Verordening 2010/807 - Uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan de meest behoeftigen in de Unie

1.

Wettekst

15.9.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 242/9

 

VERORDENING (EU) Nr. 807/2010 VAN DE COMMISSIE

van 14 september 2010

houdende uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan de meest behoeftigen in de Unie

(codificatie)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1), en met name artikel 43, onder g) en h), in combinatie met artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Verordening (EG) nr. 3149/92 van de Commissie van 29 oktober 1992 houdende uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de levering van levensmiddelen uit interventievoorraden aan de meest behoeftigen in de Gemeenschap (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

 

(2)

De procedure en de voorschriften inzake de opstelling van het jaarprogramma voor de distributie van producten uit de interventievoorraden, dat door de Commissie op basis van door de lidstaten verstrekte gegevens wordt opgesteld, dienen eenvoudig te zijn en het vastgestelde tijdschema dient te worden gewijzigd, daarbij rekening houdend met enerzijds de vereisten inzake de distributie van producten aan de begunstigden en anderzijds die inzake het financieel beheer van de interventievoorraden.

 

(3)

Met het oog op een meer uniforme toepassing in de lidstaten die aan deze actie deelnemen, moet het begrip „begunstigden” of „uiteindelijke begunstigden” van de maatregel worden gepreciseerd. Om het beheer van het jaarprogramma en de controle op de uitvoering ervan te vergemakkelijken, moet worden bepaald dat de door de nationale autoriteiten aangewezen liefdadigheidsorganisaties kunnen worden beschouwd als uiteindelijke begunstigden wanneer zij zelf op lokaal niveau zorgen voor de distributie van de levensmiddelen aan de meest behoeftigen.

 

(4)

De levering van landbouwproducten en levensmiddelen aan de meest behoeftigen in de Unie geschiedt in het algemeen uit interventievoorraden, in de vorm van verpakte of verwerkte producten. Het gestelde doel kan evenwel ook worden bereikt door levering van landbouwproducten en levensmiddelen die tot dezelfde categorie van op de markt van de Unie beschikbaar gestelde producten behoren. In een dergelijk geval geschiedt de betaling voor de levering door overdracht van aan de interventieopslagplaatsen te onttrekken producten.

 

(5)

Voor het geval dat bij de goedkeuring of tijdens de uitvoering van het jaarprogramma bepaalde basisproducten tijdelijk niet beschikbaar zijn in de interventievoorraden, voorziet artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 in de mogelijkheid om de betrokken producten op de markt van de Unie aan te kopen onder voorwaarden die evenwel geen afbreuk mogen doen aan het beginsel van levering uit de interventievoorraden. Er moet worden bepaald hoe die aankoop moet plaatsvinden.

 

(6)

Teneinde het principe in acht te nemen dat de aan de meest behoeftigen te verstrekken producten bij voorkeur uit de interventievoorraden worden geleverd, moeten de bij de goedkeuring van het programma bestaande openbare voorraden zo goed mogelijk verdeeld worden over de lidstaten die aan de regeling deelnemen en moeten de in verband met het ontbreken van de gevraagde producten in een of meer lidstaten noodzakelijke overdrachten gecoördineerd worden. Voor de toepassing van artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 moet eveneens de minimumhoeveelheid worden vastgesteld waaronder, om economische redenen, geen overdracht binnen de Unie dient plaats te vinden.

 

(7)

Met het oog op een oordeelkundig beheer van de regeling en op de uitvoering van het jaarprogramma van de Unie is het dienstig enerzijds bij de goedkeuring van dat programma te bepalen welke producten wegens tijdelijke onbeschikbaarheid op de markt aangehouden mogen worden of vervangen door op de markt aangekochte producten van dezelfde categorie en anderzijds het bedrag vast te stellen dat daarvoor aan de betrokken lidstaat ter beschikking wordt gesteld. Dit bedrag moet, wil het aan bovengenoemde doelstellingen voldoen, gebaseerd zijn op de hoeveelheden die de betrokken lidstaat in het kader van het jaarprogramma heeft aangevraagd, de hoeveelheden van de nodige producten die in de interventievoorraden niet beschikbaar zijn en de bedragen die in de voorgaande begrotingsjaren zijn toegewezen en de daadwerkelijke besteding daarvan.

 

(8)

Met het oog op het reeds genoemde doel, namelijk om in de eerste plaats interventievoorraden te gebruiken, moet ook worden bepaald dat de uit die voorraden geleverde producten moeten zijn toegewezen voordat producten van dezelfde categorie op de markt van de Unie mogen worden aangekocht.

 

(9)

De best mogelijke voorwaarden moeten worden geschapen voor de diverse typen van leveranties en er moet duidelijk worden aangegeven dat inschrijvingsberichten moeten worden gepubliceerd, om in de Unie gevestigde marktdeelnemers gelijke toegang te waarborgen.

 

(10)

Het verdient aanbeveling te preciseren dat de inschrijvingsberichten alle nodige bepalingen met betrekking tot de uitvoering van de leveringen moeten bevatten en ook moeten voorzien in de mogelijkheid van aanpassing van de betalingen voor de leveringen naar gelang van de inachtneming van de vastgestelde voorschriften.

 

(11)

De in het kader van het jaarprogramma aan de interventievoorraden te onttrekken producten kunnen in ongewijzigde staat worden geleverd, worden verwerkt met het oog op de productie van levensmiddelen of aan de voorraad worden onttrokken bij wijze van betaling voor de levering of de productie van op de markt van de Unie aangekochte levensmiddelen. Voor dit laatste type levering moet worden bepaald welke in de interventievoorraden beschikbare producten aan die voorraden kunnen worden onttrokken als betaling voor de productie van graan-, rijst- en zuivelproducten.

 

(12)

Om beter aan de vraag van liefdadigheidsinstellingen te kunnen voldoen en om het assortiment geleverde levensmiddelen uit te breiden, moet worden bepaald dat de producten uit interventievoorraden, met het oog op de productie van levensmiddelen, tegen bepaalde voorwaarden mogen worden gemengd met andere producten.

 

(13)

Er dienen bepalingen te worden vastgesteld inzake de vergoeding van de liefdadigheidsinstellingen, binnen de perken van de beschikbare kredieten, voor de kosten voor het vervoer van de producten en, in voorkomend geval, voor de administratiekosten. Ook dient te worden bepaald tegen welke waarde de uit de interventievoorraden uitgeslagen producten als uitgavenpost voor het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) moeten worden geboekt en welke regeling bij overdracht van voorraden van een lidstaat aan een andere lidstaat dient te worden gevolgd.

 

(14)

De vervoerskosten dienen te worden vergoed op basis van de werkelijke kosten zoals bepaald volgens een inschrijvingsprocedure. Gepreciseerd dient evenwel te worden dat de kosten van het vervoer van de pakhuizen van de liefdadigheidsorganisaties naar de plaatsen van de uiteindelijke uitreiking worden vergoed tegen overlegging van bewijsstukken.

 

(15)

Met het oog op een beter gebruik van de beschikbare hoeveelheden, is het dienstig uitdrukkelijk te bepalen dat de kosten voor het vervoer van de producten nooit met producten mogen worden betaald.

 

(16)

Er moet worden gepreciseerd welke controles het geschiktst zijn in het kader van de uitvoering van het jaarprogramma, en met name hoeveel controles door de bevoegde autoriteiten moeten worden uitgevoerd. Op basis van de jaarlijkse verslagen over de uitvoering van het programma moet men zich een oordeel kunnen vormen over de resultaten van deze controles en over de uitvoering van de actie.

 

(17)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    De lidstaten die de in artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde actie ten gunste van de meest behoeftigen in de Unie wensen toe te passen, stellen de Commissie daarvan in kennis telkens uiterlijk op 1 februari voorafgaand aan de periode van uitvoering van het in artikel 2 van deze verordening bedoelde jaarprogramma.
  • 2. 
    De betrokken lidstaten delen de Commissie uiterlijk op 31 mei de volgende gegevens mede:
 

a)

per soort product de in ton uitgedrukte hoeveelheden die nodig zijn om op hun grondgebied het programma voor het betrokken boekjaar uit te voeren;

 

b)

de vorm waarin de producten aan de begunstigden zullen worden gedistribueerd;

 

c)

de criteria om als begunstigde in aanmerking te komen;

 

d)

in voorkomend geval de hoogte van de kosten tot betaling waarvan op grond van artikel 27, lid 1, tweede alinea, onder b), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 de begunstigden kunnen worden verplicht.

  • 3. 
    Voor de toepassing van deze verordening wordt onder „meest behoeftigen” verstaan: natuurlijke personen — individuen en gezinnen of uit dergelijke personen samengestelde groepen — die zich in een situatie van sociale en financiële afhankelijkheid bevinden die is vastgesteld of erkend op basis van door de bevoegde autoriteiten vastgestelde criteria om als begunstigde in aanmerking te komen, of die wordt beoordeeld aan de hand van door de liefdadigheidsorganisaties gehanteerde criteria die door de bevoegde autoriteiten zijn goedgekeurd.

Artikel 2

  • 1. 
    De Commissie stelt jaarlijks vóór 1 oktober een naar lidstaat gespecificeerd jaarprogramma vast voor de distributie van levensmiddelen voor de meest behoeftigen, hierna „het programma” genoemd. Met het oog op de verdeling van de beschikbare middelen over de lidstaten houdt de Commissie rekening met de betrouwbaarste ramingen van het aantal meest behoeftigen in de betrokken lidstaten. Zij houdt daarbij tevens rekening met uitvoering en gebruik in de voorgaande begrotingsjaren, daarbij met name uitgaande van de in artikel 11, bedoelde verslagen.
  • 2. 
    Vóór de opstelling van het programma raadpleegt de Commissie de belangrijkste organisaties die met de problematiek van de meest behoeftigen in de Unie vertrouwd zijn.
  • 3. 
    Het programma bevat met name:
 

a)

voor elk van de lidstaten die aan de actie deelnemen:

 

i)

de voor de uitvoering van zijn deel van het programma beschikbaar gestelde maximale financiële middelen;

 

ii)

de hoeveelheid die voor elke soort producten uit de interventievoorraden mag worden genomen;

 

iii)

het bedrag dat hem voor elk product wordt toegewezen voor de aankoop op de markt van de Unie ingeval bij de goedkeuring van het programma geconstateerd wordt dat genoemd product tijdelijk niet beschikbaar is in de interventievoorraden.

Bij de vaststelling van dit bedrag wordt voor elk product rekening gehouden met de hoeveelheid die vermeld is in de mededeling als bedoeld in artikel 1, lid 2, met de hoeveelheden die niet beschikbaar zijn in de interventievoorraden, de in de voorgaande begrotingsjaren gevraagde en beschikbaar gestelde producten en met het daadwerkelijke gebruik dat daarvan is gemaakt.

Het bedoelde bedrag wordt uitgedrukt in euro, daarbij uitgaande van de overeenkomstig artikel 5, lid 1, vastgestelde boekwaarde van de producten die niet in de interventievoorraden beschikbaar zijn;

 

iv)

eventueel een bedrag dat wordt toegewezen met het oog op de aankoop, op de markt van de Unie, van één of meer producten dat/die niet beschikbaar is/zijn in de lidstaat waar er behoefte aan is, als de overdracht binnen de Unie die nodig zou zijn om het programma in die lidstaat ten uitvoer te leggen betrekking zou hebben op maximaal 60 t per niet-beschikbaar product.

Dit bedrag wordt uitgedrukt in euro, daarbij uitgaande van de overeenkomstig artikel 5, lid 1, vastgestelde boekwaarde van het betrokken product;

 

b)

de benodigde kredieten om de kosten te dekken van de overdracht binnen de Unie van producten die in het bezit zijn van een betaalorgaan of interventiebureau, hierna beide „interventiebureau” genoemd, in een andere lidstaat.

  • 4. 
    De Commissie draagt zorg voor een zo spoedig mogelijke publicatie van het programma.

Artikel 3

  • 1. 
    De periode van uitvoering van het programma begint op 1 oktober en eindigt op 31 december van het daaropvolgende jaar.
  • 2. 
    De uitslag van de producten uit de interventievoorraden vindt plaats van 1 oktober tot en met 31 augustus van het daaropvolgende jaar volgens een regelmatig ritme dat is afgestemd op de uitvoering van het programma.

70 % van de in artikel 2, lid 3, onder a), ii), bedoelde hoeveelheden moet vóór 1 juli van het jaar van uitvoering van het programma worden uitgeslagen uit de voorraden. Deze verplichting geldt evenwel niet voor de toewijzingen die betrekking hebben op hoeveelheden van maximaal 500 t. De hoeveelheden die op 30 september van het jaar van uitvoering van het programma niet uit de interventievoorraden zijn uitgeslagen ten voordele van de lidstaat waaraan zij zijn toegewezen, worden in het kader van het betrokken programma niet meer aan die lidstaat toegewezen.

In het geval van boter en magere melkpoeder moet evenwel 70 % van de producten uit de interventievoorraden worden uitgeslagen vóór 1 februari van het jaar van uitvoering van het programma. Deze verplichting geldt niet voor de toewijzingen die betrekking hebben op hoeveelheden van maximaal 500 t.

Bij overschrijding van de in de eerste, tweede en derde alinea vastgestelde termijnen komen de kosten van de opslag van de interventieproducten niet meer ten laste van de Unie. Deze bepaling is niet van toepassing op producten die uiterlijk op 30 september van het jaar van uitvoering van het programma niet uit de interventievoorraden zijn uitgeslagen.

De voor uitslag bestemde producten moeten uiterlijk 60 dagen na de datum van ondertekening van het contract door de opdrachtnemer zijn uitgeslagen of, wanneer het overdrachten betreft, uiterlijk 60 dagen vanaf de datum van de melding die door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van bestemming wordt gedaan aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat van levering.

  • 3. 
    Met betrekking tot producten die overeenkomstig artikel 2, lid 3, onder a), iii) en iv), op de markt worden aangekocht, moeten de transacties voor de betaling van de door de marktdeelnemer te leveren producten vóór 1 september van het jaar van uitvoering van het programma worden afgesloten.
  • 4. 
    Tijdens de periode van uitvoering van het programma stellen de lidstaten de Commissie onverwijld in kennis van wijzigingen die, met inachtneming van de grenzen van de aan hen ter beschikking gestelde financiële middelen, zijn aangebracht aan de uitvoering van het programma op hun grondgebied. Deze kennisgeving dient vergezeld te gaan van alle mogelijke nuttige inlichtingen. Wanneer de met redenen omklede wijzigingen betrekking hebben op ten minste 5 % van de hoeveelheden of de waarden die voor elk product in het programma van de Unie zijn ingeschreven, wordt het programma herzien.
  • 5. 
    De lidstaten stellen de Commissie onverwijld in kennis van de bij de uitvoering van het programma te verwachte besparingen. De Commissie kan de ongebruikte middelen aan andere lidstaten toewijzen, rekening houdend met de aanvragen van die lidstaten, het daadwerkelijke gebruik van de ter beschikking gestelde producten en de tijdens de afgelopen jaren verrichte toewijzingen.

Artikel 4

  • 1. 
    De uitvoering van het programma omvat:
 

a)

de levering van de uit de interventievoorraden uitgeslagen producten;

 

b)

de levering van overeenkomstig artikel 2, lid 3, onder a), iii) en iv), op de markt van de Unie aangekochte producten;

 

c)

de levering van verwerkte landbouwproducten of levensmiddelen die beschikbaar zijn, dan wel op de markt kunnen worden verkregen tegen levering, bij wijze van betaling, van producten uit de interventievoorraden.

  • 2. 
    De in lid 1, onder b), bedoelde op de markt aangekochte producten moeten behoren tot dezelfde productgroep als het product dat tijdelijk niet in de interventievoorraden beschikbaar is.

Indien evenwel geen rijst beschikbaar is in de interventievoorraden, mag de Commissie toestemming verlenen voor de uitslag uit de interventievoorraden van granen die vervolgens worden gebruikt om de levering van op de markt aangekochte rijst en producten op basis van rijst te betalen.

Indien geen granen beschikbaar zijn in de interventievoorraden, mag de Commissie toestemming verlenen voor de uitslag uit de interventievoorraden van rijst die vervolgens wordt gebruikt om de levering van op de markt aangekochte granen en producten op basis van granen te betalen.

Een bepaald product mag slechts op de markt worden aangekocht als alle hoeveelheden van het product van dezelfde groep die overeenkomstig artikel 2, lid 3, onder a), ii), zijn uitgeslagen uit interventievoorraden, met inbegrip van de hoeveelheden die op grond van artikel 8 zijn overgedragen, reeds zijn toegekend. De bevoegde nationale autoriteit stelt de Commissie in kennis van de aanvang van de procedures voor aankoop op de markt.

  • 3. 
    Wanneer de levering betrekking heeft op uit interventievoorraden uitgeslagen producten, houdt de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat een inschrijving of laat zij een inschrijving houden om de voordeligste voorwaarden voor de levering te bepalen. In het inschrijvingsbericht worden de aard en de kenmerken van het te leveren product nauwkeurig beschreven. Het te leveren product is hetzij in ongewijzigde staat of na verpakking en/of verwerking aan de interventievoorraden onttrokken, hetzij op de markt aangekocht door een product te onttrekken aan de interventievoorraad bij wijze van betaling voor de levering.

De inschrijving heeft betrekking op:

 

a)

hetzij de kosten voor de verwerking en/of de verpakking van de uit de interventievoorraden afkomstige producten;

 

b)

hetzij de hoeveelheid verwerkte landbouwproducten of de hoeveelheid levensmiddelen of, in voorkomend geval, de hoeveelheid verpakte producten die kan worden verkregen door gebruikmaking van producten uit de interventievoorraden met levering van dergelijke producten bij wijze van betaling;

 

c)

hetzij de hoeveelheid verwerkte landbouwproducten of levensmiddelen die beschikbaar is, dan wel op de markt kan worden verkregen tegen levering, bij wijze van betaling, van producten uit de interventievoorraden. Deze levensmiddelen moeten een ingrediënt bevatten dat behoort tot dezelfde productgroep als die van het interventieproduct dat bij wijze van betaling wordt geleverd.

In het in de tweede alinea, onder c), bedoelde geval en wanneer het de levering van granen of graanproducten betreft, wordt in de inschrijving bepaald dat het aan de interventievoorraad te onttrekken product een bepaald graanproduct is dat in het bezit is van een interventiebureau. Wanneer het de levering van zuivelproducten betreft wordt in de inschrijving bepaald welk product, boter of melkpoeder, aan de voorraden van een interventiebureau moet worden onttrokken, afhankelijk van de beschikbare voorraden van dat bureau.

In het in de tweede alinea, onder c), bedoelde geval en wanneer het de levering betreft van rijst of producten op basis van rijst in ruil voor aan de interventievoorraden onttrokken granen, wordt in de inschrijving bepaald dat het aan de interventievoorraad te onttrekken product een bepaald graanproduct is dat in het bezit is van een interventiebureau. Evenzo wordt, wanneer het de levering betreft van granen of producten op basis van granen in ruil voor aan de interventievoorraden onttrokken rijst, in de inschrijving bepaald dat het aan de interventievoorraden te onttrekken product rijst is die in het bezit is van een interventiebureau.

Indien de levering ook de verwerking en/of verpakking van het product omvat, wordt in het inschrijvingsbericht vermeld dat de inschrijver verplicht is om, vóór de overname, overeenkomstig titel III van Verordening (EEG) nr. 2220/85 van de Commissie (4), ten behoeve van het interventiebureau een zekerheid te stellen waarvan het bedrag gelijk is aan de interventieprijs die van toepassing is op de dag die is vastgesteld voor de overname, plus 10 %. Voor de toepassing van titel V van de genoemde verordening geldt als primaire eis de levering van het product op de vastgestelde bestemming. Indien de levering plaatsvindt na het in artikel 3, lid 1, van de onderhavige verordening vastgestelde einde van de uitvoeringsperiode van het programma, wordt 15 % van de zekerheid verbeurd. Van het resterende bedrag van de zekerheid wordt bovendien 2 % extra verbeurd per dag waarmee de termijn wordt overschreden. Deze alinea is niet van toepassing indien het uit de interventievoorraden uitgeslagen product ter betaling van een reeds gedane levering ter beschikking wordt gesteld van de opdrachtnemer.

  • 4. 
    Wanneer de levering betrekking heeft op voor op de markt aan te kopen landbouwproducten of levensmiddelen, houdt de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat een inschrijving om de voordeligste voorwaarden voor deze levering te bepalen. In het inschrijvingsbericht worden de aard en de kenmerken van het aan te kopen product of levensmiddel en de voorschriften betreffende de verpakking en etikettering vermeld, alsmede de andere verplichtingen die verbonden zijn aan de levering. De toewijzing van het leveringscontract aan de gekozen inschrijver is onderworpen aan de voorwaarde dat deze inschrijver overeenkomstig titel III van Verordening (EEG) nr. 2220/85 ten name van het interventiebureau een zekerheid stelt die overeenstemt met 110 % van het door hem geboden bedrag.

De inschrijving heeft betrekking op alle aan de levering verbonden kosten en is bedoeld om offertes te ontvangen die naar gelang van het geval betrekking hebben op:

 

a)

de maximale hoeveelheid landbouwproducten of levensmiddelen die op de markt moet worden aangekocht voor een in het inschrijvingsbericht vastgesteld bedrag, of

 

b)

op het bedrag dat nodig is om een in het inschrijvingsbericht vermelde hoeveelheid op de markt aan te kopen.

  • 5. 
    Producten die uit de interventievoorraden komen of op de markt worden aangekocht overeenkomstig artikel 2, lid 3, onder a), iii) en iv), of overeenkomstig lid 1, eerste alinea, onder c), van het onderhavige artikel, mogen worden gemengd met of toegevoegd aan andere producten die op de markt worden aangekocht voor de productie van levensmiddelen ten behoeve van de uitvoering van het programma.
  • 6. 
    De vervoerskosten worden bepaald via inschrijving.

De lidstaten kunnen bepalen dat de levering ook het vervoer van de producten tot aan de opslagplaatsen van de liefdadigheidsorganisatie omvat. In dat geval wordt in het inschrijvingsbericht een afzonderlijke bepaling gewijd aan het vervoer, dat een speciaal element vormt in de offerte van de inschrijver.

Offertes voor het vervoer moeten zijn uitgedrukt in geldbedragen.

De vervoerskosten mogen in geen geval met producten worden betaald.

  • 7. 
    De inschrijvingsberichten moeten gelijke behandeling van alle in de Unie gevestigde handelaren garanderen. Daarom worden zij bekendgemaakt in de officiële publicatiebladen en moet op verzoek van belangstellende handelaren de volledige tekst beschikbaar worden gesteld.
  • 8. 
    De inschrijvingsberichten bevatten de nodige bepalingen met betrekking tot de uitvoering van de levering, in het bijzonder wat de kwaliteit, de verpakking en de merking van de producten betreft. Zij bevatten ook een bepaling dat, indien de kwaliteit, de verpakking of de merking van de producten zoals geconstateerd in het voor de levering vastgestelde stadium niet precies aan de vastgestelde voorschriften voldoet, maar niettemin aanvaarding van de goederen voor het beoogde gebruik niet in de weg staat, de bevoegde autoriteit bij de bepaling van het te betalen bedrag kortingen kan toepassen.

Artikel 5

  • 1. 
    Voor de boeking door het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en onverminderd bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 884/2006 van de Commissie (5), is de boekwaarde van de in het kader van deze verordening ter beschikking gestelde interventieproducten, voor elk begrotingsjaar, de op 1 oktober geldende interventieprijs.

Voor de lidstaten die de euro niet hebben aangenomen, wordt de boekwaarde van de interventieproducten in nationale valuta omgerekend aan de hand van de op 1 oktober geldende wisselkoers.

  • 2. 
    Wanneer interventieproducten van een lidstaat aan een andere lidstaat worden overgedragen, boekt de lidstaat van levering het afgeleverde product tegen nulwaarde en boekt de lidstaat van bestemming dat product als ontvangst voor de maand van uitslag tegen de overeenkomstig lid 1 bepaalde prijs.

Artikel 6

Voor de uitvoering van de distributie van de levensmiddelen aan de meest behoeftigen en voor de uitvoering van de controles worden de liefdadigheidsorganisaties die de begunstigden rechtstreeks helpen, beschouwd als de uiteindelijke begunstigden van de distributie indien zij daadwerkelijk de distributie van de levensmiddelen op zich nemen. Als gedistribueerd worden beschouwd de levensmiddelen die op lokaal niveau en zonder enige andere tussenkomst rechtstreeks en, naar gelang van de behoeften van de begunstigden, dagelijks of wekelijks worden geleverd in de vorm van pakketten of maaltijden.

Artikel 7

  • 1. 
    Op een naar behoren gestaafd, aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat gericht verzoek worden aan de voor de distributie van de producten aangewezen organisaties de kosten vergoed voor het vervoer, op het grondgebied van de lidstaat, tussen de opslagplaatsen van de liefdadigheidsorganisaties en de plaatsen waar de producten aan de begunstigden worden uitgereikt.
  • 2. 
    Op een naar behoren gestaafd verzoek van de in lid 1 bedoelde liefdadigheidsorganisaties kan de bevoegde autoriteit van de lidstaat aan deze tot een beloop van ten hoogste 1 % van de overeenkomstig artikel 5, lid 1, bepaalde waarde van de aan deze organisaties ter beschikking gestelde producten, de administratiekosten vergoeden die met de in deze verordening bedoelde leveringen gemoeid zijn.
  • 3. 
    De in de leden 1 en 2 bedoelde kosten worden aan de lidstaten vergoed tot het bedrag van de voor de uitvoering van het programma in elke lidstaat toegewezen financiële middelen.

De in de leden 1 en 2 bedoelde kosten mogen niet worden betaald met producten.

Artikel 8

  • 1. 
    Indien een in het programma opgenomen product niet in de lidstaat waar het nodig is, uit interventievoorraden beschikbaar is, geeft de Commissie volgens de in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde procedure toestemming voor de overdracht van dit product uit een lidstaat waar het in de interventievoorraden voorhanden is, naar de lidstaat waar het voor de uitvoering van het programma zal worden gebruikt.

De lidstaat waarvoor het product bestemd is, houdt een inschrijving of laat een inschrijving houden om de voordeligste voorwaarden voor de levering te bepalen. Voor de kosten van het vervoer binnen de Unie wordt een in geldbedragen luidende offerte ingediend en deze kosten mogen niet met producten worden betaald. Op deze inschrijving is artikel 4, lid 7, van deze verordening van toepassing.

  • 2. 
    De kosten van het vervoer binnen de Unie worden door de Unie gedragen en aan de lidstaat vergoed. Daartoe moet de vergoedingsaanvraag alle nodige bewijsstukken, inzonderheid met betrekking tot het vervoer, bevatten. De uitgave wordt ten laste gebracht van de in artikel 2, lid 3, onder b), bedoelde kredieten. Wanneer de kredieten volledig zijn toegewezen, geldt het bepaalde in artikel 7, lid 3, voor alle verdere financiering door de Unie van het vervoer binnen de Unie.
  • 3. 
    In het bericht van inschrijving wordt gewezen op de mogelijkheid voor een inschrijver om een offerte in te dienen die alleen betrekking heeft op de beschikbaarstelling op de markt van de Unie van de te leveren landbouwproducten of levensmiddelen en de afhaling van deze producten bij het interventiebureau dat de producten levert, exclusief het vervoer naar de aanvragende lidstaat. In dat geval worden geen kosten voor vervoer binnen de Unie vergoed aan degene aan wie de levering is toegewezen.

De aanvragende lidstaat stelt de lidstaat van levering in kennis van de identiteit van degene aan wie de levering is toegewezen.

  • 4. 
    Vóór de afhaling van de goederen stelt degene aan wie de levering is gegund een zekerheid waarvan het bedrag gelijk is aan de interventieaankoopprijs die geldt op de voor de overname vastgestelde dag, vermeerderd met 10 %.

Deze zekerheid wordt gesteld overeenkomstig het bepaalde in titel III van Verordening (EEG) nr. 2220/85.

Voor de toepassing van titel V van Verordening (EEG) nr. 2220/85 geldt als primaire eis de uitvoering van de levering in de lidstaat van bestemming.

Het bewijs van de uitvoering van de levering van de producten wordt geacht te zijn geleverd door het overnamedocument dat wordt afgegeven door het interventiebureau waarvoor de producten zijn bestemd.

  • 5. 
    Met betrekking tot overdrachten stelt de lidstaat van bestemming de lidstaat van levering in kennis van de identiteit van de opdrachtnemer die de overdracht uitvoert.

Het interventiebureau van de lidstaten die de producten levert, stelt de betrokken producten pas ter beschikking van de opdrachtnemer of van diens daartoe naar behoren gemachtigde vertegenwoordiger, nadat een door het interventiebureau van de lidstaat van bestemming opgestelde afhaalbon is overgelegd.

De bevoegde autoriteit vergewist zich ervan dat de producten naar behoren zijn verzekerd.

Op de door het interventiebureau van de lidstaat van levering afgegeven aangifte tot verzending wordt een van de in bijlage I opgenomen vermeldingen aangebracht.

Het interventiebureau van de lidstaat van levering stelt de bevoegde autoriteit van de lidstaat van bestemming zo spoedig mogelijk in kennis van de datum van beëindiging van de uitslag.

De kosten van het vervoer binnen de Unie worden door de lidstaat van bestemming van de betrokken producten betaald voor de werkelijk overgenomen hoeveelheden.

  • 6. 
    Eventuele verliezen worden geboekt overeenkomstig bijlage X, onder c), bij Verordening (EG) nr. 884/2006.

Artikel 9

De betalingsaanvragen worden bij de bevoegde autoriteiten van elke lidstaat ingediend binnen vier maanden na afloop van de betrokken transactie. Behoudens overmacht wordt voor aanvragen die buiten deze termijn worden ingediend, het verschuldigde bedrag met 20 % verminderd. Aanvragen die meer dan tien maanden na afloop van de transactie worden ingediend, worden niet aanvaard.

De bevoegde autoriteiten betalen het verschuldigde bedrag uit binnen twee maanden na de indiening van de aanvraag.

Indien de bewijsstukken ernstige tekortkomingen vertonen, kan de in de tweede alinea bedoelde termijn evenwel worden opgeschort mits de marktdeelnemer of de voor de distributie van de producten aangewezen organisatie daarvan schriftelijk in kennis wordt gesteld. De termijn loopt weer verder vanaf de datum van ontvangst van de gevraagde documenten, die binnen 30 kalenderdagen moeten worden verstrekt. Worden de documenten niet binnen deze termijn verstrekt, dan wordt het in de eerste alinea vastgestelde verminderingspercentage toegepast.

Behalve in gevallen van overmacht en rekening houdend met de in de derde alinea bedoelde opschortingsmogelijkheid, leidt de niet-naleving van de in de tweede alinea bedoelde termijn van twee maanden tot een verlaging van de betaling aan de lidstaat overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 883/2006 van de Commissie (6).

Artikel 10

  • 1. 
    De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat:
 

a)

de interventieproducten en, in voorkomend geval, de toewijzingen voor aankopen op de levensmiddelenmarkt dienen voor het gebruik en de doeleinden die zijn vastgesteld in artikel 27, leden 1 en 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007;

 

b)

op de verpakking van de producten die niet in bulk aan de begunstigden worden geleverd, de vermelding „EU-hulp” duidelijk zichtbaar wordt aangebracht, evenals de overeenkomstig de instructies in bijlage II weergegeven vlag van de Europese Unie;

 

c)

de voor de uitvoering van de acties aangewezen liefdadigheidsorganisaties de nodige boekingsbescheiden en bewijsstukken bewaren en de bevoegde autoriteiten daartoe toegang verschaffen met het oog op de uitvoering van de vereiste controles;

 

d)

de inschrijvingen in overeenstemming zijn met de artikelen 3 en 4 en de producten overeenkomstig de bepalingen van de onderhavige verordening worden geleverd; de lidstaten stellen met name de sancties vast die moeten worden toegepast wanneer de uitslag van de producten niet heeft plaatsgevonden in de in artikel 3, lid 2, vermelde periode.

  • 2. 
    De controles door de bevoegde autoriteiten worden in alle stadia van uitvoering van het programma en op alle niveaus van de distributieketen uitgevoerd vanaf het moment dat de producten bij uitslag uit de interventievoorraden worden overgenomen, of, in voorkomend geval, vanaf het moment dat de producten op de markt worden aangekocht overeenkomstig artikel 2, lid 3, onder a), iii) en iv), of overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder c). De controles vinden plaats tijdens de volledige uitvoeringsperiode van het programma en in alle stadia, inclusief op lokaal niveau.

Ten minste 5 % van de hoeveelheid van elke in artikel 2, lid 3, onder a), ii), bedoelde soort producten wordt gecontroleerd. Dit controlepercentage geldt voor elk stadium van de uitvoering, met uitzondering van het stadium van de verstrekking aan de meest behoeftigen, rekening houdend met de risicocriteria.

Aan de hand van deze controles wordt toezicht uitgeoefend op de in- en uitslag van de producten en op de overdracht ervan tussen de opeenvolgende betrokken partijen. Bovendien kan op basis van de controles een vergelijking worden gemaakt tussen de boekhoudkundige en de feitelijke voorraden van de voor de controles geselecteerde producten.

  • 3. 
    De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de transacties voor de uitvoering van het programma regelmatig verlopen en dat onregelmatigheden worden voorkomen en, in voorkomend geval, bestraft. Hiertoe mogen zij met name de deelname van marktdeelnemers aan inschrijvingsprocedures of de deelname van voor de distributie aangewezen organisaties aan de programma’s opschorten, met inachtneming van de aard en de ernst van de geconstateerde tekortkomingen of onregelmatigheden.

Artikel 11

De lidstaten zenden de Commissie elk jaar uiterlijk op 30 juni een verslag over de uitvoering van het programma op hun grondgebied in het afgelopen boekjaar. In dit verslag wordt een balans van de uitvoering gegeven waarin worden vermeld:

 

a)

de uit de interventievoorraden van de diverse producten beschikbaar gestelde hoeveelheden;

 

b)

de aard, de hoeveelheid en de waarde van de aan de begunstigden gedistribueerde producten, met een specificatie volgens producten die zijn gedistribueerd in ongewijzigde staat, in de vorm van verwerkte producten en in de vorm van door substitutie verkregen producten, alsmede opgave van de verwerkingscoëfficiënten;

 

c)

de kosten van vervoer en overdracht;

 

d)

de administratiekosten;

 

e)

het aantal begunstigden in de loop van het boekjaar.

In het verslag wordt vermeld welke controlemaatregelen zijn getroffen om na te gaan of de goederen de aangegeven bestemming en de uiteindelijke begunstigden hebben bereikt. Het verslag maakt met name melding van het soort en het aantal verrichte controles en de resultaten ervan, alsmede van de gevallen waarin de in artikel 10, lid 3, bedoelde sancties zijn toegepast. Het verslag wordt als bepalend element in aanmerking genomen bij de uitwerking van volgende programma’s.

Artikel 12

De onderhavige verordening is van toepassing onverminderd Verordening (EG) nr. 1130/2009 van de Commissie (7).

Artikel 13

Verordening (EEG) nr. 3149/92 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage IV.

Artikel 14

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 september 2010.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO

 

  • (3) 
    Zie bijlage III.
 

BIJLAGE I

In artikel 8, lid 5, vierde alinea, bedoelde vermeldingen

 

In het Bulgaars

:

Прехвърляне на интервенционни продукти — прилагане на член 8, параграф 5 от Регламент (EC) № 807/2010.

In het Spaans

:

Transferencia de productos de intervención — aplicación del artículo 8, apartado 5, del Reglamento (UE) no 807/2010.

In het Tsjechisch

:

Přeprava intervenčních produktů – Použití čl. 8 odst. 5 nařízení (EU) č. 807/2010.

In het Deens

:

Overførsel af interventionsprodukter — Anvendelse af artikel 8, stk. 5, i forordning (EU) nr. 807/2010.

In het Duits

:

Transfer von Interventionserzeugnissen — Anwendung von Artikel 8 Absatz 5 der Verordnung (EU) Nr. 807/2010.

In het Ests

:

Sekkumistoodete üleandmine – määruse (EL) nr 807/2010 artikli 8 lõike 5 rakendamine.

In het Grieks

:

Μεταφορά προϊόντων παρέμβασης — Εφαρμογή του άρθρου 8 παράγραφος 5 του κανονισμού (EE) αριθ. 807/2010.

In het Engels

:

Transfer of intervention products — Application of Article 8(5) of Regulation (EU) No 807/2010.

In het Frans

:

Transfert de produits d’intervention — Application de l’article 8, paragraphe 5, du règlement (UE) no 807/2010.

In het Italiaans

:

Trasferimento di prodotti d’intervento — Applicazione dell’articolo 8, paragrafo 5, del regolamento (UE) n. 807/2010.

In het Lets

:

Intervences produktu transportēšana – Piemērojot Regulas (ES) Nr. 807/2010 8. panta 5. punktu.

In het Litouws

:

Intervencinių produktų vežimas – taikant Reglamento (ES) Nr. 807/2010 8 straipsnio 5 dalį.

In het Hongaars

:

Intervenciós termékek átszállítása – A 807/2010/EU rendelet 8. cikke (5) bekezdésének alkalmazása.

In het Maltees

:

Trasferiment ta’ prodotti ta’ l-intervent – Applikazzjoni ta’ l-Artikolu 8 (5) tar-Regolament (UE) Nru 807/2010.

In het Nederlands

:

Overdracht van interventieproducten — Toepassing van artikel 8, lid 5, van Verordening (EU) nr. 807/2010.

In het Pools

:

Przekazanie produktów objętych interwencją – stosuje się art. 8 ust. 5 rozporządzenia (UE) nr 807/2010.

In het Portugees

:

Transferência de produtos de intervenção — aplicação do n.o 5 do artigo 8.o do Regulamento (UE) n.o 807/2010.

In het Roemeens

:

Transfer de produse de interventie — Aplicare a articolului 8 alineatul (5) din Regulamentul (UE) nr. 807/2010.

In het Slowaaks

:

Premiestnenie intervenčných výrobkov – uplatnenie článku 8 ods 5 nariadenia (EÚ) č.807/2010.

In het Sloveens

:

Prenos intervencijskih proizvodov – Uporaba člena 8(5) Uredbe (EU) št. 807/2010.

In het Fins

:

Interventiotuotteiden siirtäminen – Asetuksen (EU) N:o 807/2010 8 artiklan 5 kohdan soveltaminen.

In het Zweeds

:

Överföring av interventionsprodukter – Tillämpning av artikel 8.5 i förordning (EU) nr 807/2010.

 

BIJLAGE II

Grondregels voor de opbouw van het embleem en aanwijzingen voor de genormaliseerde kleuren

  • 1. 
    Heraldische beschrijving

Een cirkel van twaalf vijfpuntige gouden sterren, waarvan de punten elkaar niet raken, tegen een azuurblauwe achtergrond.

  • 2. 
    Geometrische beschrijving

Het embleem heeft de vorm van een rechthoekige vlag waarvan de lange zijde gelijk is aan anderhalve keer de korte zijde. Twaalf gouden sterren, op regelmatige afstanden geplaatst, vormen een onzichtbare cirkel waarvan het middelpunt op het snijpunt van de diagonalen van de rechthoek ligt. De straal van de cirkel is gelijk aan een derde van de korte zijde van de rechthoek. Elk van de vijfpuntige sterren is in een onzichtbare cirkel gevat, waarvan de straal gelijk is aan 1/18e van de korte zijde van de rechthoek. Alle sterren zijn verticaal geplaatst, d.w.z. dat één punt naar boven is gericht en de twee onderste punten op een onzichtbare lijn rusten die loodrecht op de korte zijde van de rechthoek staat. De sterren bevinden zich op de cirkel zoals de cijfers op de wijzerplaat van een klok. Het aantal sterren blijft onveranderlijk.

  • 3. 
    Kleurenregel

Het embleem is samengesteld uit de volgende kleuren: PANTONE REFLEX BLUE voor het oppervlak van de rechthoek en PANTONE YELLOW voor de sterren. Het internationale kleurensysteem van PANTONE is overal beschikbaar en gemakkelijk te gebruiken, ook door niet-professionals.

Vierkleurendruk: de twee standaardkleuren kunnen bij vierkleurendruk niet worden gebruikt. De vereiste kleuren moeten op basis van de vier beschikbare kleuren worden aangemaakt. Voor het PANTONE YELLOW kan 100 % „Process Yellow” worden gebruikt. Door 100 % „Process Cyan” te mengen met 80 % „Process Magenta” wordt een blauwe kleur verkregen die PANTONE REFLEX BLUE zeer dicht benadert.

Afdruk in één kleur: wanneer alleen met zwart kan worden gewerkt, worden zwarte sterren tegen een witte achtergrond in een zwart omlijnde rechthoek gezet. Wanneer alleen blauw beschikbaar is (Reflex Blue uiteraard), worden de sterren in negatief wit op een achtergrond van 100 % Reflex Blue geplaatst.

Afdruk op gekleurde achtergrond: het embleem wordt bij voorkeur tegen een witte achtergrond afgedrukt. Achtergronden met verschillende kleuren of met kleuren die niet bij het blauw passen, moeten worden vermeden. Wanneer een gekleurde achtergrond onvermijdelijk is, moet de rechthoek met een wit kader worden omgeven waarvan de breedte gelijk is aan 1/25e van de korte zijde van de rechthoek.

 

BIJLAGE III

Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

 

Verordening (EEG) nr. 3149/92 van de Commissie

(PB L 313 van 30.10.1992, blz. 50)

Verordening (EEG) nr. 3550/92 van de Commissie

(PB L 361 van 10.12.1992, blz. 19)

Verordening (EEG) nr. 2826/93 van de Commissie

(PB L 258 van 16.10.1993, blz. 11)

Verordening (EG) nr. 267/96 van de Commissie

(PB L 36 van 14.2.1996, blz. 2)

Verordening (EG) nr. 2760/1999 van de Commissie

(PB L 331 van 23.12.1999, blz. 55)

Verordening (EG) nr. 1098/2001 van de Commissie

(PB L 150 van 6.6.2001, blz. 37)

Verordening (EG) nr. 1921/2002 van de Commissie

(PB L 293 van 29.10.2002, blz. 9)

Verordening (EG) nr. 2339/2003 van de Commissie

(PB L 346 van 31.12.2003, blz. 29)

Verordening (EG) nr. 1903/2004 van de Commissie

(PB L 328 van 30.10.2004, blz. 77)

Verordening (EG) nr. 537/2005 van de Commissie

(PB L 89 van 8.4.2005, blz. 3)

Verordening (EG) nr. 1608/2005 van de Commissie

(PB L 256 van 1.10.2005, blz. 13)

Verordening (EG) nr. 133/2006 van de Commissie

(PB L 23 van 27.1.2006, blz. 11)

Verordening (EG) nr. 208/2007 van de Commissie

(PB L 61 van 28.2.2007, blz. 19)

Verordening (EG) nr. 209/2007 van de Commissie

(PB L 61 van 28.2.2007, blz. 21)

Verordening (EG) nr. 724/2007 van de Commissie

(PB L 165 van 27.6.2007, blz. 2)

Verordening (EG) nr. 725/2007 van de Commissie

(PB L 165 van 27.6.2007, blz. 4)

Verordening (EG) nr. 758/2007 van de Commissie

(PB L 172 van 30.6.2007, blz. 47)

Verordening (EG) nr. 1127/2007 van de Commissie

(PB L 255 van 29.9.2007, blz. 18)

 

BIJLAGE IV

Concordantietabel

 

Verordening (EEG) nr. 3149/92

De onderhavige verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 2

Artikel 2, lid 2

Artikel 2, lid 3, aanhef

Artikel 2, lid 3, aanhef

Artikel 2, lid 3, punt 1, aanhef

Artikel 2, lid 3, onder a), aanhef

Artikel 2, lid 3, punt 1, onder a)

Artikel 2, lid 3, onder a), i)

Artikel 2, lid 3, punt 1, onder b)

Artikel 2, lid 3, onder a), ii)

Artikel 2, lid 3, punt 1, onder c)

Artikel 2, lid 3, onder a), iii)

Artikel 2, lid 3, punt 1, onder d)

Artikel 2, lid 3, onder a), iv)

Artikel 2, lid 3, punt 2

Artikel 2, lid 3, onder b)

Artikel 2, lid 4

Artikel 2, lid 4

Artikel 3, lid 1

Artikel 3, lid 1

Artikel 3, lid 2

Artikel 3, lid 2

Artikel 3, lid 2 bis

Artikel 3, lid 3

Artikel 3, lid 3

Artikel 3, lid 4

Artikel 3, lid 4

Artikel 3, lid 5

Artikel 4, lid 1

Artikel 4, lid 1

Artikel 4, lid 1 bis

Artikel 4, lid 2

Artikel 4, lid 2, onder a), eerste alinea

Artikel 4, lid 3, eerste alinea

Artikel 4, lid 2, onder a), tweede alinea, aanhef

Artikel 4, lid 3, tweede alinea, aanhef

Artikel 4, lid 2, onder a), tweede alinea, eerste streepje

Artikel 4, lid 3, tweede alinea, onder a)

Artikel 4, lid 2, onder a), tweede alinea, tweede streepje

Artikel 4, lid 3, tweede alinea, onder b)

Artikel 4, lid 2, onder a), tweede alinea, derde streepje

Artikel 4, lid 3, tweede alinea, onder c)

Artikel 4, lid 2, onder a), derde alinea

Artikel 4, lid 3, derde alinea

Artikel 4, lid 2, onder a), vierde alinea

Artikel 4, lid 3, vierde alinea

Artikel 4, lid 2, onder a), vijfde alinea

Artikel 4, lid 3, vijfde alinea

Artikel 4, lid 2, onder b), eerste alinea

Artikel 4, lid 4, eerste alinea

Artikel 4, lid 2, onder b), tweede alinea, aanhef

Artikel 4, lid 4, tweede alinea, aanhef

Artikel 4, lid 2, onder b), tweede alinea, eerste streepje

Artikel 4, lid 4, tweede alinea, onder a)

Artikel 4, lid 2, onder b), tweede alinea, tweede streepje

Artikel 4, lid 4, tweede alinea, onder b)

Artikel 4, lid 2 bis

Artikel 4, lid 5

Artikel 4, lid 3

Artikel 4, lid 6

Artikel 4, lid 4

Artikel 4, lid 7

Artikel 4, lid 5

Artikel 4, lid 8

Artikel 5

Artikel 5

Artikel 5 bis

Artikel 6

Artikel 6, lid 1

Artikel 7, lid 1

Artikel 6, lid 3

Artikel 7, lid 2

Artikel 6, lid 4

Artikel 7, lid 3

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 8 bis

Artikel 9

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 10, eerste alinea, aanhef

Artikel 11, eerste alinea, aanhef

Artikel 10, eerste alinea, eerste streepje

Artikel 11, eerste alinea, onder a)

Artikel 10, eerste alinea, tweede streepje

Artikel 11, eerste alinea, onder b)

Artikel 10, eerste alinea, derde streepje

Artikel 11, eerste alinea, onder c)

Artikel 10, eerste alinea, vierde streepje

Artikel 11, eerste alinea, onder d)

Artikel 10, eerste alinea, vijfde streepje

Artikel 11, eerste alinea, onder e)

Artikel 10, tweede alinea

Artikel 11, tweede alinea

Artikel 10 bis

Artikel 12

Artikel 11

Artikel 13

Artikel 12, eerste alinea

Artikel 14

Artikel 12, tweede alinea

Bijlage I

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage II

Bijlage III

Bijlage IV

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.