Uitvoeringsbesluit 2020/1353 - Toekenning van tijdelijke steun aan Polen om het risico op werkloosheid door de COVID-19-uitbraak te beperken

1.

Wettekst

29.9.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 314/45

 

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2020/1353 VAN DE RAAD

van 25 september 2020

tot toekenning van tijdelijke steun uit hoofde van Verordening (EU) 2020/672 aan de Republiek Polen om het risico op werkloosheid in de noodtoestand als gevolg van de COVID-19-uitbraak te beperken

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2020/672 van de Raad van 19 mei 2020 betreffende de instelling van een Europees instrument voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid te beperken in een noodtoestand (SURE) als gevolg van de COVID-19-uitbraak (1), en met name artikel 6, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 6 augustus 2020 heeft Polen de Unie om financiële bijstand verzocht als aanvulling op zijn nationale inspanningen om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaal-economische gevolgen daarvan voor werknemers zelfstandigen.

 

(2)

De COVID-19-uitbraak en de buitengewone maatregelen die Polen heeft getroffen om de uitbraak en de sociaal-economische en gezondheidseffecten daarvan in te perken, zullen naar verwachting een dramatisch effect op de overheidsfinanciën hebben. Volgens de voorjaarsprognose 2020 van de Commissie zou Polen tegen het einde van 2020 een overheidstekort van 9,5 % van het bruto binnenlands product (bbp) en een schuld van 58,5 % van het bbp hebben. Volgens de tussentijdse zomerprognose 2020 van de Commissie zou het bbp van Polen in 2020 met 4,6 % krimpen.

 

(3)

Door de COVID-19-uitbraak is een aanzienlijk deel van de beroepsbevolking in Polen inactief geworden. Dat heeft geleid tot een plotse en sterke stijging van de overheidsuitgaven van Polen, met name in verband met een vermindering van de sociale bijdragen voor zelfstandigen, alle sociale coöperaties (ongeacht het aantal werknemers) en ondernemingen met maximaal 50 werknemers, een toelage wegens werkonderbreking voor zelfstandigen en personen met een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht, subsidies voor lonen en sociale bijdragen, subsidies voor zelfstandigen zonder personeel en leningen die kunnen worden omgezet in subsidies aan zelfstandigen, micro-ondernemingen en niet-gouvernementele organisaties, zoals uiteengezet in de overwegingen 4 tot en met 8.

 

(4)

Meer bepaald heeft de “Wet van 2 maart 2020 inzake specifieke oplossingen voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van COVID-19, andere besmettelijke ziekten en daardoor veroorzaakte crisissituaties” (2), waarnaar in het Poolse verzoek van 6 augustus 2020 wordt verwezen, een tijdelijke vermindering van de sociale bijdragen ingevoerd voor zelfstandigen, alle sociale coöperaties (ongeacht het aantal werknemers) en ondernemingen die maximaal 50 werknemers in dienst hebben, ter bescherming van arbeidsplaatsen in respons op de COVID-19-uitbraak. De vermindering werd toegepast voor de periode maart-mei 2020. De ondernemingen die tot tien werknemers in dienst hebben en, in de meeste gevallen, zelfstandigen en alle sociale coöperaties (ongeacht het aantal werknemers) kwamen in aanmerking voor een volledige vermindering; voor de entiteiten die 10 tot 50 werknemers in dienst hebben, bedroeg de vermindering 50 %. De tijdelijke vermindering van de sociale bijdragen kan worden beschouwd als een soortgelijke maatregel als werktijdverkortingsregelingen, als bedoeld in Verordening (EU) 2020/672, aangezien de maatregel voor zelfstandigen tot doel heeft hen te beschermen tegen een daling of verlies van inkomsten, en voor ondernemingen met maximaal 50 werknemers en alle sociale coöperaties tot doel heeft ondersteuning te bieden voor de werknemers, op voorwaarde dat zij tot het einde van de maatregel in dienst blijven. Door de tijdelijke vermindering van de sociale bijdragen derft de overheid inkomsten, wat voor de toepassing van Verordening (EU) 2020/672 met overheidsuitgaven kan worden gelijkgesteld.

 

(5)

Voorts hebben de autoriteiten voorzien in een toelage wegens werkonderbreking voor zelfstandigen en personen met een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht die als gevolg van de crisis inkomensverlies hebben geleden. De maatregel bestaat in een vast bedrag voor zelfstandigen (50 % of 80 % van het minimumloon — afhankelijk van de daling van hun inkomsten) en werknemers met een atypische arbeidsovereenkomst (tot 80 % van het minimumloon) om hen te compenseren voor de daling van hun inkomsten.

 

(6)

Er zijn subsidies voor lonen en sociale bijdragen ingevoerd, die afhankelijk zijn van een omzetdaling als gevolg van de crisis. Ongeacht hun omvang kunnen ondernemingen verzoeken om tijdelijke medefinanciering van hun loonkosten en sociale bijdragen. De subsidies voor lonen en sociale bijdragen kunnen worden beschouwd als een soortgelijke maatregel als werktijdverkortingsregelingen, als bedoeld in Verordening (EU) 2020/672, aangezien ze betrekking hebben op uitgaven die worden gedaan door ondernemingen en andere entiteiten die van werktijdverkorting gebruikmaken of de werktijd vrijwillig verminderen, of, wanneer de werknemers ononderbroken in dienst waren tot de datum van de meest recente beschikbare gegevens, vereisen dat de onderneming het dienstverband in stand houdt, hetzij gedurende de periode van werktijdverkorting hetzij tot de datum van de meest recente beschikbare gegevens.

 

(7)

De autoriteiten hebben subsidies voor zelfstandigen zonder personeel ingevoerd. De subsidies verstrekken tijdelijke medefinanciering van een deel van de bedrijfslasten van natuurlijke personen zonder personeel. Het bedrag is afhankelijk van de omzetdaling en bedraagt tussen 50 % en 90 % van het minimumloon.

 

(8)

Ten slotte hebben de autoriteiten een maatregel ingevoerd voor het verstrekken van leningen die kunnen worden omgezet in subsidies aan zelfstandigen, micro-ondernemingen en niet-gouvernementele organisaties. De maatregel verstrekt microleningen tot een bedrag van maximaal 5 000 PLN. De leningen kunnen worden omgezet in subsidies indien de begunstigde zijn activiteiten voortzet gedurende drie maanden nadat de lening is betaald. Om te voldoen aan de voorwaarde dat het om overheidsuitgaven moet gaan, mogen in het kader van Verordening (EU) 2020/672 alleen de uitgaven worden ondersteund voor leningen die in subsidies worden omgezet.

 

(9)

Polen voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672 om financiële bijstand te kunnen aanvragen. Polen heeft de Commissie het nodige bewijsmateriaal verschaft dat de werkelijke en geplande overheidsuitgaven sinds 1 februari 2020 met 11 668 118 894 EUR zijn gestegen als gevolg van de nationale maatregelen om de sociaal-economische gevolgen van de COVID-19-uitbraak het hoofd te bieden. Dit is een plotse en sterke stijging, die zowel verband houdt met nieuwe maatregelen als met een uitbreiding van bestaande maatregelen die betrekking hebben op een aanzienlijk deel van de ondernemingen en van de beroepsbevolking in Polen.

 

(10)

De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2020/672, Polen geraadpleegd en heeft de plotse en sterke stijging geverifieerd van de werkelijke en geplande overheidsuitgaven die rechtstreeks verband houden met werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen.

 

(11)

Daarom moet financiële bijstand worden verleend om Polen te helpen het hoofd te bieden aan de sociaal-economische gevolgen van de ernstige economische verstoring als gevolg van de COVID-19-uitbraak. De Commissie moet de besluiten inzake de looptijd, omvang en vrijgave van de tranches en deeltranches in nauwe samenwerking met de nationale autoriteiten nemen.

 

(12)

Dit besluit moet de uitkomst onverlet laten van eventuele procedures met betrekking tot verstoringen van de werking van de interne markt, met name uit hoofde van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag. Het doet geen afbreuk aan het vereiste dat de lidstaten, uit hoofde van artikel 108 van het Verdrag, de Commissie op de hoogte brengen van voorgenomen steunmaatregelen.

 

(13)

Polen moet de Commissie op regelmatige basis informeren over de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven, zodat de Commissie kan beoordelen in hoeverre Polen die uitgaven ten uitvoer heeft gelegd.

 

(14)

Bij het nemen van het besluit om financiële bijstand te verlenen is rekening gehouden met de bestaande en verwachte behoeften van Polen en met verzoeken om financiële bijstand op grond van Verordening (EU) 2020/672 die reeds door andere lidstaten zijn ingediend of gepland, met toepassing van de beginselen inzake gelijke behandeling, solidariteit, evenredigheid en transparantie. Het bedrag van de lening is met name vastgesteld om te voldoen aan de op de leningenportefeuille toepasselijke prudentiële regels zoals gespecificeerd in Verordening (EU) 2020/672,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Polen voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672.

Artikel 2

  • 1. 
    De Unie stelt Polen een lening van maximaal 11 236 693 087 EUR beschikbaar. De lening heeft een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar.
  • 2. 
    De periode waarin de bij dit besluit verleende financiële bijstand beschikbaar is, bedraagt 18 maanden te rekenen vanaf de eerste dag nadat dit besluit van kracht is geworden.
  • 3. 
    De Commissie stelt de financiële bijstand van de Unie in maximaal tien tranches beschikbaar aan Polen. Een tranche kan in één of meer deeltranches worden uitbetaald. De looptijden van de deeltranches in het kader van de eerste tranche kunnen langer zijn dan de in lid 1 genoemde maximale gemiddelde looptijd. In dergelijke gevallen worden de looptijden van verdere deeltranches zodanig vastgesteld dat de in lid 1 genoemde maximale gemiddelde looptijd in acht is genomen als alle tranches zijn uitbetaald.
  • 4. 
    De vrijgave van de eerste tranche hangt af van de inwerkingtreding van de in artikel 8, lid 2, van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde leningsovereenkomst.
  • 5. 
    Polen betaalt de in artikel 4 van Verordening (EU) 2020/672 bedoelde financieringskosten van de Unie voor elke tranche, vermeerderd met alle vergoedingen, kosten en uitgaven van de Unie die uit de financiering van de uit hoofde van lid 1 van dit artikel toegekende lening voortvloeien.
  • 6. 
    De Commissie beslist over de omvang en de vrijgave van de tranches, alsmede over de omvang van de deeltranches.

Artikel 3

Polen mag de volgende maatregelen financieren:

 

a)

een vermindering van de sociale bijdragen, waarin wordt voorzien door artikel 31zo van de “Wet van 2 maart 2020 inzake specifieke oplossingen voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van COVID-19, andere besmettelijke ziekten en daardoor veroorzaakte crisissituaties”, voor het deel van de uitgaven dat betrekking heeft op de ondersteuning van zelfstandigen, alle sociale coöperaties (ongeacht het aantal werknemers) en, voor ondernemingen met maximaal 50 werknemers, het deel van de uitgaven met betrekking tot werknemers die ononderbroken in dienst bleven;

 

b)

een toelage wegens werkonderbreking voor zelfstandigen en personen met een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht, waarin wordt voorzien door de artikelen 15zq en 15zua van de “Wet van 2 maart 2020 inzake specifieke oplossingen voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van COVID-19, andere besmettelijke ziekten en daardoor veroorzaakte crisissituaties”;

 

c)

subsidies voor lonen en sociale bijdragen van ondernemingen en andere entiteiten die van werktijdverkorting gebruikmaken of de werktijd vrijwillig verminderen, of waarin de werknemers ononderbroken in dienst bleven, waarin wordt voorzien door de artikelen 15 g, 15ga, 15gg, 15zzb, 15zze, 15zze2 van de “Wet van 2 maart 2020 inzake specifieke oplossingen voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van COVID-19, andere besmettelijke ziekten en daardoor veroorzaakte crisissituaties”;

 

d)

subsidies voor zelfstandigen zonder personeel, waarin wordt voorzien door artikel 15zzc van de “Wet van 2 maart 2020 inzake specifieke oplossingen voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van COVID-19, andere besmettelijke ziekten en daardoor veroorzaakte crisissituaties”;

 

e)

leningen die kunnen worden omgezet in subsidies aan zelfstandigen, micro-ondernemingen en niet-gouvernementele organisaties, voor het bedrag dat daadwerkelijk in subsidies wordt omgezet, waarin wordt voorzien door de artikelen 15zzd, 15zzda van de “Wet van 2 maart 2020 inzake specifieke oplossingen voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van COVID-19, andere besmettelijke ziekten en daardoor veroorzaakte crisissituaties”.

Artikel 4

Polen stelt de Commissie uiterlijk op 30 maart 2021, en nadien om de zes maanden, in kennis van de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven totdat die geplande overheidsuitgaven volledig ten uitvoer zijn gelegd.

Artikel 5

Dit besluit is gericht tot de Republiek Polen.

Dit besluit wordt van kracht op de datum van de kennisgeving ervan aan de geadresseerde.

Artikel 6

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    ROTH
 

  • (2) 
    Dz.U. 2020 poz. 374, zoals gewijzigd.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.