Overwegingen bij COM(2023)503 - Standpunt EU in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, opgericht bij de Associatieovereenkomst met Moldavië met betrekking tot de wijziging van bijlage XXVIII-B (Regels ten aanzien van telecommunicatiediensten) en bijlage XXVIII-C (Regels ten aanzien van post- en koeriersdiensten) bij die overeenkomst

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1)De Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds 3 (“de overeenkomst”) is op 1 juli 2016 in werking getreden.

(2)Overeenkomstig artikel 436, lid 3, van de overeenkomst is de Associatieraad EU-Republiek Moldavië (“de Associatieraad”) bevoegd de bijlagen bij de overeenkomst te actualiseren of te wijzigen.

(3)Op grond van artikel 438, lid 2, van de overeenkomst kan de Associatieraad bevoegdheden overdragen aan het Associatiecomité, waaronder de bevoegdheid om bindende besluiten te nemen.

(4)Bij Besluit nr. 3/2014 4 heeft de Associatieraad de bevoegdheid om de bijlagen bij de overeenkomst die betrekking hebben op onder meer hoofdstuk 6 (Vestiging, handel in diensten en elektronische handel) van titel V (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) van de overeenkomst te actualiseren of te wijzigen, overgedragen aan het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, voor zover hoofdstuk 6 geen specifieke bepalingen inzake de wijziging of actualisering van de bijlagen bevat. Hoofdstuk 6 bevat geen specifieke bepalingen inzake de wijziging of actualisering van de bijlagen.

(5)Het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken moet de beoogde handeling tot wijziging van bijlage XXVIII‑B (Regels ten aanzien van telecommunicatiediensten en bijlage XXVIII‑C (Regels ten aanzien van post- en koeriersdiensten) in de loop van 2023 vaststellen.

(6)Zoals vermeld in de preambule van de overeenkomst en overeenkomstig de artikelen 230 en 240 van de overeenkomst, erkennen de partijen het belang van de aanpassing van de bestaande wetgeving van Moldavië aan die van de Europese Unie, wat betekent dat Moldavië ervoor moet zorgen dat de bestaande en toekomstige wetgeving geleidelijk in overeenstemming wordt gebracht met het EU-acquis. Bovendien wordt in artikel 102 van de overeenkomst bepaald dat de Republiek Moldavië haar wetgeving moet aanpassen aan die van de EU en aan de internationale instrumenten als bedoeld in bijlage XXVIII‑B bij de overeenkomst en volgens de bepalingen van die bijlage.

(7)Moldavië heeft verzocht om verdere integratie met betrekking tot de roamingsector in de Europese Unie en om de overeenkomst aan te passen aan het recente EU-acquis op het gebied van telecommunicatie en post- en koeriersdiensten.

(8)Aangezien bijlage XXVIII‑B (Regels ten aanzien van telecommunicatiediensten) bij de overeenkomst moet worden aangevuld met de desbetreffende EU-handelingen met betrekking tot roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken en ander recent EU-acquis op het gebied van telecommunicatiediensten, moeten de desbetreffende handelingen aan de bijlage worden toegevoegd. Ook moeten bepaalde handelingen die reeds in de bijlage zijn opgenomen, worden geschrapt wanneer zij zijn vervangen of gewijzigd door recentere handelingen.

(9)Aangezien bijlage XXVIII‑C (Regels ten aanzien van post- en koeriersdiensten) moet worden aangevuld met het recente EU-acquis inzake post- en koeriersdiensten, moeten de desbetreffende handelingen aan de bijlage worden toegevoegd.

(10)Het is daarom passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, aangezien de beoogde handeling tot wijziging van bijlage XXVIII‑B (Regels ten aanzien van telecommunicatiediensten) en bijlage XXVIII‑C (Regels ten aanzien van post- en koeriersdiensten) bij de overeenkomst voor de Unie bindend zal zijn.