Besluit 2018/598 - Toekenning van verdere macrofinanciële bijstand aan Georgië

1.

Wettekst

23.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 103/8

 

BESLUIT (EU) 2018/598 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 18 april 2018

tot toekenning van verdere macrofinanciële bijstand aan Georgië

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 212, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De betrekkingen tussen de Europese Unie (hierna „de Unie” genoemd) en Georgië blijven zich ontwikkelen in het kader van het Europees nabuurschapsbeleid (ENB) en het Oostelijk Partnerschap. Georgië is in 2009 tot het Oostelijk Partnerschap van de EU toegetreden. Deze toetreding werd gevolgd door de onderhandelingen over een associatieovereenkomst tussen de EU en Georgië. Die overeenkomst (2) (hierna „de associatieovereenkomst” genoemd), waarin de geleidelijke invoering van een diepe en brede vrijhandelsruimte (Deep and Comprehensive Free Trade Area; hierna „DCFTA” genoemd) is opgenomen, werd in juni 2014 ondertekend en is op 1 juli 2016 in werking getreden.

 

(2)

Georgië blijft kampen met een zwak extern klimaat dat, door een daling van de uitvoer en van de geldovermakingen van emigranten, tot een relatief zwakke bbp-groei in 2016 heeft bijgedragen. Hoewel de regionale en mondiale groei in 2017 is aangetrokken, blijft hij onderhevig aan neerwaartse risico's.

 

(3)

Het begrotingstekort van Georgië is nog steeds aanzienlijk en de overheidsschuldquote loopt alsmaar verder op. Ook de betalingsbalanspositie van Georgië blijft kwetsbaar als gevolg van een zeer groot tekort op de lopende rekening en een hoge buitenlandse schuld. De deviezenreserves van Georgië zijn in absolute termen stabiel gebleven, maar dat neemt niet weg dat zij — in het licht van de stijgende behoeften aan reserves — zijn gedaald tot onder het niveau dat het Internationaal Monetair Fonds (IMF) toereikend acht. Georgië is zich nog steeds aan het aanpassen aan de vereisten van de DCFTA met de Unie.

 

(4)

Tegen deze achtergrond hebben de Georgische autoriteiten en het IMF in april 2017 overeenstemming bereikt over een driejarige regeling in het kader van de uitgebreide Fondsfaciliteit (Extended Fund Facility, EFF) ten bedrage van 285,3 miljoen USD voor de periode 2017-2020. Die regeling werd op 12 april 2017 door het College van Bewindvoerders van het IMF goedgekeurd. Met de EFF-regeling wordt beoogd een programma van economische hervormingen te ondersteunen om Georgië te helpen bij het verminderen van zijn economische kwetsbaarheden, en tevens een hogere en inclusievere economische groei te bevorderen.

 

(5)

In het licht van de resterende externe financieringsbehoeften van Georgië hebben de Georgische autoriteiten de Unie in juni 2017 om aanvullende macrofinanciële bijstand verzocht.

 

(6)

Sinds het militaire conflict met Rusland in augustus 2008 hebben er twee macrofinanciëlebijstandsoperaties ten gunste van Georgië plaatsgevonden, die de Unie in oktober 2008 tijdens de internationale donorconferentie te Brussel heeft toegezegd. De eerste van die operaties betrof een bedrag van 46 miljoen EUR, dat volledig uit giften bestond, en is in 2009-2010 uitgevoerd. De tweede betrof wederom een bedrag van 46 miljoen EUR, dat voor de helft uit giften en voor de helft uit leningen bestond, en is in 2015-2017 uitgevoerd. Voorts heeft de Unie in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument voor de periode 2014-2020 een bedrag van 610 à 746 miljoen EUR uitgetrokken voor Georgië, onder meer voor het verlenen van begrotingssteun en technische bijstand. Daarnaast profiteert Georgië van de investeringsfaciliteit voor het nabuurschapsbeleid, die in de periode 2008-2017 ongeveer 86 miljoen EUR aan projecten in Georgië heeft bijgedragen.

 

(7)

Omdat Georgië onder het ENB valt, moet het worden beschouwd als een land dat voor macrofinanciële bijstand van de Unie in aanmerking komt.

 

(8)

De macrofinanciële bijstand van de Unie moet een uitzonderlijk financieel instrument zijn van ongebonden en niet-toegewezen betalingsbalanssteun, gericht op het lenigen van de onmiddellijke externe financieringsbehoeften van de begunstigde, en moet dienen ter ondersteuning van de uitvoering van een beleidsprogramma met krachtige directe aanpassings- en structurele hervormingsmaatregelen die gericht zijn op het verbeteren van de betalingsbalanspositie op korte termijn.

 

(9)

Aangezien er nog steeds sprake is van een aanzienlijk resterend extern financieringstekort op de betalingsbalans van Georgië dat de door het IMF en andere multilaterale instellingen verstrekte middelen te boven gaat, wordt de door de Unie aan Georgië toe te kennen macrofinanciële bijstand, onder de huidige uitzonderlijke omstandigheden, aangemerkt als een passende reactie op het verzoek van Georgië om in samenhang met het IMF-programma zijn economische stabilisatie te ondersteunen. De macrofinanciële bijstand van de Unie zou de economische stabilisatie en de structurelehervormingsagenda van Georgië ondersteunen en een aanvulling vormen op de middelen die in het kader van de financiële overeenkomst met het IMF beschikbaar worden gesteld.

 

(10)

De macrofinanciële bijstand van de Unie moet gericht zijn op het herstellen van een houdbare externe financiële situatie voor Georgië en aldus de economische en sociale ontwikkeling van het land ondersteunen.

 

(11)

De vaststelling van het bedrag van de macrofinanciële bijstand van de Unie is gebaseerd op een volledige kwantitatieve beoordeling van de resterende externe financieringsbehoeften van Georgië, en bij de bepaling ervan is rekening gehouden met het vermogen van het land zichzelf te financieren met eigen middelen, en met name met de internationale reserves waarover het beschikt. De macrofinanciële bijstand van de Unie moet complementair zijn aan de programma's van het IMF en de Wereldbank en de door hen verstrekte middelen. Bij de vaststelling van het bijstandsbedrag wordt ook rekening gehouden met verwachte financiële bijdragen van bilaterale en multilaterale donoren, met het gegeven dat de lasten billijk tussen de Unie en andere donoren moeten worden verdeeld, met de reeds bestaande inzet van andere externe financieringsinstrumenten van de Unie in Georgië, en met de meerwaarde die over het geheel genomen door de betrokkenheid van de Unie wordt geboden.

 

(12)

Gezien de resterende externe financieringsbehoeften van Georgië, zijn economisch en sociaal ontwikkelingspeil, gemeten naar het inkomen per hoofd van de bevolking en naar het armoedepercentage, alsook zijn schuldenlast, moet een deel van de bijstand in de vorm van giften worden verstrekt.

 

(13)

De Commissie moet ervoor zorgen dat de macrofinanciële Uniebijstand juridisch en materieel verenigbaar is met de voornaamste beginselen voor het externe optreden als vastgelegd in artikel 21 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, met de doelstellingen van de verschillende onderdelen van het externe optreden en andere relevante beleidsdomeinen van de Unie en met de maatregelen die in het kader hiervan zijn genomen.

 

(14)

De macrofinanciële bijstand van de Unie moet haar externe beleid ten aanzien van Georgië ondersteunen. De diensten van de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden moeten gedurende de hele macrofinanciëlebijstandsoperatie nauw samenwerken om het externe beleid van de Unie te coördineren en de samenhang ervan te waarborgen.

 

(15)

De macrofinanciële bijstand van de Unie moet Georgië ondersteunen in zijn engagement met betrekking tot waarden die het land met de Unie deelt, waaronder democratie, de rechtsstaat, behoorlijk bestuur, eerbiediging van de mensenrechten, duurzame ontwikkeling en armoedebestrijding, en ook in zijn engagement met betrekking tot de beginselen van open, op regels gebaseerde en eerlijke handel.

 

(16)

Een noodzakelijke voorwaarde voor toekenning van de macrofinanciële bijstand van de Unie moet zijn dat Georgië doeltreffende democratische mechanismen — waaronder een parlementair meerpartijenstelsel — en de rechtsstaat eerbiedigt, en eerbiediging van de mensenrechten garandeert. Daarnaast moeten de specifieke doelstellingen van de macrofinanciële bijstand van de Unie de doelmatigheid, transparantie en verantwoording van de beheerssystemen voor de overheidsfinanciën in Georgië bevorderen en bijdragen aan structurele hervormingen die gericht zijn op de bevordering van duurzame en inclusieve groei, het scheppen van werkgelegenheid en begrotingsconsolidatie. De macrofinanciële bijstand van de Unie aan Georgië moet tevens maatregelen omvatten om de tenuitvoerlegging van de associatieovereenkomst, met inbegrip van de DCFTA, te ondersteunen. Om te waarborgen dat deze specifieke doelstellingen op deugdelijke wijze kunnen worden getoetst, moeten ze op een verifieerbare en meetbare manier worden geformuleerd. De Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden moeten er regelmatig op toezien dat aan de noodzakelijke voorwaarden is voldaan en dat die doelstellingen worden verwezenlijkt. Indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, de doelstellingen niet worden verwezenlijkt of de doelstellingen en beginselen van de associatieovereenkomst in het algemeen worden veronachtzaamd, moet de Commissie de uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie tijdelijk schorsen of annuleren.

 

(17)

Om ervoor te zorgen dat de financiële belangen van de Unie in het kader van de macrofinanciële bijstand van de Unie efficiënt worden beschermd, moet Georgië passende maatregelen nemen in verband met de preventie en bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden met betrekking tot de macrofinanciële bijstand van de Unie. Daarnaast moet erin worden voorzien dat de Commissie controles verricht en de Rekenkamer audits uitvoert.

 

(18)

De uitkering van de macrofinanciële bijstand van de Unie laat de bevoegdheden van het Europees Parlement en van de Raad, als begrotingsautoriteit, onverlet.

 

(19)

De in de vorm van giften verstrekte bedragen aan macrofinanciële bijstand en de bedragen van de voorziening voor in de vorm van leningen verstrekte macrofinanciële bijstand moeten stroken met de in het meerjarig financieel kader vastgestelde begrotingskredieten.

 

(20)

De macrofinanciële bijstand van de Unie moet door de Commissie worden beheerd. Om ervoor te zorgen dat het Europees Parlement en de Raad de uitvoering van dit besluit kunnen volgen, moet de Commissie hen regelmatig inlichten over ontwikkelingen met betrekking tot de bijstand en hun de relevante documenten daarover verstrekken.

 

(21)

Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van dit besluit, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad (3).

 

(22)

De macrofinanciële bijstand van de Unie moet onderworpen zijn aan economische beleidsvoorwaarden, die in een memorandum van overeenstemming moeten worden vastgelegd. Omwille van de efficiëntie en om eenvormige uitvoeringsvoorwaarden te waarborgen, moet de Commissie worden gemachtigd om met de Georgische autoriteiten onderhandelingen over die voorwaarden te voeren onder toezicht van het comité van vertegenwoordigers van de lidstaten, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011. Krachtens die verordening moet in alle andere gevallen dan die waarin die verordening voorziet, in de regel de raadplegingsprocedure worden gebruikt. Gezien de mogelijk belangrijke gevolgen van bijstand van meer dan 90 miljoen EUR, is het passend dat de onderzoeksprocedure wordt gebruikt voor verrichtingen boven die drempel. Gezien het bedrag van de macrofinanciële bijstand van de Unie aan Georgië, moet op de goedkeuring van het memorandum van overeenstemming en op het verlagen, schorsen of annuleren van de bijstand de raadplegingsprocedure worden toegepast,

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    De Unie stelt Georgië macrofinanciële bijstand beschikbaar voor een maximumbedrag van 45 miljoen EUR (hierna „de macrofinanciële bijstand van de Unie” genoemd) teneinde de economische stabilisatie van Georgië en een substantiële hervormingsagenda te ondersteunen. Van dat maximumbedrag wordt ten hoogste 35 miljoen EUR verstrekt in de vorm van leningen en ten hoogste 10 miljoen EUR in de vorm van giften. De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt uitgekeerd na goedkeuring van de begroting van de Unie voor het betrokken jaar door het Europees Parlement en de Raad. De bijstand draagt bij aan het lenigen van de betalingsbalansbehoeften van Georgië die in het kader van het IMF-programma zijn vastgesteld.
  • 2. 
    Met het oog op de financiering van de leningcomponent van de macrofinanciële bijstand van de Unie is de Commissie bevoegd om namens de Unie op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen de nodige middelen te lenen en deze aan Georgië door te lenen. De leningen hebben een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar.
  • 3. 
    De uitkering van de macrofinanciële bijstand van de Unie wordt door de Commissie beheerd op een wijze die strookt met de overeenkomsten of afspraken tussen het IMF en Georgië, en met de hoofdbeginselen en -doelstellingen van de economische hervormingen zoals die zijn uiteengezet in de associatieovereenkomst, met inbegrip van de DCFTA.

De Commissie licht het Europees Parlement en de Raad regelmatig in over de ontwikkelingen met betrekking tot de macrofinanciële bijstand van de Unie, met inbegrip van de uitkeringen daarvan, en verstrekt die instellingen tijdig de relevante documenten.

  • 4. 
    De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt voor een periode van tweeënhalf jaar beschikbaar gesteld, met ingang van de eerste dag na de inwerkingtreding van het in artikel 3, lid 1, bedoelde memorandum van overeenstemming.
  • 5. 
    Indien de financieringsbehoeften van Georgië tijdens de periode van uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie aanzienlijk verminderen ten opzichte van de oorspronkelijke prognoses, verlaagt de Commissie, handelend volgens de in artikel 7, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure, het bedrag van de bijstand of schorst of annuleert zij deze.

Artikel 2

  • 1. 
    Een noodzakelijke voorwaarde voor toekenning van de macrofinanciële bijstand van de Unie is dat Georgië doeltreffende democratische mechanismen — waaronder een parlementair meerpartijenstelsel — en de rechtsstaat eerbiedigt, en eerbiediging van de mensenrechten garandeert.
  • 2. 
    De Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden zien tijdens de volledige duur van de macrofinanciële bijstand van de Unie erop toe dat aan de in lid 1 bedoelde noodzakelijke voorwaarde is voldaan.
  • 3. 
    De leden 1 en 2 van dit artikel worden toegepast overeenkomstig Besluit 2010/427/EU van de Raad (4).

Artikel 3

  • 1. 
    De Commissie bereikt, volgens de in artikel 7, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure, met de Georgische autoriteiten overeenstemming over duidelijk bepaalde economische beleidsvoorwaarden en financiële voorwaarden, gericht op structurele hervormingen en gezonde overheidsfinanciën, waaraan de macrofinanciële bijstand van de Unie is onderworpen en die moeten worden vastgelegd in een memorandum van overeenstemming (hierna „het memorandum van overeenstemming” genoemd), dat een tijdschema bevat voor het voldoen aan die voorwaarden. De in het memorandum van overeenstemming vastgelegde economische beleidsvoorwaarden en financiële voorwaarden stroken met de in artikel 1, lid 3, bedoelde overeenkomsten of afspraken, met inbegrip van de programma's voor macro-economische aanpassing en structurele hervorming die door Georgië met de steun van het IMF worden uitgevoerd.
  • 2. 
    De in lid 1 bedoelde voorwaarden zijn er in het bijzonder op gericht de doelmatigheid, transparantie en verantwoording van de beheerssystemen voor de overheidsfinanciën in Georgië te bevorderen, met inbegrip van de systemen voor het gebruik van de macrofinanciële bijstand van de Unie. Bij het vaststellen van de beleidsmaatregelen wordt ook naar behoren rekening gehouden met vooruitgang op het gebied van het wederzijds openstellen van markten, de ontwikkeling van op regels gebaseerde en eerlijke handel, en andere prioriteiten in het kader van het externe beleid van de Unie. De Commissie ziet regelmatig toe op de vooruitgang die bij het bereiken van die doelstellingen is geboekt.
  • 3. 
    De financiële voorwaarden van de macrofinanciële bijstand van de Unie worden in detail vastgelegd in een tussen de Commissie en de Georgische autoriteiten te sluiten leningsovereenkomst en giftovereenkomst.
  • 4. 
    De Commissie onderzoekt op gezette tijden of de in artikel 4, lid 3, genoemde voorwaarden vervuld blijven, onder meer of het economische beleid van Georgië verenigbaar is met de doelstellingen van de macrofinanciële bijstand van de Unie. De Commissie werkt daarbij nauw samen met het IMF en de Wereldbank en, indien nodig, met het Europees Parlement en de Raad.

Artikel 4

  • 1. 
    De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt, onder de in lid 3 bedoelde voorwaarden, door de Commissie beschikbaar gesteld in twee tranches, die elk bestaan uit een lening- en een giftcomponent. De omvang van elke tranche wordt in het memorandum van overeenstemming vastgelegd.
  • 2. 
    Voor het in de vorm van een lening verstrekte bedrag van de macrofinanciële bijstand van de Unie worden, indien nodig, voorzieningen getroffen overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad (5).
  • 3. 
    De Commissie besluit tot uitkering van de tranches mits aan alle van de volgende voorwaarden is voldaan:
 

a)

de in artikel 2, lid 1, vastgestelde noodzakelijke voorwaarde;

 

b)

een constante bevredigende voortgang bij de uitvoering van een beleidsprogramma met krachtige maatregelen voor aanpassing en structurele hervorming, ondersteund door een niet uit voorzorg getroffen kredietregeling met het IMF, en

 

c)

de bevredigende uitvoering van de in het memorandum van overeenstemming vastgelegde economische beleidsvoorwaarden en financiële voorwaarden.

De tweede tranche wordt in beginsel niet vroeger dan drie maanden na de uitkering van de eerste tranche uitbetaald.

  • 4. 
    Indien de in lid 3, eerste alinea, genoemde voorwaarden niet zijn vervuld, wordt de uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie door de Commissie tijdelijk geschorst of geannuleerd. In die gevallen licht zij het Europees Parlement en de Raad in over de redenen voor die schorsing of annulering.
  • 5. 
    De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt aan de centrale bank van Georgië uitbetaald. Met inachtneming van de in het memorandum van overeenstemming vast te leggen bepalingen, onder meer betreffende een bevestiging van de resterende budgettaire financieringsbehoeften, kunnen de Uniemiddelen aan het Georgische Ministerie van Financiën als eindbegunstigde worden overgemaakt.

Artikel 5

  • 1. 
    De op de leningcomponent van de macrofinanciële bijstand van de Unie betrekking hebbende verrichtingen tot het opnemen en verstrekken van leningen worden uitgevoerd in euro met dezelfde valutadatum, en mogen de Unie niet blootstellen aan enige looptijdtransformatie, enig valuta- of renterisico, of enig ander commercieel risico.
  • 2. 
    Indien de omstandigheden dit mogelijk maken en indien Georgië daarom verzoekt, kan de Commissie de nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat in de leningsvoorwaarden een clausule inzake vervroegde aflossing is opgenomen en dat in de voorwaarden van de opgenomen leningen een overeenkomstige clausule voorkomt.
  • 3. 
    De Commissie kan, indien de omstandigheden een gunstiger rente op de verstrekte lening mogelijk maken en indien Georgië daarom verzoekt, besluiten de oorspronkelijk door haar opgenomen leningen geheel of gedeeltelijk te herfinancieren of de desbetreffende financiële voorwaarden te herstructureren. De herfinancieringen of herstructureringen geschieden in overeenstemming met de leden 1 en 4 en mogen niet leiden tot een verlenging van de looptijd van de betrokken opgenomen leningen en evenmin tot een verhoging van de op de datum van die herfinancieringen of herstructureringen nog uitstaande hoofdsom.
  • 4. 
    Alle kosten die de Unie ter zake van de uit hoofde van dit besluit opgenomen of verstrekte leningen maakt, komen ten laste van Georgië.
  • 5. 
    De Commissie stelt het Europees Parlement en de Raad in kennis van de ontwikkelingen met betrekking tot de in de leden 2 en 3 bedoelde verrichtingen.

Artikel 6

  • 1. 
    De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt uitgevoerd overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad (6) en Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie (7).
  • 2. 
    De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt onder direct beheer uitgevoerd.
  • 3. 
    De in artikel 3, lid 3, bedoelde leningsovereenkomst en giftovereenkomst bevatten bepalingen die het volgende verzekeren:
 

a)

Georgië gaat regelmatig na of de uit de Uniebegroting verstrekte financiering naar behoren is gebruikt, neemt passende maatregelen ter voorkoming van onregelmatigheden en fraude, en onderneemt zo nodig gerechtelijke stappen om de uit hoofde van dit besluit verstrekte middelen waaraan geen wettige bestemming is gegeven, terug te vorderen;

 

b)

de financiële belangen van de Unie worden beschermd, in het bijzonder met specifieke maatregelen met het oog op de preventie en de bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden in verband met de macrofinanciële bijstand van de Unie, overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad (8), Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad (9) en Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad (10);

 

c)

de Commissie — met inbegrip van het Europees Bureau voor fraudebestrijding — en haar vertegenwoordigers worden uitdrukkelijk gemachtigd tot het uitvoeren van controles, waaronder controles en inspecties ter plaatse;

 

d)

de Commissie en de Rekenkamer worden uitdrukkelijk gemachtigd om tijdens en na de periode dat de macrofinanciële bijstand van de Unie beschikbaar is gesteld, audits uit te voeren, met inbegrip van documentaudits en audits ter plaatse, zoals onder meer operationele beoordelingen; en

 

e)

de Unie heeft recht op vervroegde terugbetaling van de lening en/of volledige terugbetaling van de gift indien is vastgesteld dat Georgië met betrekking tot het beheer van de macrofinanciële bijstand van de Unie fraude, corruptie of een andere onwettige activiteit heeft gepleegd die de financiële belangen van de Unie schaadt.

  • 4. 
    Vóór de uitvoering van de macrofinanciële bijstand van de Unie beoordeelt de Commissie, door middel van een operationele beoordeling, de deugdelijkheid van de voor deze bijstand geldende financiële regelingen, administratieve procedures en interne en externe controlemechanismen van Georgië.

Artikel 7

  • 1. 
    De Commissie wordt bijgestaan door een comité. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
  • 2. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 4 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 8

  • 1. 
    De Commissie dient jaarlijks, uiterlijk op 30 juni, bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de uitvoering van dit besluit in het voorgaande jaar, met inbegrip van een evaluatie van die uitvoering. In dat verslag:
 

a)

wordt de geboekte vooruitgang bij het uitvoeren van de macrofinanciële bijstand van de Unie onderzocht;

 

b)

worden de economische situatie en vooruitzichten van Georgië beoordeeld, alsook de vorderingen die bij de uitvoering van de in artikel 3, lid 1, bedoelde beleidsmaatregelen zijn gemaakt;

 

c)

wordt het verband aangegeven tussen de in het memorandum van overeenstemming neergelegde economische beleidsvoorwaarden, de huidige economische en budgettaire prestaties van Georgië en de besluiten van de Commissie tot uitkering van de tranches van de macrofinanciële bijstand van de Unie.

  • 2. 
    Uiterlijk twee jaar na het verstrijken van de in artikel 1, lid 4, bedoelde beschikbaarheidsperiode dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een evaluatieverslag achteraf in met een beoordeling van de resultaten en de doelmatigheid van de voltooide macrofinanciële bijstand van de Unie en van de mate waarin die tot de doelstellingen van de bijstand heeft bijgedragen.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Straatsburg, 18 april 2018.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • A. 
    TAJANI

Voor de Raad

De voorzitter

  • L. 
    PAVLOVA
 

  • (1) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 14 maart 2018 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 12 april 2018.
  • (2) 
    Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Georgië, anderzijds (PB L 261 van 30.8.2014, blz. 4).
  • (3) 
    Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
  • (4) 
    Besluit 2010/427/EU van de Raad van 26 juli 2010 tot vaststelling van de organisatie en werking van de Europese Dienst voor extern optreden (PB L 201 van 3.8.2010, blz. 30).
  • (6) 
    Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1).
  • (7) 
    Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie van 29 oktober 2012 houdende uitvoeringsvoorschriften voor Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie (PB L 362 van 31.12.2012, blz. 1).
  • (8) 
    Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad van 18 december 1995 betreffende de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen (PB L 312 van 23.12.1995, blz. 1).
  • (9) 
    Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad van 11 november 1996 betreffende de controles en verificaties ter plaatse die door de Commissie worden uitgevoerd ter bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen tegen fraudes en andere onregelmatigheden (PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2).
  • Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 september 2013 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad (PB L 248 van 18.9.2013, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.