Definitieve vaststelling (EU, Euratom) 2021/41 van de gewijzigde begroting nr. 8 van de EU voor het begrotingsjaar 2020

1.

Wettekst

27.1.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 28/1

 

DEFINITIEVE VASTSTELLING (EU, Euratom) 2021/41

van de gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2020

DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 314, lid 4, onder a), en lid 9,

gezien het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 bis,

gezien Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie (1),

gezien Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (2),

gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (3),

gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer (4),

gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2020, definitief vastgesteld op 27 november 2019 (5),

gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 9 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2020, goedgekeurd door de Commissie op 9 oktober 2020,

gezien het standpunt inzake het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 9/2020, vastgesteld door de Raad op 30 oktober 2020 en toegezonden aan het Europees Parlement op 3 november 2020,

gezien de goedkeuring van het standpunt van de Raad door het Parlement op 24 november 2020,

gezien de artikelen 94 en 96 van het Reglement van het Europees Parlement,

CONSTATEERT:

Enig artikel

De procedure zoals vastgelegd in artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is afgesloten en de gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2020 is definitief vastgesteld.

Gedaan te Brussel op 24 november 2020.

De Voorzitter

  • D. 
    M. SASSOLI
 

 

  • A. 
    INLEIDING EN FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2020 moeten worden gedekt op grond van artikel 1 van Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie

UITGAVEN

 

Omschrijving

Begroting 2020  (1)

Begroting 2019  (2)

Verschil (in %)

       
  • 1. 
    Slimme en inclusieve groei

77 453 828 442

67 556 947 173

  • 14,65%
  • 2. 
    Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen

57 904 492 439

57 399 857 331

  • 0,88
  • 3. 
    Veiligheid en burgerschap

6 368 527 141

3 527 434 894

  • 80,54
  • 4. 
    Europa als wereldspeler

9 112 061 191

9 358 295 603

-2,63

  • 5. 
    Administratie

10 274 196 704

9 944 904 743

  • 3,31
  • 6. 
    Compensatie

p.m.

p.m.

Speciale instrumenten

1 425 594 964

705 051 794

  • 102,20

Totaal uitgaven (3)

162 538 700 881

148 492 491 538

  • 9,46

 (1)  (2)  (3)

ONTVANGSTEN

 

Omschrijving

Begroting 2020  (4)

Begroting 2019  (5)

Verschil (in %)

Diverse ontvangsten (titels 4 t/m 9)

2 046 450 061

1 894 392 136

  • 8,03

Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

3 218 373 955

1 802 988 329

+78,50

Saldi en aanpassingen (hoofdstukken 3 1, 3 2, 3 3 en 39)

  • 400 600 000

p.m.

Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

4 864 224 016

3 697 380 465

+31,56

Nettobedrag van de douanerechten en de suikerheffingen (hoofdstukken 1 1 en 1 2)

18 507 300 000

21 471 164 786

  • – 
    13,80

Eigen middelen uit de btw tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

17 344 303 050

17 738 667 150

  • – 
    2,22

Nog te financieren uit de aanvullende middelenbron (bni-middelen, tabel 3, hoofdstuk 1 4)

121 822 873 815

105 585 279 137

  • 15,38

Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2014/335/EU, Euratom te dekken kredieten  (6)

157 674 476 865

144 795 111 073

  • 8,89

Totaal ontvangsten (7)

162 538 700 881

148 492 491 538

  • 9,46

 (4)  (5)  (6)  (7)

TABEL 1

Berekening van de aftopping van de uniforme btw-grondslagen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2014/335/EU, Euratom

 

Lidstaat

1 % van de niet-afgetopte btw-grondslag

1 % van het bruto nationaal inkomen

Aftoppingspercentage (in %)

1 % van het bruto nationaal inkomen (bni) × aftoppingspercentage

1 % van de afgetopte btw-grondslag  (8)

Lidstaten met afgetopte btw-grondslag

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

(6)

België

1 897 777 000

4 492 260 000

50

2 246 130 000

1 897 777 000

 

Bulgarije

271 658 000

568 744 000

50

284 372 000

271 658 000

 

Tsjechië

923 454 000

2 016 108 000

50

1 008 054 000

923 454 000

 

Denemarken

1 134 034 000

2 997 687 000

50

1 498 843 500

1 134 034 000

 

Duitsland

13 791 909 000

33 548 996 000

50

16 774 498 000

13 791 909 000

 

Estland

127 111 000

260 049 000

50

130 024 500

127 111 000

 

Ierland

916 120 000

2 445 027 000

50

1 222 513 500

916 120 000

 

Griekenland

689 744 000

1 703 172 000

50

851 586 000

689 744 000

 

Spanje

5 257 014 000

11 394 533 000

50

5 697 266 500

5 257 014 000

 

Frankrijk

10 437 975 000

23 109 504 000

50

11 554 752 000

10 437 975 000

 

Kroatië

332 122 000

490 350 000

50

245 175 000

245 175 000

Kroatië

Italië

6 554 877 000

16 408 969 000

50

8 204 484 500

6 554 877 000

 

Cyprus

153 600 000

196 679 000

50

98 339 500

98 339 500

Cyprus

Letland

120 755 000

285 827 000

50

142 913 500

120 755 000

 

Litouwen

182 105 000

436 918 000

50

218 459 000

182 105 000

 

Luxemburg

304 016 000

427 140 000

50

213 570 000

213 570 000

Luxemburg

Hongarije

570 270 000

1 335 303 000

50

667 651 500

570 270 000

 

Malta

91 828 000

115 687 000

50

57 843 500

57 843 500

Malta

Nederland

3 090 100 000

7 525 158 000

50

3 762 579 000

3 090 100 000

 

Oostenrijk

1 737 376 000

3 796 555 000

50

1 898 277 500

1 737 376 000

 

Polen

2 541 144 000

4 975 888 000

50

2 487 944 000

2 487 944 000

Polen

Portugal

1 022 557 000

1 955 868 000

50

977 934 000

977 934 000

Portugal

Roemenië

814 450 000

2 104 070 000

50

1 052 035 000

814 450 000

 

Slovenië

218 848 000

450 588 000

50

225 294 000

218 848 000

 

Slowakije

341 044 000

879 905 000

50

439 952 500

341 044 000

 

Finland

1 018 425 000

2 282 237 000

50

1 141 118 500

1 018 425 000

 

Zweden

2 044 088 000

4 664 862 000

50

2 332 431 000

2 044 088 000

 

Verenigd Koninkrijk

11 057 452 000

23 933 385 000

50

11 966 692 500

11 057 452 000

 

Totaal

67 641 853 000

154 801 469 000

 

77 400 734 500

67 277 392 000

 

 (8)

TABEL 2

Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (btw) op grond van artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 1 3)

 

Lidstaat

1 % van de afgetopte btw-grondslag

Uniform percentage van de eigen middelen "btw" (in %)

Eigen middelen "btw" tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

  • (3) 
    = (1) × (2)

België

1 897 777 000

0,30

569 333 100

Bulgarije

271 658 000

0,30

81 497 400

Tsjechië

923 454 000

0,30

277 036 200

Denemarken

1 134 034 000

0,30

340 210 200

Duitsland

13 791 909 000

0,15

2 068 786 350

Estland

127 111 000

0,30

38 133 300

Ierland

916 120 000

0,30

274 836 000

Griekenland

689 744 000

0,30

206 923 200

Spanje

5 257 014 000

0,30

1 577 104 200

Frankrijk

10 437 975 000

0,30

3 131 392 500

Kroatië

245 175 000

0,30

73 552 500

Italië

6 554 877 000

0,30

1 966 463 100

Cyprus

98 339 500

0,30

29 501 850

Letland

120 755 000

0,30

36 226 500

Litouwen

182 105 000

0,30

54 631 500

Luxemburg

213 570 000

0,30

64 071 000

Hongarije

570 270 000

0,30

171 081 000

Malta

57 843 500

0,30

17 353 050

Nederland

3 090 100 000

0,15

463 515 000

Oostenrijk

1 737 376 000

0,30

521 212 800

Polen

2 487 944 000

0,30

746 383 200

Portugal

977 934 000

0,30

293 380 200

Roemenië

814 450 000

0,30

244 335 000

Slovenië

218 848 000

0,30

65 654 400

Slowakije

341 044 000

0,30

102 313 200

Finland

1 018 425 000

0,30

305 527 500

Zweden

2 044 088 000

0,15

306 613 200

Verenigd Koninkrijk

11 057 452 000

0,30

3 317 235 600

Totaal

67 277 392 000

 

17 344 303 050

TABEL 3

Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen op grond van artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 1 4)

 

Lidstaat

1 % van het bruto nationaal inkomen

Uniform percentage van de eigen middelen "aanvullende grondslag"

Eigen middelen "aanvullende grondslag" tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

  • (3) 
    = (1) × (2)

België

4 492 260 000

 

3 535 237 919

Bulgarije

568 744 000

 

447 579 916

Tsjechië

2 016 108 000

 

1 586 600 386

Denemarken

2 997 687 000

 

2 359 065 760

Duitsland

33 548 996 000

 

26 401 785 028

Estland

260 049 000

 

204 648 681

Ierland

2 445 027 000

 

1 924 143 341

Griekenland

1 703 172 000

 

1 340 331 645

Spanje

11 394 533 000

 

8 967 064 491

Frankrijk

23 109 504 000

 

18 186 301 512

Kroatië

490 350 000

 

385 886 817

Italië

16 408 969 000

 

12 913 235 080

Cyprus

196 679 000

 

154 778 899

Letland

285 827 000

0,7869620  (9)

224 934 988

Litouwen

436 918 000

 

343 837 864

Luxemburg

427 140 000

 

336 142 949

Hongarije

1 335 303 000

 

1 050 832 721

Malta

115 687 000

 

91 041 273

Nederland

7 525 158 000

 

5 922 013 398

Oostenrijk

3 796 555 000

 

2 987 744 520

Polen

4 975 888 000

 

3 915 834 778

Portugal

1 955 868 000

 

1 539 193 795

Roemenië

2 104 070 000

 

1 655 823 138

Slovenië

450 588 000

 

354 595 634

Slowakije

879 905 000

 

692 451 800

Finland

2 282 237 000

 

1 796 033 796

Zweden

4 664 862 000

 

3 671 069 134

Verenigd Koninkrijk

23 933 385 000

 

18 834 664 552

Totaal

154 801 469 000

 

121 822 873 815

 (9)

TABEL 4

Berekening van de brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdragen van Denemarken, Nederland en Zweden op grond van artikel 2, lid 5, van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 1 6)

 

Lidstaat

Brutovermindering

Percentage in de bni-grondslagen

Bni-sleutel toegepast op de brutovermindering

Financiering van de vermindering

 

(1)

(2)

(3)

  • (4) 
    = (1) + (3)

België

 

2,90

32 992 238

32 992 238

Bulgarije

 

0,37

4 176 993

4 176 993

Tsjechië

 

1,30

14 806 782

14 806 782

Denemarken

  • 146 333 564

1,94

22 015 735

  • 124 317 829

Duitsland

 

21,67

246 391 898

246 391 898

Estland

 

0,17

1 909 862

1 909 862

Ierland

 

1,58

17 956 867

17 956 867

Griekenland

 

1,10

12 508 505

12 508 505

Spanje

 

7,36

83 684 192

83 684 192

Frankrijk

 

14,93

169 721 757

169 721 757

Kroatië

 

0,32

3 601 248

3 601 248

Italië

 

10,60

120 511 416

120 511 416

Cyprus

 

0,13

1 444 458

1 444 458

Letland

 

0,18

2 099 182

2 099 182

Litouwen

 

0,28

3 208 831

3 208 831

Luxemburg

 

0,28

3 137 019

3 137 019

Hongarije

 

0,86

9 806 786

9 806 786

Malta

 

0,07

849 633

849 633

Nederland

  • 782 321 749

4,86

55 266 571

  • 727 055 178

Oostenrijk

 

2,45

27 882 813

27 882 813

Polen

 

3,21

36 544 119

36 544 119

Portugal

 

1,26

14 364 365

14 364 365

Roemenië

 

1,36

15 452 796

15 452 796

Slovenië

 

0,29

3 309 227

3 309 227

Slowakije

 

0,57

6 462 234

6 462 234

Finland

 

1,47

16 761 298

16 761 298

Zweden

  • 208 243 919

3,01

34 259 869

  • 173 984 050

Verenigd Koninkrijk

 

15,46

175 772 538

175 772 538

Totaal

-1 136 899 232

100,00

1 136 899 232

0

Bbp-deflator van de EU, in EUR, (economische voorjaarsprognoses 2019): (a) 2011 EU-27 = 100,0000 / (b) 2013 EU-27 = 102,9958 (c) 2013 EU-28 = 102,9874 / (d) 2020 EU-28 = 112,5551

Forfaitair bedrag voor Nederland: in prijzen 2020: 695 000 000 EUR × [ (b/a) × (d/c) ] = 782 321 749 EUR

Forfaitair bedrag voor Zweden: in prijzen 2020: 185 000 000 EUR × [ (b/a) × (d/c) ] = 208 243 919 EUR

Forfaitair bedrag voor Denemarken: in prijzen 2020: 130 000 000 EUR × [ (b/a) × (d/c) ] = 146 333 564 EUR

TABEL 5.1

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2019 op grond van artikel 4 van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 1 5)

 

Omschrijving

Coëfficiënt  (10) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

16,0617

 
  • 2. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven

7,6186

 
  • 3. 
    (1) – (2)

8,4431

 
  • 4. 
    Totale toegewezen uitgaven
 

133 761 974 693

  • 5. 
    Met de uitbreiding verband houdende uitgaven  (11)
 

33 495 190 550

  • 6. 
    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)
 

100 266 784 143

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66
 

5 587 332 443

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk  (12)
 

459 372 003

  • 9. 
    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

5 127 960 440

  • 10. 
    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen  (13)
 

-42 372 235

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)
 

5 170 332 675

 (10)  (11)  (12)  (13)

TABEL 5.2

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2015 op grond van artikel 4 van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 3 5)

 

Omschrijving

Coëfficiënt  (14) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

19,1419

 
  • 2. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven

7,5894

 
  • 3. 
    (1) – (2)

11,5525

 
  • 4. 
    Totale toegewezen uitgaven
 

129 135 893 336

  • 5. 
    Met de uitbreiding verband houdende uitgaven  (15)
 

31 639 878 296

  • 6. 
    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)
 

97 496 015 040

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66
 

7 433 724 758

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk  (16)
 

1 381 345 015

  • 9. 
    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

6 052 379 743

  • 10. 
    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen  (17)
 

-74 320 246

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)  (18)
 

6 126 699 989

 (14)  (15)  (16)  (17)  (18)

TABEL 5.3

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2016 op grond van artikel 4 van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 3 5)

 

Omschrijving

Coëfficiënt  (19) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

17,3576

 
  • 2. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven

7,6922

 
  • 3. 
    (1) – (2)

9,6654

 
  • 4. 
    Totale toegewezen uitgaven
 

117 460 512 555

  • 5. 
    Met de uitbreiding verband houdende uitgaven  (20)
 

25 403 051 464

  • 6. 
    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)
 

92 057 461 091

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66
 

5 872 505 812

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk  (21)
 

851 694 541

  • 9. 
    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

5 020 811 271

  • 10. 
    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen  (22)
 

-40 846 944

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)  (23)
 

5 061 658 216

 (19)  (20)  (21)  (22)  (23)

TABEL 5.4

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2017 op grond van artikel 4 van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 3 6)

 

Omschrijving

Coëfficiënt  (24) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

15,9063

 
  • 2. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven

6,9862

 
  • 3. 
    (1) – (2)

8,9201

 
  • 4. 
    Totale toegewezen uitgaven
 

110 891 011 881

  • 5. 
    Met de uitbreiding verband houdende uitgaven  (25)
 

20 917 337 083

  • 6. 
    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)
 

89 973 674 798

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66
 

5 297 002 140

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk  (26)
 

147 663 777

  • 9. 
    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

5 149 338 362

  • 10. 
    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen  (27)
 

-9 019 736

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)  (28)
 

5 158 358 098

 (24)  (25)  (26)  (27)  (28)

TABEL 5.5

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2018 op grond van artikel 4 van Besluit 2014/335/EU, Euratom (hoofdstuk 3 6)

 

Omschrijving

Coëfficiënt  (29) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

16,0805

 
  • 2. 
    Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven

6,7158

 
  • 3. 
    (1) – (2)

9,3646

 
  • 4. 
    Totale toegewezen uitgaven
 

129 720 353 887

  • 5. 
    Met de uitbreiding verband houdende uitgaven  (30)
 

31 051 543 542

  • 6. 
    Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)
 

98 668 810 345

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66
 

6 098 379 860

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk  (31)
 

620 706 683

  • 9. 
    Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

5 477 673 177

  • 10. 
    Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen  (32)
 

-38 961 662

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)  (33)
 

5 516 634 839

 (29)  (30)  (31)  (32)  (33)

TABEL 6.1

Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op – 5 170 332 675 EUR (hoofdstuk 1 5)

 

Lidstaat

Percentage in de bni-grondslagen

Percentage zonder het Verenigd Koninkrijk

Percentage zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

3/4 van het percentage van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom 2

Kolom 4 verdeeld volgens de sleutel van kolom 3

Financieringssleutel

Op de correctie toegepaste financieringssleutel

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

  • (6) 
    = (2) + (4) + (5)

(7)

België

2,90

3,43

5,52

 

1,57

5,00

258 550 776

Bulgarije

0,37

0,43

0,70

 

0,20

0,63

32 733 903

Tsjechië

1,30

1,54

2,48

 

0,70

2,24

116 036 536

Denemarken

1,94

2,29

3,69

 

1,05

3,34

172 531 042

Duitsland

21,67

25,64

0,00

-19,23

0,00

6,41

331 363 203

Estland

0,17

0,20

0,32

 

0,09

0,29

14 967 048

Ierland

1,58

1,87

3,01

 

0,85

2,72

140 722 849

Griekenland

1,10

1,30

2,09

 

0,59

1,90

98 025 591

Spanje

7,36

8,71

14,01

 

3,98

12,68

655 809 180

Frankrijk

14,93

17,66

28,41

 

8,07

25,72

1 330 061 079

Kroatië

0,32

0,37

0,60

 

0,17

0,55

28 221 958

Italië

10,60

12,54

20,18

 

5,73

18,27

944 413 650

Cyprus

0,13

0,15

0,24

 

0,07

0,22

11 319 805

Letland

0,18

0,22

0,35

 

0,10

0,32

16 450 694

Litouwen

0,28

0,33

0,54

 

0,15

0,49

25 146 694

Luxemburg

0,28

0,33

0,53

 

0,15

0,48

24 583 924

Hongarije

0,86

1,02

1,64

 

0,47

1,49

76 852 993

Malta

0,07

0,09

0,14

 

0,04

0,13

6 658 333

Nederland

4,86

5,75

0,00

-4,31

0,00

1,44

74 325 934

Oostenrijk

2,45

2,90

0,00

-2,18

0,00

0,73

37 498 548

Polen

3,21

3,80

6,12

 

1,74

5,54

286 385 851

Portugal

1,26

1,49

2,40

 

0,68

2,18

112 569 439

Roemenië

1,36

1,61

2,59

 

0,73

2,34

121 099 164

Slovenië

0,29

0,34

0,55

 

0,16

0,50

25 933 467

Slowakije

0,57

0,67

1,08

 

0,31

0,98

50 642 688

Finland

1,47

1,74

2,81

 

0,80

2,54

131 353 516

Zweden

3,01

3,56

0,00

-2,67

0,00

0,89

46 074 810

Verenigd Koninkrijk

15,46

0,00

0,00

 

0,00

0,00

0

Totaal

100,00

100,00

100,00

-28,39

28,39

100,00

5 170 332 675

De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

TABEL 6.2

Financiering van de definitieve Britse correctie voor 2015 (hoofdstuk 35)

 

Lidstaat

Bedrag

 

(1)

België

1 267 154

Bulgarije

3 148 896

Tsjechië

4 903 895

Denemarken

6 556 672

Duitsland

4 385 985

Estland

303 635

Ierland

20 284 145

Griekenland

504 408

Spanje

1 272 857

Frankrijk

5 838 257

Kroatië

1 207 446

Italië

19 287 491

Cyprus

627 536

Letland

  • 619 579

Litouwen

  • 208 473

Luxemburg

866 089

Hongarije

2 764 651

Malta

310 080

Nederland

  • 260 138

Oostenrijk

1 362 429

Polen

-9 542 201

Portugal

476 355

Roemenië

1 609 226

Slovenië

123 083

Slowakije

1 555 233

Finland

4 733 265

Zweden

-2 400 255

Verenigd Koninkrijk

-70 358 142

Totaal

0

TABEL 6.3

Financiering van de definitieve Britse correctie voor 2016 (hoofdstuk 35)

 

Lidstaat

Bedrag

 

(1)

België

12 381 389

Bulgarije

1 683 717

Tsjechië

6 602 363

Denemarken

3 769 035

Duitsland

5 007 497

Estland

892 527

Ierland

3 060 816

Griekenland

  • 239 791

Spanje

4 704 411

Frankrijk

26 115 146

Kroatië

1 550 836

Italië

26 775 334

Cyprus

893 340

Letland

185 011

Litouwen

904 487

Luxemburg

  • 272 563

Hongarije

2 362 157

Malta

310 901

Nederland

3 455 636

Oostenrijk

855 227

Polen

15 053 623

Portugal

2 825 093

Roemenië

5 438 400

Slovenië

821 604

Slowakije

454 399

Finland

3 348 353

Zweden

128 390

Verenigd Koninkrijk

  • 129 067 338

Totaal

0

TABEL 6.4

Tussentijdse bijstelling van de financiering van de Britse correctie voor 2017 (hoofdstuk 36)

 

Lidstaat

Bedrag

 

(1)

België

15 856 715

Bulgarije

3 231 445

Tsjechië

3 814 138

Denemarken

10 232 027

Duitsland

12 286 393

Estland

1 271 298

Ierland

5 263 528

Griekenland

4 209 140

Spanje

23 937 729

Frankrijk

58 977 709

Kroatië

1 777 843

Italië

45 010 069

Cyprus

752 318

Letland

741 095

Litouwen

1 627 128

Luxemburg

374 066

Hongarije

3 692 230

Malta

265 690

Nederland

4 759 697

Oostenrijk

1 361 203

Polen

5 297 081

Portugal

6 203 836

Roemenië

5 382 461

Slovenië

765 633

Slowakije

1 500 046

Finland

5 572 775

Zweden

257 162

Verenigd Koninkrijk

  • 224 420 455

Totaal

0

TABEL 6.5

Tussentijdse bijstelling van de financiering van de Britse correctie voor 2018 (hoofdstuk 36)

 

Lidstaat

Bedrag

 

(1)

België

27 909 738

Bulgarije

5 747 148

Tsjechië

12 780 811

Denemarken

17 414 841

Duitsland

26 899 549

Estland

2 324 061

Ierland

13 878 796

Griekenland

7 355 826

Spanje

58 628 464

Frankrijk

132 102 159

Kroatië

3 326 099

Italië

80 506 049

Cyprus

1 290 517

Letland

1 428 955

Litouwen

3 518 387

Luxemburg

3 459 527

Hongarije

9 060 360

Malta

599 078

Nederland

7 666 480

Oostenrijk

3 225 174

Polen

25 585 020

Portugal

12 696 708

Roemenië

15 373 126

Slovenië

1 888 602

Slowakije

3 559 433

Finland

9 899 420

Zweden

4 981 835

Verenigd Koninkrijk

  • 493 106 163

Totaal

0

TABEL 7

Overzicht van de financiering  (34) van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

 

Lidstaat

Traditionele eigen middelen (TEM)

 

Btw- en bni-middelen, inclusief aanpassingen

Totaal eigen middelen  (35)

Nettobijdragen van de suikersector (80 %)

Nettodouanerechten (80 %)

Totaal netto traditionele eigen middelen (80 %)

Inningskosten (20 % van bruto TEM) (p.m.)

Eigen middelen uit de btw

Bni-middelen

Vermindering ten voordele van: Denemarken, Nederland en Zweden.

Correctie voor het Verenigd Koninkrijk

Totaal nationale bijdragen

Percentage (%) in totaal "nationale bijdragen"

 

(1)

(2)

  • (3) 
    = (1) + (2)

(4)

(5)

(6)

(7)

(8)

  • (9) 
    = (5) + (6) + (7) + (8)

(10)

  • (11) + (3) + (9)

België

0

1 855 200 000

1 855 200 000

463 800 000

569 333 100

3 535 237 919

32 992 238

315 965 772

4 453 529 029

3,20

6 308 729 029

Bulgarije

0

77 000 000

77 000 000

19 250 000

81 497 400

447 579 916

4 176 993

46 545 109

579 799 418

0,42

656 799 418

Tsjechië

0

257 600 000

257 600 000

64 400 000

277 036 200

1 586 600 386

14 806 782

144 137 743

2 022 581 111

1,45

2 280 181 111

Denemarken

0

316 900 000

316 900 000

79 225 000

340 210 200

2 359 065 760

  • 124 317 829

210 503 617

2 785 461 748

2,00

3 102 361 748

Duitsland

0

3 682 900 000

3 682 900 000

920 725 000

2 068 786 350

26 401 785 028

246 391 898

379 942 627

29 096 905 903

20,91

32 779 805 903

Estland

0

36 400 000

36 400 000

9 100 000

38 133 300

204 648 681

1 909 862

19 758 569

264 450 412

0,19

300 850 412

Ierland

0

239 800 000

239 800 000

59 950 000

274 836 000

1 924 143 341

17 956 867

183 210 134

2 400 146 342

1,72

2 639 946 342

Griekenland

0

227 100 000

227 100 000

56 775 000

206 923 200

1 340 331 645

12 508 505

109 855 174

1 669 618 524

1,20

1 896 718 524

Spanje

0

1 145 600 000

1 145 600 000

286 400 000

1 577 104 200

8 967 064 491

83 684 192

744 352 641

11 372 205 524

8,17

12 517 805 524

Frankrijk

0

1 492 900 000

1 492 900 000

373 225 000

3 131 392 500

18 186 301 512

169 721 757

1 553 094 350

23 040 510 119

16,56

24 533 410 119

Kroatië

0

29 500 000

29 500 000

7 375 000

73 552 500

385 886 817

3 601 248

36 084 182

499 124 747

0,36

528 624 747

Italië

0

1 548 800 000

1 548 800 000

387 200 000

1 966 463 100

12 913 235 080

120 511 416

1 115 992 593

16 116 202 189

11,58

17 665 002 189

Cyprus

0

25 000 000

25 000 000

6 250 000

29 501 850

154 778 899

1 444 458

14 883 516

200 608 723

0,14

225 608 723

Letland

0

36 400 000

36 400 000

9 100 000

36 226 500

224 934 988

2 099 182

18 186 176

281 446 846

0,20

317 846 846

Litouwen

0

90 500 000

90 500 000

22 625 000

54 631 500

343 837 864

3 208 831

30 988 223

432 666 418

0,31

523 166 418

Luxemburg

0

17 700 000

17 700 000

4 425 000

64 071 000

336 142 949

3 137 019

29 011 043

432 362 011

0,31

450 062 011

Hongarije

0

164 900 000

164 900 000

41 225 000

171 081 000

1 050 832 721

9 806 786

94 732 391

1 326 452 898

0,95

1 491 352 898

Malta

0

13 400 000

13 400 000

3 350 000

17 353 050

91 041 273

849 633

8 144 082

117 388 038

0,08

130 788 038

Nederland

0

2 461 700 000

2 461 700 000

615 425 000

463 515 000

5 922 013 398

  • 727 055 178

89 947 609

5 748 420 829

4,13

8 210 120 829

Oostenrijk

0

188 000 000

188 000 000

47 000 000

521 212 800

2 987 744 520

27 882 813

44 302 581

3 581 142 714

2,57

3 769 142 714

Polen

0

734 900 000

734 900 000

183 725 000

746 383 200

3 915 834 778

36 544 119

322 779 374

5 021 541 471

3,61

5 756 441 471

Portugal

0

179 800 000

179 800 000

44 950 000

293 380 200

1 539 193 795

14 364 365

134 771 431

1 981 709 791

1,42

2 161 509 791

Roemenië

0

164 900 000

164 900 000

41 225 000

244 335 000

1 655 823 138

15 452 796

148 902 377

2 064 513 311

1,48

2 229 413 311

Slovenië

0

71 000 000

71 000 000

17 750 000

65 654 400

354 595 634

3 309 227

29 532 389

453 091 650

0,33

524 091 650

Slowakije

0

74 100 000

74 100 000

18 525 000

102 313 200

692 451 800

6 462 234

57 711 799

858 939 033

0,62

933 039 033

Finland

0

136 700 000

136 700 000

34 175 000

305 527 500

1 796 033 796

16 761 298

154 907 329

2 273 229 923

1,63

2 409 929 923

Zweden

0

436 100 000

436 100 000

109 025 000

306 613 200

3 671 069 134

  • 173 984 050

49 041 942

3 852 740 226

2,77

4 288 840 226

Verenigd Koninkrijk

0

2 802 500 000

2 802 500 000

700 625 000

3 317 235 600

18 834 664 552

175 772 538

-6 087 284 773

16 240 387 917

11,67

19 042 887 917

Totaal

0

18 507 300 000

18 507 300 000

4 626 825 000

17 344 303 050

121 822 873 815

0

0

139 167 176 865

100,00

157 674 476 865

 (34)  (35)

  • B. 
    ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL
 

Titel

Omschrijving

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

1

EIGEN MIDDELEN

156 939 880 109

734 596 756

157 674 476 865

3

OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

2 817 773 955

 

2 817 773 955

4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

1 651 322 700

 

1 651 322 700

5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

15 050 000

 

15 050 000

6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA’S VAN DE UNIE

130 000 000

 

130 000 000

7

ACHTERSTANDSRENTE EN GELDBOETEN

233 000 000

 

233 000 000

8

OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

2 076 361

 

2 076 361

9

DIVERSE ONTVANGSTEN

15 001 000

 

15 001 000

 

TOTAAL-GENERAAL

161 804 104 125

734 596 756

162 538 700 881

TITEL 1

EIGEN MIDDELEN

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

1 1

BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM)

p.m.

p.m.

p.m.

1 2

DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM

18 507 300 000

p.m.

18 507 300 000

1 3

EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OP GROND VAN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM

17 344 303 050

p.m.

17 344 303 050

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OP GROND VAN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM

121 088 277 059

734 596 756

121 822 873 815

1 5

CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

0

p.m.

0

1 6

AAN BEPAALDE LIDSTATEN TOEGEKENDE BRUTOVERMINDERING VAN DE JAARLIJKSE BNI-BIJDRAGE

0

p.m.

0

 

Titel 1 — Totaal

156 939 880 109

734 596 756

157 674 476 865

HOOFDSTUK 1 4 —   EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OP GROND VAN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OP GROND VAN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM

     

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen op grond van artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2014/335/EU, Euratom

121 088 277 059

734 596 756

121 822 873 815

 

HOOFDSTUK 1 4 — TOTAAL

121 088 277 059

734 596 756

121 822 873 815

HOOFDSTUK 1 4 —

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OP GROND VAN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2014/335/EU, EURATOM

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen op grond van artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2014/335/EU, Euratom

 

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

121 088 277 059

734 596 756

121 822 873 815

Toelichting

De bni-middelenbron is een "aanvullende" bron van eigen middelen, die de ontvangsten verschaft welke in een begrotingsjaar nodig zijn ter dekking van uitgaven die uitstijgen boven het bedrag aan traditionele eigen middelen, btw-afdrachten en andere ontvangsten. Deze middelenbron zorgt er met andere woorden voor dat de algemene begroting van de Unie altijd in evenwicht is ex ante.

Het bni-afroepingspercentage is afhankelijk van hoeveel aanvullende middelen er nodig zijn ter financiering van de gebudgetteerde uitgaven die niet gedekt worden door de andere middelen (btw-afdrachten, traditionele eigen middelen en overige ontvangsten). Het afroepingspercentage wordt toegepast op het bruto nationaal inkomen van elk van de lidstaten.

Het voor begrotingsjaar 2020 op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen percentage bedraagt 0,7870 %.

Rechtsgronden

Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie (PB L 168 van 7.6.2014, blz. 105), en met name artikel 2, lid 1, onder c).

 

Lidstaat

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

België

3 513 920 294

21 317 625

3 535 237 919

Bulgarije

444 880 992

2 698 924

447 579 916

Tsjechië

1 577 033 123

9 567 263

1 586 600 386

Denemarken

2 344 840 500

14 225 260

2 359 065 760

Duitsland

26 242 581 215

159 203 813

26 401 785 028

Estland

203 414 642

1 234 039

204 648 681

Ierland

1 912 540 680

11 602 661

1 924 143 341

Griekenland

1 332 249 392

8 082 253

1 340 331 645

Spanje

8 912 992 737

54 071 754

8 967 064 491

Frankrijk

18 076 637 393

109 664 119

18 186 301 512

Kroatië

383 559 904

2 326 913

385 886 817

Italië

12 835 367 761

77 867 319

12 913 235 080

Cyprus

153 845 577

933 322

154 778 899

Letland

223 578 621

1 356 367

224 934 988

Litouwen

341 764 508

2 073 356

343 837 864

Luxemburg

334 115 994

2 026 955

336 142 949

Hongarije

1 044 496 158

6 336 563

1 050 832 721

Malta

90 492 291

548 982

91 041 273

Nederland

5 886 303 423

35 709 975

5 922 013 398

Oostenrijk

2 969 728 302

18 016 218

2 987 744 520

Polen

3 892 222 139

23 612 639

3 915 834 778

Portugal

1 529 912 396

9 281 399

1 539 193 795

Roemenië

1 645 838 458

9 984 680

1 655 823 138

Slovenië

352 457 408

2 138 226

354 595 634

Slowakije

688 276 288

4 175 512

692 451 800

Finland

1 785 203 642

10 830 154

1 796 033 796

Zweden

3 648 932 442

22 136 692

3 671 069 134

Verenigd Koninkrijk

18 721 090 779

113 573 773

18 834 664 552

Totaal van artikel 1 4 0

121 088 277 059

734 596 756

121 822 873 815

 

  • (1) 
    De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2020 (PB L 57 van 27.2.2020, blz. 1) plus gewijzigde begrotingen nr. 1 tot en met 8/2020.
  • (2) 
    De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2019 (PB L 67 van 7.3.2019, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 3/2019.
  • (3) 
    Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
  • (4) 
    De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2020 (PB L 57 van 27.2.2020, blz. 1) plus gewijzigde begrotingen nr. 1 tot en met 8/2020.
  • (5) 
    De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2019 (PB L 67 van 7.3.2019, blz. 1), plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 t/m 3/2019.
  • (6) 
    De eigen middelen voor de begroting 2020 worden bepaald op grond van de begrotingsramingen aangenomen op de 178e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen op 25 mei 2020.
  • (7) 
    Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
  • (8) 
    De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het bni.
  • (9) 
    Berekening van het percentage: (121 822 873 815) / (154 801 469 000) = 0,786962001084111.
  • Afgeronde percentages.
  • Het bedrag van de met de uitbreiding verband houdende uitgaven komt overeen met de totale toegewezen uitgaven in 13 lidstaten (die tot de Unie zijn toegetreden na 30 april 2004), uitgezonderd de rechtstreekse betalingen en de marktgerelateerde uitgaven in de landbouw en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling.
  • Het "voordeel voor het Verenigd Koninkrijk" komt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling op afgetopte btw en de introductie van de bni-gebaseerde eigen middelen.
  • Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 20 % sinds 1 januari 2014 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
  • Afgeronde percentages.
  • Het bedrag van de met de uitbreiding verband houdende uitgaven komt overeen met de totale toegewezen uitgaven in 13 lidstaten (die tot de Unie zijn toegetreden na 30 april 2004), uitgezonderd de rechtstreekse betalingen en de marktgerelateerde uitgaven in de landbouw en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling.
  • Het "voordeel voor het Verenigd Koninkrijk" komt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling op afgetopte btw en de introductie van de bni-gebaseerde eigen middelen.
  • Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 20 % sinds 1 januari 2014 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
  • Het verschil van 70 358 142 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2015 (6 126 699 989 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van de Britse correctie voor 2015 (6 056 341 847 EUR, opgenomen in GB nr. 5/2016) wordt gefinancierd overeenkomstig hoofdstuk 35 van GB 7/2020.
  • Afgeronde percentages.
  • Het bedrag van de met de uitbreiding verband houdende uitgaven komt overeen met de totale toegewezen uitgaven in 13 lidstaten (die tot de Unie zijn toegetreden na 30 april 2004), uitgezonderd de rechtstreekse betalingen en de marktgerelateerde uitgaven in de landbouw en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling.
  • Het "voordeel voor het Verenigd Koninkrijk" komt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling op afgetopte btw en de introductie van de bni-gebaseerde eigen middelen.
  • Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 20 % sinds 1 januari 2014 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
  • Het verschil van 129 067 338 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2016 (5 061 658 216 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van de Britse correctie voor 2016 (4 932 590 878 EUR, opgenomen in GB nr. 6/2017) wordt gefinancierd overeenkomstig hoofdstuk 35 van GB 7/2020.
  • Afgeronde percentages.
  • Het bedrag van de met de uitbreiding verband houdende uitgaven komt overeen met de totale toegewezen uitgaven in 13 lidstaten (die tot de Unie zijn toegetreden na 30 april 2004), uitgezonderd de rechtstreekse betalingen en de marktgerelateerde uitgaven in de landbouw en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling.
  • Het "voordeel voor het Verenigd Koninkrijk" komt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling op afgetopte btw en de introductie van de bni-gebaseerde eigen middelen.
  • Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 20 % sinds 1 januari 2014 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
  • Het verschil van 224 420 455 EUR tussen het voorlopige bedrag van de Britse correctie voor 2017 (5 158 358 098 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van de Britse correctie voor 2017 (4 933 937 643 EUR, opgenomen in GB nr. 6/2018) wordt gefinancierd overeenkomstig hoofdstuk 36 van GB 7/2020.
  • Afgeronde percentages.
  • Het bedrag van de met de uitbreiding verband houdende uitgaven komt overeen met de totale toegewezen uitgaven in 13 lidstaten (die tot de Unie zijn toegetreden na 30 april 2004), uitgezonderd de rechtstreekse betalingen en de marktgerelateerde uitgaven in de landbouw en het uit het EOGFL, afdeling Garantie, afkomstige gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling.
  • Het "voordeel voor het Verenigd Koninkrijk" komt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling op afgetopte btw en de introductie van de bni-gebaseerde eigen middelen.
  • Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 20 % sinds 1 januari 2014 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
  • Het verschil van 493 106 163 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2018 (5 516 634 839 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van de Britse correctie voor 2018 (5 023 528 676 EUR, opgenomen in de begroting 2019) wordt gefinancierd overeenkomstig hoofdstuk 36 van GB 7/2020.
  • p.m. (eigen middelen + overige ontvangsten = totaal ontvangsten = totaal uitgaven); (157 674 476 865 + 4 864 224 016 = 162 538 700 881 = 162 538 700 881).
  • Totaal van de eigen middelen als percentage van het bni: (157 674 476 865) / (15 480 146 900 000) = 1,02 %; maximum van de eigen middelen als percentage van het bni: 1,20 %.
 

AFDELING III

COMMISSION

UITGAVEN

 

Titel

Omschrijving

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

550 910 219

1 501 374 219

   

550 910 219

1 501 374 219

02

INTERNE MARKT, INDUSTRIE, ONDERNEMERSCHAP EN MIDDEN- EN KLEINBEDRIJF

3 203 612 540

2 706 787 634

   

3 203 612 540

2 706 787 634

03

CONCURRENTIE

116 380 398

116 380 398

   

116 380 398

116 380 398

04

WERKGELEGENHEID, SOCIALE ZAKEN EN INCLUSIE

14 881 605 545

14 894 134 411

   

14 881 605 545

14 894 134 411

05

LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

58 698 932 091

57 007 767 922

   

58 698 932 091

57 007 767 922

06

MOBILITEIT EN VERVOER

4 871 268 495

3 065 461 523

   

4 871 268 495

3 065 461 523

07

MILIEU

555 989 653

410 691 242

   

555 989 653

410 691 242

08

ONDERZOEK EN INNOVATIE

7 987 937 964

7 093 573 238

   

7 987 937 964

7 093 573 238

09

COMMUNICATIENETWERKEN, INHOUD EN TECHNOLOGIE

2 684 291 569

2 310 507 713

   

2 684 291 569

2 310 507 713

10

EIGEN ONDERZOEK

452 584 121

446 424 944

   

452 584 121

446 424 944

11

MARITIEME ZAKEN EN VISSERIJ

1 096 734 831

904 804 693

   

1 096 734 831

904 804 693

 

Reserves (40 02 41)

67 843 000

64 300 000

   

67 843 000

64 300 000

   

1 164 577 831

969 104 693

   

1 164 577 831

969 104 693

12

FINANCIËLE STABILITEIT, FINANCIËLE DIENSTEN EN KAPITAALMARKTENUNIE

114 419 241

115 165 918

   

114 419 241

115 165 918

13

REGIONAAL BELEID EN STADSONTWIKKELING

42 744 008 381

39 927 905 306

734 596 756

734 596 756

43 478 605 137

40 662 502 062

14

BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

177 055 750

170 293 750

   

177 055 750

170 293 750

15

ONDERWIJS EN CULTUUR

4 828 897 829

4 457 288 075

   

4 828 897 829

4 457 288 075

16

COMMUNICATIE

219 381 095

216 738 095

   

219 381 095

216 738 095

17

GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID

668 839 926

625 083 932

   

668 839 926

625 083 932

18

MIGRATIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

5 727 715 528

5 276 600 656

   

5 727 715 528

5 276 600 656

 

Reserves (40 02 41)

1 003 000

1 003 000

   

1 003 000

1 003 000

   

5 728 718 528

5 277 603 656

   

5 728 718 528

5 277 603 656

19

INSTRUMENTEN VOOR HET BUITENLANDS BELEID

907 036 746

808 717 831

   

907 036 746

808 717 831

20

HANDEL

119 662 291

118 971 291

   

119 662 291

118 971 291

21

INTERNATIONALE SAMENWERKING EN ONTWIKKELING

3 819 395 952

3 320 689 539

   

3 819 395 952

3 320 689 539

22

NABUURSCHAP EN UITBREIDINGSONDERHANDELINGEN

4 449 309 007

3 479 739 705

   

4 449 309 007

3 479 739 705

23

HUMANITAIRE HULP EN CIVIELE BESCHERMING

2 225 017 691

1 604 881 622

   

2 225 017 691

1 604 881 622

24

FRAUDEBESTRIJDING

84 569 600

80 879 853

   

84 569 600

80 879 853

25

BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

261 638 248

262 663 248

   

261 638 248

262 663 248

26

ADMINISTRATIE VAN DE COMMISSIE

1 169 128 790

1 168 977 000

   

1 169 128 790

1 168 977 000

27

BEGROTING

72 732 451

72 732 451

   

72 732 451

72 732 451

28

AUDIT

20 254 041

20 254 041

   

20 254 041

20 254 041

29

STATISTIEK

162 101 479

159 101 479

   

162 101 479

159 101 479

30

PENSIOENEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE UITGAVEN

2 133 215 000

2 133 215 000

   

2 133 215 000

2 133 215 000

31

TALENDIENSTEN

410 651 078

410 651 078

   

410 651 078

410 651 078

32

ENERGIE

2 399 423 663

1 870 314 222

   

2 399 423 663

1 870 314 222

33

JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN

285 532 215

281 548 093

   

285 532 215

281 548 093

34

KLIMAATACTIE

180 975 805

114 778 918

   

180 975 805

114 778 918

40

RESERVES

537 763 000

358 500 000

   

537 763 000

358 500 000

 

Totaal

168 887 818 233

157 578 902 040

734 596 756

734 596 756

169 622 414 989

158 313 498 796

 

Waarvan reserves (40 02 41)

68 846 000

65 303 000

   

68 846 000

65 303 000

TITEL 13

REGIONAAL BELEID EN STADSONTWIKKELING

Algemene samenvatting van de kredieten (2020 en 2019) en van de uitvoering (2019)

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN OP HET BELEIDSTERREIN REGIONAAL BELEID EN STADSONTWIKKELING

93 498 974

93 498 974

   

93 498 974

93 498 974

13 03

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE ACTIES

32 036 715 121

30 214 031 448

   

32 036 715 121

30 214 031 448

13 04

COHESIEFONDS

10 089 302 692

9 162 490 696

   

10 089 302 692

9 162 490 696

13 05

INSTRUMENT VOOR PRETOETREDINGSSTEUN — REGIONALE ONTWIKKELING EN REGIONALE EN TERRITORIALE SAMENWERKING

81 436 386

43 585 980

   

81 436 386

43 585 980

13 06

SOLIDARITEITSFONDS

322 498 208

322 498 208

734 596 756

734 596 756

1 057 094 964

1 057 094 964

13 07

STEUNVERORDENING

35 762 000

37 000 000

   

35 762 000

37 000 000

13 08

STEUNPROGRAMMA VOOR STRUCTURELE HERVORMINGEN — OPERATIONELE TECHNISCHE BIJSTAND

84 795 000

54 800 000

   

84 795 000

54 800 000

 

Titel 13 — Totaal

42 744 008 381

39 927 905 306

734 596 756

734 596 756

43 478 605 137

40 662 502 062

HOOFDSTUK 13 06 —   SOLIDARITEITSFONDS

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FK

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 06

SOLIDARITEITSFONDS

13 06 01

Bijstand aan lidstaten in het geval van een grote natuurramp die ernstige gevolgen heeft voor de levensomstandigheden van de burgers, het natuurlijke milieu of de economie

9

322 498 208

322 498 208

734 596 756

734 596 756

1 057 094 964

1 057 094 964

13 06 02

Bijstand aan toetredingslanden in het geval van een grote natuurramp die ernstige gevolgen heeft voor de levensomstandigheden van de burgers, het natuurlijke milieu of de economie

9

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Hoofdstuk 13 06 — Totaal

 

322 498 208

322 498 208

734 596 756

734 596 756

1 057 094 964

1 057 094 964

13 06 01

Bijstand aan lidstaten in het geval van een grote natuurramp die ernstige gevolgen heeft voor de levensomstandigheden van de burgers, het natuurlijke milieu of de economie

Cijfers (Gesplitste kredieten)

 

Begroting 2020

Gewijzigde begroting nr. 8/2020

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

322 498 208

322 498 208

734 596 756

734 596 756

1 057 094 964

1 057 094 964

Toelichting

Dit artikel dient voor de opname in de begroting van kredieten voor de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de Europese Unie in geval van grote of regionale rampen in de lidstaten. Bij natuurrampen moet hulp worden geboden aan de betrokken lidstaten, met een deadline voor het gebruik van de toegekende financiële hulp en de verplichting voor de begunstigde lidstaten om het gebruik van de ontvangen hulp te verantwoorden. Ontvangen hulp die vervolgens wordt verrekend met betalingen door derde partijen of die het uiteindelijke schadebedrag overschrijdt, moet worden teruggevorderd.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3).

Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884), en met name artikel 10.

Referentiebesluiten

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad, ingediend door de Commissie op 4 september 2019, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad om financiële steun te verlenen aan lidstaten om de ernstige financiële lasten te dragen als gevolg van een terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie zonder akkoord (COM(2019)0399).

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.