Besluit 2015/451 - Toetreding van de EU tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) - Hoofdinhoud
19.3.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 75/1 |
BESLUIT (EU) 2015/451 VAN DE RAAD
van 6 maart 2015
betreffende de toetreding van de Europese Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a),
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora — Cites) („de overeenkomst”) waarbij 178 landen, waaronder alle lidstaten, partij zijn, is een belangrijk internationaal milieu-instrument dat erop gericht is bedreigde planten- en diersoorten te beschermen door middel van de controle op de internationale handel in specimens van deze soorten. |
(2) |
In eerste instantie stond de overeenkomst alleen open voor staten, maar in 1983 werd artikel X I van de overeenkomst door een speciale in Gaborone, Botswana, bijeengekomen conferentie van de partijen zodanig gewijzigd dat door soevereine staten opgerichte organisaties voor regionale economische integratie die door hun lidstaten zijn gemachtigd tot het onderhandelen over en het sluiten en uitvoeren van internationale overeenkomsten over aangelegenheden waarop deze overeenkomst betrekking heeft, ook tot de overeenkomst konden toetreden (de Gaborone-clausule). De Gaborone-clausule van de overeenkomst is op 29 november 2013 in werking getreden. |
(3) |
De aangelegenheden die onder de overeenkomst vallen betreffen hoofdzakelijk de bescherming van het milieu. De bepalingen van de overeenkomst zijn sinds 1 januari 1984 in alle lidstaten op uniforme wijze uitgevoerd. Voorts heeft de Unie voorschriften vastgesteld in de vorm van Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad (2) en Verordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie (3). |
(4) |
Toetreding tot de overeenkomst zal de Unie in staat stellen een rol te spelen bij de werkzaamheden van de overeenkomst en houdt een wettelijke verplichting in voor de Unie om de overeenkomst in onder haar bevoegdheid vallende aangelegenheden uit te voeren en te handhaven. De toetreding schept formele verantwoordelijkheden voor de Unie, waardoor zij als partij verantwoording verschuldigd is aan andere partijen wat betreft haar tenuitvoerlegging van de overeenkomst. |
(5) |
De toetreding van de Unie tot de overeenkomst heeft geen gevolgen voor de wijze waarop de Unie en haar lidstaten binnen hun respectieve bevoegdheden en overeenkomstig de Verdragen, tot overeenstemming komen over de standpunten voor de conferentie van de partijen bij Cites. |
(6) |
De standpunten van de Unie en haar lidstaten voor de conferentie van de partijen bij Cites worden, binnen hun respectieve bevoegdheden en overeenkomstig de Verdragen, naar voren gebracht conform de relevante praktijken op het gebied van multilaterale milieuovereenkomsten. |
(7) |
De Europese Unie dient derhalve toe te treden tot de overeenkomst, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De toetreding van de Europese Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) wordt namens de Unie goedgekeurd.
De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.
Artikel 2
De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon aan te wijzen die bevoegd is om namens de Unie de in artikel XXI, lid 1, van de overeenkomst bedoelde akte van toetreding neer te leggen, waarmee de instemming van de Europese Unie om door de overeenkomst gebonden te zijn tot uiting wordt gebracht. Bij de neerlegging van de akte van toetreding legt de aangewezen persoon de in de bijlage bij dit besluit opgenomen verklaring neer, overeenkomstig artikel XXI, lid 3, van de overeenkomst.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan (4).
Gedaan te Brussel, 6 maart 2015.
Voor de Raad
De voorzitter
-
K.GERHARDS
-
Goedkeuring van 16 december 2014 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
-
Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer (PB L 61 van 3.3.1997, blz. 1).
-
Verordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer (PB L 166 van 19.6.2006, blz. 1).
-
De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst voor de Unie zal door het secretariaat-generaal van de Raad in het Publicatieblad van de Europese Unie worden bekendgemaakt.
BIJLAGE
VERKLARING VAN DE EUROPESE UNIE OVEREENKOMSTIG ARTIKEL XXI, LID 3, VAN DE OVEREENKOMST INZAKE DE INTERNATIONALE HANDEL IN BEDREIGDE IN HET WILD LEVENDE DIER- EN PLANTENSOORTEN
De Europese Unie verklaart dat zij, overeenkomstig het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, bevoegd is om toe te treden tot internationale overeenkomsten, en om de daaruit voortvloeiende verplichtingen na te komen, die bijdragen tot de verwezenlijking van de volgende doelstellingen:
— |
behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu; |
— |
bescherming van de gezondheid van de mens; |
— |
behoedzaam en rationeel gebruik van natuurlijke hulpbronnen; |
— |
bevordering op internationaal vlak van maatregelen om het hoofd te bieden aan regionale of mondiale milieuproblemen, met inbegrip van klimaatverandering. |
De Europese Unie verklaart dat zij reeds rechtsinstrumenten heeft vastgesteld die bindend zijn voor haar lidstaten met betrekking tot aangelegenheden die onder deze overeenkomst vallen, met name maar niet beperkt tot Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad en Uitvoeringsverordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie.
Bovendien verklaart de Europese Unie dat zij verantwoordelijk is voor het nakomen van die verplichtingen die voortvloeien uit de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten die onder de vigerende wetgeving van de Europese Unie vallen.
De uitoefening van de bevoegdheid van de Europese Unie is uiteraard voortdurend in ontwikkeling.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.