Gedelegeerde verordening 2016/1443 - Wijziging van Verordening 273/2004 en Verordening 111/2005 teneinde bepaalde drugsprecursoren op te nemen in de lijst van geregistreerde stoffen

1.

Wettekst

1.9.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 235/6

 

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/1443 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad teneinde bepaalde drugsprecursoren op te nemen in de lijst van geregistreerde stoffen

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake drugsprecursoren (1), en met name artikel 15,

Gezien Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad van 22 december 2004 houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Unie en derde landen in drugsprecursoren (2), en met name artikel 30 bis,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 273/2004 en de bijlage bij Verordening (EG) nr. 111/2005 bevatten elk een lijst van geregistreerde stoffen waarvoor een aantal in die verordeningen vastgestelde geharmoniseerde controle- en toezichtmaatregelen gelden.

 

(2)

De in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 273/2004 en in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 111/2005 vermelde geregistreerde stoffen zijn onderverdeeld in categorieën waarvoor verschillende maatregelen gelden, om het juiste evenwicht te vinden tussen het dreigingsniveau van elke specifieke stof en de belemmeringen voor de legale handel.

 

(3)

Voor de in categorie 1 ingedeelde stoffen gelden de strengste controle- en toezichtmaatregelen. Marktdeelnemers en gebruikers moeten houder zijn van een vergunning om die stoffen in hun bezit te mogen houden en om er transacties mee te mogen uitvoeren.

 

(4)

Chloorefedrine en chloorpseudo-efedrine kunnen rechtstreeks en met een hoog rendement in methamfetamine worden omgezet. De lidstaten hebben aangetoond dat chloorefedrine en chloorpseudo-efedrine sinds 2013 herhaaldelijk als precursoren zijn gebruikt voor de illegale vervaardiging van methamfetamine (ook bekend als crystal meth) in de Unie. Daarnaast is in verschillende gevallen meldingen gemaakt van het gebruik van die twee stoffen voor de vervaardiging van methamfetamine buiten de Unie.

 

(5)

Voor de handel in en het bezit van chloorefedrine en chloorpseudo-efedrine gelden momenteel geen wettelijke beperkingen en de controle ervan is beperkt tot een vrijwillige verbintenis van de marktdeelnemers in de Unie om toezicht te houden op de handel en melding te maken van verdachte transacties met dergelijke stoffen.

 

(6)

Tijdens de raadpleging van de lidstaten en vertegenwoordigers van de chemische sector zijn geen aanmerkelijke legale toepassingen van chloorefedrine en chloorpseudo-efedrine vastgesteld. In 2013 en 2014 hebben de bevoegde autoriteiten van de lidstaten meer dan drie ton van die stoffen in beslag genomen om te voorkomen dat zij zouden worden gebruikt voor de illegale vervaardiging van methamfetamine.

 

(7)

Gezien het grote gevaar van misbruik van chloorefedrine en chloorpseudo-efedrine en aangezien de registratie van die stoffen geen aanmerkelijke gevolgen zal hebben voor de legale handel, moeten die stoffen worden opgenomen in categorie 1 van de lijst in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 273/2004 en in de lijst in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 111/2005.

 

(8)

Verordening (EG) nr. 273/2004 en Verordening (EG) nr. 111/2005 moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

 

(9)

Enkele bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen van 19 december 1988 (3) worden bij Verordening (EG) nr. 273/2004 en Verordening (EG) nr. 111/2005 gezamenlijk uitgevoerd. Gezien het nauwe materiële verband tussen die verordeningen is het gerechtvaardigd dat de wijzigingen door middel van één gedelegeerde handeling worden vastgesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Verordening (EG) nr. 273/2004

In bijlage I bij Verordening (EG) nr. 273/2004 worden aan de tabel met geregistreerde stoffen van categorie 1 de volgende rijen toegevoegd:

 

„(1R,2S)-(-)-chloorefedrine

 

2939 99 00

110925-64-9

(1S,2R)-(+)-chloorefedrine

 

2939 99 00

1384199-95-4

(1S,2S)-(+)-chloorpseudo-efedrine

 

2939 99 00

73393-61-0

(1R,2R)-(-)-chloorpseudo-efedrine

 

2939 99 00

771434-80-1”

Artikel 2

Wijziging van Verordening (EG) nr. 111/2005

In de bijlage bij Verordening (EG) nr. 111/2005 worden aan de tabel met geregistreerde stoffen van categorie 1 de volgende rijen toegevoegd:

 

„(1R,2S)-(-)-chloorefedrine

 

2939 99 00

110925-64-9

(1S,2R)-(+)-chloorefedrine

 

2939 99 00

1384199-95-4

(1S,2S)-(+)-chloorpseudo-efedrine

 

2939 99 00

73393-61-0

(1R,2R)-(-)-chloorpseudo-efedrine

 

2939 99 00

771434-80-1”

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER

 

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.