Overwegingen bij COM(2021)349 - Goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor België

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De COVID-19-uitbraak heeft ontwrichtende gevolgen gehad voor de economie van België. In 2019 bedroeg het bruto binnenlands product (bbp) per hoofd van de bevolking van België 133 % van het gemiddelde van de Unie. Volgens de voorjaarsprognoses 2021 van de Commissie is het reële bbp van België in 2020 met 6,3 % gedaald en wordt verwacht dat het in 2020 en 2021 samen zal dalen met 2,0 %. Al langer bestaande aspecten met gevolgen voor de economische prestaties op middellange termijn zijn met name de hoge overheidsschuldquote, een relatief hoge belastingdruk op arbeid, relatief hoge structurele werkloosheids- en inactiviteitscijfers en een ondernemingsklimaat dat niet altijd bevorderlijk is voor ondernemerschap.

(2) Op 9 juli 2019 en op 20 juli 2020 heeft de Raad in het kader van het Europees Semester aanbevelingen gericht tot België. De Raad beval met name aan om alle nodige maatregelen te nemen om de pandemie doeltreffend aan te pakken, de economie en het daaruit voortvloeiende herstel te ondersteunen en, als de economische omstandigheden het toelaten, een begrotingsbeleid te voeren dat gericht is op het bereiken van prudente begrotingssituaties op middellange termijn en het waarborgen van de houdbaarheid van de schuld, daarbij de investeringen verhogend. Eveneens met betrekking tot de overheidsfinanciën beval de Raad aan om de hervormingen voort te zetten die de houdbaarheid van de stelsels voor langdurige zorg en pensioenen waarborgen, onder meer door de mogelijkheden voor vervroegde uittreding uit de arbeidsmarkt te beperken, de samenstelling en doeltreffendheid van de overheidsuitgaven te verbeteren, met name door uitgaventoetsingen, alsook de coördinatie van het begrotingsbeleid door alle overheidsniveaus, teneinde ruimte te scheppen voor openbare investeringen. Bovendien beval de Raad België aan om de algemene veerkracht van de gezondheidszorg te versterken en de leveringen van kritieke medische producten te garanderen, en om de werkgelegenheids- en sociale gevolgen van de crisis te beperken, met name door een actief arbeidsmarktbeleid en het ontwikkelen van vaardigheden te bevorderen. Voorts beval de Raad België aan om te zorgen voor doeltreffende toepassing van de maatregelen om liquiditeit te verschaffen ter ondersteuning van kmo’s en zelfstandigen, om het ondernemingsklimaat te verbeteren, onder meer door de regelgevende en administratieve lasten te verminderen en zo ondernemerschap te stimuleren, en om belemmeringen voor concurrentie in de dienstensector op te heffen, met name voor telecommunicatie-, detailhandels- en professionele diensten. Met betrekking tot investeringen beval de Raad aan om mature publieke investeringsprojecten te vervroegen en particuliere investeringen te bevorderen teneinde het economisch herstel te bevorderen, en om de investeringen toe te spitsen op de groene en digitale transitie, met name op infrastructuur voor duurzaam vervoer, met inbegrip van de modernisering van de spoorweginfrastructuur, schone en efficiënte productie en gebruik van energie, de circulaire economie, digitalisering en digitale infrastructuur, zoals 5G en gigabitnetwerken, en onderzoek en innovatie. Op het gebied van vervoer beval de Raad België bovendien aan om de groeiende mobiliteitsuitdagingen aan te pakken door de prikkels te versterken en belemmeringen weg te nemen om de vraag naar en het aanbod van collectief en emissiearm vervoer te vergroten. Op het gebied van werkgelegenheid, onderwijs en opleiding beval de Raad België ten slotte aan om prikkels die werken ontmoedigen weg te nemen en de doeltreffendheid van het actief arbeidsmarktbeleid te versterken, met name voor laagopgeleiden, oudere werknemers en mensen met een migratieachtergrond, om de prestaties en inclusiviteit van de onderwijs- en opleidingssystemen te verbeteren en vaardighedenmismatches aan te pakken. Na de voortgang bij de uitvoering van deze landspecifieke aanbevelingen te hebben beoordeeld op het ogenblik dat het herstel- en veerkrachtplan werd ingediend, komt de Commissie tot de bevinding dat substantiële vooruitgang is geboekt met betrekking tot de specifieke aanbeveling om, overeenkomstig de algemene ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact, alle nodige maatregelen te nemen om de pandemie doeltreffend te bestrijden en de economie en het daaruit voortvloeiende herstel te ondersteunen.

(3) [In de aanbeveling van de Raad over het economisch beleid van de eurozone hebben de lidstaten van de eurozone de aanbeveling gekregen om, mede via hun herstel- en veerkrachtplannen, onder meer te zorgen voor een beleidsstandpunt dat het herstel ondersteunt, en de convergentie, veerkracht, houdbaarheid en inclusieve groei te verbeteren. De Raad beval ook aan om de nationale institutionele kaders te versterken, te zorgen voor macro-financiële stabiliteit, de EMU te voltooien en de internationale rol van de euro te versterken.] [If the Council recommendation is not adopted by the time of the CID adoption, please remove the recital].

(4) Op 30 april 2021 heeft België in overeenstemming met artikel 18, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 zijn herstel- en veerkrachtplan ingediend bij de Commissie. Die indiening van het plan volgde op een in overeenstemming met het nationale rechtskader uitgevoerd proces van raadpleging van lokale en regionale autoriteiten, sociale partners, maatschappelijke organisaties, jongerenorganisaties en andere relevante belanghebbenden. Het nationale draagvlak voor de herstel- en veerkrachtplannen vormt de basis voor de succesvolle uitvoering en het blijvende effect ervan op nationaal niveau en voor de geloofwaardigheid op Europees niveau. Krachtens artikel 19 van die verordening heeft de Commissie de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het herstel- en veerkrachtplan beoordeeld in overeenstemming met de beoordelingsrichtsnoeren van bijlage V bij die verordening.

(5) De herstel- en veerkrachtplannen moeten de algemene doelstellingen van de bij Verordening (EU) 2021/241 ingestelde herstel- en veerkrachtfaciliteit en het bij Verordening (EU) 2020/2094 van de Raad ingestelde EU-herstelinstrument nastreven om het herstel in de nasleep van de COVID-19-crisis te ondersteunen. Zij moeten de economische, sociale en territoriale samenhang van de Unie bevorderen door bij te dragen aan de zes in artikel 3 van Verordening (EU) 2021/241 genoemde pijlers.

(6) De uitvoering van de herstel- en veerkrachtplannen van de lidstaten zal gecoördineerde investeringen en hervormingen in de hele Unie teweegbrengen. Via de gecoördineerde en gelijktijdige uitvoering van deze hervormingen en investeringen en de uitvoering van grensoverschrijdende projecten zullen deze hervormingen en investeringen elkaar versterken en positieve overloopeffecten in de hele Unie genereren. Een derde van het effect van de faciliteit op de groei en de jobcreatie in de lidstaten zal dan ook afkomstig zijn van overloopeffecten uit andere lidstaten.

Evenwichtige respons die bijdraagt aan de zes pijlers

(7) In overeenstemming met artikel 19, lid 3, punt a), van Verordening (EU) 2021/241 en punt 2.1 van bijlage V bij die verordening vormt het herstel- en veerkrachtplan in hoge mate (score A) een alomvattende en voldoende evenwichtige respons op de economische en sociale situatie en draagt het zodoende bij aan elk van de zes in artikel 3 van Verordening (EU) 2021/241 bedoelde pijlers, daarbij rekening houdend met de specifieke uitdagingen van en de financiële toewijzing aan de betrokken lidstaat.

(8) Het plan omvat maatregelen die bijdragen aan alle zes pijlers, waarbij een aanzienlijk aantal componenten van het plan meerdere pijlers betreft. Een dergelijke aanpak zorgt ervoor dat elke pijler op alomvattende en samenhangende wijze wordt aangepakt. Voorts wordt de bijzondere aandacht voor slimme, duurzame en inclusieve groei, samen met de algehele weging tussen de pijlers, gezien de specifieke uitdagingen van België als voldoende evenwichtig beschouwd.

(9) Het plan voorziet in een breed scala aan klimaatgerelateerde maatregelen; meer dan de helft van de componenten draagt bij aan de groene transitie. Die maatregelen hebben onder meer betrekking op een verhoging van de energie-efficiëntie van gebouwen, nieuwe opkomende technologieën, aanpassing aan de klimaatverandering en duurzame vervoersinfrastructuur, en bieden aanzienlijke kansen om de energie- en klimaatdoelstellingen voor 2030 te helpen verwezenlijken. Het plan pakt de digitale uitdagingen op verschillende gebieden aan; ongeveer twee derde van de componenten draagt hieraan bij. Met hervormingen op zowel federaal als gewestelijk niveau wordt beoogd knelpunten in de regelgeving voor de uitrol van 5G en ultrasnelle connectiviteitsinfrastructuur, zoals glasvezel, weg te nemen. De investeringen in het Belgische herstel- en veerkrachtplan zijn gericht op de digitalisering van de overheidsdiensten en van justitie, en op de verbetering van de digitale vaardigheden. Van die investeringen kunnen aanzienlijke efficiëntiewinsten en kwaliteitsverbeteringen in de betrokken processen worden verwacht.

(10) Het plan gaat uitgebreid in op de derde pijler van slimme, duurzame en inclusieve groei; bijna alle componenten dragen hieraan rechtstreeks bij. Het plan moet een positief effect hebben op publieke en private investeringen door met name te investeren in vervoer en digitale infrastructuur, sociale huisvesting, energie-efficiënte renovatie van gebouwen en onderzoek en innovatie. Door bij te dragen aan een groenere en digitale economie ondersteunt het plan duurzame groei en economische veerkracht. De aanzienlijke investeringen in digitalisering van het openbaar bestuur en het rechtsstelsel moeten bijdragen aan een bedrijfsvriendelijk klimaat en zo het economisch herstel ondersteunen. Bovendien helpt het plan de vaardighedenmismatch aan te pakken door de onderwijs- en opleidingsstelsels te versterken. De nadruk op het verbeteren van digitale vaardigheden en het bevorderen van toegang tot de arbeidsmarkt voor kwetsbare groepen moet een positief effect hebben op de werkgelegenheid en bijdragen aan de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten.

De aanpak van alle of een significant deel van de uitdagingen die in de landspecifieke aanbevelingen zijn vastgesteld

(11) In overeenstemming met artikel 19, lid 3, punt b), van Verordening (EU) 2021/241 en deel 2.2 van bijlage V bij die verordening zal het herstel- en veerkrachtplan naar verwachting bijdragen tot een doeltreffende aanpak van alle of een significant deel van de uitdagingen (score A) die zijn vastgesteld in de relevante landspecifieke aanbevelingen, met inbegrip van de tot de lidstaat gerichte begrotingsaspecten van deze aanbevelingen, of de uitdagingen die zijn vastgesteld in andere relevante documenten die officieel door de Commissie zijn vastgesteld in het kader van het Europees Semester.

(12) De aanbevelingen in verband met de onmiddellijke respons van het begrotingsbeleid op de pandemie kunnen worden geacht buiten het toepassingsgebied van het Belgische plan te vallen, onverminderd het feit dat de lidstaat over het algemeen op passende en toereikende wijze heeft gereageerd op de onmiddellijke behoefte aan ondersteuning van de economie via begrotingsmaatregelen in 2020 en 2021, overeenkomstig de bepalingen van de algemene ontsnappingsclausule. Bovendien is de aanbeveling om in 2020 voldoende vooruitgang te boeken in de richting van de begrotingsdoelstelling op middellange termijn niet langer relevant, enerzijds omdat de overeenkomstige begrotingsperiode is verstreken en anderzijds omdat in maart 2020 de algemene ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact is geactiveerd in de context van de pandemie.

(13) Het plan omvat een uitgebreide reeks elkaar versterkende hervormingen en investeringen die bijdragen tot de doeltreffende aanpak van alle of een significant deel van de economische en sociale uitdagingen die zijn beschreven in de landspecifieke aanbevelingen die in 2019 en 2020 in het kader van het Europees semester tot België zijn gericht, met name de aanbevelingen op de gebieden kwaliteit en houdbaarheid van de overheidsfinanciën, pensioenen, arbeidsmarkt, onderwijs- en vaardighedenbeleid, O&O en innovatie, de groene en digitale transitie en het ondernemingsklimaat.

(14) Het plan omvat relevante budgettair-structurele hervormingen die naar verwachting de kwaliteit en houdbaarheid van de overheidsfinanciën zullen verbeteren. Dergelijke hervormingen omvatten de systematische integratie van uitgaventoetsingen in de begrotingsplanningcycli van alle overheidsniveaus om de kwaliteit en efficiëntie van de overheidsuitgaven te verbeteren. Bovendien vindt een pensioenhervorming plaats om de financiële en sociale houdbaarheid van het pensioenstelsel te verbeteren, gezien de stijgende overheidsuitgaven voor pensioenen.

(15) Het plan omvat ook hervormingen en investeringen die langdurige arbeidsmarktproblemen aanpakken. Hierbij gaat het onder meer om maatregelen om een doeltreffender actief arbeidsmarktbeleid te bevorderen, de arbeidsmarktprestaties te verbeteren en discriminatie op de arbeidsmarkt aan te pakken. Het plan omvat ook investeringen ter versterking van de sociale en arbeidsmarktintegratie van de kwetsbaarste groepen, waaronder mensen met een migratieachtergrond, vrouwen, gehandicapten, gevangenen en mensen die het risico lopen op digitale uitsluiting. Bovendien zijn de in het plan opgenomen investeringen en hervormingen gericht op de verbetering van de prestaties van onderwijsstelsels en de vermindering van tekorten aan vaardigheden door middel van opleiding en activering om in de huidige en toekomstige behoeften van de arbeidsmarkt te voorzien, met bijzondere aandacht voor digitale vaardigheden.

(16) Het plan draagt in aanzienlijke mate bij tot de aanpak van de groene transitie. Zo voorziet het in grootschalige overheidsinvesteringen in energie-efficiënte renovatie van gebouwen, inclusief sociale woningen, en steun voor particuliere investeringen in energie-efficiëntie via subsidies. De investeringen zijn ook gericht op schone en efficiënte productie en gebruik van energie, met name door industriële sectoren, en hebben betrekking op proceselektrificatie, groene en koolstofarme waterstof als grondstof en energiedrager, CO2-afvang en -opslag met investeringen in het vervoer van CO2 en waterstof (H2) en pre-industrieel onderzoek voor industriële toepassingen die gebruik maken van H2 en CO2, netwerken voor hernieuwbare warmte, alsook infrastructuur ter vergemakkelijking van de aansluiting van offshore-windenergie op het net. Het plan draagt bij tot snellere vergroening van het vervoer door investeringen in infrastructuur voor fietsers en voetgangers, alsook openbaarvervoersdiensten, zoals groene bussen, tram- en lichtemetro-infrastructuur en efficiënter en toegankelijker spoorvervoer, inclusief infrastructuurwerken ter ondersteuning van de modal shift van de weg naar de binnenvaart en het spoor. Het plan omvat ook een hervorming van de belastingregeling voor bedrijfswagens, die gericht is op de elektrificatie van het wegvervoer, aangevuld met maatregelen om de uitrol van oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen in heel België te versnellen en het inzetten van schonere, voornamelijk elektrische busparken te ondersteunen, en met een gemoderniseerd mobiliteitsbudget ter ondersteuning van de modal shift.

(17) Het plan draagt ook in aanzienlijke mate bij tot de aanpak van de digitale transitie. Het omvat maatregelen om de digitale connectiviteit in heel België te verbeteren door verder te investeren in de ontwikkeling van supersnelle glasvezelnetwerken, en ook om 5G-uitrol en -connectiviteit mogelijk te maken. Het plan omvat aanzienlijke investeringen en hervormingen om de overheidsdiensten, met inbegrip van justitie, te digitaliseren en de interne processen en de interactie ervan met burgers en bedrijven efficiënter te maken, met name via één digitale toegangspoort en investeringen in de digitalisering van het socialezekerheidsstelsel. De digitale maatregelen in het plan zijn er ook op gericht bij te dragen tot de vermindering van de regelgevende en administratieve last, belemmeringen voor de mededinging weg te nemen en het ondernemingsklimaat te verbeteren.

(18) Er worden aanzienlijke investeringen gedaan om onderzoek en innovatie te stimuleren, met name via de invoering van efficiëntere productieprocessen op basis van opkomende energietechnologieën, de ontwikkeling van alternatieve productieprocessen in de nucleaire geneeskunde voor de behandeling van kanker en maatregelen om de cybercapaciteiten van kleine en middelgrote ondernemingen te versterken en cybercriminaliteit te bestrijden. Het plan omvat ook maatregelen ter bevordering van een circulaire economie en een beter beheer van hulpbronnen door het opzetten van nieuwe recyclinginfrastructuur om te voorzien in ontbrekende onderdelen in verschillende waardeketens en door het ontwikkelen van alternatieven voor het gebruik van schadelijke chemische stoffen en voor innovatiepartnerschappen.

Bijdrage aan het groeipotentieel, het scheppen van banen en de economische, sociale en institutionele veerkracht

(19) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt c), van Verordening (EU) 2021/241 en punt 2.3 van bijlage V bij die verordening zal het herstel- en veerkrachtplan naar verwachting een hoge impact (score A) hebben op het versterken van het groeipotentieel, de jobcreatie en de economische, sociale en institutionele veerkracht van de betrokken lidstaat, waarmee wordt bijgedragen aan de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten, onder meer door middel van de bevordering van beleid inzake kinderen en jongeren, alsmede op het verzachten van de economische en sociale gevolgen van de COVID-19-crisis en daarmee het bevorderen van de economische, sociale en territoriale cohesie en de convergentie binnen de Unie.

(20) Uit simulaties van de diensten van de Commissie blijkt dat het plan het bbp van België tegen 2026 met tussen 0,5 % en 0,9 % kan verhogen 2 . Het Belgische herstel- en veerkrachtplan omvat een groot pakket investeringen en hervormingen die naar verwachting de kwetsbaarheid van het land voor schokken zullen aanpakken en zijn economische, institutionele en sociale veerkracht zullen versterken. Hervormingen die erop gericht zijn de kwaliteit van de overheidsuitgaven te verhogen en belemmeringen voor een hogere arbeidsmarktparticipatie weg te nemen, in combinatie met aanzienlijke investeringen in renovatie van gebouwen, duurzame mobiliteit, digitalisering, opleiding en bijscholing, onderzoek, ontwikkeling en innovatie, pakken de op die gebieden vastgestelde uitdagingen aan en zullen naar verwachting het concurrentievermogen en de productiviteit van het land stimuleren en tegelijkertijd de weg effenen voor de groene transitie en de digitale transformatie van de economie.

(21) Hervormingen en investeringen in energie-efficiënte renovatie van gebouwen, opleiding en bijscholing, duurzame mobiliteit en de digitalisering van overheidsdiensten, inclusief het rechtsstelsel, zullen naar verwachting de belangrijkste bijdrage leveren aan groei en werkgelegenheid. Andere belangrijke actiegebieden zijn cyberbeveiliging en 5G, circulaire economie, decarbonisatie van de industrie met nadruk op opkomende energietechnologieën zoals de productie en het gebruik van schone waterstof, toekomstbestendige economische sectoren zoals nucleaire geneeskunde, gezondheidszorg, cultuur en waterbeheer.

(22) Het herstel- en veerkrachtplan omvat maatregelen die gericht zijn op het aanpakken van relevante uitdagingen op sociaal en werkgelegenheidsgebied die zijn vastgesteld in landspecifieke aanbevelingen en worden gemonitord via het sociaal scorebord. Deze maatregelen kunnen bijdragen tot de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten. Er zijn specifieke acties gepland om de integratie op de arbeidsmarkt te ondersteunen, met name voor kwetsbare groepen. Dit moet worden bereikt door veranderingen in de verantwoordelijkheden en de werking van de regionale openbare diensten voor arbeidsvoorziening, de modernisering ervan en het geven van individuelere ondersteuning aan kwetsbare werkzoekenden. Het plan omvat hervormingen om discriminatie op de arbeidsmarkt aan te pakken, wat vooral belangrijk is om iets te doen aan de lage arbeidsparticipatie van mensen met een migratieachtergrond. De hervormingen van de subsidieregelingen voor energie zullen naar verwachting de energiearmoede helpen verlichten, ook al wordt in het plan geen algemene strategie voorgesteld om dit probleem op te lossen. Het plan omvat ook investeringen in sociale infrastructuur, waaronder de renovatie en bouw van sociale woningen en kinderopvangfaciliteiten. Die investeringen dragen ook bij tot de sociale samenhang.

(23) Om de toegang tot de arbeidsmarkt te bevorderen en vaardighedenmismatches aan te pakken, beoogt het plan de onderwijs- en opleidingsstelsels te moderniseren, met name door investeringen in apparatuur en infrastructuur. Hervormingen en investeringen zijn erop gericht het opleidingsaanbod en de stimulansen transparanter te maken, onder meer door individuele leerrekeningen in te voeren en te investeren in onderwijs- en opleidingsinfrastructuur. Daarnaast zijn sommige maatregelen bedoeld om de digitale inclusie van kwetsbare groepen te versterken door het aanbieden van digitale apparatuur te combineren met opleiding in digitale vaardigheden.

Geen ernstige afbreuk doen

(24) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d), van Verordening (EU) 2021/241 en punt 2.4 van bijlage V bij die verordening zal het herstel- en veerkrachtplan naar verwachting waarborgen dat geen enkele erin opgenomen maatregel voor de uitvoering van hervormingen en investeringsprojecten ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen (score A) in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad 3 (het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”).

(25) De maatregelen in het Belgische herstel- en veerkrachtplan zijn getoetst aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”. België heeft een onderbouwing verstrekt overeenkomstig de technische richtsnoeren van de Europese Commissie over de toepassing van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C 58/01). Waar uit de analyse bleek dat er sprake was van een potentieel risico, werd een gedetailleerdere beoordeling uitgevoerd waarbij het ontbreken van verwachte ernstige afbreuk werd geverifieerd dan wel passende mijlpalen werden vastgesteld om die risico’s aan te pakken. Met name voor enkele maatregelen waarvoor in de toekomst oproepen tot het indienen van projecten zullen worden gedaan, zoals maatregelen op het gebied van opkomende energietechnologieën, werden passende mijlpalen in verband met deze maatregelen vastgesteld om ervoor te zorgen dat de subsidiabiliteitscriteria van de oproepen tot het indienen van projecten activiteiten uitsluiten die ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen zouden kunnen doen.

Bijdrage aan de groene transitie inclusief biodiversiteit

(26) In overeenstemming met artikel 19, lid 3, punt e), van Verordening (EU) 2021/241 en punt 2.5 van bijlage V bij die verordening bevat het herstel- en veerkrachtplan maatregelen die in hoge mate (score A) bijdragen tot de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit, of de aanpak van de daaruit voortvloeiende uitdagingen. De maatregelen ter ondersteuning van de klimaatdoelstellingen vertegenwoordigen 49,6 % van de totale toewijzing van het plan, berekend overeenkomstig de methode van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. Overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EU) 2021/241 strookt het herstel- en veerkrachtplan met de informatie in het nationale energie- en klimaatplan 2030.

(27) In totaal bevatten tien (van de zeventien) componenten maatregelen die bijdragen aan de klimaatdoelstelling. Energie-efficiënte renovaties van openbare gebouwen en particuliere en sociale woningen vormen een belangrijk onderdeel van deze bijdrage. Het plan omvat investeringen in collectief en emissiearm vervoer en een hervorming om de belastingregeling voor bedrijfswagens te vergroenen. Investeringen in O&O en innovatie, met name in technologie en infrastructuur voor alternatieve energie, waaronder waterstof, zullen naar verwachting de overgang naar een koolstofarme economie vergemakkelijken. De hervormingen en investeringen op het gebied van energie-efficiënte renovatie van gebouwen en groene mobiliteit en voertuigen zullen naar verwachting bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van België op het gebied van decarbonisatie en energietransitie, zoals uiteengezet in het nationale energie- en klimaatplan 2030.

(28) Wat de milieudimensie betreft, zal het plan naar verwachting rechtstreeks bijdragen tot het behoud van de biodiversiteit via investeringen in beschermde gebieden, ecologische hersteloperaties, groene infrastructuur, veerkrachtiger bosbeheer en de aanleg van wetlands. De uitvoering van deze maatregelen zal naar verwachting een blijvend effect hebben op de CO2-opslag en samen met waterbeheersmaatregelen de aanpassing aan klimaatverandering versterken. Met andere investeringen in recyclinginfrastructuur, steun voor projecten op het gebied van ecologisch ontwerp en een optimaal gebruik van materialen wordt beoogd de circulaire economie in België te versterken.

Bijdrage aan de digitale transitie

(29) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt f), van Verordening (EU) 2021/241 en punt 2.6 van bijlage V bij die verordening bevat het herstel- en veerkrachtplan maatregelen die in hoge mate (score A) bijdragen tot de digitale transitie of de aanpak van de daaruit voortvloeiende uitdagingen. De maatregelen ter ondersteuning van digitale doelstellingen vertegenwoordigen 26,6 % van het totale voor het plan toegewezen bedrag dat is berekend volgens de methode van bijlage VII bij Verordening (EU) 2021/241.

(30) Al met al bevatten elf (van de zeventien) componenten maatregelen die naar verwachting met een brede, transversale aanpak zullen bijdragen aan de digitaletransitiedoelstelling. Het plan bevat cruciale hervormingen op federaal en gewestelijk niveau die beogen knelpunten in de regelgeving voor de uitrol van 5G en netwerken met een zeer hoge capaciteit, zoals glasvezel, weg te nemen. Het plan omvat ook overheidsinvesteringen op het gebied van connectiviteit, zoals de uitrol van glasvezel in bepaalde witte zones en betere connectiviteit van scholen in het Waals Gewest. De uitvoering van de connectiviteitstoolbox wordt in het plan gemonitord. Belangrijke investeringen en hervormingen in het plan zijn gericht op e-overheid in alle entiteiten, inclusief de modernisering van de verouderde digitale infrastructuur, het systeem voor het beheer van gerechtelijke dossiers en de netwerkbeveiliging van het gerechtelijk apparaat. Verwacht wordt dat het plan het opendatagebruik van overheden bevordert. Andere investeringen zijn gericht op de digitalisering van specifieke sectoren zoals gezondheidszorg, toerisme, vervoer, energie, media en cultuur. Het plan wil zorgen voor scholen met betere digitale uitrusting en connectiviteit in heel België. De investeringen in het plan zullen naar verwachting ook bijdragen aan een betere algemene cyberweerbaarheid en -beveiliging. Bovendien bevordert het plan een mensgericht gebruik van kunstmatige intelligentie.

(31) Er zijn ook maatregelen om de problemen op het gebied van de digitale vaardigheden van de bevolking aan te pakken, die met name gericht zijn op grotere digitale inclusie, alsook op digitale omscholing en bijscholing van de beroepsbevolking om tekorten weg te werken en de integratie op de arbeidsmarkt te bevorderen. Voorts zal het plan naar verwachting ook de digitale prestaties van jongeren in het basis-, secundair en hoger onderwijs helpen verbeteren. Er zijn hervormingen en investeringen die ondernemingen helpen de vruchten van de digitale transitie te plukken door de ontwikkeling van een digitale en technologische innovatiehub en investeringen in O&O op digitaal gebied. Het plan omvat ook enkele maatregelen ter vergroening van de digitale sector.

Blijvende effecten

(32) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt g), van Verordening (EU) 2021/241 en deel 2.7 van bijlage V bij die verordening zal het herstel- en veerkrachtplan naar verwachting in hoge mate een blijvend effect sorteren voor België (score A).

(33) Het plan bevat investeringen die naar verwachting een blijvend effect zullen hebben en de groene en digitale transitie van de economie zullen ondersteunen. De digitale maatregelen in het plan zijn onder meer bedoeld om het digitaliseringsniveau van de betrokken instellingen te verhogen, wat naar verwachting een blijvend effect zal hebben op de kwaliteit van de diensten, het ondernemingsklimaat en het optimale gebruik van overheidsgegevens. Dit betreft essentiële gebieden zoals het rechtsstelsel, de sociale zekerheid, de gezondheidzorg, de cyberveerkracht van het land of platforms om de interactie tussen overheidsdiensten en burgers of bedrijven te verbeteren. Het plan draagt er voorts toe bij dat de doelstelling om 3 % van het bbp te besteden aan O&O-investeringen zal worden bereikt, en dat de productiviteit wordt verhoogd. Relevante investeringen en beleidsmaatregelen zoals die om de economie koolstofvrij te maken, onder meer door de energie-efficiëntie ervan te verbeteren en digitale infrastructuur uit te rollen die beantwoordt aan de stand van de techniek, zullen naar verwachting bijdragen tot de verbetering van het concurrentievermogen en het groeipotentieel van het land.

(34) Al bij al zullen de in het plan voorgestelde hervormingen naar verwachting bijdragen tot de aanpak van de belangrijkste uitdagingen van België en een effect hebben op lange termijn, ook al zal voor sommige hervormingen, zoals die van het pensioenstelstel, de grootte van het effect afhangen van de tenuitvoerlegging van de hervormingen. De hervormingen die verband houden met de kwaliteit van de overheidsuitgaven, de arbeidsmarktparticipatie en het wegnemen van knelpunten voor de uitrol van 5G zullen naar verwachting effect hebben op lange termijn. Op belastinggebied zal de hervorming van de regeling voor bedrijfswagens waarschijnlijk bijdragen tot de decarbonisatie van het vervoer. In het plan wordt wel verwezen naar een voorstel voor een brede belastinghervorming, die een belangrijk effect kan hebben op prikkels die werken ontmoedigen en op de groene transitie, maar een vaste verbintenis om dat voorstel goed te keuren ontbreekt. Het blijvende effect van het plan kan ook worden vergroot aan de hand van synergieën tussen het plan en andere door de fondsen van het cohesiebeleid gefinancierde programma’s, met name door de diepgewortelde territoriale uitdagingen grondig aan te pakken en een evenwichtige ontwikkeling te bevorderen.

Monitoring en uitvoering

(35) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt h), van Verordening (EU) 2021/241 en deel 2.8 van bijlage V bij die verordening zijn de in het herstel- en veerkrachtplan voorgestelde regelingen passend (score A) om te zorgen voor een doeltreffende monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het beoogde tijdschema en de beoogde mijlpalen en streefdoelen alsmede de bijbehorende indicatoren.

(36) De governancestructuur en organisatorische regelingen die de Belgische autoriteiten voor de uitvoering van het Belgische plan hebben voorgesteld, zorgen ervoor dat de verantwoordelijke actoren betrokken zijn bij het toezicht op, de rapportage over en de administratieve follow-up van de hervormingen en investeringen die onder hun verantwoordelijkheid vallen. Voor interfederale coördinatie tussen de betrokken entiteiten wordt op zowel politiek als administratief niveau gezorgd. De door de Belgische autoriteiten beschreven monitoring van indicatoren is duidelijk en uitgebreid genoeg om ervoor te zorgen dat de voltooiing ervan kan worden getraceerd en geverifieerd. De mijlpalen en streefdoelen vormen meestal de belangrijkste elementen van de maatregelen en kunnen als zodanig als relevant voor de uitvoering ervan worden beschouwd. De in het plan beschreven verificatiemechanismen, gegevensverzameling en verantwoordelijkheden lijken robuust genoeg om de uitbetalingsverzoeken, na voltooiing van de mijlpalen en streefdoelen, op adequate wijze te rechtvaardigen. De mijlpalen en streefdoelen zijn ook relevant voor reeds voltooide maatregelen die in aanmerking komen overeenkomstig artikel 17, lid 2, van de verordening. Om een betalingsverzoek te kunnen rechtvaardigen, moeten deze mijlpalen en streefdoelen in de loop van de tijd op bevredigende wijze worden bereikt.

(37) De lidstaten moeten zorgen voor communicatie en erkenning van de financiële steun in het kader van de faciliteit, overeenkomstig artikel 34 van Verordening (EU) 2021/241. In het kader van het instrument voor technische ondersteuning kunnen de lidstaten om technische ondersteuning bij de uitvoering van hun plan verzoeken.

Kostenberekening

(38) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt i), van Verordening (EU) 2021/241 en deel 2.9 van bijlage V bij die verordening is de in het plan verstrekte motivering voor het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan in redelijke mate (score B) redelijk en aannemelijk, strookt het met het kostenefficiëntiebeginsel en staan de kosten in verhouding tot de verwachte nationale economische en sociale gevolgen.

(39) De informatie en het bewijsmateriaal over de kostenberekening in het plan is over het geheel genomen gedetailleerd en duidelijk voor het merendeel van de maatregelen. Voor het overgrote deel van de maatregelen is er voldoende gedetailleerde informatie en uitgebreid bewijsmateriaal dat de geraamde totale kosten van het plan redelijk en aannemelijk zijn. In de meeste gevallen heeft België informatie verstrekt over actuele investeringsprojecten of soortgelijke investeringsprojecten uit het verleden of over vergelijkende gegevens voor de belangrijkste kostenfactoren waarmee de meeste kostenramingen kunnen worden onderbouwd. Voor de meeste projecten bevat de informatie over de kostenberekening duidelijke bewijsstukken of relevante referenties ter rechtvaardiging van referentiekosten per eenheid. Niettemin zijn de specificiteit en relevantie van de verstrekte kostenonderbouwingen niet uniform in het hele plan. Voor bepaalde maatregelen had nadere informatie met gedetailleerdere ramingen en onderbouwingen kunnen zorgen voor een grotere mate van zekerheid dat de kosten redelijk en aannemelijk zijn. Tot slot stroken de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan met het beginsel van kostenefficiëntie en met de verwachte nationale economische en sociale impact.

Bescherming van financiële belangen

(40) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt j), van Verordening (EU) 2021/241 en deel 2.10 van bijlage V bij die verordening zijn de in het herstel- en veerkrachtplan voorgestelde regelingen en de in dit besluit vermelde aanvullende maatregelen passend (score A) om corruptie, fraude en belangenconflicten bij het gebruik van de financiële middelen die op grond van deze verordening zijn verstrekt, te voorkomen, op te sporen en recht te zetten, en wordt verwacht dat de regelingen daadwerkelijk dubbele financiering in het kader van de verordening en andere Unieprogramma’s zullen voorkomen. Dit doet geen afbreuk aan de toepassing van andere instrumenten om de naleving van de EU-wetgeving te bevorderen en af te dwingen, met inbegrip van instrumenten om corruptie, fraude en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te verhelpen en om de Uniebegroting te beschermen overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 van het Europees Parlement en de Raad.

(41) Het plan beschrijft op passende wijze het voor de uitvoering ervan opgezette systeem. Het algemene kader vormt een robuust internecontrolesysteem waarbij aan de betrokken bevoegde entiteiten duidelijke rollen en verantwoordelijkheden worden toegekend. Op federaal niveau coördineert de staatssecretaris voor Relance en Strategische Investeringen de uitvoering van het plan, terwijl het toezicht op politiek niveau wordt verricht door de interministeriële conferentie en op administratief niveau door het interfederale Toezichtscomité. Het Belgische plan noemt de verschillende instanties die zijn belast met de uitvoering, monitoring en controle van de projecten in elk van de zes entiteiten (de federale staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschap en Duitstalige Gemeenschap).

(42) Elke entiteit is verantwoordelijk voor het verzamelen van de gegevens over de projecten die onder haar verantwoordelijkheid vallen en voor de regelmatige actualisering van de voortgang ervan in haar monitoringinstrumenten. De aangewezen entiteiten zijn ook belast met de audit van EU-middelen onder gedeeld beheer en zijn onafhankelijk van de entiteiten die het plan uitvoeren. Het plan beschrijft de verschillende controleprocedures van elke entiteit voor het voorkomen, opsporen en rechtzetten van fraude, corruptie en belangenconflicten bij het gebruik van de op grond van Verordening (EU) 2021/241 verstrekte financiële middelen.

(43) Al met al worden de door België in het herstel- en veerkrachtplan voorgestelde regelingen voor het voorkomen, opsporen en rechtzetten van fraude, corruptie en belangenconflicten bij het gebruik van de financiële middelen die afkomstig zijn van de faciliteit, waaronder regelingen die gericht zijn op het voorkomen van dubbele financiering van de faciliteit en andere Unieprogramma’s, als passend beoordeeld, mits de mijlpalen met betrekking tot een register voor monitoring van de uitvoering van de faciliteit en passende coördinatieregelingen om dubbele financiering te voorkomen, vóór het eerste betalingsverzoek zijn verwezenlijkt.

Samenhang van het plan

(44) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt k), van Verordening (EU) 2021/241 en deel 2.11 van bijlage V bij die verordening bevat het plan in redelijke mate (score B) maatregelen voor de tenuitvoerlegging van hervormingen en openbare investeringsprojecten die coherente acties vormen.

(45) Het plan bevat een reeks hervormingen en investeringen om het herstel van de Belgische economie te stimuleren, bij te dragen aan de groene en digitale transitie ervan en de veerkracht ervan te vergroten op weg naar een duurzamere en inclusievere groei. De in het plan opgenomen individuele maatregelen stroken met de aangekondigde overkoepelende doelstellingen. Het plan bevat geen inconsistenties of tegenstrijdigheden tussen de inhoud van de verschillende componenten. Sommige maatregelen versterken elkaar en vullen elkaar aan, ook over verschillende overheidsniveaus. Het potentieel van sommige investeringen had echter verder kunnen worden versterkt door verdergaande aanvullende hervormingen. Hoewel het plan een aantal investeringen en hervormingen bevat die gericht zijn op energie-efficiënte renovatie van gebouwen, is er bijvoorbeeld geen vaste toezegging om het energiebelastingstelsel te hervormen om meer investeringen in energie-efficiëntie bij de renovatie van gebouwen te stimuleren. Het plan ondersteunt de uitrol van groene waterstof, maar voorziet slechts in beperkte steun voor het verhogen van de productie van hernieuwbare energie. De maatregelen ter verhoging van de werkgelegenheid en ter verbetering van de arbeidsmarktprestaties gaan niet gepaard met concrete maatregelen om prikkels in het belastingstelsel die werken ontmoedigen, te verminderen.

Gelijkheid

(46) Het plan bevat een aantal maatregelen die naar verwachting zullen bijdragen tot het aanpakken van de uitdagingen op het gebied van gendergelijkheid en gelijke kansen voor iedereen. Het Belgische Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen is van mening dat 52 % van de investeringsmaatregelen in het plan een potentieel positief effect op gendergelijkheid zal hebben. Hierbij gaat het om maatregelen om het voor vrouwen aantrekkelijker te maken een studie te kiezen op het gebied van wetenschappen, technologie, ingenieurswetenschappen en wiskunde en om de arbeidsparticipatie van vrouwen te verhogen. Hoewel in het plan geen alomvattende en holistische aanpak van kwetsbare groepen wordt gedefinieerd, komt de doelstelling van gelijke kansen voor iedereen tot uiting in de maatregelen op verscheidene beleidsgebieden van het plan, zoals onderwijs, sociale huisvesting, arbeidsmarktinclusie, mobiliteit en digitale inclusie. Hierbij gaat het om hervormingen van het regelgevingskader voor discriminatietests en de beschikbare instrumenten en kennis bij overheidsdiensten die kunnen bijdragen tot een hogere arbeidsparticipatie van mensen met een migratieachtergrond. Andere relevante maatregelen omvatten investeringen die naar verwachting de toegankelijkheid van spoorwegstations voor personen met beperkte mobiliteit zullen verbeteren en investeringen in sociale woningen die zijn uitgerust met assistentietechnologieën, om zelfstandig wonen te ondersteunen voor personen met een handicap en ouderen.

Zelfbeoordeling van de beveiliging

(47) Er is geen zelfbeoordeling van de beveiliging voorgelegd omdat België dit niet passend achtte overeenkomstig artikel 18, lid 4, punt g), van Verordening (EU) 2021/241.

Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten

(48) Het plan bevat een aantal investeringsmaatregelen die een aanzienlijke grensoverschrijdende dimensie hebben en in de lijn liggen van de doelstellingen van de geactualiseerde Europese industriestrategie. Een aanzienlijk aandeel van de investeringen (op federaal, Vlaams en Waals niveau) die samen focussen op de ondersteuning van een industriële waardeketen op het gebied van waterstof, moeten deel uitmaken van de geplande bredere grensoverschrijdende belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI) op het gebied van waterstof. Evenzo moet het investeringsproject “Backbone for H2 and CO2” van het federale niveau leiden tot interconnecties met buurlanden van de eerste H2- en CO2-transportnetwerken die in het kader van het plan worden aangelegd. Bovendien is de investeringsmaatregel “Offshore energie-eiland” van het federale niveau gericht op de ontwikkeling van een multifunctionele offshore-energiehub (“energie-eiland”) in de Noordzee, die onder meer tot doel heeft de integratie en invoer van meer hernieuwbare energie in en rond de Noordzee te vergemakkelijken door te zorgen voor verbindingen met andere landen of regio’s. Een maatregel ter versterking van O&O is ten slotte gericht op financiering van de deelname van bedrijven in het Vlaams Gewest aan het IPCEI inzake micro-elektronica.

Raadplegingsproces

(49) In het plan wordt beschreven dat België tijdens het goedkeuringsproces een breed scala aan belanghebbenden heeft geraadpleegd om het nationale draagvlak van het plan te vergroten. Op federaal niveau is een groot aantal belanghebbenden geraadpleegd, waaronder sociale partners, het maatschappelijk middenveld en het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. De federale regering heeft een raadgevend comité ingesteld, bestaande uit de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven en de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, dat de sociale partners en het maatschappelijk middenveld (milieuorganisaties, organisaties voor ontwikkelingssamenwerking, consumentenorganisaties, jongerenorganisaties en de academische wereld) bijeenbrengt en dat advies heeft verstrekt in verschillende stadia van de voorbereiding van het plan. Bovendien is het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen geraadpleegd om het effect van het plan op gendergelijkheid te beoordelen en aanbevelingen te formuleren. De regeringen van gewesten en gemeenschappen hebben de sociale partners over hun hervormings- en investeringsprojecten geraadpleegd en overleg gepleegd met de gewestelijke parlementen.

(50) België verbindt zich ertoe om tijdens de uitvoering van het plan te blijven samenwerken met de sociale partners en het maatschappelijk middenveld. Om voldoende draagvlak bij de relevante actoren te waarborgen, is het van cruciaal belang dat alle betrokken regionale en lokale autoriteiten en belanghebbenden, met inbegrip van de sociale partners, bij de in het plan opgenomen investeringen en hervormingen worden betrokken gedurende de volledige uitvoering ervan.

Positieve beoordeling

(51) Na de positieve beoordeling van het Belgische herstel- en veerkrachtplan door de Commissie, met de bevinding dat het plan op bevredigende wijze voldoet aan de in Verordening (EU) 2021/241 vastgestelde beoordelingscriteria overeenkomstig artikel 20, lid 2, en bijlage V bij die verordening, moeten bij dit besluit de voor de uitvoering van het plan noodzakelijke hervormings- en investeringsprojecten worden vastgelegd alsmede de relevante mijlpalen, streefdoelen en indicatoren en het bedrag dat door de Unie ter beschikking wordt gesteld voor de uitvoering van het plan in de vorm van niet-terugbetaalbare financiële steun.

Financiële bijdrage

(52) De geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan van België bedragen 5 924 952 328 EUR. Aangezien het herstel- en veerkrachtplan op bevredigende wijze voldoet aan de beoordelingscriteria van Verordening (EU) 2021/241 en aangezien voorts het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan (iets) hoger is dan de maximale financiële bijdrage die voor België beschikbaar is, moet de aan het herstel- en veerkrachtplan van België toegewezen financiële bijdrage gelijk zijn aan het totale bedrag van de financiële bijdrage die beschikbaar is voor België/het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan.

(53) Overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 moet de berekening van de maximale financiële bijdrage voor België uiterlijk 30 juni 2022 worden bijgewerkt. Overeenkomstig artikel 23, lid 1, van die verordening moet nu een bedrag voor België ter beschikking worden gesteld voor een juridische verbintenis op uiterlijk 31 december 2022. Indien noodzakelijk moet de Raad na het bijwerken van de maximale financiële bijdrage op voorstel van de Commissie dit besluit wijzigen om onverwijld de bijgewerkte maximale financiële bijdrage daarin op te nemen.

(54) De te verstrekken steun wordt gefinancierd met leningen die de Commissie namens de Unie aangaat op basis van artikel 5 van Besluit (EU, Euratom) 2020/2053 van de Raad. De steun moet worden uitbetaald in termijnen zodra België de desbetreffende mijlpalen en streefdoelen die zijn vastgesteld in verband met de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, op bevredigende wijze heeft verwezenlijkt.

(55) België heeft verzocht om voorfinanciering van 13 % van de financiële bijdrage. Dat bedrag moet ter beschikking van België worden gesteld onder voorbehoud van de inwerkingtreding en in overeenstemming met de financieringsovereenkomst bedoeld in artikel 23, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241.

(56) Dit besluit moet de uitkomst onverlet laten van eventuele procedures met betrekking tot de toekenning van middelen van de Unie in het kader van andere programma’s van de Unie dan Verordening (EU) 2021/241 of van eventuele procedures met betrekking tot verstoringen van de werking van de interne markt, met name uit hoofde van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag. Het doet geen afbreuk aan het vereiste dat de lidstaten, uit hoofde van artikel 108 van het Verdrag, de Commissie op de hoogte brengen van voorgenomen steunmaatregelen.