Bijlagen bij COM(2020)350 - Controle op de toepassing van het EU-recht Jaarverslag 2019

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2020)350 - Controle op de toepassing van het EU-recht Jaarverslag 2019.
document COM(2020)350 NLEN
datum 31 juli 2020
annex_NL.pdf">besluit tot vaststelling van de richtsnoeren voor het bepalen van de financiële correcties die moeten worden verricht op de door de Unie gefinancierde uitgaven in geval van niet-naleving van de toepasselijke regels inzake overheidsopdrachten.

Dit besluit biedt meer rechtszekerheid voor alle actoren en een meer evenredige benadering in het complexe gebied van aanbestedingsprocedures, die de grootste bron van onregelmatigheden en financiële correcties voor cohesiefondsen blijven.

Bestrijding van fraude met EU-geld

De middelen voor het bestrijden van misdrijven die de EU-begroting schaden zijn aanzienlijk verbeterd sinds de inwerkingtreding van de richtlijn betreffende de strafrechtelijke bestrijding van fraude die de financiële belangen van de Unie schaadt . De richtlijn zal tevens de inhoudelijke basis voor het werk van het Europees Openbaar Ministerie zijn. De Commissie werkt nauw samen met de lidstaten om ervoor te zorgen dat de richtlijn goed wordt uitgevoerd. Op 19 september 2019 heeft zij inbreukprocedures geopend tegen 14 lidstaten wegens te late omzetting van de richtlijn.

In twee zaken die de Commissie bij het Hof aanhangig heeft gemaakt tegen het Verenigd Koninkrijk en Nederland , heeft het Hof geoordeeld dat deze landen hun verplichting tot loyale samenwerking uit hoofde van het Verdrag niet hebben nageleefd, aangezien zij het verlies aan eigen middelen als gevolg van de onrechtmatige afgifte van uitvoercertificaten door de plaatselijke autoriteiten van hun landen en gebieden overzee (LGO’s) niet hebben gecompenseerd. Het Hof heeft geconcludeerd dat de twee betrokken lidstaten jegens de Europese Unie aansprakelijk zijn voor alle fouten van de autoriteiten van hun LGO’s die tot een tekort aan traditionele eigen middelen hebben geleid.

II.Een connectieve digitale eengemaakte markt

De strategie voor de digitale eengemaakte markt is gericht op het aangaan van de uitdagingen en het benutten van de kansen van digitale transformatie door marktfragmentatie te verminderen, gegevensstromen en de marktfluïditeit te vergroten en de bestaande regels aan te passen aan het digitale tijdperk. De toegang van de consument is verbeterd door het verbod op ongerechtvaardigde geoblocking , de grensoverschrijdende portabiliteit van inhoud   de afschaffing van roamingtarieven en WiFi4EU . De marktkadervoorwaarden zijn verbeterd door het nieuwe Europees wetboek voor elektronische communicatie , de richtlijn audiovisuele mediadiensten , de geactualiseerde auteursrechtwetgeving en de verordening inzake platforms . De handhaving van deze regels zal de komende jaren van fundamenteel belang zijn.

Verbetering van de connectiviteit

Digitale communicatie met hoge snelheid draagt bij tot innovatie en tot een betere dienstverlening voor de economie en voor de maatschappij in haar geheel. De ontwikkeling van 5G-connectiviteit is een prioriteit voor de Commissie. Het doel is ervoor te zorgen dat het radiospectrum voor 5G uiterlijk in 2020 in de hele EU beschikbaar is. 

De doeltreffende toepassing van regels met betrekking tot het Europese alarmnummer 112 zal zorgen voor een veilige en effectieve toegang tot de hulpdiensten voor eindgebruikers, ook voor mensen met een handicap.

In 2019 heeft de Commissie inbreukprocedures geopend tegen  Tsjechië , Duitsland , Griekenland , Spanje  en  Kroatië  omdat zij niet hadden gezorgd voor gelijkwaardige toegang voor gebruikers met een handicap, conform de regels inzake het alarmnummer 112.


Het opzetten van een elektronische communicatie-infrastructuur met hoge snelheid kan zeer duur zijn. Daarom is het in het belang van alle burgers dat de regels die de aanleg goedkoper en efficiënter maken worden uitgevoerd. 

In 2019 heeft het Hof op verzoek van de Commissie België een dagelijkse boete opgelegd omdat het de maatregelen ter verlaging van de kosten van aanleg van elektronischecommunicatienetwerken met hoge snelheid in het Brusselse Gewest slechts gedeeltelijk had omgezet.


Cyberbeveiliging en vertrouwen in onlinetransacties waarborgen

In een steeds meer gedigitaliseerde economie en samenleving nemen de zorgen over bedreigingen van de cyberbeveiliging toe. De richtlijn voor de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen (“NIS-richtlijn”) verbetert het algehele niveau van cyberbeveiliging. De Commissie heeft in 2019 inbreukprocedures tegen 6 lidstaten ingesteld omdat zij de in deze richtlijn voorgeschreven identificatie van aanbieders van essentiële diensten niet hadden uitgevoerd. Aan het eind van 2019 liepen er inbreukprocedures betreffende de NIS-richtlijn tegen de volgende lidstaten: België, Hongarije, Oostenrijk, Roemenië en Slovenië.

Betere toegankelijkheid voor mensen met een handicap

Mensen met een handicap, met name personen met een visuele beperking of een gehoorbeperking, kunnen moeite hebben om toegang te krijgen tot websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties. Het doel van de richtlijn inzake webtoegankelijkheid is om de toegang tot deze informatiemiddelen voor mensen met een handicap te verbeteren. Gedurende het hele jaar 2019 heeft de Commissie de lopende inbreukprocedures tegen 19 lidstaten wegens het niet uitvoeren van de richtlijn inzake webtoegankelijkheid actief voortgezet en uiteindelijk de zaken tegen 12 lidstaten afgesloten. Als gevolg daarvan waren er eind 2019 nog 7 lopende zaken, en wel tegen België, Bulgarije, Duitsland, Ierland, Hongarije, Oostenrijk en Slowakije.

III.Een veerkrachtige energie-unie en een toekomstgericht klimaatveranderingsbeleid

Het succes van de Europese Green Deal , een prioritair gebied van de politieke richtsnoeren van voorzitter Von der Leyen, berust op de solide fundamenten van de energie-unie . De EU heeft een uitgebreide reeks energieregels. Het pakket “ Schone energie voor alle Europeanen ”, dat in 2019 is voltooid, staat centraal in de ontwikkeling en verwezenlijking van de energie-unie en de Europese Green Deal. Het pakket zal toonaangevend zijn in de transitie naar een veilige en duurzame energiesector waarin de consument centraal staat.

De rol van de Commissie als hoedster van de Verdragen bij het waarborgen van de correcte uitvoering en toepassing van de EU-energieregels is van cruciaal belang om de doelstellingen van het EU-energiebeleid te bereiken. De handhavingsactie in 2019 was gericht op de volgende hoofdgebieden: de interne energiemarkt, energie-efficiëntie, hernieuwbare energiebronnen en de gasvoorzieningszekerheid.

De Commissie besloot Tsjechië en Slovenië voor het Hof van Justitie te dagen vanwege de onjuiste omzetting en toepassing van enkele bepalingen van de richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen . Ook besloot de Commissie Spanje voor het Hof van Justitie te dagen vanwege de niet-naleving van de richtlijn energie-efficiëntie , evenals België vanwege de onjuiste omzetting van richtlijnen inzake de interne markt voor elektriciteit en gas .

De Commissie heeft in januari , juli en november nieuwe procedures tegen 13 lidstaten ingeleid omdat zij er niet in zijn geslaagd omzettingsmaatregelen ingevolge de richtlijn betreffende indirecte verandering in het landgebruik vast te stellen of mee te delen. Ook heeft zij inbreukprocedures tegen 15 lidstaten geopend vanwege een onjuiste uitvoering van de EU-voorschriften betreffende energie-efficiëntie .

Daarnaast werden inbreukprocedures gebruikt om een hoog veiligheidsniveau in de nucleaire sector te waarborgen en om de EU-voorschriften inzake nucleaire veiligheid, verantwoord en veilig beheer van verbruikte splijtstof en radioactief afval en de stralingsbescherming van werknemers, patiënten en de bevolking in het algemeen te handhaven.

In 2019 heeft de Commissie de inbreukprocedures tegen 5 lidstaten voortgezet en heeft zij Italië voor het Hof van Justitie gedaagd vanwege het nalaten de maatregelen ingevolge de richtlijn inzake basisnormen voor de bescherming om te zetten. Het Hof van Justitie heeft ook de vorderingen van de Commissie in een arrest tegen Italië toegewezen omdat het niet heeft voldaan aan de verplichting krachtens de richtlijn inzake radioactief afval om een definitief vastgesteld nationaal programma voor het beheer van radioactief afval en verbruikte splijtstof mee te delen.

Met de inwerkingtreding van het pakket “Schone energie voor alle Europeanen” zal de aandacht worden gericht op het toezicht op de voortgang van de lidstaten bij de verwezenlijking van de EU-doelstellingen voor 2030 op het gebied van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. Ook zal de Commissie toezicht houden op hun geïntegreerde nationale energie- en klimaatplannen voor de periode 2021 tot 2030. De handhaving van de EU-energievoorschriften blijft een essentiële pijler van de strategie voor de energie-unie.


Uitvoering van de Overeenkomst van Parijs inzake klimaatverandering

In de politieke richtsnoeren van de Commissie Von der Leyen wordt Europa opgeroepen om in 2050 het eerste klimaatneutrale continent ter wereld te worden. De in december 2019 gepubliceerde mededeling over de Europese Green Deal bevat een ambitieus actieplan op een aantal beleidsterreinen om dit doel te bereiken. In maart 2020 heeft de Commissie voorgesteld om de klimaatneutraliteit voor 2050 vast te leggen in een nieuwe klimaatwet , en later dit jaar zal zij een plan presenteren om de huidige doelstelling voor 2030 om de uitstoot van broeikasgassen met ten minste 50 % (ten opzichte van de niveaus van 1990) te verminderen op een verantwoorde manier te verhogen tot 55 %.

Wetgeving die onverkort wordt uitgevoerd en gehandhaafd is van essentieel belang om de huidige doelstelling voor 2030, namelijk een vermindering met ten minste 40 % (ten opzichte van de niveaus van 1990), te bereiken en een solide basis te leggen voor het verhogen van het ambitieniveau. Het was de bedoeling dat de lidstaten de richtlijn ter bevordering van kosteneffectieve emissiereducties en koolstofarme investeringen tegen oktober 2019 hadden omgezet om zich voor te bereiden op fase 4 van het EU-emissiehandelssysteem (EU-ETS) voor 2021-2030. De Commissie evalueert momenteel de stand van de omzetting en zal, waar dat nog niet is gebeurd, zo nodig handhavingsmaatregelen nemen.

Wat de scheepvaart betreft, heeft de Commissie in 2019 voor het eerst uitgebreide informatie gepubliceerd over de CO2-uitstoot van schepen die havens in de Europese Economische Ruimte aandoen. Voor de luchtvaart heeft de Commissie in 2019 overeenstemming bereikt over een kader waarmee de regels voor de monitoring, de rapportage en de verificatie van de emissies van vliegtuigen in de EU kunnen worden uitgevoerd in uit hoofde van de mondiale marktgebaseerde maatregel (Corsia) van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO).

Met het oog op de bescherming van de ozonlaag heeft de Commissie in 2019 de evaluatie van de uitvoering en de prestaties van de ozonverordening voltooid, en de Commissie zal in 2020 een effectbeoordeling starten om na te gaan of en hoe deze verordening verder kan worden verbeterd. In 2020 zal de Commissie ook beginnen met de evaluatie en effectbeoordeling van de F-gasverordening .

IV.Een diepere en eerlijkere interne markt met een sterkere industriële basis

De interne markt van de EU blijft voor zowel burgers als bedrijven van het allergrootste belang. De markt biedt enorme mogelijkheden voor het bedrijfsleven en zorgt voor een ruimer aanbod en betere prijzen voor consumenten. Mensen kunnen wonen, studeren en werken waar zij maar willen. Als de internemarktregels niet worden toegepast of uitgevoerd, of als deze worden ondermijnd door andere belemmeringen, zullen deze voordelen echter niet zichtbaar worden.

Zorgen voor onvervalste mededinging

De inbreukprocedures van de Commissie op het gebied van de mededinging versterken de interne markt door het bevorderen van gelijke concurrentievoorwaarden.

In 2019 heeft de Commissie, na de volledigheid en de conformiteit van de omzettingsmaatregelen van de richtlijn betreffende bepaalde regels inzake schadevergoedingsacties uit hoofde van het nationale recht voor inbreuken op de bepalingen van het mededingingsrecht van de lidstaten en van de Europese Unie te hebben geverifieerd, geconcludeerd dat de richtlijn volledig en correct was omgezet en heeft zij alle inbreukprocedures die zij in dit verband had ingeleid afgesloten.

De consistente handhaving van negatieve staatssteunbesluiten is essentieel voor de geloofwaardigheid van het toezicht op staatssteun van de Commissie. Procedures waarin een lidstaat verplicht wordt om onregelmatige staatssteun terug te vorderen vormen een belangrijk onderdeel van de inbreukprocedures van de Commissie op het gebied van mededinging.

De Commissie heeft besloten Griekenland voor het Hof van Justitie te dagen omdat het heeft nagelaten een uitspraak van 2017 na te leven. Het Hof had Griekenland veroordeeld omdat het geen uitvoering had gegeven aan een besluit van de Commissie van 2014 waarin het werd gelast 135,8 miljoen EUR onverenigbare staatssteun terug te vorderen van Larco General Mining & Metallurgical Company S.A. Meer dan vijf jaar na de vaststelling van het besluit van de Commissie en na het arrest van het Hof en de aanmaning van de Commissie, had Griekenland de onverenigbare staatssteun nog steeds niet teruggevorderd. De Commissie heeft het Hof van Justitie nu verzocht om Griekenland financiële sancties op te leggen omdat het land het arrest van het Hof niet heeft uitgevoerd.

Het vrije verkeer van werknemers waarborgen

De EU heeft een uitgebreid geheel van regels ontwikkeld voor het vrije verkeer van werknemers, de detachering van werknemers en de coördinatie van sociale zekerheid. Als deze regels niet worden nageleefd, worden het vertrouwen en de billijkheid in de interne markt ondergraven. Met name over het feit dat mobiele werknemers kwetsbaar zijn voor misbruik of dat deze werknemers hun rechten worden ontzegd zijn zorgen geuit, evenals over het feit dat bedrijven in een onzeker, onduidelijk of oneerlijk ondernemingsklimaat moeten werken.

De Commissie heeft klachten ontvangen over de Oostenrijkse wetgeving die gezinstoelagen en belastingverlagingen voor gezinnen voor kinderen die in een andere lidstaat wonen, doet afhangen van de kosten van levensonderhoud in die lidstaat. Dit betekent dat tal van EU-burgers die in Oostenrijk werken en daar op dezelfde manier als plaatselijke werknemers socialezekerheidsbijdragen en belasting betalen, minder bijslagen ontvangen, en wel louter omdat hun kinderen in een andere lidstaat wonen. De Commissie was van oordeel dat dit indexeringsmechanisme niet verenigbaar is met het EU-recht. Daarom heeft zij een inbreukprocedure tegen  Oostenrijk  geopend. 

In 2019 heeft de Commissie de inbreukprocedures tegen Cyprus , Frankrijk , Ierland en Roemenië voortgezet omdat zij de verplichtingen die voortvloeien uit de richtlijn betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers tussen de lidstaten door verbetering van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten niet tijdig in hun nationale wetgeving hadden omgezet. Na de kennisgeving door deze lidstaten en de beoordeling dat zij de richtlijn volledig hadden omgezet, heeft de Commissie de procedure tegen hen afgesloten.

Op 25 september 2019 heeft de Commissie een verslag over de toepassing en de uitvoering van de handhavingsrichtlijn betreffende de detachering van werknemers in de EU-lidstaten gepubliceerd.

Ook heeft de Commissie een Praktische gids over detachering gepubliceerd, met als doel om werknemers, werkgevers en nationale autoriteiten te helpen de regels voor de detachering van werknemers te begrijpen. Dit zorgt ervoor dat werknemers zich bewust zijn van hun rechten en dat de regels door nationale autoriteiten en werkgevers in de hele Unie correct en consistent worden toegepast.

In 2018 heeft de Commissie voorgesteld een Europese Arbeidsautoriteit (ELA) op te richten om de eerlijke, eenvoudige en doeltreffende handhaving van de EU-voorschriften inzake arbeidsmobiliteit te bevorderen. In 2019 hebben het Europees Parlement en de Raad hebben een akkoord bereikt over dit voorstel. De activiteiten van de Arbeidsautoriteit zijn half oktober 2019 van start gegaan met de eerste vergadering van de raad van bestuur van de ELA.

Het vrije verkeer van goederen waarborgen

Het streven van de Commissie is om ervoor te zorgen dat de voordelen van de Europese interne markt volledig worden gerealiseerd, dat de EU-burgers kunnen kiezen uit een ruimer aanbod aan producten tegen betere prijzen en dat Europese bedrijven – kleine en grote – hun klantenbestand kunnen uitbreiden en gemakkelijker producten kunnen verhandelen in de hele EU. Zo heeft de Commissie in 2019 maatregelen genomen tegen beperkingen voor zowel de detailhandel van landbouw- en levensmiddelenproducten als het op de markt brengen van bliksemafleiders.

De Commissie heeft Hongarije voor het Hof van Justitie gedaagd omdat de nationale regels inzake de detailhandel in landbouw- en levensmiddelenproducten van het land bepalen dat de winstmarge op deze producten gelijk moet zijn, ongeacht het land van oorsprong. Deze bepaling is in strijd met het EU-recht inzake het vrije verkeer van goederen, aangezien zij de verkoop van ingevoerde producten in vergelijking met binnenlandse producten ontmoedigt.


In de farmaceutische sector heeft de Commissie maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat de lidstaten zich aan de EU-regels inzake het vrije verkeer van goederen houden.

In 2019 heeft de Commissie Duitsland een met redenen omkleed advies gestuurd betreffende zijn regels inzake vaste prijzen voor receptplichtige geneesmiddelen, die de verkoop van producten door in andere lidstaten van de EU gevestigde apotheken verstoren.

De handhavingsactiviteiten van de Commissie hebben ook geleid tot de succesvolle afsluiting van verschillende inbreukprocedures met betrekking tot het vrije verkeer van goederen op het gebied van voedingssupplementen, passagiersvoertuigen met het stuur aan de rechterkant, de verkoop van ingevoerde tweedehands ambulances en nationale accreditatie-instanties.

Zorgen voor vrijheid van vestiging en vrij verkeer van diensten

Volgens de dienstenrichtlijn moeten de nationale autoriteiten hun bestaande wetgeving herzien om ervoor te zorgen dat alle eisen die zij aan de toegang tot de markt stellen gerechtvaardigd zijn door een legitieme doelstelling. Om de uitvoering van die richtlijn te ondersteunen, worden centrale loketten, ook wel éénloketten genoemd, opgericht om het voor bedrijven gemakkelijker te maken zich in andere lidstaten te vestigen en daar uit te breiden. In 2019 heeft de Commissie actie ondernomen tegen alle 28 lidstaten om de dienstverlening van de éénloketten te verbeteren conform de dienstenrichtlijn en de richtlijn betreffende beroepskwalificaties . In dat verband zijn er met name problemen aangetroffen met de online beschikbaarheid en de kwaliteit van de informatie over de eisen en procedures waaraan dienstverleners en beroepsbeoefenaren moeten voldoen als zij in het buitenland zaken willen doen. Ook heeft de Commissie de aandacht gevestigd op problemen bij de toegang tot en de afwikkeling van onlineprocedures via deze loketten.

Om gelijke concurrentievoorwaarden voor bedrijven in heel Europa te scheppen heeft de EU regels voor overheidsopdrachten vastgesteld die in alle lidstaten van toepassing zijn. Deze regels bepalen de manier waarop overheidsinstanties en bepaalde publieke nutsbedrijven goederen, werken en diensten inkopen.

In 2019 heeft de Commissie actie ondernomen tegen 8 lidstaten die geen vergunningen of concessies voor waterkracht hebben verleend in overeenstemming met de EU-wetgeving. Deze acht lidstaten hebben de beginselen van transparantie en gelijke behandeling bij de verlening van die vergunningen en concessies niet nageleefd.

De Commissie was van oordeel dat de in Frankrijk  en  Portugal  gevolgde procedures voor de verlening van waterkrachtconcessies niet in overeenstemming waren met de EU-regels inzake overheidsopdrachten.

De Commissie was ook van mening dat waterkrachtvergunningen in OostenrijkDuitslandItaliëPolenZweden  en het  Verenigd Koninkrijk , niet waren verleend overeenkomstig de dienstenrichtlijn , die bepaalt dat wanneer vergunningen voor een dienstenactiviteit beperkt in aantal zijn omdat de natuurlijke hulpbronnen schaars zijn, de vergunningen voor een beperkte periode moeten worden verleend na een onpartijdige en transparante selectieprocedure. Deze vergunningen mogen niet automatisch worden verlengd.

Vrijheid van vestiging vereist dat de kwalificaties van beroepsbeoefenaren, zoals artsen of architecten, in het buitenland worden erkend, zodat zij overal in de EU een praktijk kunnen opzetten. In 2019 heeft de Commissie inbreukprocedures ingeleid tegen alle lidstaten (met uitzondering van Denemarken) omdat zij hun wetgeving niet hadden aangepast aan de richtlijn betreffende beroepskwalificaties.

Verbeterde informatie en bijstand voor burgers en bedrijven

De interne markt kan alleen goed functioneren als burgers en bedrijven goede toegang hebben tot informatie en bijstand met betrekking tot hun rechten uit hoofde van het EU-recht. In 2019 heeft de Commissie haar inspanningen om de regels van de eengemaakte markt beter bekend te maken opgevoerd door het Uw Europa-portaal te verbeteren met het oog op de overgang naar één digitale toegangspoort in 2020. Ook Uw Europa - Advies blijft juridisch advies op maat verstrekken aan burgers en bedrijven. De Commissie richtte zich voorts op acties om de administratieve capaciteit en juridische expertise van Solvit te vergroten om op die manier de nieuwe bedrijfsvriendelijke probleemoplossingsprocedure doeltreffend uit te voeren, waarbij Solvit bedrijven helpt wanneer de wederzijdse erkenning van hun product wordt geweigerd. Deze nieuwe procedure is vanaf april 2020 van toepassing. Voortbouwend op het voorbereidende werk dat in 2019 is verricht, zal het informatiesysteem voor de interne markt vanaf 2020 de administratieve samenwerking in het kader van de nieuwe verordening betreffende samenwerking en consumentenbescherming (SCB) ondersteunen. Dit informatiesysteem zal het SCB-netwerk van nationale consumentenautoriteiten helpen om de consument nog beter te beschermen. Ten slotte is de Commissie begonnen met de verbetering van het scorebord van de interne markt om meer beleidsterreinen te bestrijken en een vollediger beeld te geven van de staat van de eengemaakte markt.

Op het gebied van justitie actualiseert de Commissie regelmatig het e-justitieportaal , dat uitgebreide informatie over en links naar wetten en praktijken in alle EU-landen biedt.

Handhaving van de kapitaalmarktenunie, de regels voor financiële diensten en het vrije verkeer van kapitaal

Om de veerkracht en stabiliteit van de financiële sector te versterken en de bescherming van investeerders te verbeteren, moeten de richtlijnen die zijn vastgesteld in de nasleep van de financiële crisis naar behoren worden uitgevoerd Enkele van deze richtlijnen zijn ook belangrijk voor de voltooiing van de kapitaalmarktenunie. De uitvoering van deze richtlijnen (bijvoorbeeld de richtlijn solvabiliteit II , de herziene richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten , de richtlijn bedrijfspensioenvoorziening , de richtlijn betalingsdiensten , de richtlijn verzekeringsdistributie ) staat ook centraal in het streven naar de totstandbrenging van de kapitaalmarktenunie, die de toegang tot financiering zal verbeteren, met name voor innovatieve ondernemingen, start-ups en het mkb/kmo’s. Ook worden kapitaalmarkten daardoor aantrekkelijker voor particuliere en institutionele beleggers en worden grensoverschrijdende investeringen eenvoudiger gemaakt. In 2019 heeft de Commissie inbreukprocedures ingeleid tegen 17 lidstaten wegens het niet tijdig omzetten van de richtlijn betreffende de bedrijfspensioenvoorziening in hun nationale wetgeving.

De Commissie heeft de inbreukprocedure tegen Roemenië voortgezet omdat het zijn wetgeving inzake de wettelijke aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen niet heeft afgestemd op de EU-voorschriften. De nationale regels van Roemenië leggen strikte voorwaarden op aan de verzekeraars bij de vaststelling van hun premies. De Commissie was van oordeel dat deze verplichtingen in strijd zijn met de solvabiliteit II-richtlijn wat het beginsel van de tariefvrijheid betreft. De Roemeense wetgeving verplicht verzekeraars ook om voor bepaalde categorieën voertuigen een polis af te geven die alleen op Roemeens grondgebied geldig is. Deze bepalingen werden in strijd geacht met de richtlijn motorrijtuigenverzekering , die voorschrijft dat de polissen het gehele grondgebied van de Unie moeten dekken op basis van één enkele verzekeringspremie.

Wat het vrije verkeer van kapitaal betreft, had de Commissie al in 2015 inbreukprocedures ingeleid tegen 5 lidstaten, waarbij zij hen verzocht hun onderlinge bilaterale investeringsverdragen binnen de EU (“intra-EU BIT’s”) te beëindigen wegens hun onverenigbaarheid met het EU-recht. Intra-EU BIT’s zijn overeenkomsten waarin de voorwaarden voor particuliere investeringen tussen twee EU-lidstaten zijn vastgelegd.

Het Hof van Justitie heeft in de zaak Achmea bevestigd dat arbitrageclausules tussen investeerders en staten in intra-EU BIT's niet verenigbaar zijn met het EU-recht. In 2019 heeft de overgrote meerderheid van de EU-lidstaten de tekst van een multilaterale overeenkomst tot beëindiging van de bilaterale investeringsverdragen binnen de EU onderschreven. In mei 2020 hebben 23 lidstaten de overeenkomst voor de beëindiging van deze verdragen ondertekend.

Hongarije had een wet aangenomen die een einde maakte aan de zogenaamde “vruchtgebruiksrechten” – die het recht geven om onroerende zaken te gebruiken en er profijt van te trekken – van investeerders in Hongarije. Deze wet ontnam buitenlandse investeerders, zonder enige vergoeding, hun rechtmatig verworven rechten op landbouwgrond en de waarde van hun investeringen. De Commissie besloot Hongarije voor het Hof van Justitie te dagen. In 2019 oordeelde het Hof dat Hongarije, door wetgeving vast te stellen waarbij personen hun recht van vruchtgebruik van landbouwgrond wordt ontnomen, zowel het beginsel van het vrije verkeer van kapitaal als het door het Handvest van de grondrechten gewaarborgde recht op eigendom schond.


Bestrijding van witwassen en van de financiering van terrorisme

De handhavingsactiviteiten van de Commissie op dit gebied zijn gericht op de tijdige en correcte omzetting van de vierde en vijfde antiwitwasrichtlijn ter voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering. Beide richtlijnen bevorderen de hoogste normen voor de bestrijding van witwassen van geld en terrorismefinanciering. In 2019 bleef de Commissie de inbreukprocedures voortzetten omdat verschillende lidstaten de vierde antiwitwasrichtlijn nog niet in hun nationale wetgeving hadden omgezet.

Ook ging de Commissie over tot de vaststelling van de mededeling “Naar een betere toepassing van het EU-kader voor de bestrijding van het witwassen van geld en terrorismefinanciering” , die vergezeld ging van vier verslagen om de Europese en nationale autoriteiten te ondersteunen bij een betere aanpak van de risico’s op het gebied van witwassen van geld en terrorismefinanciering. In de mededeling en de verslagen wordt benadrukt dat de richtlijnen volledig moeten worden uitgevoerd en dat een aantal structurele tekortkomingen in de uitvoering van de EU-regels voor de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering nog steeds moet worden verholpen.


Handhaving van de belasting- en douaneregels

Met betrekking tot indirecte belastingen heeft de Commissie bij haar handhaving prioriteit gegeven aan inbreuken die de mededinging op de interne markt verstoren, tot oneerlijke belastingheffing leiden of de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen van de EU belemmeren.

Na de onthullingen in de Paradise Papers over de grootschalige ontduiking in de jacht- en vliegtuigsector, heeft de Commissie de inbreukprocedures tegen Italië en Cyprus voortgezet. Deze lidstaten hadden belastingmaatregelen ingesteld die de sector van plezierjachten en vliegtuigen begunstigden en in strijd zijn met het EU-recht en een billijke belastingheffing.

Polen verleent momenteel vrijstelling van energiebelastingen aan sterk vervuilende industrieën met het argument dat dit onder de uitzonderingen in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (EU-ETS) zou vallen. De Commissie heeft besloten om Polen voor het Hof te dagen omdat de acties van het land in strijd zijn met de EU-wetgeving en de EU-klimaatdoelstellingen.

De handhavingsactie van de Commissie in 2019 was erop gericht om de lidstaten ertoe te brengen belangrijke wijzigingen van de richtlijn betreffende de administratieve samenwerking in nationaal recht om te zetten. Deze wijzigingen hebben betrekking op gebieden zoals de toegang tot antiwitwasinlichtingende verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied of de automatische uitwisseling van inlichtingen over financiële rekeningen

Een van de voordelen van de interne markt is dat burgers en bedrijven de vrijheid hebben om over nationale grenzen heen te reizen, te handelen en te investeren. Omdat de directe belastingen in de EU niet zijn geharmoniseerd, kan deze vrijheid betekenen dat sommige belastingbetalers belasting kunnen ontwijken of ontduiken in hun land van verblijf. De belastingautoriteiten in de EU hebben daarom besloten tot een nauwere samenwerking om ervoor te zorgen dat belastingen worden betaald en om belastingfraude en -ontduiking tegen te gaan.

Daarnaast heeft de Commissie zich gericht op een correcte omzetting van de richtlijn inzake de regels tegen belastingontwijkingspraktijken welke rechtstreeks van invloed zijn op de werking van de interne markt en de richtlijn inzake geschillenbeslechting .

De Commissie heeft actie ondernomen tegen Spanje omdat dit land heeft nagelaten maatregelen te nemen met betrekking tot de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied. De Commissie heeft ook stappen ondernomen tegen Oostenrijk en Ierland omdat zij de renteaftrekbeperkingsregels niet hebben omgezet conform de regels tegen belastingontwijkingspraktijken die rechtstreeks van invloed zijn op de werking van de interne markt.

In 2019 heeft de Commissie de inbreukprocedures tegen Tsjechië , Griekenland , Polen en Roemenië inzake de toegang tot antiwitwasinlichtingen afgesloten. De Commissie heeft ook de inbreukprocedures tegen België , Tsjechië , Griekenland , Frankrijk , Cyprus , Portugal , het Verenigd Koninkrijk en Letland met betrekking tot regels tegen belastingontwijkingspraktijken die rechtstreeks van invloed zijn op de werking van de interne markt, afgesloten omdat zij deze regels volledig in hun nationale wetgeving hadden omgezet.

In haar handhavingsstrategie op douanegebied richtte de Commissie zich op de correcte en uniforme toepassing van het Douanewetboek van de Unie (DWU) en het opsporen van heffingen met een gelijkwaardig effect aan dat van douanerechten, ook binnen de EU.

In 2019 heeft de Commissie in alle lidstaten een onderzoek ingesteld naar de nationale bepalingen inzake de beperking van de termijn voor de kennisgeving van een douaneschuld en de verenigbaarheid van deze bepalingen met het DWU, met als doel om handelaren meer rechtszekerheid te bieden.

Na een door de Commissie ingeleide inbreukprocedure heeft Bulgarije zijn bepalingen gewijzigd om te voldoen aan de EU-douanewetgeving met betrekking tot sancties voor het niet aangeven van contant geld en met betrekking tot de vrijstelling van douanerechten voor bepaalde producten uit de VS.


Een hoog niveau van consumentenbescherming waarborgen

In november 2019 werd de richtlijn inzake betere handhaving en modernisering van de regels voor consumentenbescherming in de Unie vastgesteld. Deze richtlijn versterkt de consumentenrechten online, pakt de duale kwaliteit van producten aan en voorziet in afschrikkende boetes voor “wijdverbreide inbreuken” op consumentenrechten.

Ook heeft de Commissie de campagne #YourEURight gelanceerd om consumenten bewust te maken van hun rechten. 

In juli 2019 heeft de Commissie richtsnoeren voor de toepassing van de richtlijn betreffende oneerlijke bedingen in overeenkomsten uitgebracht. Deze richtsnoeren hebben betrekking op de rechtspraak van het Hof van Justitie over bijvoorbeeld de transparantie van bedingen in overeenkomsten, het effect van de vaststelling van oneerlijke bedingen in overeenkomsten en de vereisten voor procedures voor nationale rechtbanken, zoals voor de toetsing van oneerlijke bedingen in overeenkomsten.

Eind 2019 waren 13 van de 14 inbreukprocedures die waren ingeleid wegens te late omzetting van de richtlijn betreffende pakketreizen van 2015, afgesloten. De Commissie beoordeelt momenteel voor alle lidstaten of de nationale maatregelen deze richtlijn correct omzetten.

De Commissie heeft de handhaving van de EU-consumentenwetgeving door de nationale handhavingsinstanties in het kader van de verordening betreffende de samenwerking met betrekking tot consumentenbescherming (SCB) ondersteund. Zij heeft deze autoriteiten geholpen bij het aanpakken van misleidende praktijken van grote onlinebedrijven (Facebook, Airbnb en booking.com) om de transparantie van hun aanbiedingen en de eerlijkheid van hun voorwaarden te verbeteren. Bovendien heeft de Commissie de lidstaten bijgestaan bij de voorbereiding van de toepassing van de herziene SCB-verordening vanaf januari 2020, onder meer door middel van workshops.

Het Europees kader voor alternatieve geschillenbeslechting (ADR) en onlinegeschillenbeslechting (ODR) is doeltreffender gemaakt, onder meer door een verbeterde versie van het Europese ODR-platform. De Commissie heeft ook haar eerste uitvoeringsverslag over het ADR/ODR-kader uitgebracht.

Wat de productveiligheid betreft, is de Commissie de samenwerking tussen de handhavingsautoriteiten blijven bevorderen door de financiering van bemonsterings- en testactiviteiten voor specifieke producten in het kader van het systeem voor snelle uitwisseling van informatie, RAPEX. RAPEX biedt autoriteiten in heel Europa de mogelijkheid om snel informatie uit te wisselen over producten die een risico voor de gezondheid en de veiligheid van de consument vormen.

Een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid waarborgen

Het toezicht op de uitvoering van de richtlijn betreffende tabaksproducten in de nationale wetgeving van de lidstaten was ook in 2019 een prioriteit voor de Commissie. Deze richtlijn beoogt, het tabaksgebruik te verminderen in de context van de eengemaakte markt, met name door jongeren te ontmoedigen om te gaan roken en ervoor te zorgen dat de burgers zich volledig bewust zijn van de schadelijke effecten van tabak. Tabaksconsumptie is het grootste vermijdbare gezondheidsrisico en de belangrijkste oorzaak van vroegtijdig overlijden in de EU. In 2019 heeft de Commissie overeenstemmingscontroles van de nationale wetten tot omzetting van de richtlijn uitgevoerd en gestructureerde dialogen met de lidstaten georganiseerd om een betere uitvoering van de richtlijn te waarborgen.

In 2019 heeft de Commissie inbreukprocedures tegen Tsjechië, Kroatië, Spanje en Zweden afgesloten, nadat deze lidstaten maatregelen hadden genomen om de richtlijn betreffende tabaksproducten in hun nationaal recht om te zetten.

Het waarborgen van het recht van patiënten op toegang tot grensoverschrijdende gezondheidszorg bleef in 2019 een prioriteit voor de Commissie . De Commissie heeft nauwlettend toezicht gehouden op de richtlijn betreffende grensoverschrijdende gezondheidszorg en heeft met de lidstaten gestructureerde dialogen gevoerd om te zorgen voor een betere uitvoering van de richtlijn.

In de grensoverschrijdende gezondheidszorgrichtlijn zijn de rechten van patiënten neergelegd om gezondheidszorg te kunnen ontvangen in een andere lidstaat en vervolgens een verzoek om vergoeding hiervan in te dienen in het thuisland. Het niveau van de vergoeding moet gelijk zijn aan het niveau van de kosten die door de eigen lidstaat van de patiënt zouden zijn gedekt indien de gezondheidszorg daar zou zijn verleend, zonder de werkelijk gemaakte kosten te overschrijden. De Commissie heeft inbreukprocedures ingeleid tegen Oostenrijk en Nederland vanwege beperkte vergoedingen voor grensoverschrijdende gezondheidsdiensten.

Voor de richtlijn betreffende een duurzaam gebruik van pesticiden (“Sustainable Use Directive” – SUD) heeft de Commissie, om de uitvoering van de richtlijn te vergemakkelijken, een reeks initiatieven ondernomen via de SUD-werkgroep en door de uitvoering van audits en het opzetten van de opleiding “Betere opleidingen voor veiliger voedsel”.


Handhaving van de regels inzake mobiliteit en vervoer

In 2019 heeft de Commissie haar toezicht op de uitvoering van de EU-vervoerswetgeving voortgezet. Haar handhavingswerkzaamheden hadden met name betrekking op de regels inzake de voltooiing van de interne markt, de ontwikkeling van intelligente vervoerssystemen en de vaststelling van gemeenschappelijke eisen voor de veiligheid van alle vervoerswijzen.

Ook zag de Commissie toe op de nationale uitvoeringsmaatregelen met het oog op de totstandbrenging van één Europese spoorwegruimte . Met name hield zij toezicht op mededingingsaangelegenheden, de regelgeving en de financiële architectuur in de spoorwegsector, de bevoegdheid van de nationale regelgevende instanties, het kader voor investeringen in het spoorvervoer en eerlijke en niet-discriminerende toegang tot spoorweginfrastructuur en spoorweggerelateerde diensten.

De Commissie besloot inbreukprocedures in te leiden tegen Denemarken , Duitsland , Ierland , Nederland en Polen omdat zij een aantal bepalingen van de EU-voorschriften inzake de totstandbrenging van één Europese spoorwegruimte niet hadden omgezet. De procedures tegen Frankrijk en Spanje werden doorgezet omdat deze landen niet volledig hadden voldaan aan specifieke bepalingen, met name die inzake de toegang tot spoorweggerelateerde diensten en garanties voor de onafhankelijkheid van de stationsbeheerder. De Commissie heeft ook inbreukprocedures tegen Griekenland en Ierland aanhangig gemaakt omdat zij geen mededeling hadden gedaan van de nationale maatregelen tot omzetting van de EU-voorschriften inzake de openstelling van de markt voor binnenlands passagiersvervoer per spoor en het beheer van de spoorweginfrastructuur .

De Europese registers van wegvervoersondernemingen ( ERRU ) maken de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten over binnen de EU opgerichte wegvervoersondernemingen mogelijk. De ERRU is een essentieel instrument om te waarborgen dat de relevante EU-wetgeving naar behoren wordt gehandhaafd. Ingevolge de invoering van een nieuwe en verbeterde versie van de ERRU moeten de lidstaten hun nationale systemen aanpassen. De Commissie heeft inbreukprocedures doorgezet tegen België , Cyprus, Tsjechië, Denemarken, Hongarije, Malta, Nederland, Portugal en het Verenigd Koninkrijk om de koppeling tussen hun nationale registers van wegvervoersondernemingen en de nieuwe versie van de ERRU te verbeteren overeenkomstig de voorschriften van de betreffende verordening .

Veiligheid en beveiliging blijven een primair aandachtspunt binnen elk vervoerssysteem. Het realiseren van een openbare omgeving waarin vervoer veilig kan plaatsvinden, is essentieel voor de Europese burgers. Een van de taken van de Commissie is om aan deze verwachtingen te voldoen door ervoor te zorgen dat er in de hele EU bevredigende normen zijn voor de veiligheid en beveiliging van alle vervoerswijzen. De Europese spoorwegen behoren tot de veiligste ter wereld. Het EU-beleid is erop gericht om hoge normen te handhaven en de veiligheidseisen in de hele EU op elkaar af te stemmen.

De Commissie heeft een inbreukprocedure ingeleid tegen Spanje omdat het de EU-wetgeving inzake spoorwegveiligheid niet volledig heeft omgezet. De richtlijn verplicht de lidstaten een onafhankelijke veiligheidsinstantie en een onafhankelijk orgaan voor ongevallen- en incidentenonderzoek op te richten. Ook verplicht zij de lidstaten ertoe om de taken en verantwoordelijkheden op het gebied van veiligheid op coherente wijze toe te wijzen. Daarnaast moeten de lidstaten gemeenschappelijke beginselen voor de spoorwegveiligheid formuleren. De onafhankelijkheid van de onderzoeksorganen is van cruciaal belang om doeltreffende onderzoeken te waarborgen en toekomstige ongevallen te voorkomen.

Vervoer over de weg is de meest gebruikte reismodus en een hoofdoorzaak van ongevallen. De Commissie is zeer actief in het bevorderen van regels, technische normen en bewustmakingscampagnes om het aantal dodelijke slachtoffers van verkeersongevallen te verminderen. De Commissie heeft met name toezicht gehouden op de veiligheidseisen voor tunnels en heeft besloten België , Bulgarije , Kroatië , Italië en Spanje voor het Hof te dagen wegens niet-naleving van de richtlijn inzake minimale veiligheidsmaatregelen met betrekking tot de infrastructuur en de exploitatie van tunnels .

In het zeevervoer is de veiligheid van zowel passagiers- als koopvaardijschepen van het allergrootste belang. De gemeenschappelijke EU-veiligheidsvoorschriften hebben betrekking op de uitrusting aan boord van schepen die onder de EU-vlag varen, zoals reddingsvesten, zuiveringssystemen voor afvalwater en radars.

De Commissie heeft inbreukprocedures ingeleid tegen Malta en Bulgarije wegens de niet-naleving van de EU-wetgeving inzake de uitrusting van zeeschepen . Malta en Bulgarije hadden er met name niet voor gezorgd dat de uitrusting van zeeschepen (aan boord van schepen die onder hun vlag varen) altijd vergezeld ging van een verklaring van overeenstemming en hadden het markttoezicht niet op passende schaal uitgeoefend.

De luchtvaart is een vorm van vervoer die speciale veiligheidsregels vereist. Het EU-luchtveiligheidsbeleid zorgt voor een hoog veiligheidsniveau voor de passagiers.

De Commissie heeft de inbreukprocedure tegen Hongarije voortgezet omdat dit land de EU- regels inzake technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot vluchtuitvoering niet naleeft. Deze regels hebben betrekking op vluchtuitvoering met vliegtuigen, helikopters, luchtballonnen en zweefvliegtuigen, met inbegrip van platforminspecties van luchtvaartuigen van exploitanten onder het veiligheidstoezicht van een andere staat. Wegens een gebrek aan personeel heeft Hongarije geen controle verricht op de naleving van de veiligheidseisen die van toepassing zijn op organisaties of het soort vluchtuitvoeringen.


V.Een diepere en billijkere economische en monetaire unie

Een “diepere en billijkere Economische en Monetaire Unie” is een fundamenteel onderdeel van het antwoord van de Commissie op de noodzaak om groei en werkgelegenheid te bevorderen. Dit beleid is bedoeld om de EU-economie te versterken op een wijze die meer werkgelegenheid oplevert en de levensstandaard van mensen verbetert.


Handhaving van de regels van de bankenunie

In het kader van de bankenunie is de Commissie doorgegaan met het houden van toezicht op de uitvoering van de richtlijn kapitaalvereisten IV , de richtlijn depositogarantiestelsels , de richtlijn herstel en afwikkeling van kredietinstellingen en de richtlijn rangorde van crediteuren van banken door de lidstaten. Deze EU-instrumenten hebben tot doel om te waarborgen dat banken sterker worden, het toezicht op banken wordt verbeterd en problemen gemakkelijker kunnen worden opgelost zonder gebruik te maken van publieke middelen. In 2019 heeft de Commissie een verslag gepubliceerd waarin de uitvoering van de richtlijn inzake het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen wordt beoordeeld.

In 2019 heeft de Commissie inbreukprocedures ingeleid tegen 12 lidstaten wegens het niet vaststellen van de vereiste maatregelen om de richtlijn inzake de rangorde van crediteuren van banken volledig om te zetten.


VI.Een op wederzijds vertrouwen gebaseerde ruimte van recht en grondrechten

De volledige eerbiediging van de rechtsstaat en van het Handvest van de grondrechten staat centraal in de prioriteiten van de Commissie. Ook moeten specifieke rechten worden gewaarborgd, zoals het vrije verkeer, de bescherming van persoonsgegevens, gendergelijkheid, non-discriminatie, de rechten van slachtoffers en het recht op een eerlijk proces in strafzaken. Deze onderwerpen staan hoog op de agenda van de Commissie omdat ze directe gevolgen hebben voor de levens van mensen.

In het kader van het Europees semester bleef de Commissie de lidstaten aansporen om de doeltreffendheid van hun handhavingscapaciteiten te vergroten. Dit heeft in het bijzonder betrekking op de onafhankelijkheid, de kwaliteit en de efficiëntie van hun nationale rechtsstelsels. Daartoe heeft de Commissie voor zeven lidstaten landspecifieke aanbevelingen gedaan. Via het EU-scorebord voor justitie houdt de Commissie toezicht op de onafhankelijkheid, kwaliteit en efficiëntie van de nationale rechtsstelsels.

Handhaving van de rechtsstaat en de grondrechten

In april 2019 heeft de Commissie haar overwegingen over de versterking van de rechtsstaat in de EU uiteengezet, waaraan meer dan zestig belanghebbenden een bijdrage hebben geleverd. De resultaten werden weergegeven in de mededeling over de versterking van de rechtsstaat in de Unie – een blauwdruk voor actie van juli 2019, waarin een nieuw mechanisme voor de rechtsstaat werd voorgesteld. In de politieke richtsnoeren van de Commissie werd een nieuwe jaarlijkse cyclus voor de evaluatie van de rechtsstaat aangekondigd, alsook een jaarverslag waarin de situatie in elke lidstaat wordt samengevat. De Commissie heeft ook aangekondigd dat zij een strategische aanpak van inbreukprocedures zal nastreven en zal voortbouwen op de rechtspraak van het Hof van Justitie.

Op  24 juni  en  5 november 2019  heeft het Hof van Justitie definitief uitspraak gedaan in de inbreukprocedures die de Commissie tegen Polen had ingeleid. De arresten bevestigen dat de Poolse wetgeving betreffende de verlaging van de pensioenleeftijd van rechters van het Hooggerechtshof en van gewone rechtbanken in strijd is met het EU-recht inzake de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht.

Bovendien heeft de Commissie op 10 oktober 2019 besloten  Polen  voor het Hof van Justitie te dagen in het kader van een inbreukprocedure tegen de nieuwe tuchtregeling voor rechters, aangezien die de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht ondermijnt omdat ze Poolse rechters onvoldoende beschermt tegen politieke controle.


In de Raad zijn onderhandelingen gaande over het voorstel van de Commissie voor een verordening inzake de bescherming van de begroting van de Unie in geval van fundamentele tekortkomingen op het gebied van de rechtsstaat in de lidstaten. Eerbiediging van de rechtsstaat is van essentieel belang om een goed financieel beheer te waarborgen en de begroting van de Unie te beschermen.


Grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van het strafrecht en het burgerlijk recht

De Commissie heeft voortzetting gegeven aan haar inspanningen om toezicht te houden op de volledige omzetting van de richtlijnen inzake procedurele rechten. In 2019 lag de nadruk vooral op de richtlijn betreffende procedurele waarborgen voor kinderen en de richtlijn betreffende rechtsbijstand voor verdachten en beklaagden in strafprocedures en voor gezochte personen in procedures ter uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel .

In 2019 heeft de Commissie inbreukprocedures ingeleid tegen 7 lidstaten omdat zij hun nationale omzettingsmaatregelen voor de richtlijn betreffende procedurele waarborgen voor kinderen niet hadden meegedeeld en tegen 4 lidstaten omdat zij dat niet hadden gedaan voor de richtlijn betreffende rechtsbijstand.

De Commissie heeft inbreukprocedures tegen 16 lidstaten voortgezet en inbreukprocedures tegen 9 lidstaten ingeleid omdat zij hadden nagelaten alle nationale maatregelen die nodig zijn om de richtlijn inzake de rechten van slachtoffers om te zetten, mee te delen. De Commissie heeft ook haar inbreukprocedures tegen 2 lidstaten voortgezet met betrekking tot instrumenten voor wederzijdse erkenning van overbrengingen van gedetineerden , proeftijdvoorwaarden , toezichtmaatregelen en grensoverschrijdende handhaving van financiële sancties .

Verbetering van de bescherming van persoonsgegevens

Na de inwerkingtreding van de algemene verordening gegevensbescherming (AVG) in mei 2018 heeft de Commissie zich gericht op de uitvoering van de nieuwe regels inzake gegevensbescherming in 2019 door middel van een veelzijdige aanpak. In het bijzonder heeft de Commissie bilaterale dialogen met nationale autoriteiten gevoerd over de overeenstemming van de nationale wetgeving met de AVG, nauw samengewerkt met de gegevensbeschermingsautoriteiten die in het kader van het Europees Comité voor gegevensbescherming samenwerken, en informatie uitgewisseld met belanghebbenden, met name via een speciale groep waarin meerdere belanghebbenden zijn vertegenwoordigd. Ook bleef de Commissie de nationale gegevensbeschermingsautoriteiten financieel steunen door middel van subsidies en voerde zij bewustmakingscampagnes voor burgers en bedrijven. De Commissie heeft een inventarisatie gemaakt van het eerste jaar van uitvoering van de AVG, waarvan de resultaten zijn gepresenteerd in een in juli 2019 gepubliceerde mededeling .

De lidstaten moesten de politierichtlijn uiterlijk in mei 2018 omzetten en de Commissie is begonnen met de beoordeling van de overeenstemming van de door de lidstaten meegedeelde nationale omzettingswetgeving met deze richtlijn. In 2019 heeft de Commissie verschillende van de 19 in 2018 wegens niet-mededeling van de omzettingsmaatregelen ingeleide inbreukprocedures afgesloten terwijl zij een inbreukprocedure tegen Duitsland heeft ingeleid en Spanje en Griekenland voor het Hof heeft gedaagd (ondertussen heeft Griekenland kennisgeving gedaan van de volledige omzetting van de richtlijn). Eind 2019 waren er inbreukprocedures tegen vier lidstaten aanhangig.

Handhaving van de veiligheidsvoorschriften

In 2019 werden de handhavingswerkzaamheden in het kader van de Europese Veiligheidsagenda en de ontwikkeling van een veiligheidsunie voortgezet. De uitvoering van de EU-regels op dit gebied is van groot belang voor een hoog niveau van veiligheid in de hele EU. In de reguliere voortgangsverslagen over de veiligheidsunie wordt verwezen naar de lopende inspanningen om de volledige en correcte uitvoering van de regels te waarborgen.


Daarnaast heeft de Commissie toegezien op de uitvoering van de richtlijn betreffende de opneming van nieuwe psychoactieve stoffen in de definitie van “drugs” en van de eerste gedelegeerde richtlijn die in het kader van deze laatste is vastgesteld. Ook is de Commissie doorgegaan met de inbreukprocedures wegens de niet-mededeling van nationale omzettingsmaatregelen voor twee belangrijke richtlijnen inzake veiligheid en de bestrijding van zware criminaliteit: de richtlijn betreffende persoonsgegevens van passagiers en de richtlijn inzake terrorismebestrijding . Ook heeft de Commissie de zaken tegen Spanje , Nederland en Finland betreffende de richtlijn inzake persoonsgegevens van passagiers voortgezet. Wat de richtlijn inzake terrorismebestrijding betreft, heeft de Commissie de inbreukprocedures tegen Griekenland en Luxemburg voortgezet.

De Commissie heeft eveneens inbreukprocedures ingeleid om de exclusieve externe bevoegdheid van de Unie inzake de veiligheid uit hoofde van de EU-regels op dit gebied te waarborgen.

Tegen BulgarijeHongarijeOostenrijk en Roemenië zijn inbreukprocedures ingeleid omdat zij een multilaterale internationale overeenkomst over de uitwisseling van DNA-, vingerafdruk- en voertuigregistratiegegevens hebben ondertekend, die bepalingen bevat die in strijd zijn met de exclusieve externe bevoegdheid van de EU op grond van de Prüm-besluiten . Deze besluiten voorzien in een verplichte automatische uitwisseling en vergelijking van DNA-gegevens tussen nationale databanken ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit.


VII.Naar een nieuw migratiebeleid

Het migratiebeleid van de Commissie moet de EU uitrusten met de instrumenten voor een beter beheer van migratie op de middellange en lange termijn. Het beleid bestrijkt alle relevante kwesties, waaronder grensbeheer, visumbeleid, illegale migratie, asiel en legale migratie. Een consistente, humane en doeltreffende uitvoering is van cruciaal belang voor het welslagen van het beleid.

In 2019 heeft de Commissie haar controle op de uitvoering van het EU-recht inzake asiel en migratie door de lidstaten voortgezet, met name ten aanzien van de richtlijn asielprocedures , de richtlijn opvangvoorzieningen , de erkenningsrichtlijn en de terugkeerrichtlijn . Deze richtlijnen bevatten regels voor de verwerking van asielverzoeken, waarborgen dat asielzoekers in de EU een waardige levensstandaard wordt geboden, stellen regels voor de erkenning van onderdanen van derde landen als vluchteling en bevatten gemeenschappelijke normen en procedures op grond waarvan niet-EU-burgers die illegaal in de EU verblijven van het grondgebied van EU-landen kunnen worden verwijderd.

De Commissie heeft Hongarije voor het Hof van Justitie gedaagd vanwege zijn wetgeving die activiteiten die bedoeld zijn om personen die een asielverzoek indienen in Hongarije te helpen, daadwerkelijk strafbaar stelt. Deze wet wordt als onverenigbaar beschouwd met het recht van asielzoekers op toegang tot voorlichting of juridisch advies, die met name door niet-gouvernementele organisaties worden aangeboden. De wet verhindert dat personen die aan een strafrechtelijke procedure zijn onderworpen omdat zij dergelijke bijstand hebben verleend, de transitzones aan de grenzen van Hongarije, waar asielzoekers worden vastgehouden, kunnen naderen. De Commissie heeft geconcludeerd dat de Hongaarse wetgeving niet in overeenstemming is met de richtlijn asielprocedures en de richtlijn opvangvoorzieningen .


Wat legale migratie betreft, is het de prioriteit van de Commissie om ervoor te zorgen dat er reële legale routes naar de EU bestaan, namelijk door de verbetering van het vermogen van de EU om hooggekwalificeerde werknemers, studenten en onderzoekers aan te trekken en vast te houden. Daarom is het belangrijk dat de richtlijnen inzake legale migratie ten volle en correct worden uitgevoerd. Deze richtlijnen bevatten gemeenschappelijke voorwaarden voor de toelating en het verblijf van niet-EU-onderdanen, vereenvoudigen en harmoniseren de migratieprocedures en geven op een aantal gebieden recht op een gelijke behandeling met EU-onderdanen.

In 2019 heeft de Commissie de hangende inbreuken wegens niet-mededeling van nationale maatregelen ter uitvoering van de richtlijn betreffende studenten en onderzoekers voortgezet, waarvoor vijf lidstaten ( België , Griekenland , Frankrijk , Slovenië en Zweden ) aan het eind van het jaar nog zaken hadden lopen.

Tegen Zweden is een inbreukprocedure ingeleid vanwege de onjuiste uitvoering van verschillende richtlijnen inzake legale migratie met betrekking tot de behandeling van vergunningsaanvragen, en wegens beperkingen van de gelijke behandeling van bepaalde categorieën onderdanen van niet-EU-landen.

De correcte toepassing van de Unie-voorschriften inzake de grenzen van Schengen en visa was eveneens een prioriteit voor de Commissie in 2019.

De Commissie heeft een inbreukprocedure tegen Estland voortgezet omdat zijn “Go-Swift”-systeem voor het beheer van wachtrijen als onverenigbaar met de Schengengrenscode wordt beschouwd. Zij heeft ook verdere stappen gezet in de inbreukprocedure tegen Tsjechië met betrekking tot het recht om in beroep te gaan tegen een besluit tot weigering, intrekking of nietigverklaring van een Schengenvisum .