Bijlagen bij COM(2023)565 - Standpunt EU betreffende een wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst (Verordening betreffende markttoezicht en conformiteit van producten)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE

bij

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt betreffende een wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst

(Verordening betreffende markttoezicht en conformiteit van producten)


BIJLAGE

ONTWERPBESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. [...]

van […]

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna “de EER-overeenkomst” genoemd), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten en tot wijziging van Richtlijn 2004/42/EG en de Verordeningen (EG) nr. 765/2008 en (EU) nr. 305/2011 1 moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1121 van de Commissie van 8 juli 2021 tot nadere vaststelling van de details van de door de lidstaten in te dienen statistische gegevens over controles van de veiligheid en conformiteit van producten die de markt van de Unie binnenkomen 2 moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1267 van de Commissie van 20 juli 2022 tot nadere bepaling van de procedures voor de aanwijzing van Unietestfaciliteiten ten behoeve van het markttoezicht en de controle van de productconformiteit overeenkomstig Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad 3 moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)Bijlage II bij de EER-overeenkomst moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1.In hoofdstuk XVII wordt in punt 9 (Richtlijn 2004/42/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

“-32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).”.

2.Punt 3b (Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad) van hoofdstuk XIX wordt als volgt gewijzigd:

i)het volgende wordt toegevoegd:

“, gewijzigd bij:

 -32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).”;

ii)aanpassing b) wordt geschrapt.

3.In hoofdstuk XIX wordt na punt 3u (Verordening (EU) 2019/515 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende ingevoegd:

“3v.32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten en tot wijziging van Richtlijn 2004/42/EG en de Verordeningen (EG) nr. 765/2008 en (EU) nr. 305/2011 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).

De bepalingen van de verordening worden voor de toepassing van deze overeenkomst met de volgende aanpassingen gelezen:

a) Tenzij anders bepaald, worden verwijzingen naar het recht van de Unie opgevat als verwijzingen naar de EER-overeenkomst.

b) Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

i) in lid 24 worden na de verwijzing naar Verordening (EU) nr. 952/2013 de woorden “of de douanediensten van de EVA-staten die verantwoordelijk zijn voor de toepassing van de douanewetgeving en alle andere autoriteiten van de EVA-staten die krachtens het nationale recht gemachtigd zijn bepaalde douanewetgeving toe te passen” toegevoegd;

ii) in lid 25 worden na de verwijzing naar Verordening (EU) nr. 952/2013 de woorden “of, wat de EVA-staten betreft, de desbetreffende procedures overeenkomstig hun respectieve nationale douanewetgeving” toegevoegd.

iii) in lid 26 worden de woorden “of binnen de douanegebieden van de EVA-staten” toegevoegd na de woorden “douanegebied van de Unie”.

c) In artikel 14, lid 2, zijn de woorden “waaronder de beginselen van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie” niet van toepassing op de EVA-staten.

d) In artikel 25, leden 3 en 4, en in artikel 28, lid 4, tweede alinea, worden verwijzingen naar Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat de EVA-staten betreft, begrepen als verwijzingen naar overeenkomstige bepalingen van het nationale douanerecht.

e) Wat Liechtenstein betreft, worden de verplichtingen van de overeenkomstig artikel 25, lid 1, aangewezen autoriteiten beheerst door het nationale recht.

f) Producten die uit Liechtenstein naar de andere overeenkomstsluitende partijen worden uitgevoerd, kunnen bij binnenkomst in de EER aan controles worden onderworpen overeenkomstig de artikelen 25 tot en met 28.

g) Artikel 25; leden 2, 4 en 6 en artikel 34, lid 6, zijn niet van toepassing op Liechtenstein.

h) Artikel 26, lid 4, is niet van toepassing op de EVA-staten.

i) In artikel 28 worden, wat de EVA-staten betreft, de woorden “het gegevensverwerkingssysteem van de douane” vervangen door “elke kennisgeving aan de betrokken partijen overeenkomstig de nationale procedures”.

j) De EVA-staten nemen volledig, zonder stemrecht, deel aan het Unienetwerk voor productconformiteit overeenkomstig de artikelen 29 tot en met 31. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA neemt als waarnemer deel.

3va.32021 R 1121: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1121 van de Commissie van 8 juli 2021 tot nadere vaststelling van de details van de door de lidstaten in te dienen statistische gegevens over controles van de veiligheid en conformiteit van producten die de markt van de Unie binnenkomen (PB L 243 van 9.7.2021, blz. 37).

De bepalingen van de uitvoeringsverordening worden voor de toepassing van deze overeenkomst met de volgende aanpassingen gelezen:

a)In artikel 1, lid 1, punt c), en lid 4, worden verwijzingen naar Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie, wat de EVA-staten betreft, begrepen als verwijzingen naar overeenkomstige bepalingen van het nationale douanerecht.

b)In artikel 1, punt c), ix), worden de woorden “Uniewetgeving” vervangen door de woorden “bepalingen van de EER-overeenkomst”.

3vb.32022 R 1267: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1267 van de Commissie van 20 juli 2022 tot nadere bepaling van de procedures voor de aanwijzing van Unietestfaciliteiten ten behoeve van het markttoezicht en de controle van de productconformiteit overeenkomstig Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 192 van 21.7.2022, blz. 21).”

4.In hoofdstuk XXI wordt in punt 1 (Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

“-32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) 2019/1020 en Uitvoeringsverordeningen (EU) 2021/1121 en (EU) 2022/1267 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op [...], op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden 4*.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, […].

   Voor het Gemengd Comité van de EER

   De voorzitter

   […]


   De secretarissen

   van het Gemengd Comité van de EER

   […]


(1) PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1.
(2) PB L 243 van 9.7.2021, blz. 37.
(3) PB L 192 van 21.7.2022, blz. 21.
(4) *    [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]
Top