Overwegingen bij COM(2006)500 - Wijziging en correctie van Verordening (EG) nr. 1782/2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) Bij Verordening (EG) nr. 1782/2003[12] zijn gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en bepaalde steunregelingen voor landbouwers vastgesteld.

(2) Op grond van artikel 42, lid 8, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 mogen toeslagrechten die zijn verleend met gebruikmaking van de nationale reserve, niet worden overgedragen, behoudens in gevallen van vererving. In gevallen van fusies en splitsingen is het ook dienstig landbouwers toe te staan uit de nationale reserve toegewezen toeslagrechten in de resulterende nieuwe onderneming(en) in te brengen.

(3) De ervaring toont dat de subsidiabiliteitsvoorschriften voor landbouwarealen bij ontkoppelde inkomenssteun niet ingewikkeld hoeven te zijn. Het is met name dienstig de subsidiabiliteitsvoorschriften in het kader van de bedrijfstoeslagregeling voor met olijfbomen beplante landbouwarealen te vereenvoudigen.

(4) Momenteel zijn bepaalde lidstaten, waaronder Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije (“de nieuwe lidstaten”) die de regeling inzake een enkele araalbetaling toepassen, van de communautaire steun voor energiegewassen uitgesloten. Bij de herziening van de regeling voor energiegewassen overeenkomstig artikel 92 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 is gebleken dat de steun voor energiegewassen vanaf 2007 tot alle lidstaten onder dezelfde voorwaarden moet worden uitgebreid. Het is derhalve dienstig het gegarandeerde maximumareaal verhoudingsgewijs te verhogen, de voor de invoering van steunregelingen in de nieuwe lidstaten vastgestelde toenameregeling niet te laten gelden voor de regeling voor energiegewassen, en de voorschriften voor de regeling inzake een enkele areaalbetaling te wijzigen.

(5) Teneinde het belang van meerjarige energiegewassen te versterken en de toename van de productie ervan te stimuleren, dienen de lidstaten te worden gemachtigd nationale steun toe te kennen tot een maximum van 50% van de aanplantkosten van meerjarige energiegewassen voor arealen waarvoor een steunaanvraag voor energiegewassen is ingediend.

(6) Telers van suikerbieten en suikerriet in de nieuwe lidstaten ontvangen sinds de toetreding prijssteun in het kader van Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker[13]. Het is derhalve dienstig te bepalen dat de in hoofdstuk 10 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 vastgestelde communautaire steun voor telers van suikerbieten en suikerriet met ingang van de dag waarop deze steun van toepassing wordt, niet onder de in artikel 143 bis van die verordening vastgestelde toenameregeling valt.

(7) De ervaring toont dat de regeling inzake een enkele areaalbetaling een doeltreffend en eenvoudig systeem is voor de toekenning van ontkoppelde inkomenssteun voor landbouwers. Met het oog op vereenvoudiging dienen de lidstaten in de mogelijkheid te worden gesteld dit systeem tot en met eind 2010 te blijven toepassen. Het lijkt evenwel niet aangewezen lidstaten die de regeling inzake een enkele areaalbetaling toepassen, ook nog na 2008 vrij te stellen van de verplichting om de uit de regelgeving voortvloeiende beheerseisen op te nemen in de randvoorwaarden. Teneinde bepaalde plattelandsontwikkelingsmaatregelen met deze niet-verlenging in overeenstemming te brengen, dient hier in artikel 51 van Verordening (EG) nr. 1698/2005[14] rekening mee te worden gehouden.

(8) In normale omstandigheden kunnen landbouwers zelf de voorwaarden overeenkomen voor de overdracht van het bedrijf (of een deel daarvan) dat de afzonderlijke suikerbetaling heeft ontvangen. In het geval van vererving is het evenwel dienstig te bepalen dat de erfgenaam de afzonderlijke suikerbetaling ontvangt.

(9) De Verordeningen (EG) nr. 1782/2003 en (EG) nr. 1698/2005 moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(10) Bij Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad van 30 januari 2006 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie[15] is bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 gewijzigd. Als gevolg van een vergissing is in de rijen “olijfolie” en “hop” geen rekening gehouden met de wijzigingen in die bijlage die zijn aangebracht bij Verordening (EG) nr. 2183/2005 van de Commissie van 22 december 2005 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 795/2004 houdende bepalingen voor de uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad[16]. Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 moet derhalve dienovereenkomstig worden gecorrigeerd met ingang van de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 2183/2005.