Overwegingen bij COM(2022)3 - Wijziging van Besluit 2020/1354 mbt toekenning tijdelijke ondersteuning onder verordening (EU) 2020/672 aan Portugal om werkloosheidsrisico's nav COVID-19 te verzachten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
1) Naar aanleiding van een verzoek van Portugal van 11 augustus 2020 heeft de Raad op 25 september 2020 financiële bijstand aan Portugal toegekend in de vorm van een lening van maximaal 5 934 462 488 EUR met een gemiddelde looptijd van ten hoogste 15 jaar, als aanvulling op de nationale inspanningen van Portugal om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaaleconomische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen.

2) De lening diende door de Portugese Republiek te worden gebruikt ter financiering van de werktijdverkortingsregelingen, soortgelijke en gezondheidsgerelateerde maatregelen als bedoeld in artikel 3 van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1354 van de Raad 2 .

3) Door de COVID-19-uitbraak is een aanzienlijk deel van de beroepsbevolking in Portugal inactief geworden. Dit heeft nog altijd geleid tot een plotselinge en sterke stijging van de overheidsuitgaven in Portugal voor nieuwe maatregelen die Portugal heeft ingevoerd, namelijk de buitengewone steunregeling voor zelfstandigen, werkenden die geen toegang hebben tot andere socialebeschermingsmechanismen, en managers wier inkomen in het bijzonder is getroffen door de COVID-19-pandemie, de socialesteunregeling voor kunstenaars, auteurs, technici en andere professionals uit de creatieve sector, en de aanwerving van extra gezondheidswerkers en het overwerk bij de nationale gezondheidsdienst om de uitdagingen in verband met de pandemie te helpen aanpakken.

4) De COVID-19-uitbraak en de buitengewone maatregelen die Portugal in 2020 en 2021 heeft getroffen om die uitbraak en de sociaaleconomische en gezondheidseffecten daarvan in te perken, hadden en hebben nog steeds een dramatisch effect op de overheidsfinanciën. Portugal had tegen het einde van 2020 een overheidstekort van 5,7 % van het bruto binnenlands product (bbp) en een schuld van 133,6 % van het bbp. Volgens de najaarsprognose 2021 van de Commissie zouden tegen het einde van 2021 het overheidstekort en de schuld van Portugal gekrompen zijn tot respectievelijk 4,5 % en 128,1 % van het bruto binnenlands product (bbp) en zou het bbp van Portugal in 2021 met 4,5 % toenemen.

5) Op 9 december 2021 heeft Portugal de Unie om verlenging verzocht voor de lijst van maatregelen waarvoor de Raad bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1354 van de Raad financiële bijstand had toegekend, als verdere aanvulling op zijn in 2020 en 2021 gedane nationale inspanningen om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de COVID-19-uitbraak en aan de sociaaleconomische gevolgen daarvan voor werknemers en zelfstandigen. Hierbij gaat het met name om de in de overwegingen 6 en 7 beschreven maatregelen.

6) Bij “Wet nr. 75-B/2020 van 31 december” 3 en de daarop volgende “Regeringsverordening nr. 19-A/2021 van 25 januari” 4 , waarnaar in het verzoek van Portugal van 9 december 2021 wordt verwezen, is een buitengewone steunregeling ingevoerd voor zelfstandigen, werkenden die geen toegang hebben tot andere socialebeschermingsmechanismen, en managers wier inkomen bijzonder hard is getroffen door de COVID-19-pandemie.

Voor zelfstandigen voorziet de maatregel in een uitkering die gelijk is aan twee derde van de daling van het maandinkomen van de werknemers, tussen het maandgemiddelde volgens de laatste driemaandelijkse inkomensopgave en het maandgemiddelde van 2019, met een bovengrens van 501,16 EUR. Zelfstandigen komen in aanmerking bij een inkomensdaling van ten minste 40 % in de periode van maart tot en met december 2020 ten opzichte van 2019.

Voor werkenden die geen toegang hebben tot andere socialebeschermingsmechanismen, voorziet de maatregel in: i) voor werknemers, een uitkering gelijk aan het verschil tussen de maandelijkse referentiewaarde van 501,16 EUR en het gemiddelde maandsalaris per volwassene in het respectieve huishouden; of ii) voor zelfstandigen, een uitkering die gelijk is aan twee derde van de daling van het maandinkomen van de werkende, tussen het maandgemiddelde volgens de laatste driemaandelijkse inkomensopgave en het maandgemiddelde van 2019, met een bovengrens van 501,16 EUR.

In het geval van managers voorziet de maatregel in een uitkering die gelijk is aan ofwel hun gemiddeld maandelijks referentie-inkomen wanneer dat lager is dan 1,5 maal de Portugese socialebijstandindex (438,81 EUR), ofwel twee derde van hun gemiddeld maandelijks referentie-inkomen wanneer dat gelijk is aan of hoger is dan de bovengenoemde index. Managers komen in aanmerking als hun bedrijfsactiviteiten wegens de COVID-19-pandemie tijdelijk zijn geschorst of als zij in de 30 dagen vóór de steunaanvraag ten minste 40 % inkomstenverlies hebben geleden in vergelijking met dezelfde maand van het jaar voordien of met het maandelijks gemiddelde van de twee voorafgaande maanden.

In alle gevallen geldt voor de uitkering een ondergrens van 50 EUR, die wordt verhoogd tot 50 % van de geconstateerde daling van het maandelijkse inkomen wanneer deze tussen 50 % en 100 % van de Portugese socialebijstandindex ligt, of 219,40 EUR wanneer de inkomensdaling hoger is dan de bovengenoemde index.

7) Bij “Bijlage bij de resolutie van de ministerraad nr. 41/2020 van 6 juni” 5 en de daaropvolgende “Regeringsverordening nr. 180/2020 van 3 augustus” 6 en “Regeringsverordening nr. 37-A/2021 van 15 februari” 7 , waarnaar wordt verwezen in het verzoek van Portugal van 9 december 2021, is een socialesteunregeling ingevoerd voor kunstenaars, auteurs, technici en andere professionals uit de creatieve sector. De maatregel voorziet in een maandelijkse uitkering die gelijk is aan de Portugese socialebijstandindex (438,81 EUR).

8) Portugal heeft ook een reeks nieuwe gezondheidsgerelateerde maatregelen ingevoerd, die zijn bedoeld om de uitbraak van COVID-19 aan te pakken. Hierbij gaat het met name om de in de overweging 9 beschreven maatregelen.

9) Bij “Wetsbesluit nr. 10-A/2020 van 13 maart” 8 en het daarop volgende “Wetsbesluit nr. 10-A/2021 van 2 februari” 9 , waarnaar wordt verwezen in het verzoek van Portugal van 9 december 2021, is voorzien in aanwerving van extra gezondheidswerkers en in overwerk bij de nationale gezondheidsdienst om de uitdagingen in verband met de pandemie te helpen aanpakken. Met name is het administratieve proces bij de nationale gezondheidsdienst voor de aanwerving van werknemers met arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd gestroomlijnd en zijn sinds de uitbraak van de COVID-19-pandemie extra artsen en verpleegkundigen in dienst genomen. Bovendien werden in de nationale gezondheidsdienst de wettelijke beperkingen voor overwerk door ambtenaren opgeschort en werd de organisatie van ploegen met, indien nodig, aanvullend werk door gespecialiseerde artsen en verpleegkundigen mogelijk gemaakt om de COVID-19-pandemie het hoofd te bieden.

10) Portugal voldoet aan de voorwaarden van artikel 3 van Verordening (EU) 2020/672 om financiële bijstand te kunnen aanvragen. Portugal heeft de Commissie het nodige bewijsmateriaal verschaft dat de werkelijke en geplande overheidsuitgaven sinds 1 februari 2020 met 5 934 462 488 EUR zijn gestegen als gevolg van de nationale maatregelen om de sociaaleconomische gevolgen van de COVID-19-uitbraak het hoofd te bieden. Dit is een plotse en sterke stijging omdat zij ook verband houdt met nieuwe maatregelen die rechtstreeks verband houden met werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen die een aanzienlijk deel van de ondernemingen en de beroepsbevolking in Portugal bestrijken.

11) De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2020/672, Portugal geraadpleegd en heeft de plotse en sterke stijging geverifieerd van de werkelijke en geplande overheidsuitgaven die rechtstreeks verband houden met werktijdverkortingsregelingen en soortgelijke maatregelen, en met de maatregelen op gezondheidsgebied in verband met de COVID-19-uitbraak, waarvan sprake is in het verzoek van 9 december 2021.

12) De door Portugal gevraagde gezondheidsgerelateerde maatregelen, met inbegrip van de aanvullende gezondheidsgerelateerde maatregelen waarnaar in overweging 9 wordt verwezen, bedragen 1 513 823 304 EUR.

13) De reeds bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1354 verleende financiële bijstand moet derhalve ook gelden voor de nieuwe door Portugal ingevoerde maatregelen, zoals bedoeld in de overwegingen 6, 7 en 9.

14) Dit besluit moet de uitkomst onverlet laten van eventuele procedures met betrekking tot verstoringen van de werking van de interne markt, met name uit hoofde van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag. Het doet geen afbreuk aan het vereiste dat de lidstaten, uit hoofde van artikel 108 van het Verdrag, de Commissie op de hoogte brengen van voorgenomen steunmaatregelen.

15) Portugal moet de Commissie op regelmatige basis informeren over de tenuitvoerlegging van de geplande overheidsuitgaven, zodat de Commissie kan beoordelen in hoeverre Portugal die uitgaven ten uitvoer heeft gelegd.

16) Bij het nemen van het besluit om financiële bijstand te verlenen is rekening gehouden met de bestaande en verwachte behoeften van Portugal en met verzoeken om financiële bijstand op grond van Verordening (EU) 2020/672 die reeds door andere lidstaten zijn ingediend of gepland, met toepassing van de beginselen inzake gelijke behandeling, solidariteit, evenredigheid en transparantie.