Verordening 2005/1994 - Basisproducten die niet in aanmerking komen voor de vooruitbetaling van de uitvoerrestitutie

1.

Wettekst

8.12.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 320/30

 

VERORDENING (EG) Nr. 1994/2005 VAN DE COMMISSIE

van 7 december 2005

tot vaststelling van de basisproducten die niet in aanmerking komen voor de vooruitbetaling van de uitvoerrestitutie

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 18, eerste alinea, en op de overeenkomstige bepalingen van de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening der markten voor landbouwproducten,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 565/80 van de Raad van 4 maart 1980 betreffende de vooruitbetaling van de uitvoerrestituties voor landbouwproducten (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Verordening (EEG) nr. 1618/81 van de Commissie van 17 juni 1981 tot vaststelling van de basisproducten die niet in aanmerking komen voor de vooruitbetaling van de uitvoerrestitutie (3) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (4). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

 

(2)

Artikel 4, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 565/80 is van toepassing op verwerkte producten en op goederen die zijn verkregen uit basisproducten, mits actieve veredeling niet is verboden voor vergelijkbare producten. De in artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 565/80 bedoelde lijst van de betrokken producten moet worden opgesteld. Actieve veredeling is verboden voor sommige producten die vergelijkbaar zijn met basisproducten.

 

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met de adviezen van alle betrokken comités van beheer,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De basisproducten die niet in aanmerking komen voor de in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 565/80 bedoelde regeling zijn opgenomen in bijlage I bij deze verordening.

Deze basisproducten zijn evenwel slechts uitgesloten wanneer zij zijn bestemd om te worden verwerkt tot producten die zijn vermeld:

 

a)

in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1784/2003, met uitzondering van de daar bedoelde producten van GN-code 2309;

 

b)

in artikel 1, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad (5).

Artikel 2

Verordening (EEG) nr. 1618/81 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 december 2005.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO

 

  • (4) 
    Zie bijlage II.
 

BIJLAGE I

 

GN-code

Omschrijving

1104

Op andere wijze bewerkte granen (bijvoorbeeld gepeld, geplet, in vlokken, gepareld, gesneden of gebroken), andere dan rijst bedoeld bij post 1006; graankiemen, ook indien geplet, in vlokken of gemalen:

1104 30

  • – 
    graankiemen, ook indien geplet, in vlokken of gemalen

1106

Meel, gries en poeder, van gedroogde zaden van peulgroenten bedoeld bij post 0713, van sago en van wortels of knollen bedoeld bij post 0714 en van vruchten bedoeld bij hoofdstuk 8:

1106 20

  • – 
    van sago of van wortels of knollen bedoeld bij post 0714:

1106 20 90

  • – 
    – ander

1109 00 00

Tarwegluten, ook indien gedroogd

2302

Zemelen, slijpsel en andere resten van het zeven, van het malen of van andere bewerkingen van granen of van peulvruchten, ook indien in pellets:

2302 10

  • – 
    van maïs

2302 20

  • – 
    van rijst

2302 30

  • – 
    van tarwe

2302 40

  • – 
    van andere granen

2303

Afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen, bietenpulp, uitgeperst suikerriet (ampas) en andere afvallen van de suikerindustrie, bostel (brouwerijafval), afvallen van branderijen, ook indien in pellets:

2303 10

  • – 
    afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen:
  • – 
    – afvallen van maïszetmeelfabrieken (met uitzondering van ingedikt zwelwater), met een gehalte aan proteïnen, berekend op de droge stof:

2303 10 11

  • – 
    – – van meer dan 40 gewichtspercenten
 

BIJLAGE II

Ingetrokken verordening met de achtereenvolgende wijzigingen ervan

 

Verordening (EEG) nr. 1618/81 van de Commissie

(PB L 160 van 18.6.1981, blz. 17)

Verordening (EEG) nr. 2880/84 van de Commissie

(PB L 272 van 13.10.1984, blz. 15)

Verordening (EEG) nr. 3480/88 van de Commissie

(PB L 305 van 10.11.1988, blz. 28)

 

BIJLAGE III

CONCORDANTIETABEL

 

Verordening (EEG) nr. 1618/81

De onderhavige verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 2

Artikel 2

Artikel 3

Artikel 3

Bijlage

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage III

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.