Overwegingen bij COM(2023)213 - Standpunt EU in de Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1)De Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV) zal tijdens haar volgende algemene vergadering op 9 juni 2023 resoluties met rechtsgevolgen, als bedoeld in artikel 218, lid 9, VWEU, onderzoeken en mogelijk aannemen.

(2)De Unie is geen lid van de OIV. Wel heeft de OIV de Unie op 20 oktober 2017 de bijzondere status verleend waarin artikel 4 van het reglement van orde van de OIV voorziet.

(3)Twintig EU-lidstaten zijn lid van de OIV. Die lidstaten hebben de mogelijkheid wijzigingen van de ontwerpresoluties van de OIV voor te stellen en hun zal worden gevraagd die resoluties van de OIV aan te nemen tijdens de volgende algemene vergadering van de OIV op 9 juni 2023.

(4)Het standpunt van de Unie met betrekking tot die resoluties ten aanzien van aangelegenheden die tot haar bevoegdheid behoren, moet derhalve door de Raad worden vastgesteld en tijdens de vergaderingen van de OIV door de lidstaten die lid zijn van de OIV, worden uitgedragen, waarbij zij gezamenlijk in het belang van de Unie handelen.

(5)Krachtens Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad 3 en Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/934 van de Commissie 4 zullen bepaalde door de OIV aangenomen en gepubliceerde resoluties rechtsgevolgen hebben.

(6)In artikel 80, lid 3, punt a), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 is bepaald dat de Commissie, wanneer zij oenologische procedés toestaat, rekening moet houden met de door de OIV aanbevolen en gepubliceerde oenologische procedés en analysemethoden.

(7)In artikel 80, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 is bepaald dat de Commissie, wanneer zij analysemethoden voor het bepalen van de samenstelling van wijnbouwproducten vastlegt, die methoden moet baseren op relevante methoden die zijn aanbevolen en gepubliceerd door de OIV, tenzij ze ondoeltreffend of ongeschikt zouden zijn om de door de Unie nagestreefde doelstelling te verwezenlijken.

(8)In artikel 90, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 is bepaald dat in de Unie ingevoerde wijnbouwproducten moeten worden geproduceerd overeenkomstig oenologische procedés die zijn toegestaan door de Unie op grond van die verordening, of, voorafgaand aan die toestemming, moeten worden geproduceerd overeenkomstig oenologische procedés die worden aanbevolen en gepubliceerd door de OIV.

(9)Bij ontwerpresolutie OENO-SCMA 20-666 wordt een nieuwe analysemethode voor wijn vastgesteld. Bij ontwerpresolutie OENO-SCMA 21-687 wordt de analysemethode gewijzigd voor de bepaling van het gehalte aan sorbinezuur, benzoëzuur en salicylzuur in wijn met behulp van hogedrukvloeistofchromatografie. Overeenkomstig artikel 80, lid 3, punt a), en artikel 80, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zullen die resoluties rechtsgevolgen hebben.

(10)Bij ontwerpresolutie OENO-TECHNO 19-657 wordt een bestaand oenologisch procedé in wijn vervangen en bij ontwerpresolutie OENO-TECHNO 19-658 wordt een nieuw oenologisch procedé in wijnazijn vastgesteld. Overeenkomstig artikel 80, lid 3, punt a), en artikel 90, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zullen deze resoluties rechtsgevolgen hebben.

(11)Wetenschappelijke en technische deskundigen van de wijnsector hebben deze OIV-ontwerpresoluties uitvoerig besproken. Deze resoluties dragen bij aan de internationale harmonisatie van de wijnnormen en zullen een kader bieden voor eerlijke concurrentie in de handel in wijnbouwproducten. Daarom moeten ze worden gesteund.

(12)Om tijdens de onderhandelingen in de aanloop naar de algemene vergadering van de OIV op 9 juni 2023 over de nodige flexibiliteit te beschikken, moeten de lidstaten die lid van de OIV zijn, worden gemachtigd om met wijzigingen in deze OIV-ontwerpresoluties in te stemmen voor zover de inhoud ervan niet wordt gewijzigd.