Besluit 1991/664 - Aanwijzing van de gemeenschappelijke referentielaboratoria voor de opsporing van residuen van bepaalde stoffen

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31991D0664

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31991D0664

91/664/EEG: Beschikking van de Raad van 11 december 1991 tot aanwijzing van de communautaire referentielaboratoria voor de opsporing van residuen van bepaalde stoffen

Publicatieblad Nr. L 368 van 31/12/1991 blz. 0017 - 0018

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 39 blz. 0258

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 39 blz. 0258

BESCHIKKING VAN DE RAAD

van 11 december 1991

tot aanwijzing van de communautaire referentielaboratoria voor de opsporing van residuen van bepaalde stoffen

(91/664/EEG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 86/469/EEG van de Raad van 16 september 1986 inzake het onderzoek van dieren en vers vlees op de aanwezigheid van residuen (1), inzonderheid op artikel 8, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de cooerdinatie van de nationale referentielaboratoria die door de Lid-Staten met de opsporing van residuen in dieren en vlees zijn belast, moet worden toevertrouwd aan zeer gespecialiseerde laboratoria die over de voor dergelijke technieken vereiste installaties en apparatuur beschikken;

Overwegende dat de Raad bij Beschikking 89/187/EEG (2) de bevoegdheden en de voorwaarden voor de vervulling van de taken van de communautaire referentielaboratoria als bedoeld in Richtlijn 86/469/EEG, heeft vastgesteld;

Overwegende dat overeenkomstig artikel 8, lid 2, van Richtlijn 86/469/EEG de communautaire referentielaboratoria voor het opsporen van residuen van bepaalde stoffen dienen te worden aangewezen;

Overwegende dat deze referentielaboratoria in aanmerking kunnen komen voor steun van de Gemeenschap overeenkomstig artikel 28 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (3),

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

Artikel 1

De volgende laboratoria worden aangewezen als communautair referentielaboratorium:

  • a) 
    voor de in bijlage I, groepen A.I en A.II van Richtlijn 86/469/EEG bedoelde residuen:

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieuhygiëne,

Antonie van Leeuwenhoeklaan 9,

NL-3720 Bilthoven;

b)

voor de in bijlage I, groep A.III.a) van Richtlijn 86/469/EEG bedoelde residuen, met uitzondering van sulfonamiden:

Laboratoire des médicaments vétérinaires

(CNEVA - LMV),

La Haute Marché, Javené,

F-35133 Fougères;

c)

voor de in bijlage I, groep A.III.b) van Richtlijn 86/469/EEG bedoelde residuen en de residuen van beta-blokkeerders en sulfonamiden:

Bundesgesundheidsamt,

Thielallee 88-92,

D-1000 Berlin 33;

d)

voor de in bijlage I, groep B.II.a) en B.II.b) van Richtlijn 86/469/EEG bedoelde residuen:

Istituto Superiore di Sanità,

via Regina Elena 299,

I-00161 Roma.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 11 december 1991.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • P. 
    BUKMAN
  • (1) 
    PB nr. L 275 van 26. 9. 1986, blz. 36.
  • (2) 
    PB nr. L 66 van 10. 3. 1989, blz. 37.
  • (3) 
    PB nr. L 224 van 18. 8. 1990, blz. 19.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.