Richtlijn 2007/73 - Wijziging van bepaalde bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van acetamiprid, atrazin, deltamethrin, imazalil, indoxacarb, pendimethalin, pymetrozine, pyraclostrobine, thiacloprid en trifloxystrobin

1.

Wettekst

14.12.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 329/40

 

RICHTLIJN 2007/73/EG VAN DE COMMISSIE

van 13 december 2007

tot wijziging van bepaalde bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van acetamiprid, atrazin, deltamethrin, imazalil, indoxacarb, pendimethalin, pymetrozine, pyraclostrobine, thiacloprid en trifloxystrobin

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 86/362/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op granen (1), en met name op artikel 10,

Gelet op Richtlijn 90/642/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op bepaalde producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit (2), en met name op artikel 7,

Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (3), en met name op artikel 4, lid 1, onder f),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG valt de toelating van gewasbeschermingsmiddelen voor gebruik op bepaalde gewassen onder de bevoegdheid van de lidstaten. Deze toelating moet stoelen op een beoordeling van de gevolgen voor de gezondheid van mens en dier en voor het milieu. Bij deze beoordeling moet onder meer worden gekeken naar de blootstelling van toedieners en omstanders, de milieueffecten in bodem, water en lucht, en de gevolgen bij mens en dier van de consumptie van residuen op behandelde gewassen.

 

(2)

De maximumresidugehalten (MRL’s) worden vastgesteld op basis van een zodanige toepassing van de minimumhoeveelheden bestrijdingsmiddelen die voor een effectieve gewasbescherming nodig zijn dat de hoeveelheid residu zo klein mogelijk is en toxicologisch aanvaardbaar blijft, met name wat de geschatte inname via de voeding betreft.

 

(3)

Voor atrazin zijn bij Richtlijn 2007/7/EG van de Commissie (4) tijdelijke MRL’s in Richtlijn 86/362/EEG vastgesteld in afwachting van de indiening van gegevens door de aanvrager. Uit verder onderzoek is gebleken dat meer tijd moet worden gegeven voor het verzamelen van gegevens over residuproeven. Daarom moet de geldigheidsduur van de tijdelijke MRL’s voor atrazin worden verlengd.

 

(4)

De MRL’s voor onder Richtlijn 90/642/EEG vallende bestrijdingsmiddelen moeten voortdurend worden bekeken en kunnen worden gewijzigd om rekening te houden met nieuwe of gewijzigde toepassingen. De Commissie is in kennis gesteld van nieuwe of gewijzigde toepassingen die zullen leiden tot andere gehalten aan residuen van acetamiprid, deltamethrin, indoxacarb, pendimethalin, pymetrozine, pyraclostrobine, thiacloprid en trifloxystrobin.

 

(5)

Voor imazalil heeft een lidstaat de Commissie gemeld de nationale MRL’s overeenkomstig artikel 8 van Richtlijn 90/642/EEG te willen herzien omdat deze lidstaat zich zorgen maakt over de inname door de consument. Voorstellen voor de herziening van de communautaire MRL’s zijn bij de Commissie ingediend.

 

(6)

De levenslange blootstelling van de consument aan de in deze richtlijn vermelde bestrijdingsmiddelen via levensmiddelen die residuen daarvan kunnen bevatten, is beoordeeld volgens in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren (5). Op grond van deze beoordelingen en evaluaties moeten de MRL’s voor die bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de aanvaardbare dagelijkse inname niet wordt overschreden.

 

(7)

Er is een acute referentiedosis (ARFD) vastgesteld voor acetamiprid, deltamethrin, imazalil, indoxacarb, pymetrozine, pyraclostrobine en thiacloprid. De acute blootstelling van de consument via elk levensmiddel dat residuen van deze bestrijdingsmiddelen kan bevatten, is beoordeeld volgens momenteel in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren. Er is rekening gehouden met het advies en de aanbevelingen van het Wetenschappelijk Comité voor planten, met name over de bescherming van de consument van met bestrijdingsmiddelen behandelde levensmiddelen (6). Op grond van de beoordeling van de inname via de voeding moeten de MRL’s voor die bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de ARfD niet wordt overschreden. Uit de beschikbare informatie voor de overige stoffen blijkt dat geen ARfD en dus ook geen beoordeling van de acute effecten nodig is.

 

(8)

Wanneer toegelaten toepassingen van gewasbeschermingsmiddelen niet tot detecteerbare gehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in of op het levensmiddel leiden, wanneer er geen toegelaten toepassingen zijn, wanneer door de lidstaten toegelaten toepassingen niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, of wanneer toepassingen in derde landen die leiden tot residuen in of op levensmiddelen die op de markt van de Gemeenschap verkrijgbaar kunnen zijn, niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, moeten de MRL’s op de ondergrens van de analytische bepaling worden vastgesteld.

 

(9)

Dat op communautair niveau voorlopige MRL’s worden vastgesteld of gewijzigd, neemt niet weg dat de lidstaten overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder f), van Richtlijn 91/414/EEG en bijlage VI bij die richtlijn voorlopige MRL’s voor acetamiprid, indoxacarb, pyraclostrobine, thiacloprid en trifloxystrobin kunnen vaststellen. Een periode van vier jaar wordt voldoende geacht om de ontwikkeling van andere toepassingen van deze stoffen mogelijk te maken. Daarna moeten de voorlopige communautaire MRL’s definitief worden.

 

(10)

De in de Richtlijnen 86/362/EEG en 90/642/EEG vastgestelde MRL’s moeten daarom worden gewijzigd om te zorgen voor een degelijke bewaking van en controle op het gebruik van de desbetreffende gewasbeschermingsmiddelen en om de consument te beschermen. Als in de bijlagen bij die richtlijnen reeds MRL’s zijn vastgesteld, moeten die worden gewijzigd. Als er nog geen MRL’s zijn bepaald, moeten die voor het eerst worden vastgesteld.

 

(11)

De handelspartners van de Gemeenschap zijn via de Wereldhandelsorganisatie over de nieuwe MRL’s geraadpleegd en met hun opmerkingen is rekening gehouden.

 

(12)

De Richtlijnen 86/362/EEG en 90/642/EEG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

 

(13)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 86/362/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze richtlijn.

Artikel 2

Richtlijn 90/642/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze richtlijn.

Artikel 3

De lidstaten dienen uiterlijk op 14 juni 2008 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen, behalve voor deltamethrin en atrazin, waarvoor zij deze uiterlijk op 18 december 2007 vaststellen en bekendmaken, en voor imazalil, waarvoor zij deze uiterlijk op 14 september 2008 vaststellen en bekendmaken. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 15 juni 2008, met uitzondering van de bepalingen voor deltamethrin en atrazin, die vanaf 19 december 2007 van toepassing zijn, en de bepalingen voor imazalil, die vanaf 15 september 2008 van toepassing zijn.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 4

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 5

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 13 december 2007.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie

 

  • (5) 
    Richtsnoeren voor het voorspellen van de opname via de voeding van residuen van bestrijdingsmiddelen (herziene versie), opgesteld door GEMS/voedselprogramma in samenwerking met het Codex-comité voor residuen van bestrijdingsmiddelen, gepubliceerd door de Wereldgezondheidsorganisatie, 1997 (WHO/FSF/FOS/97.7).
  • (6) 
    Opinion regarding questions relating to amending the Annexes to Council Directives 86/362/EEC, 86/363/EEC and 90/642/EEC (uitgebracht op 14 juli 1998); Opinion regarding variable pesticide residues in fruit and vegetables (uitgebracht op 14 juli 1998), http://europa.eu.int/comm/food/fs/sc/scp/outcome_ppp_en.html
 

BIJLAGE I

In deel A van bijlage II bij Richtlijn 86/362/EEG wordt de regel voor „Atrazin” vervangen door:

 

Residuen van bestrijdingsmiddelen

Maximumgehalte in mg/kg

„Atrazin

0,1 (1) GRANEN

 

  • (1) 
    Tijdelijke MRL’s geldig tot 1 juni 2009, in afwachting van de indiening van residugegevens door de aanvrager”.
 

BIJLAGE II

In deel A van bijlage II bij Richtlijn 90/642/EEG worden de kolommen voor acetamiprid, deltamethrin, imazalil, indoxacarb, pendimethalin, pymetrozine, pyraclostrobine, thiacloprid en trifloxystrobin vervangen door:

 
 

Residuen van bestrijdingsmiddelen en maximumgehalten aan residuen (mg/kg)

Groepen en voorbeelden van afzonderlijke producten waarop de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen van toepassing zijn

„Acetamiprid

Deltamethrin

(cis-deltamethrin) (2)

Imazalil

Indoxacarb (som van S- en R-isomeer)

Pendimethalin

Pymetrozine

Pyraclostrobine

Thiacloprid

Trifloxystrobin

1.

Fruit, vers, gedroogd of ongekookt, bevroren, zonder toegevoegde suiker; noten

       

0,05 (1)

       

i)

CITRUSVRUCHTEN

1 (3)

0,05 (1)

5

0,02 (1)  (3)

 

0,3

1 (3)

0,02 (1)  (3)

0,3 (3)

Grapefruits

                 

Citroenen

                 

Lemmetjes

                 

Mandarijnen (inclusief clementines en andere kruisingen)

                 

Sinaasappelen

                 

Pomelo’s

                 

Andere

                 

ii)

NOTEN (al dan niet in de dop, schil of schaal)

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

0,05 (1)

0,05 (3)

 

0,02 (1)

 

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

Amandelen

                 

Paranoten

                 

Cashewnoten

                 

Kastanjes

                 

Kokosnoten

                 

Hazelnoten

                 

Macadamianoten

                 

Pecannoten

                 

Pijnboompitten

                 

Pistaches (pimpernoten)

           

1 (3)

   

Walnoten

                 

Andere

           

0,02 (1)  (3)

   

iii)

PITVRUCHTEN

1 (3)

 

2

   

0,02 (1)

0,3 (3)

0,3 (3)

0,5 (3)

Appelen

 

0,2

 

0,5 (3)

         

Peren

                 

Kweeperen

                 

Andere

 

0,1

 

0,3 (3)

         

iv)

STEENVRUCHTEN

   

0,05 (1)

           

Abrikozen

0,1 (3)

   

0,3 (3)

 

0,05

0,2 (3)

0,3 (3)

1 (3)

Kersen

0,2 (3)

0,2

       

0,3 (3)

0,3  (3)

1 (3)

Perziken (inclusief nectarines en soortgelijke kruisingen)

0,1 (3)

   

0,3 (3)

 

0,05

0,2 (3)

0,3 (3)

1 (3)

Pruimen

0,02 (3)

         

0,1 (3)

0,1 (3)

0,2 (3)

Andere

0,01 (1)  (3)

0,1

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

v)

BESVRUCHTEN EN KLEIN FRUIT

0,01 (1)  (3)

 

0,05 (1)

           

a)

Tafel- en wijndruiven

 

0,2

 

2 (3)

 

0,02 (1)

 

0,02 (1)  (3)

5 (3)

Tafeldruiven

           

1 (3)

   

Wijndruiven

           

2 (3)

   

b)

Aardbeien (andere dan bosaardbeien)

 

0,2

 

0,02 (1)  (3)

 

0,5

0,5 (3)

0,5 (3)

0,5 (3)

c)

Rubussoorten (andere dan wilde vruchten)

     

0,02 (1)  (3)

     

1 (3)

0,02 (1)  (3)

Bramen

 

0,5

     

3

1  (3)

   

Dauwbramen

                 

Loganbessen

                 

Frambozen

 

0,5

     

3

1  (3)

   

Andere

 

0,05 (1)

     

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

   

d)

Ander klein fruit en besvruchten (voor zover niet wild)

             

1 (3)

 

Blauwe bosbessen

                 

Veenbessen

                 

Aalbessen (rood, zwart en wit)

 

0,5

 

1 (3)

 

0,5

2  (3)

 

1 (3)

Kruisbessen

 

0,2

 

1 (3)

 

0,5

   

1 (3)

Andere

 

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,5  (3)

 

0,02 (1)  (3)

e)

Wilde besvruchten en wilde vruchten

 

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

vi)

DIVERSE VRUCHTEN

0,01 (1)  (3)

       

0,02 (1)

     

Avocado’s

                 

Bananen

   

2

0,2  (3)

       

0,05 (3)

Dadels

                 

Vijgen

                 

Kiwi’s

 

0,2

             

Kumquats

                 

Lychees

                 

Mango’s

           

0,05 (3)

 

0,5  (3)

Olijven (tafelolijven)

 

1

             

Olijven (olieproductie)

 

1

             

Papaja’s

           

0,05 (3)

0,5  (3)

1 (3)

Passievruchten

                 

Ananassen

                 

Granaatappels

                 

Andere

 

0,05 (1)

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

   

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

2.   

Groenten, vers of ongekookt, bevroren of gedroogd

i)

WORTEL- EN KNOLGEWASSEN

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

0,05 (1)

   

0,02 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

Rode bieten

                 

Wortelen

       

0,2

 

0,1 (3)

 

0,05 (3)

Cassave

                 

Knolselderij

       

0,1

       

Mierikswortel (peperwortel)

       

0,2

 

0,3 (3)

   

Aardperen (topinamboers)

                 

Pastinaken

       

0,2

 

0,3 (3)

   

Wortelpeterselie

       

0,2

 

0,1  (3)

   

Radijzen

     

0,2  (3)

         

Schorseneren

           

0,1  (3)

   

Bataten (zoete aardappelen)

                 

Koolrapen

                 

Rapen

                 

Yams

                 

Andere

     

0,02 (1)  (3)

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)  (3)

ii)

BOLGEWASSEN

0,01 (1)  (3)

 

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

0,05 (1)

0,02 (1)

 

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

Knoflook

 

0,1

       

0,2 (3)

   

Uien

 

0,1

       

0,2 (3)

   

Sjalotten

 

0,1

       

0,2 (3)

   

Bosuien

 

0,1

             

Andere

 

0,05 (1)

       

0,02 (1)  (3)

   

iii)

VRUCHTGROENTEN

       

0,05 (1)

       

a)

Solanaceae

                 

Tomaten

0,1 (3)

0,3

0,5

0,5 (3)

 

0,5

0,2 (3)

0,5 (3)

0,5 (3)

Pepers (paprika’s)

0,3 (3)

   

0,3 (3)

 

1

0,5 (3)

1 (3)

0,3  (3)

Aubergines

0,1 (3)

0,3

 

0,5 (3)

 

0,5

0,2 (3)

0,5 (3)

 

Okra’s

 

0,3

             

Andere

0,01 (1)  (3)

0,2

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

b)

Cucurbitaceae met eetbare schil

0,3 (3)

0,2

0,2

0,2 (3)

 

0,5

0,02 (1)  (3)

0,3 (3)

0,2 (3)

Komkommers

                 

Augurken

                 

Courgettes

                 

Andere

                 

c)

Cucurbitaceae met niet-eetbare schil

0,01 (1)  (3)

0,2

 

0,1 (3)

 

0,2

0,02 (1)  (3)

   

Meloenen

   

2

       

0,2 (3)

0,3 (3)

Pompoenen

                 

Watermeloenen

             

0,2 (3)

0,2

Andere

   

0,05 (1)

       

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

d)

Suikermais

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

iv)

KOOLSOORTEN

0,01 (1)  (3)

 

0,05 (1)

 

0,05 (1)

       

a)

Bloemkoolachtigen

 

0,1

 

0,3 (3)

 

0,02 (1)

0,1 (3)

0,02 (1)  (3)

 

Broccoli

               

0,05  (3)

Bloemkool

               

0,05  (3)

Andere

               

0,02 (1)  (3)

b)

Sluitkoolachtigen

 

0,1

         

0,02 (1)  (3)

0,2  (3)

Spruitjes

           

0,2 (3)

   

Sluitkool

     

3 (3)

 

0,05

0,2 (3)

   

Andere

     

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

   

c)

Bladkoolachtigen

 

0,5

     

0,2

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

Chinese kool

     

0,2 (3)

         

Boerenkool

     

0,2 (3)

         

Andere

     

0,02 (1)  (3)

         

d)

Koolrabi

 

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

v)

BLADGROENTEN EN VERSE KRUIDEN

   

0,05 (1)

 

0,05 (1)

     

0,02 (1)  (3)

a)

Sla en dergelijke

 

0,5

     

2

 

2 (3)

 

Tuinkers

                 

Veldsla

5 (3)

   

1  (3)

   

10  (3)

   

Sla

5 (3)

   

2 (3)

         

Andijvie

5  (3)

   

2 (3)

         

Rucola

                 

Bladeren en stengels van koolsoorten, inclusief raapstelen

                 

Andere

0,01 (1)  (3)

   

0,02 (1)  (3)

   

2 (3)

   

b)

Spinazie en dergelijke

0,01 (1)  (3)

0,5

     

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

 

Spinazie

     

2

         

Snijbiet

                 

Andere

     

0,02 (1)  (3)

         

c)

Waterkers

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

 

d)

Witlof

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

 

e)

Kruiden

 

0,5

 

2 (3)

 

1

2 (3)

3 (3)

 

Kervel

                 

Bieslook

                 

Peterselie

5  (3)

               

Bladselderij

                 

Andere

0,01 (1)  (3)

               

vi)

PEULGROENTEN (vers)

0,01 (1)  (3)

0,2

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

0,2

1

0,02 (1)  (3)

   

Bonen (met peul)

             

1 (3)

0,5 (3)

Bonen (zonder peul)

                 

Erwten (met peul)

                 

Erwten (zonder peul)

                 

Andere

             

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

vii)

STENGELGROENTEN (vers)

0,01 (1)  (3)

 

0,05 (1)

   

0,02 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

Asperges

                 

Kardoen

                 

Bleekselderij

       

0,1

       

Knolvenkel

                 

Artisjokken

 

0,1

 

0,1 (3)

         

Prei

 

0,2

       

0,5 (3)

 

0,2  (3)

Rabarber

                 

Andere

 

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

0,05 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,02 (1)  (3)

viii)

FUNGI

0,01 (1)  (3)

0,05

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

0,05 (1)

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

a)

Gekweekte paddenstoelen

                 

b)

Wilde paddenstoelen

                 

3.

Peulvruchten

0,01 (1)  (3)

1

0,05 (1)

0,02 (1)  (3)

0,2

0,02 (1)

0,3 (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

Bonen

                 

Linzen

                 

Erwten

                 

Lupinen

                 

Andere

                 

4.

Oliehoudende Zaden

   

0,05 (1)

 

0,1 (1)

 

0,02 (1)  (3)

 

0,05 (1)  (3)

Lijnzaad

                 

Pinda’s

                 

Papaverzaad

                 

Sesamzaad

                 

Zonnebloempitten

                 

Kool- en raapzaad

 

0,1

         

0,3 (3)

 

Sojabonen

     

0,5 (3)

         

Mosterdzaad

 

0,1

         

0,2  (3)

 

Katoenzaad

0,02 (3)

       

0,05

     

Hennepzaad

                 

Pompoenzaad

                 

Andere

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

 

0,05 (1)  (3)

 

0,02 (1)

 

0,05 (1)  (3)

 

5.

Aardappelen

0,01 (1)  (3)

0,05 (1)

3

0,02 (1)  (3)

0,05 (1)

0,02 (1)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

0,02 (1)  (3)

Vroege aardappelen

                 

Bewaaraardappelen

                 

6.

Thee (gedroogde bladeren en stengels, al dan niet gefermenteerd, van Camellia sinensis)

0,1 (1)  (3)

5

0,1 (1)

0,05 (1)  (3)

0,1 (1)

0,1 (1)

0,05 (1)  (3)

0,05 (1)  (3)

0,05 (1)  (3)

7.

Hop (gedroogd), inclusief hoppellets en niet-geconcentreerd poeder

0,1 (1)  (3)

5

0,1 (1)

0,05 (1)  (3)

0,1 (1)

15

10 (3)

0,05 (1)  (3)

30 (3)

 

  • (1) 
    Geeft de ondergrens van de analytische bepaling aan.
  • (2) 
    Tijdelijke MRL's geldig tot 1 november 2008, in afwachting van de herziening van bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG en de nieuwe registratie van deltamethrinformuleringen op het niveau van de lidstaten.
  • (3) 
    Geeft aan dat het maximumresidugehalte voorlopig is vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder f), van Richtlijn 91/414/EEG.”.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.