Besluit 2017/1138 - Standpunt EU tijdens de eerste vergadering van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag van Minamata inzake kwik, met betrekking tot de aanneming van de vereiste inhoud van de verklaring als bedoeld in artikel 3, lid 12, van het Verdrag en van de richtlijnen als bedoeld in artikel 8, leden 8 en 9, van het Verdrag

1.

Wettekst

27.6.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 164/56

 

BESLUIT (EU) 2017/1138 VAN DE RAAD

van 19 juni 2017

inzake het namens de Europese Unie in te nemen standpunt tijdens de eerste vergadering van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag van Minamata inzake kwik, met betrekking tot de aanneming van de vereiste inhoud van de verklaring als bedoeld in artikel 3, lid 12, van het Verdrag en van de richtlijnen als bedoeld in artikel 8, leden 8 en 9, van het Verdrag

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 11 mei 2017 is bij Besluit (EU) 2017/939 van de Raad (1) het Verdrag van Minamata inzake kwik (2) namens de Europese Unie ondertekend.

 

(2)

Het Verdrag treedt in werking op 16 augustus 2017. De eerste vergadering van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag (de „COP1”) wordt van 24 tot en met 29 september 2017 in Genève gehouden. Gezien deze omstandigheden moet de Unie het standpunt bepalen dat tijdens de COP1 moet worden ingenomen.

 

(3)

Artikel 3, lid 8, van het Verdrag bepaalt dat partijen die kwik willen invoeren uit een staat die geen partij is, die import alleen mogen toestaan op voorwaarde dat de staat die geen partij is een verklaring heeft overgelegd dat het kwik niet afkomstig is uit primaire kwikmijnbouw, noch overtollig kwik is dat overblijft na de ontmanteling van chloor-alkalifaciliteiten (de „verklaring”).

 

(4)

Artikel 3, lid 12, van het Verdrag voorziet in de aanneming van de vereiste inhoud van de verklaring door de COP1. Deze vereiste inhoud van de verklaring zal derhalve rechtsgevolg hebben.

 

(5)

Verordening (EU) 2017/852 van het Europees Parlement en de Raad (3), voldoet aan de bepalingen van artikel 3, lid 8, van het Verdrag, zoals aangevuld door de voorgestelde vereiste inhoud van de verklaring.

 

(6)

Op grond van artikel 8, lid 4, van het Verdrag moeten de partijen ervoor zorgen dat nieuwe puntbronnen die vallen onder de in bijlage D vermelde broncategorieën, gebruikmaken van de beste beschikbare technieken en de beste milieupraktijken om emissies van kwik en kwikverbindingen in de atmosfeer te beheersen en, waar mogelijk, te verminderen.

 

(7)

In artikel 8, lid 5, van het Verdrag wordt bepaald dat de partijen emissies van kwik en kwikverbindingen uit bestaande puntbronnen die onder de in bijlage D vermelde broncategorieën vallen, moeten beheersen en, waar mogelijk, verminderen, door één of meer van de volgende maatregelen toe te passen: het gebruik van de beste beschikbare technieken en beste milieupraktijken, het vaststellen van gekwantificeerde doelstellingen of emissiegrenswaarden, en daarmee een beheersingsstrategie voor meerdere vervuilende stoffen en/of alternatieve maatregelen vaststellen.

 

(8)

Op grond van artikel 8, lid 7, van het Verdrag moeten de partijen een inventaris opstellen en bijhouden van emissies van kwik en kwikverbindingen in de atmosfeer.

 

(9)

Bij artikel 8, lid 8, van het Verdrag wordt bepaald dat de COP1 richtlijnen zal aannemen inzake de beste beschikbare technieken en de beste milieupraktijken, rekening houdend met verschillen tussen nieuwe en bestaande bronnen en met de noodzaak om effecten op alle milieucompartimenten te minimaliseren, alsook richtlijnen aan te nemen voor de ondersteuning van de partijen bij het voldoen aan hun verplichtingen op grond van artikel 8, lid 5, en in het bijzonder bij het bepalen van doelstellingen en het vaststellen van emissiegrenswaarden.

 

(10)

Artikel 8, lid 9, van het Verdrag voorziet in de aanneming, zo snel als praktisch mogelijk is, door de Conferentie, van richtlijnen voor criteria die de partijen ingevolge artikel 8, lid 2, onder b), kunnen ontwikkelen als zij ervoor kiezen enkel op puntbronnen die vallen onder een in bijlage D vermelde broncategorie, beheersingsmaatregelen voor emissies van kwik en kwikverbindingen in de lucht toe te passen, op voorwaarde dat het daarbij om ten minste 75 procent van de emissies van de betrokken broncategorie gaat, alsook van richtlijnen voor de methode voor het inventariseren van emissies in de lucht van kwik en kwikverbindingen.

 

(11)

In artikel 8, lid 10, tweede zin, van het Verdrag wordt gespecificeerd dat de partijen de richtlijnen in acht moeten nemen bij het uitvoeren van de relevante bepalingen van dat artikel. De richtlijnen zullen dus rechtsgevolg hebben.

 

(12)

Het Intergouvernementeel Onderhandelingscomité van het Verdrag heeft tijdens zijn zevende zitting van 10 tot en met 15 maart 2016 in Jordanië op voorlopige basis, in afwachting van de formele aanneming door de COP1, de vier richtlijndocumenten als bedoeld in artikel 8, leden 8 en 9 van het Verdrag, goedgekeurd.

 

(13)

De wetgeving van de Unie, waaronder Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad (4) en Verordening (EG) nr. 166/2006 van het Europees Parlement en de Raad (5), voldoet aan de bepalingen van artikel 8 van het Verdrag zoals aangevuld door de voorgestelde richtlijnen.

 

(14)

De voorgestelde vereiste inhoud van de verklaring en de voorgestelde vier richtlijndocumenten moeten derhalve worden ondersteund,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat namens de Europese Unie tijdens de eerste vergadering van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag van Minamata inzake kwik („het Verdrag”) moet worden ingenomen, houdt in dat de aanneming van de vereiste inhoud van de verklaring als bedoeld in artikel 3, lid 12, en van de richtlijnen als bedoeld in artikel 8, leden 8 en 9, van het Verdrag, wordt ondersteund.

Kleine wijzigingen van de in de eerste alinea bedoelde documenten kunnen worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie, in overleg met de lidstaten tijdens coördinatievergaderingen, zonder verder besluit van de Raad.

Artikel 2

Het besluit/de besluiten van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag tot aanneming van de documenten bedoeld in artikel 1 zal/zullen in het Publicatieblad van de Europese Unie worden bekendgemaakt.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Luxemburg, 19 juni 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    HERRERA
 

  • (1) 
    Besluit (EU) 2017/939 van de Raad van 11 mei 2017 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Verdrag van Minamata inzake kwik (PB L 142 van 2.6.2017, blz. 4).
  • (3) 
    Verordening (EU) 2017/852 van het Europees parlement en de Raad van 17 mei 2017 betreffende kwik en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1102/2008 (PB L 137 van 24.5.2017, blz. 1).
  • (4) 
    Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging) (PB L 334 van 17.12.2010, blz. 17).
  • (5) 
    Verordening (EG) nr. 166/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 januari 2006 betreffende de instelling van een Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen en tot wijziging van de Richtlijnen 91/689/EEG en 96/61/EG van de Raad (PB L 33 van 4.2.2006, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.