Verordening 2007/1437 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

1.

Wettekst

7.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 322/1

 

VERORDENING (EG) Nr. 1437/2007 VAN DE RAAD

van 26 november 2007

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37, lid 2, derde alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Voor de interventiemaatregelen waarvoor geen bedrag per eenheid wordt vastgesteld in het kader van de gemeenschappelijke marktordening, dienen uitvoeringsbepalingen te worden vastgesteld die met name betrekking hebben op de wijze van vaststelling van de te financieren bedragen, de financiering van de uitgaven die verband houden met het vastleggen van de voor de aankoop van producten benodigde middelen, en de financiering van de uitgaven die verband houden met de opslag en eventueel de verwerking van producten.

 

(2)

Gezien de aard van de maatregelen en programma’s die vallen onder Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (2), dient te worden bepaald dat in deugdelijk gemotiveerde uitzonderingsgevallen met de uitvoering van dergelijke maatregelen en programma’s gemoeide administratieve en personeelskosten kunnen worden gefinancierd door het Europees Landbouw- en Garantiefonds (ELGF).

 

(3)

Bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 (3) is de procedure vastgesteld die de Commissie moet volgen om te besluiten tot verlaging of schorsing van maandelijkse betalingen alsmede de procedure die moet worden gevolgd om te besluiten tot verlaging of schorsing van tussentijdse betalingen.

 

(4)

In artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is bepaald dat de Commissie bij beschikking over de aan communautaire financiering te onttrekken bedragen beslist wanneer zij constateert dat de betrokken uitgaven niet overeenkomstig de communautaire voorschriften zijn verricht. In het kader van de procedure die tot onttrekking aan communautaire financiering leidt, doet de Commissie, om de situatie te verhelpen, de betrokken lidstaat aanbevelingen over de wijze waarop de communautaire regelgeving moet worden toegepast. Indien de lidstaat die aanbevelingen niet opvolgt, geeft de Commissie verdere beschikkingen tot uitsluiting van uitgaven. Bovendien kan het in bepaalde gevallen komen vast te staan dat die aanbevelingen niet in de onmiddellijke toekomst zullen of kunnen worden uitgevoerd.

 

(5)

Onder dergelijke omstandigheden beschermt de mogelijkheid tot verlaging of schorsing van maandelijkse of tussentijdse betalingen waarin Verordening (EG) nr. 1290/2005 momenteel voorziet, het financiële belang van de Gemeenschap niet afdoende. In dit verband wordt het nuttig geacht te zorgen voor een nieuwe procedure die het de Commissie mogelijk maakt om in specifieke situaties betalingen op doeltreffender wijze te verlagen of te schorsen.

 

(6)

Een voorafgaande verlaging of schorsing van betalingen op landbouwgebied zou ernstige financiële gevolgen kunnen hebben voor de betrokken lidstaat. In vergelijking met de procedure voor een beschikking inzake een conformiteitsgoedkeuring beschikt de lidstaat bovendien slechts over beperkte mogelijkheden om zijn standpunt tegenover de Commissie te verdedigen. Om deze redenen dient de nieuwe procedure voor de verlaging of schorsing van betalingen slechts te worden gebruikt in het geval dat een of meer essentiële onderdelen van het betrokken nationale controlesysteem niet bestaan of niet doeltreffend zijn als gevolg van de ernstige of aanhoudende aard van de geconstateerde tekortkomingen.

 

(7)

Verduidelijkt dient te worden in welke gevallen een tussentijdse declaratie van uitgaven ten laste van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) niet ontvankelijk is.

 

(8)

Op grond van Verordening (EEG) nr. 4045/89 van de Raad van 21 december 1989 inzake de door de lidstaten uit te voeren controles op de verrichtingen in het kader van de financieringsregeling van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (4) moeten de lidstaten bepaalde in het begrotingsjaar „n” in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid verrichte uitgaven aan nacontroles onderwerpen gedurende de periode van 1 juli n + 1 tot en met 30 juni n + 2. Het verslag aan de Commissie over de controleactiviteiten in die periode hoeft pas aan het einde van het jaar n + 2 te worden ingediend.

 

(9)

De in Verordening (EG) nr. 1290/2005 vastgestelde beperking in de tijd voor de beschikkingen inzake een conformiteitsgoedkeuring maakt het voor de Commissie in feite onmogelijk om bij beschikking te besluiten tot onttrekking aan communautaire financiering in het geval dat een lidstaat niet voldoet aan zijn controleverplichtingen op grond van Verordening (EEG) nr. 4045/89. Om dit probleem te verhelpen, dient de beperking in de tijd niet te gelden voor niet-nakomingen van de controleverplichtingen van de lidstaten op grond van Verordening (EEG) nr. 4045/89, op voorwaarde dat de Commissie op het verslag van de lidstaten reageert binnen twaalf maanden na ontvangst van dat verslag.

 

(10)

Aangezien het niet nodig is dat de lidstaten de Commissie in kennis stellen van hun besluit of voornemen met betrekking tot de wijze waarop zij geannuleerde geldmiddelen opnieuw zullen gebruiken en het financieringsplan voor het betrokken programma voor plattelandsontwikkeling zullen wijzigen, dienen de betreffende bepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 te worden geschrapt.

 

(11)

Om de overgangsbepalingen voor de afdeling Oriëntatie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) af te stemmen op de nieuwe bepalingen die gelden voor de nieuwe programmeringsperiode van de structuurfondsen, dient Verordening (EG) nr. 1290/2005 zo te worden gewijzigd dat zij in overeenstemming is met Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (5).

 

(12)

De rechtsgrondslag voor de vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1290/2005 moet worden verduidelijkt. Met name dient de Commissie uitvoeringsbepalingen te kunnen vaststellen met betrekking tot de bekendmaking van informatie over de begunstigden van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, de interventiemaatregelen waarvoor geen bedrag per eenheid wordt vastgesteld in het kader van de gemeenschappelijke marktordening, en de kredieten die zijn overgedragen om rechtstreekse betalingen aan boeren in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, te financieren.

 

(13)

In het kader van de herziening van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (6) zijn de bepalingen in die verordening betreffende de jaarlijkse bekendmaking achteraf van de begunstigden van begrotingsmiddelen opgenomen ter uitvoering van het Europees transparantie-initiatief. De middelen voor die bekendmaking moeten worden verschaft door sectorale verordeningen. Zowel het ELGF als het ELFPO maakt deel uit van de begroting van de Europese Gemeenschappen en financiert uitgaven in het kader van een tussen de lidstaten en de Gemeenschap gedeeld beheer. Daarom dienen voorschriften te worden vastgesteld voor de bekendmaking van informatie over de begunstigden van die Fondsen. Daartoe moeten de lidstaten zorgen voor een jaarlijkse bekendmaking achteraf van deze begunstigden en van de per begunstigde uit elk van die Fondsen ontvangen bedragen.

 

(14)

Het voor het publiek toegankelijk maken van deze informatie vergroot de doorzichtigheid wat het gebruik van communautaire middelen voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid betreft en bevordert een goed financieel beheer van de genoemde Fondsen, met name door de publieke controle op de bestede gelden te versterken. Gezien het doorslaggevende belang van de nagestreefde doeleinden, is het in het licht van het evenredigheidsbeginsel en de vereiste bescherming van de persoonsgegevens gerechtvaardigd om te voorzien in algemene bekendmaking van de relevante informatie, aangezien zulks niet verder gaat dan wat in een democratische samenleving en ter voorkoming van onregelmatigheden noodzakelijk is. Rekening houdend met het advies van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming van 10 april 2007 (7) dienen de begunstigden van begrotingsmiddelen ervan in kennis te worden gesteld dat deze gegevens kunnen worden bekendgemaakt en door organen voor financiële controle en onderzoek kunnen worden verwerkt.

 

(15)

Verordening (EG) nr. 1290/2005 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1290/2005 wordt als volgt gewijzigd:

 

1.

Aan artikel 3 wordt het volgende lid toegevoegd:

„3.   Wanneer voor een interventiemaatregel geen bedrag per eenheid wordt vastgesteld in het kader van de gemeenschappelijke marktordening, financiert het ELGF die maatregel op basis van voor de hele Gemeenschap geldende forfaitaire bedragen, met name voor de van de lidstaten afkomstige middelen die worden gebruikt voor de aankoop van producten, voor de materiële verrichtingen in verband met de opslag van interventieproducten en, in voorkomend geval, voor de verwerking van dergelijke producten.

De respectieve lasten en kosten worden berekend volgens de in artikel 41, lid 3, bedoelde procedure.”.

 

2.

Aan artikel 13 wordt de volgende alinea toegevoegd:

„In deugdelijk gemotiveerde uitzonderingsgevallen geldt de eerste alinea niet voor onder Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied vallende maatregelen en programma’s (8).

 

3.

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 17 bis

Verlaging en schorsing van de maandelijkse betalingen in specifieke gevallen

  • 1. 
    Onverminderd artikel 17 kan de Commissie overeenkomstig de leden 2 en 3 van het onderhavige artikel bij beschikking besluiten om de in artikel 14 bedoelde maandelijkse betalingen gedurende een in de beschikking te bepalen periode te verlagen of te schorsen. Deze periode mag niet meer dan twaalf maanden bedragen, maar zij kan telkens met maximaal twaalf maanden worden verlengd indien de in lid 2 van dit artikel vastgestelde voorwaarden nog steeds gelden.
  • 2. 
    De maandelijkse betalingen kunnen worden verlaagd of geschorst indien is voldaan aan alle volgende voorwaarden:
 

a)

een of meer essentiële onderdelen van het betrokken nationale controlesysteem bestaan niet of zijn niet doeltreffend als gevolg van de ernstige of aanhoudende aard van de geconstateerde tekortkomingen;

 

b)

de onder a) bedoelde tekortkomingen zijn van aanhoudende aard en hebben aanleiding gegeven tot ten minste twee beschikkingen overeenkomstig artikel 31, waarbij is beslist om uitgaven van de betrokken lidstaat aan communautaire financiering te onttrekken, en

 

c)

de Commissie concludeert dat de betrokken lidstaat haar aanbevelingen om de situatie te verhelpen niet heeft uitgevoerd en niet in staat is om zulks in de onmiddellijke toekomst te doen.

  • 3. 
    Alvorens de in lid 1 bedoelde beschikking te geven, stelt de Commissie de betrokken lidstaat van haar voornemen in kennis en verzoekt zij hem te reageren binnen een termijn die zij vaststelt naargelang van de ernst van het probleem en die in de regel niet minder dan 30 dagen mag bedragen.

Het percentage waarmee de maandelijkse betalingen kunnen worden verlaagd of geschorst, is gelijk aan het percentage dat de Commissie heeft vastgesteld in haar jongste beschikking als bedoeld in lid 2, onder b). Het is van toepassing op de desbetreffende uitgaven die worden verricht door het betaalorgaan waar de in lid 2, onder a), bedoelde tekortkomingen bestaan.

  • 4. 
    De verlaging of schorsing wordt niet gehandhaafd wanneer de in lid 2 vastgestelde voorwaarden niet langer gelden. Zij laat de conformiteitsgoedkeuring overeenkomstig artikel 31 onverlet.”.
 

4.

In artikel 26 wordt lid 4 vervangen door:

„4.   Indien een van de in lid 3 genoemde voorwaarden niet is vervuld, deelt de Commissie dit onmiddellijk mee aan het erkende betaalorgaan en, in het geval dat een coordinerende instantie is aangewezen, ook aan deze instantie. Indien een van de in lid 3, onder a) of c), genoemde voorwaarden niet is vervuld, is de uitgavendeclaratie niet ontvankelijk.”.

 

5.

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 27 bis

Verlaging en schorsing van de tussentijdse betalingen in specifieke gevallen

Artikel 17 bis is van overeenkomstige toepassing voor de verlaging en schorsing van de in artikel 26 bedoelde tussentijdse betalingen.”.

 

6.

Aan artikel 31, lid 5, wordt het volgende punt toegevoegd:

 

„c)

niet-nakomingen door de lidstaten van hun verplichtingen op grond van Verordening (EEG) nr. 4045/89 van de Raad van 21 december 1989 inzake de door de lidstaten uit te voeren controles op de verrichtingen in het kader van de financieringsregeling van de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (9), op voorwaarde dat de Commissie de lidstaat schriftelijk van de bevindingen van haar onderzoek in kennis stelt binnen twaalf maanden na ontvangst van het verslag van de lidstaat over de resultaten van zijn controles van de betrokken uitgaven.

 

7.

In artikel 33, lid 4, wordt de tweede alinea geschrapt.

 

8.

In artikel 40 wordt lid 1 vervangen door:

„1.   In afwijking van artikel 31, lid 2, artikel 32, lid 4, en artikel 37, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (10) geldt voor de bedragen die zijn vastgelegd voor medefinanciering uit de afdeling Orientatie van het EOGFL van bijstandspakketten die tussen 1 januari 2000 en 31 december 2006 door de Commissie zijn goedgekeurd, dat de delen van die bedragen waarvoor de gecertificeerde staat van de daadwerkelijk betaalde uitgaven, het eindverslag over de uitvoering en de in artikel 38, lid 1, onder f), van die verordening bedoelde verklaring niet binnen vijftien maanden na de einddatum voor de subsidiabiliteit van de uitgaven zoals vastgesteld in de beschikking tot toekenning van een bijdrage uit de Fondsen bij de Commissie zijn ingediend, uiterlijk zes maanden na afloop van die termijn door de Commissie ambtshalve worden doorgehaald, wat aanleiding geeft tot terugbetaling van de onverschuldigd betaalde bedragen.

 

9.

Artikel 42 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

Punt 1 wordt vervangen door:

 

„1.

de voorwaarden voor de erkenning van de betaalorganen en voor de specifieke erkenning van de coördinerende instanties, hun respectieve functies, de vereiste informatie en de nadere bepalingen voor het beschikbaar stellen of de toezending ervan aan de Commissie;”.

 

b)

De volgende punten worden ingevoegd:

 

„8 bis.

de uitvoeringsbepalingen inzake de financiering en boekhoudkundige verantwoording van de maatregelen voor interventie in de vorm van openbare opslag en inzake de andere uit het ELGF en het ELFPO gefinancierde uitgaven;

 

8 ter.

de uitvoeringsbepalingen inzake de bekendmaking van informatie over de begunstigden als bedoeld in artikel 44 bis en inzake de praktische aspecten van de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van hun persoonsgegevens overeenkomstig de in de communautaire wetgeving betreffende persoonsgegevens vastgestelde beginselen. Deze bepalingen waarborgen met name dat de begunstigden van begrotingsmiddelen ervan in kennis worden gesteld dat deze gegevens kunnen worden bekendgemaakt en met het oog op de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen door organen voor financiële controle en onderzoek kunnen worden verwerkt, met opgave van het tijdstip waarop deze kennisgeving plaatsvindt.

 

8 quater.

de voorwaarden en uitvoeringsbepalingen die gelden voor de kredieten die overeenkomstig artikel 149, lid 3, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 zijn overgedragen ter financiering van de in artikel 3, lid 1, onder c), van deze verordening bedoelde uitgaven;”.

 

10.

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 44 bis

Bekendmaking van de begunstigden

Overeenkomstig artikel 53 ter, lid 2, onder d), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 zorgen de lidstaten voor een jaarlijkse bekendmaking achteraf van de begunstigden van het ELGF en het ELFPO en van de per begunstigde uit elk van die Fondsen ontvangen bedragen.

De bekendmaking omvat ten minste:

 

a)

voor het ELGF, het bedrag, uitgesplitst tussen de rechtstreekse betalingen in de zin van artikel 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 1782/2003 en de overige uitgaven;

 

b)

voor het ELFPO, het totale bedrag aan overheidsfinanciering per begunstigde.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Punt 3 en punt 5 van artikel 1 zijn van toepassing met ingang van 1 juli 2008.

Punt 6 van artikel 1 is van toepassing voor de verslagen van de lidstaten die de Commissie na 1 januari 2008 ontvangt, met uitsluiting van uitgaven die de lidstaten vóór het begrotingsjaar 2006 hebben verricht.

Punt 10 van artikel 1 is van toepassing voor de op of na 16 oktober 2007 verrichte ELGF-uitgaven en voor de op of na 1 januari 2007 verrichte ELFPO-uitgaven.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 november 2007.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    SILVA
 

  • (1) 
    Advies van 11 oktober 2007 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.