 2022/1448 - Sluiting van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met Mauritanië en het bijbehorende uitvoeringsprotocol

1.

Wettekst

2.9.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 228/2

 

BESLUIT (EU) 2022/1448 VAN DE RAAD

van 18 juli 2022

betreffende de sluiting van de Partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de Islamitische Republiek Mauritanië en het bijbehorende uitvoeringsprotocol

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, in samenhang met artikel 218, lid 6, tweede alinea, punt a), v), en artikel 218, lid 7,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig Besluit (EU) 2021/2123 van de Raad (2), zijn de Partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de Islamitische Republiek Mauritanië (“de partnerschapsovereenkomst”) en het bijbehorende uitvoeringsprotocol (“het protocol”) op 15 november 2021 ondertekend.

 

(2)

De partnerschapsovereenkomst en het protocol moeten ervoor zorgen dat de vaartuigen van de Unie in de Mauritaanse wateren kunnen vissen en dat de Unie en de Islamitische Republiek Mauritanië (“Mauritanië”) nauw gaan samenwerken aan de verdere bevordering van een duurzaam visserijbeleid en een verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van Mauritanië en de Atlantische Oceaan, overeenkomstig de in het Unierecht erkende doelstelling van het behoud van de mariene biologische rijkdommen. Deze samenwerking draagt tegelijk bij aan fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden in de visserijsector.

 

(3)

De partnerschapsovereenkomst en het protocol moeten namens de Europese Unie worden goedgekeurd.

 

(4)

Bij artikel 14 van de partnerschapsovereenkomst is een gemengde commissie opgericht die belast is met de controle op de toepassing van de partnerschapsovereenkomst en het protocol. Voorts kan de gemengde commissie krachtens artikel 11, lid 1, van het protocol bepaalde wijzigingen van het protocol goedkeuren. Om de goedkeuring van die wijzigingen te vergemakkelijken, moet onder bepaalde materiële en procedurele voorwaarden de Commissie worden gemachtigd om deze wijzigingen namens de Unie goed te keuren volgens een vereenvoudigde procedure.

 

(5)

Het standpunt van de Unie inzake de voorgestelde wijzigingen in het protocol moet door de Raad worden bepaald. De voorgestelde wijzigingen moeten worden goedgekeurd tenzij een blokkerende minderheid van lidstaten in de zin van artikel 16, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie er bezwaar tegen maakt.

 

(6)

De partnerschapsovereenkomst en het protocol dienen zo spoedig mogelijk in werking te treden wegens het economische belang van de visserijactiviteiten van de Unie in de Mauritaanse visserijzone en om onderbrekingen van die activiteiten te voorkomen of zo kort mogelijk te houden,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De Partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de Islamitische Republiek Mauritanië en het bijbehorende uitvoeringsprotocol worden namens de Unie goedgekeurd (3).

Artikel 2

De voorzitter van de Raad verricht namens de Unie de in artikel 18 van de partnerschapsovereenkomst bedoelde kennisgeving en de in artikel 22 van het protocol (4) bedoelde kennisgeving.

Artikel 3

De Commissie wordt volgens de procedure en de voorwaarden van de bijlage bij dit besluit gemachtigd om, namens de Unie, haar goedkeuring te hechten aan wijzigingen van het protocol die worden vastgesteld door de bij artikel 14 van de partnerschapsovereenkomst opgerichte gemengde commissie.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 18 juli 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

  • Z. 
    NEKULA
 

  • (1) 
    Goedkeuring verleend op 8 juni 2022 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (2) 
    Besluit (EU) 2021/2123 van de Raad van 11 november 2021 betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de Islamitische Republiek Mauritanië en van het bijbehorende uitvoeringsprotocol (PB L 439 van 8.12.2021, blz. 1).
  • (4) 
    De datum van inwerkingtreding van de partnerschapsovereenkomst en van het protocol wordt door het secretariaat-generaal van de Raad in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt.
 

BIJLAGE

PROCEDURE EN VOORWAARDEN VOOR DE GOEDKEURING VAN DOOR DE GEMENGDE COMMISSIE VAST TE STELLEN WIJZIGINGEN VAN HET PROTOCOL

Wanneer de gemengde commissie wordt verzocht overeenkomstig artikel 11, lid 1, van het protocol wijzigingen van het protocol vast te stellen, wordt de Commissie gemachtigd de voorgestelde wijzigingen namens de Unie goed te keuren onder de volgende voorwaarden:

 

1)

De Commissie zorgt ervoor dat de goedkeuring namens de Unie:

 

a)

in overeenstemming is met de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid;

 

b)

in overeenstemming is met de toepasselijke voorschriften van de regionale organisaties voor visserijbeheer en geschiedt met inachtneming van het gezamenlijk beheer door de kuststaten;

 

c)

geschiedt met inachtneming van de meest recente statistische, biologische en andere relevante informatie die aan de Commissie is toegezonden.

 

2)

Voordat de Commissie de voorgestelde wijzigingen namens de Unie goedkeurt, legt zij deze tijdig voorafgaand aan de desbetreffende vergadering van de gemengde commissie voor aan de Raad.

 

3)

De Raad beoordeelt of de voorgestelde wijzigingen in overeenstemming zijn met de criteria in punt 1.

 

4)

Tenzij een aantal lidstaten dat een blokkerende minderheid van de Raad overeenkomstig artikel 16, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie vormt, bezwaar maakt tegen de voorgestelde wijzigingen, keurt de Commissie de wijzigingen namens de Unie goed. Indien een dergelijke blokkerende minderheid bestaat, verwerpt de Commissie de voorgestelde wijzigingen namens de Unie.

 

5)

Indien tijdens latere vergaderingen van de gemengde commissie, ook ter plaatse, geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt de zaak overeenkomstig de procedure van de punten 2 tot en met 4 opnieuw aan de Raad voorgelegd om ervoor te zorgen dat in het standpunt van de Unie rekening wordt gehouden met nieuwe elementen.

 

6)

De Commissie wordt verzocht te gelegener tijd alle stappen te ondernemen die noodzakelijk zijn voor de follow-up van het besluit van de gemengde commissie, met inbegrip van, waar passend, de bekendmaking van het betrokken besluit in het Publicatieblad van de Europese Unie en de mededeling van de voorstellen die nodig zijn voor de uitvoering van dat besluit.

Ten aanzien van aangelegenheden die geen betrekking hebben op wijzigingen van het protocol overeenkomstig artikel 11, lid 1, van het protocol, wordt het door de Unie in de gemengde commissie in te nemen standpunt bepaald in overeenstemming met de Verdragen en de bestaande werkpraktijken.

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.