Overwegingen bij COM(2023)573 - Standpunt EU in het Samenwerkingscomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, opgericht krachtens de Versterkte partnerschapsovereenkomst met Kazachstan in verband met een besluit tot vaststelling van een lijst van 15 personen die bereid en in staat zijn om als arbiter in geschillenbeslechtingsprocedures op te treden

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1)De Versterkte partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Kazachstan, anderzijds 2 (“de overeenkomst”), is op 1 maart 2020 in werking getreden.

(2)Overeenkomstig artikel 196, lid 1, van de overeenkomst moet het in artikel 269, lid 5, van de overeenkomst bedoelde Samenwerkingscomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van de overeenkomst een lijst opstellen van ten minste 15 personen die in geschillenbeslechtingsprocedures als arbiter kunnen optreden.

(3)Tussen de partijen is overlegd over een ontwerplijst van personen die in geschillenbeslechtingsprocedures als arbiter kunnen optreden. Overeenkomstig artikel 196, lid 1, van de overeenkomst bevat deze lijst vijf kandidaat-arbiters die door de Unie worden voorgedragen, vijf kandidaat-arbiters die door de Republiek Kazachstan worden voorgedragen en vijf onderdanen van derde landen die als voorzitter van een arbitragepanel kunnen optreden.

(4)Het is passend het namens de Unie in het Samenwerkingscomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken in te nemen standpunt vast te stellen over de lijst van personen die in geschillenbeslechtingsprocedures als arbiter kunnen optreden.