Verordening 2005/72 - Schorsing van het preferentiële douanerecht en tot wederinvoering van het recht van het gemeenschappelijk douanetarief bij invoer van eenbloemige anjers (standaard) uit de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook

1.

Wettekst

18.1.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 14/13

 

VERORDENING (EG) Nr. 72/2005 VAN DE COMMISSIE

van 17 januari 2005

tot schorsing van het preferentiële douanerecht en tot wederinvoering van het recht van het gemeenschappelijk douanetarief bij invoer van eenbloemige anjers (standaard) van oorsprong uit de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 4088/87 van de Raad van 21 december 1987 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toepassing van preferentiële douanerechten bij invoer van bepaalde producten van de bloementeelt van oorsprong uit Cyprus, Israël, Jordanië en Marokko alsmede de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook (1), inzonderheid op artikel 5, lid 2, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Bij Verordening (EEG) nr. 4088/87 zijn de voorwaarden vastgesteld voor de toepassing van een preferentieel douanerecht op grootbloemige rozen, kleinbloemige rozen, eenbloemige anjers (standaard) en veelbloemige anjers (tros) binnen de tariefcontingenten die jaarlijks worden geopend voor de invoer van verse snijbloemen in de Gemeenschap.

 

(2)

Bij Verordening (EG) nr. 747/2001 van de Raad (2) zijn communautaire tariefcontingenten geopend en is de wijze van beheer daarvan vastgesteld voor afgesneden bloemen, bloesems en bloemknoppen, vers, respectievelijk van oorsprong uit Cyprus, Egypte, Israël, Malta, Marokko, de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook.

 

(3)

Bij Verordening (EG) nr. 71/2005 van de Commissie (3) zijn de communautaire productie- en invoerprijzen voor anjers en rozen in het kader van de betrokken regeling vastgesteld.

 

(4)

De uitvoeringsbepalingen van de betrokken regeling zijn vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 700/88 van de Commissie (4).

 

(5)

Uit de waarnemingen die overeenkomstig het bepaalde in de Verordeningen (EEG) nr. 4088/87 en (EEG) nr. 700/88 zijn verricht, moet geconcludeerd worden dat de in artikel 2, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 4088/87 bedoelde voorwaarden vervuld zijn voor een schorsing van het preferentiële douanerecht voor eenbloemige anjers (standaard) van oorsprong uit de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook. Derhalve geldt het recht van het gemeenschappelijk douanetarief opnieuw.

 

(6)

Het contingent voor de betrokken producten geldt voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2005. Het preferentiële recht wordt derhalve uiterlijk tot het einde van deze periode geschorst en het gemeenschappelijk douanetarief geldt opnieuw eveneens uiterlijk tot het einde van die periode.

 

(7)

De Commissie dient, in de periodes tussen de vergaderingen van het Comité van beheer voor levende planten en producten van de bloementeelt, deze maatregelen zonder het advies van het comité vast te stellen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de invoer van eenbloemige anjers (standaard) (GN-code ex 0603 10 20) van oorsprong uit de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook wordt het bij Verordening (EG) nr. 747/2001 vastgestelde preferentiële douanerecht geschorst en geldt het recht van het gemeenschappelijk douanetarief opnieuw.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 18 januari 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 17 januari 2005.

Voor de Commissie

  • J. 
    M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling

 

  • (3) 
    Zie bladzijde 11 van dit Publicatieblad.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.