Verordening 1997/996 - Opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van bevroren omlopen van runderen van GN-code 0206 29 91

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31997R0996

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31997R0996

Verordening (EG) nr. 996/97 van de Commissie van 3 juni 1997 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van bevroren omlopen van runderen van GN-code 0206 29 91

Publicatieblad Nr. L 144 van 04/06/1997 blz. 0006 - 0010

VERORDENING (EG) Nr. 996/97 VAN DE COMMISSIE van 3 juni 1997 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van bevroren omlopen van runderen van GN-code 0206 29 91

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1095/96 van de Raad van 18 juni 1996 betreffende de tenuitvoerlegging van de concessies in de lijst CXL die is opgesteld naar aanleiding van de voltooiing van de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT (1), inzonderheid op artikel 1, lid 1,

Overwegende dat de Gemeenschap krachtens lijst CXL de verplichting op zich heeft genomen voor bevroren omlopen van runderen van GN-code 0206 29 91 een tariefcontingent van 1 500 ton per jaar te openen; dat dit meerjarige contingent voor telkens op 1 juli beginnende perioden van twaalf maanden moet worden geopend en de betrokken uitvoeringsbepalingen moeten worden vastgesteld;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 495/97 (3), gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten zijn vastgesteld; dat bij Verordening (EG) nr. 1445/95 van de Commissie (4) laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 266/97 (5), de bijzondere bepalingen voor de toepassing van het stelsel van invoercertificaten in de sector rundvlees zijn vastgesteld;

Overwegende dat Argentinië, met het oog op een doeltreffend beheer van de invoer van vlees van oorsprong en van herkomst uit dat land, echtheidscertificaten voor dat vlees moet afgeven, waarmee de oorsprong van het vlees wordt gegarandeerd; dat het model van deze certificaten en de voorschriften voor het gebruik ervan moeten worden vastgesteld;

Overwegende dat het echtheidscertificaat moet worden afgegeven door een instantie in Argentinië; dat deze instantie alle garanties moet bieden die nodig zijn om het goed functioneren van de betrokken regeling te waarborgen;

Overwegende dat het, om een deugdelijk beheer van de invoer van bevroren omlopen van oorsprong en van herkomst uit Argentinië te garanderen, passend is in voorkomend geval te bepalen dat de invoercertificaten pas worden afgegeven na verificatie van met name de in de echtheidscertificaten vermelde gegevens;

Overwegende dat voor de andere landen het contingent uitsluitend op basis van gemeenschappelijke invoercertificaten dient te worden beheerd, waarbij op bepaalde bijzondere punten van de terzake toepasselijke bepalingen wordt afgeweken;

Overwegende dat de ervaring leert dat de importeurs de bevoegde instanties die de invoercertificaten hebben afgegeven, niet altijd in kennis stellen van de hoeveelheid en de oorsprong van het in het kader van het betrokken contingent ingevoerde rundvlees; dat die gegevens belangrijk zijn voor de beoordeling van de marktsituatie; dat derhalve een garantie inzake de inachtneming van de betrokken mededelingsplicht moet worden ingesteld;

Overwegende dat de lidstaten gegevens over de betrokken invoer moeten meedelen;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    Voor periodes gaande van 1 juli van een jaar tot en met 30 juni van het daaropvolgende jaar, die hierna "jaar van invoer" worden genoemd, wordt voor bevroren omlopen van runderen van GN-code 0206 29 91 een meerjarig communautair tariefcontingent geopend voor een totale hoeveelheid van 1 500 ton per jaar.

Dit contingent heeft volgnummer 09.4020.

  • 2. 
    Voor het in lid 1 bedoelde contingent wordt het ad-valoremrecht van het gemeenschappelijk douanetarief vastgesteld op 4 %.
  • 3. 
    De jaarlijkse hoeveelheid van het contingent wordt als volgt verdeeld:
  • a) 
    700 ton van oorsprong en van herkomst uit Argentinië;
  • b) 
    800 ton van oorsprong en van herkomst uit andere derde landen.
  • 4. 
    Alleen hele omlopen mogen in het kader van het contingent worden ingevoerd.
  • 5. 
    In het kader van deze verordening wordt als bevroren omloop aangemerkt: omloop die in bevroren toestand in het douanegebied van de Gemeenschap wordt binnengebracht met een inwendige temperatuur van ten hoogste -12 °C.

Artikel 2

  • 1. 
    De in artikel 1, lid 3, bedoelde hoeveelheden vlees mogen slechts tegen overlegging van een invoercertificaat worden ingevoerd.
  • 2. 
    De geldigheidsduur van de invoercertificaten loopt af op 30 juni volgende op de datum van afgifte.

Artikel 3

  • 1. 
    Van het door Argentinië af te geven echtheidscertificaat worden een origineel en ten minste één kopie opgesteld op een formulier dat overeenstemt met het model in bijlage I.

Het formaat van dit formulier is ca. 210 × 297 mm. Het papier moet ten minste 40 g per m² wegen.

  • 2. 
    De formulieren worden gedrukt en ingevuld in een van de officiële talen van de Gemeenschap; bovendien kunnen zij worden gedrukt en ingevuld in de officiële taal van Argentinië.
  • 3. 
    De echtheidscertificaten worden geïndividualiseerd door middel van een volgnummer dat wordt toegekend door de in bijlage II bedoelde instantie van afgifte, hierna "instantie van afgifte" genoemd. Het origineel en de kopieën hebben hetzelfde volgnummer.

Artikel 4

  • 1. 
    Een echtheidscertificaat is slechts geldig indien het overeenkomstig bijlage I naar behoren is ingevuld en geviseerd door de instantie van afgifte.
  • 2. 
    Een echtheidscertificaat is naar behoren geviseerd wanneer de plaats en datum van afgifte op het certificaat zijn vermeld en het is voorzien van het stempel van de instantie van afgifte en de handtekening van de persoon of de personen die het mag of mogen ondertekenen.

Het stempel op het origineel van het echtheidscertificaat en op de kopieën ervan kan door een gedrukt zegel worden vervangen.

Artikel 5

  • 1. 
    Het echtheidscertificaat is drie maanden geldig vanaf de datum van afgifte.

Het certificaat mag echter niet na 30 juni volgende op de datum van afgifte aan de bevoegde nationale instantie worden overgelegd.

  • 2. 
    Het originele, overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 3, 4 en 6 opgestelde echtheidscertificaat en een afschrift ervan worden aan de bevoegde nationale instantie overgelegd op het ogenblik dat het eerste invoercertificaat in verband met dit echtheidscertificaat wordt aangevraagd.

Het originele echtheidscertificaat wordt door de bevoegde nationale instantie bewaard.

Binnen de grenzen van de in het echtheidscertificaat vermelde hoeveelheid, kan dit certificaat voor de afgifte van verschillende invoercertificaten worden gebruikt. In een dergelijk geval wordt het echtheidscertificaat door de bevoegde nationale instantie telkens voor de opgenomen hoeveelheid geviseerd.

De bevoegde nationale instantie mag het invoercertificaat pas afgeven na zich ervan te hebben vergewist dat alle gegevens in het echtheidscertificaat overeenstemmen met de van de Commissie in de desbetreffende wekelijkse mededelingen ontvangen informatie. Bij overeenstemming wordt het invoercertificaat onmiddellijk afgegeven.

  • 3. 
    In afwijking van het bepaalde in lid 2, vierde alinea, kan de bevoegde nationale instantie, in uitzonderlijke gevallen en op een naar behoren gemotiveerd verzoek van de aanvrager, een invoercertificaat afgeven op basis van het betrokken echtheidscertificaat, voordat de gegevens van de Commissie zijn ontvangen. In dat geval bedraagt de in artikel 11, lid 1, bedoelde zekerheid in verband met de invoercertificaten 50 ecu per 100 kg nettogewicht. Wanneer de gegevens met betrekking tot het certificaat zijn ontvangen, vervangen de lidstaten deze zekerheid door de in artikel 11, lid 1, bedoelde zekerheid van 12 ecu per 100 kg nettogewicht.

Artikel 6

  • 1. 
    De instantie van afgifte:
  • a) 
    moet als zodanig door Argentinië zijn erkend;
  • b) 
    moet zich ertoe verbinden de op de echtheidscertificaten aangebrachte vermeldingen te verifiëren;
  • c) 
    moet zich ertoe verbinden de Commissie en de lidstaten desgevraagd alle inlichtingen te verstrekken die nodig zijn ter beoordeling van de op de echtheidscertificaten aangebrachte vermeldingen.
  • 2. 
    Bijlage II wordt door de Commissie herzien wanneer een instantie van afgifte niet langer wordt erkend of een van haar verplichtingen niet nakomt of wanneer een andere instantie van afgifte wordt aangewezen.

Artikel 7

Om voor de in artikel 1, lid 3, onder b), bedoelde invoerregeling in aanmerking te komen:

  • a) 
    moet de aanvrager een natuurlijke of rechtspersoon zijn die op het moment van de indiening van de aanvraag sedert minstens twaalf maanden werkzaam is op het gebied van de rundvleeshandel tussen de lidstaten of met derde landen en in het BTW-register van een lidstaat is ingeschreven;
  • b) 
    moet de door de belanghebbende ingediende certificaataanvraag betrekking hebben op maximaal 80 ton;
  • c) 
    moet op de certificaataanvraag en op het certificaat, in vak 8, het land van oorsprong worden vermeld;
  • d) 
    moet op de certificaataanvraag en op het certificaat, in vak 20, een van de volgende vermeldingen worden aangebracht:
  • Músculos del diafragma y delgados [Reglamento (CE) n° 996/97]
  • Mellemgulv (forordning (EF) nr. 996/97)
  • Saumfleisch (Verordnung (EG) Nr. 996/97)
  • ÄéÜöñáãìá [êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 996/97]
  • Thin skirt (Regulation (EC) No 996/97)
  • Hampe [règlement (CE) n° 996/97]
  • Pezzi detti «hampes» [regolamento (CE) n. 996/97]
  • Omloop (Verordening (EG) nr. 996/97)
  • Diafragma [Regulamento (CE) nº 996/97]
  • Kuveliha (asetus (EY) N:o 996/97)
  • Mellangärde (förordning (EG) nr 996/97).

Artikel 8

  • 1. 
    De in artikel 7 bedoelde aanvragen kunnen slechts tijdens de eerste tien dagen van elk jaar van invoer bij de bevoegde instanties in de lidstaat waar de aanvrager is geregistreerd, worden ingediend. Wanneer dezelfde belanghebbende meer dan één aanvraag heeft ingediend, wordt geen van deze aanvragen in aanmerking genomen.
  • 2. 
    De lidstaten delen de Commissie op de tiende werkdag na het einde van de periode voor de indiening van de aanvragen de totale hoeveelheden mee waarvoor aanvragen zijn ingediend.

Deze mededeling omvat ook de lijst van de aanvragers, alsmede de opgegeven landen van oorsprong. Alle mededelingen moeten op de aangegeven dag vóór 16.00 uur geschieden, ook indien er geen aanvragen zijn ingediend.

  • 3. 
    De Commissie beslist zo snel mogelijk in hoeverre de aanvragen kunnen worden ingewilligd. Indien de hoeveelheden waarvoor certificaten zijn aangevraagd, de beschikbare hoeveelheid overschrijden, stelt de Commissie een eenvormig verminderingspercentage vast dat op de aangevraagde hoeveelheden wordt toegepast.
  • 4. 
    Nadat de Commissie de betrokken aanvragen heeft ingewilligd, worden de certificaten zo snel mogelijk afgegeven.

Artikel 9

  • 1. 
    Onverminderd de bepalingen van deze verordening, is het bepaalde in de Verordeningen (EEG) nr. 3719/88 en (EG) nr. 1445/95 van toepassing.
  • 2. 
    In afwijking van het bepaalde in artikel 8, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 wordt het volledige recht van het gemeenschappelijk douanetarief toegepast op alle hoeveelheden boven de in het invoercertificaat aangegeven hoeveelheden.
  • 3. 
    Artikel 14, lid 3, tweede alinea, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 is niet van toepassing.
  • 4. 
    In afwijking van het bepaalde in artikel 33, lid 3, onder b), ii), van Verordening (EEG) nr. 3719/88 is de maximumtermijn voor levering van het bewijs van invoer met beperking van de verbeurte van de zekerheid tot 15 % van het betrokken bedrag, vier maanden.

Artikel 10

  • 1. 
    Uiterlijk drie weken na de invoer van het in deze verordening bedoelde product stelt de importeur de bevoegde nationale instantie die het invoercertificaat heeft afgegeven, in kennis van de hoeveelheid en de oorsprong van het ingevoerde product. Deze instantie deelt deze gegevens aan het begin van elke maand aan de Commissie mee.
  • 2. 
    Uiterlijk vier maanden na elk halfjaar van het jaar van invoer stelt de bevoegde nationale instantie de Commissie in kennis van de naar land van oorsprong uitgesplitste hoeveelheden van het in artikel 1 bedoelde product waarvoor in dat halfjaar van invoercertificaten gebruik is gemaakt.

Artikel 11

  • 1. 
    Bij het aanvragen van het invoercertificaat moet de importeur, in afwijking van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1445/95, voor het invoercertificaat een zekerheid van 12 ecu per 100 kilogram product stellen en voor de in artikel 10, lid 1, van deze verordening bedoelde kennisgeving een zekerheid van 1 ecu per 100 kilogram product.
  • 2. 
    De zekerheid voor de kennisgeving wordt vrijgegeven wanneer de bevoegde nationale instantie binnen de in artikel 10, lid 1, bedoelde termijn in kennis is gesteld van de hoeveelheid waarop de kennisgeving betrekking heeft. Wanneer dit niet geschied is, wordt de zekerheid verbeurd.

Over het vrijgeven van deze zekerheid wordt op hetzelfde ogenblik beslist als over de vrijgave van de zekerheid voor het certificaat.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 1997.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 3 juni 1997.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

  • (1) 
    PB nr. L 146 van 20. 6. 1996, blz. 1.
  • (2) 
    PB nr. L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1.
  • (3) 
    PB nr. L 77 van 19. 3. 1997, blz. 12.
  • (4) 
    PB nr. L 143 van 27. 6. 1995, blz. 35.
  • (5) 
    PB nr. L 45 van 15. 2. 1997, blz. 1.

BIJLAGE I

>REFERENTIE NAAR EEN FILM>

BIJLAGE II

LIJST VAN ARGENTIJNSE INSTANTIES DIE ECHTHEIDSCERTIFICATEN MOGEN AFGEVEN

SECRETARÍA DE AGRICULTURA, GANADERÍA Y PESCA

voor de in artikel 1, lid 3, onder a), bedoelde omlopen van oorsprong uit Argentinië.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.