Overwegingen bij COM(2018)94 - Uitgifte van gedekte obligaties en het overheidstoezicht op gedekte obligaties

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) In artikel 52, lid 4, van Richtlijn 2009/65/EG van het Europees Parlement en de Raad 19 worden zeer algemene voorwaarden vastgesteld voor de structurele elementen van gedekte obligaties. Die voorwaarden blijven beperkt tot de eis dat gedekte obligaties worden uitgegeven door een kredietinstelling waarvan de statutaire zetel in een lidstaat gevestigd is en die is onderworpen aan speciaal overheidstoezicht en aan een mechanisme met dubbele zekerheidsrechten (dual recourse). Nationale raamwerken voor gedekte obligaties gaan nader in op deze punten en regelen die ook veel meer in detail. Die nationale raamwerken bevatten ook andere structurele bepalingen, met name regels met betrekking tot de samenstelling van de dekkingspool (cover pool), de criteria voor de beleenbaarheid van activa, de mogelijkheid om activa te poolen, de transparantie- en rapportageverplichtingen, en de regels inzake het limiteren van liquiditeitsrisico's. Ook zijn er in de benadering van de lidstaten ten aanzien van regulering inhoudelijke verschillen. In diverse lidstaten bestaat er geen specifieke nationaal raamwerk voor gedekte obligaties. Daardoor zijn de essentiële structurele elementen waaraan in de Unie uitgegeven gedekte obligaties moeten voldoen, nog niet vastgelegd in Unierecht.

(2) Met artikel 129 van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad 20 zijn verdere voorwaarden toegevoegd aan de voorwaarden in artikel 52, lid 4, van Richtlijn 2009/65/EG om ten aanzien van kapitaalvereisten een preferentiële prudentiële behandeling te krijgen, waardoor kredietinstellingen die in gedekte obligaties beleggen, minder kapitaal hoeven aan te houden dan wanneer zij in andere activa beleggen. Hoewel met die aanvullende voorwaarden het niveau van de harmonisatie van gedekte obligaties binnen de Unie wordt verhoogd, zijn zij specifiek bedoeld om de voorwaarden vast te stellen waarop beleggers een dergelijke preferentiële behandeling kunnen krijgen, en zijn zij niet van toepassing buiten het kader van Verordening (EU) nr. 575/2013.

(3) Ook in andere instrumenten van Unierecht, zoals Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/61 van de Commissie 21 , Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 van de Commissie 22 en Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad 23 , wordt naar de definitie in Richtlijn 2009/65/EG verwezen als het ijkpunt om te bepalen welke gedekte obligaties de in die handelingen voor beleggers in gedekte obligaties uitgewerkte preferentiële behandeling kunnen krijgen. Toch verschilt de formulering van die handelingen afhankelijk van de doelstelling en het onderwerp ervan en wordt het begrip 'gedekte obligaties' dus niet coherent gebruikt.

(4) De behandeling van gedekte obligaties kan al bij al als geharmoniseerd gelden waar het gaat om de voorwaarden voor het beleggen in gedekte obligaties. Er is evenwel een gebrek aan harmonisatie in de Unie wat betreft de voorwaarden voor de uitgifte van gedekte obligaties en dit heeft diverse gevolgen. In de eerste plaats wordt preferentiële behandeling gelijkelijk toegekend aan instrumenten die kunnen verschillen van aard en van niveau van risico en beleggersbescherming. In de tweede plaats doet het bestaan van verschillende nationale raamwerken (of het ontbreken daarvan) obstakels ontstaan voor de uitbouw van een daadwerkelijk geïntegreerde interne markt voor gedekte obligaties op basis van een gezamenlijk overeengekomen definitie die kan zorgen voor een passend niveau van beleggersbescherming. In de derde plaats kunnen de verschillen in de garanties die nationale voorschriften bieden, een risico voor de financiële stabiliteit doen ontstaan wanneer gedekte obligaties met een uiteenlopend niveau van beleggersbescherming als zodanig in de hele Unie kunnen worden gekocht en op grond van Verordening (EU) nr. 575/2013 en andere Uniewetgeving een preferentiële prudentiële behandeling kunnen krijgen.

(5) Daarom dienen nationale regelingen te worden geharmoniseerd om te zorgen voor een soepele en voortdurende ontwikkeling van goed functionerende markten voor gedekte obligaties in de Unie en om eventuele risico's en kwetsbare punten wat betreft financiële stabiliteit te beperken. Deze principles-based-harmonisatie moet voor een gemeenschappelijke uitgangssituatie zorgen bij de uitgifte van alle gedekte obligaties in de Unie. Harmonisatie vereist dat alle lidstaten raamwerken voor gedekte obligaties vaststellen, die ook moeten helpen om markten voor gedekte obligaties uit te bouwen in lidstaten waar dit soort markt momenteel nog niet bestaat. Een dergelijke markt kan een stabiele financieringsbron vormen voor kredietinstellingen die op basis daarvan meer mogelijkheden zouden hebben om betaalbare hypotheekleningen te verstrekken aan consumenten en bedrijven en die veiligere beleggingen beschikbaar zouden kunnen stellen aan beleggers.

(6) Het Europees Comité voor systeemrisico's (hierna 'ESRB' genoemd) heeft een aanbeveling uitgebracht 24 waarin het nationale bevoegde autoriteiten en de Europese Bankautoriteit (hierna 'EBA' genoemd) uitnodigt om goede praktijken met betrekking tot gedekte obligaties te identificeren en de harmonisatie van nationale kaders aan te moedigen. Ook deed het de aanbeveling dat EBA het optreden van nationale toezichthouders zou coördineren, en met name met betrekking tot de kwaliteit en de afzondering van de dekkingspools, bescherming van gedekte obligaties tegen faillissement, de aan activa en verplichtingen verbonden risico's die van invloed zijn op dekkingspools, en de openbaarmaking van de samenstelling van dekkingspools. Voorts wordt EBA in de aanbeveling opgeroepen om het functioneren van de markt voor gedekte obligaties gedurende een periode van twee jaar te monitoren aan de hand van de door EBA onderscheiden goede praktijken, om na te gaan of er wetgevingsinitiatieven nodig zijn en om aan ESRB en de Commissie verslag te doen over die noodzaak.

(7) De Commissie heeft, in overeenstemming met artikel 503, lid 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013, in december 2013 een call for advice aan EBA gericht.

(8) In reactie op zowel de ESRB-aanbeveling van 20 december 2012 als de call for advice van de Commissie van december 2013 heeft EBA op 1 juli 2014 een rapport gepubliceerd 25 . In dat rapport wordt grotere convergentie aanbevolen van nationale wetgevings-, regulerings- en toezichtsraamwerken voor gedekte obligaties, als verdere ondersteuning voor het bestaan van één preferentiële behandeling van de risicoweging voor gedekte obligaties in de Unie.

(9) Zoals ESRB voor ogen stond, heeft EBA het functioneren van de markt voor gedekte obligaties gedurende twee jaar gemonitord aan de hand van de in die aanbeveling beschreven goede praktijken. Op basis daarvan heeft EBA op 20 december 2016 een tweede rapport over gedekte obligaties doen toekomen aan ESRB, de Raad en de Commissie 26 . De conclusie van dat rapport was dat verdere harmonisatie noodzakelijk was met het oog op meer coherentie in de definities van en de behandeling door het toezicht van gedekte obligaties in de Unie. Voorts is in het rapport geconcludeerd dat harmonisatie diende voort te bouwen op goed functionerende markten zoals die vandaag in sommige lidstaten bestaan.

(10) Gedekte obligaties worden traditioneel uitgegeven door kredietinstellingen. Het inherente karakter van het instrument is te zorgen voor financiering voor leningen en een van de kernactiviteiten van kredietinstellingen is het op grote schaal verstrekken van leningen. Bijgevolg wordt door Uniewetgeving waarmee een preferentiële behandeling aan gedekte obligaties wordt toegekend, verlangd dat deze gedekte obligaties door kredietinstellingen worden uitgegeven.

(11) Het feit dat de uitgifte van gedekte obligaties aan kredietinstellingen is voorbehouden, garandeert dat de emittent over de nodige kennis beschikt om het kredietrisico met betrekking tot de leningen in de dekkingspool te beheren. Voorts is dit een garantie dat voor de emittent kapitaalvereisten gelden die de basis vormen voor de beleggersbescherming van het mechanisme met dubbele zekerheidsrechten, waardoor de belegger zowel op de emittent van de gedekte obligaties als op de activa in de dekkingspool een vordering heeft. Door de uitgifte van gedekte obligaties te beperken tot kredietinstellingen, wordt ervoor gezorgd dat gedekte obligaties een veilig en doeltreffend financieringsinstrument blijven, hetgeen bijdraagt tot beleggersbescherming en financiële stabiliteit, twee belangrijke beleidsdoelstellingen van algemeen belang. Een en ander zou ook aansluiten bij de benadering van goed functionerende nationale markten waar alleen kredietinstellingen gedekte obligaties mogen uitgeven.

(12) Daarom is het passend dat alleen kredietinstellingen in de zin van artikel 4, lid 1, punt 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013 gedekte obligaties kunnen uitgeven op grond van Unierecht. Het hoofddoel van deze richtlijn is de voorwaarden te regelen waarop die kredietinstellingen gedekte obligaties mogen uitgeven als financieringsinstrument, door de productvereisten en het specifieke producttoezicht vast te stellen waaraan zij onderworpen zijn, om zodoende een hoog niveau aan beleggersbescherming te verzekeren.

(13) Het bestaan van een mechanisme met dubbele zekerheidsrechten is een essentieel concept en onderdeel van talrijke bestaande nationale raamwerken voor gedekte obligaties. Het is ook een kernelement van gedekte obligaties als bedoeld in artikel 52, lid 4, van Richtlijn 2009/65/EG. Daarom dient dat concept nader te worden uitgewerkt zodat beleggers in de hele Unie op geharmoniseerde voorwaarden zowel op de emittent van de gedekte obligaties als op de activa in de dekkingspool een vordering hebben.

(14) Vrijwaring van faillissement dient ook een essentieel aspect van gedekte obligaties te zijn, om ervoor te zorgen dat de beleggers in gedekte obligaties op de vervaldag van de obligatie worden terugbetaald. Automatische versnelling van terugbetaling bij wanbetaling van de emittent kan de rangorde verstoren van de partijen die in gedekte obligaties hebben belegd, en daarom is het belangrijk ervoor te zorgen dat beleggers in gedekte obligaties worden terugbetaald in overeenstemming met het contractuele aflossingsschema, ook in het geval van wanbetaling. Vrijwaring van faillissement houdt dus rechtstreeks verband met het mechanisme met dubbele zekerheidsrechten en dient daarom ook een van de hoekstenen van het raamwerk voor gedekte obligaties te zijn.

(15) Een andere hoeksteen van bestaande nationale raamwerken voor gedekte obligaties is het feit dat activa die als zekerheid dienen, van zeer hoge kwaliteit dienen te zijn, om zeker te zijn dat de dekkingspool robuust is. Activa van hoge kwaliteit worden gekenmerkt door het feit dat zij specifieke kenmerken hebben waardoor zij in aanmerking komen om de aan de gedekte obligatie verbonden vorderingen te dekken. Derhalve is het passend om de algemene kwaliteitskenmerken te bepalen waaraan activa dienen te voldoen om beleenbaar te zijn. De in artikel 129, lid 1, punt a) tot en met g), van Verordening (EU) nr. 575/2013 genoemde activa dienen, binnen een raamwerk voor gedekte obligaties, te worden beschouwd als in aanmerking komend om als zekerheid te dienen in de dekkingspool, evenals leningen waarbij openbare bedrijven in de zin van artikel 2, onder b), van Richtlijn 2006/111/EG van de Commissie betrokken zijn, maar ook andere activa van een vergelijkbaar hoge kwaliteit kunnen op grond van de richtlijn als beleenbaar worden beschouwd, op voorwaarde dat het mogelijk is ofwel de marktwaarde ervan of de hypotheekwaarde ervan te bepalen. Voorts dient de richtlijn regels te bevatten om te verzekeren dat activa, met inbegrip van gegarandeerde leningen, via een afdwingbare beschermingsovereenkomst opnieuw kunnen worden opgeëist of vervroegd afgelost, hetzij in de vorm van een traditionele hypotheek of door een pandrecht, retentierecht of garantie die dezelfde mate van juridische bescherming bieden - en dus beleggers dezelfde mate van zekerheid garanderen. Die bepalingen over de beleenbaarheidsvoorwaarden van activa mogen voor lidstaten echter geen beletsel zijn om in hun nationale raamwerken andere categorieën activa als zekerheid te laten dienen, op voorwaarde dat die activa aan het Unierecht voldoen. De lidstaten dienen ook de vrijheid te hebben om activa in hun nationale raamwerken uit te sluiten.

(16) Gedekte obligaties hebben specifieke structurele kenmerken die beleggers te allen tijde moeten beschermen. Een van die kenmerken is de voorwaarde dat beleggers in gedekte obligaties niet alleen op de emittent een vordering hebben, maar ook op de activa in een specifieke dekkingspool. Om ervoor te zorgen dat die activa van goede kwaliteit zijn, dienen specifieke vereisten te worden vastgesteld voor de kwaliteit van activa die in de pool kunnen worden opgenomen. Die structurele productvereisten verschillen van de prudentiële vereisten die gelden voor een kredietinstelling die gedekte obligaties uitgeeft. Bij die eerste vereisten dient de nadruk niet te liggen op het verzekeren van de prudentiële gezondheid van de uitgevende instelling, maar dient juist te worden ingezet op het beschermen van beleggers door specifieke eisen op te leggen voor de gedekte obligatie zelf. Naast de specifieke eis om in de dekkingspool activa van hoge kwaliteit te gebruiken, dienen ook de algemene vereisten voor de kenmerken van de dekkingspool te worden geregeld, met het oog op een verdere versterking van de bescherming van beleggers. Die vereisten dienen specifieke regels te omvatten die de dekkingspool moeten beschermen, zoals regels inzake de afzondering (onder meer door middel van een Special Purpose Vehichle (SPV)) en de locatie van de activa in de dekkingspool, om de rechten van beleggers veilig te stellen, ook in het geval van afwikkeling of insolventie van de emittent. Ook is het van belang de samenstelling van de dekkingspool te regelen, zodat deze homogeen is en de belegger een correcte risico-inschatting kan maken. Voorts dienen in deze richtlijn dekkingsvereisten te worden bepaald, onverminderd het recht van lidstaten om andere middelen toe te staan om bijvoorbeeld valuta- en renterisico's te limiteren. Ook de berekening van de dekking en de voorwaarden waarop derivatencontracten in de dekkingspool kunnen worden opgenomen, dienen te worden vastgesteld, zodat voor dekkingspools in de hele Unie gemeenschappelijke hoogkwalitatieve normen gelden.

(17) Een aantal lidstaten eist nu reeds dat een cover pool monitor specifieke taken uitoefent met betrekking tot de kwaliteit van beleenbare activa en zorgt voor de inachtneming van de nationale dekkingsvereisten. Daarom is het, met het oog op de harmonisatie van de behandeling van gedekte obligaties in de hele Unie, van belang dat, wanneer het nationale raamwerk een cover pool monitor eist, zijn taken en verantwoordelijkheden duidelijk worden omschreven. Of er al dan niet een cover pool monitor is, zou niet mogen afdoen aan de verantwoordelijkheid van de bevoegde autoriteiten wat betreft het speciale overheidstoezicht.

(18) Kleine kredietinstellingen ondervinden problemen wanneer zij gedekte obligaties uitgeven, omdat het creëren van programma's van gedekte obligaties vaak hoge aanloopkosten met zich meebrengt. Ook liquiditeit is van bijzonder belang op markten voor gedekte obligaties en wordt grotendeels bepaald door het volume uitstaande obligaties. Daarom dient de mogelijkheid te worden geboden van gezamenlijke financiering door twee of meer kredietinstellingen, zodat kleinere kredietinstellingen gedekte obligaties kunnen uitgeven. Hiermee zouden meerdere kredietinstellingen activa kunnen poolen als zekerheid voor gedekte obligaties die worden uitgegeven door één kredietinstelling en zou de uitgifte van gedekte obligaties in die lidstaten waar momenteel nog geen goed ontwikkelde markten zijn, kunnen worden bevorderd. Het is van belang dat de voorwaarden voor het gebruik van overeenkomsten voor gezamenlijke financiering ervoor zorgen dat activa die aan de uitgevende kredietinstellingen worden overgedragen, voldoen aan de beleenbaarheidsvoorwaarden voor activa en de voorwaarden inzake de afzondering van de dekkingsactiva op grond van Unierecht.

(19) In artikel 129 van Verordening (EU) nr. 575/2013 is een aantal voorwaarden bepaald waaraan door securitisatie-entiteiten zekergestelde gedekte obligaties moeten voldoen. Een van die voorwaarden betreft de mate waarin dit type zekerheid kan worden gebruikt, en beperkt het gebruik van dergelijke structuren tot 10 % of 15 % van het bedrag aan uitstaande gedekte obligaties. Voor deze voorwaarde kunnen bevoegde autoriteiten, in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 575/2013, ontheffing verlenen. De conclusie van het onderzoek van de Commissie 27 naar de geschiktheid van deze ontheffing was dat de mogelijkheid om securitisatie-instrumenten of gedekte obligaties te gebruiken als zekerheid voor de uitgifte van gedekte obligaties alleen zou mogen worden toegestaan voor andere gedekte obligaties ("structuren voor intragroepspooling van gedekte obligaties"), maar wel zonder beperkingen wat betreft het bedrag aan uitstaande gedekte obligaties. De mogelijkheid om gedekte obligaties van verschillende emittenten te poolen als dekkingsactiva voor intragroepsfinanciering zou de ontwikkeling van de uitgifte van gedekte obligaties bevorderen, ook op opkomende markten, en daarom zou het dus passend zijn om in het Unierecht een raamwerk op te nemen voor het gebruik van deze structuren.

(20) Transparantie over de dekkingspool die de gedekte obligatie afdekt, is een essentieel onderdeel van dit type financieel instrument, omdat dit de vergelijkbaarheid verbetert en beleggers in staat stelt de nodige risicobeoordeling te maken. Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad 28 bevat eisen voor de opstelling, de goedkeuring en de verspreiding van het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten worden aangeboden aan het publiek of toegelaten tot de handel op een in een lidstaat gelegen of functionerende gereglementeerde markt. Nationale wetgevers en marktdeelnemers hebben over de jaren diverse initiatieven ontplooid om Richtlijn 2003/71/EG aan te vullen met betrekking tot de aan beleggers in gedekte obligaties openbaar te maken informatie. Niettemin dient op Unieniveau nader te worden bepaald tot welk gemeenschappelijk minimumniveau aan informatie beleggers toegang moeten hebben vóór of bij de aankoop van gedekte obligaties. De lidstaten dienen de mogelijkheid te hebben om deze minimale vereisten aan te vullen met verdere bepalingen.

(21) Een cruciaal aspect van de bescherming van beleggers in gedekte obligaties is dat het liquiditeitsrisico van het instrument wordt gelimiteerd. Dit is van cruciaal belang om ervoor te zorgen dat aan de gedekte obligatie verbonden verplichtingen op tijd worden afgelost. Daarom dient voor dekkingspools een liquiditeitsbuffer te worden ingevoerd als antwoord op risico's van liquiditeitstekorten, zoals mismatches in looptijden en rentevoeten, onderbrekingen van betalingen, risico's van vermenging (commingling), derivaten en andere operationele verplichtingen die binnen het programma van gedekte obligaties moeten worden voldaan. De liquiditeitsbuffer van de dekkingspool verschilt van de algemene liquiditeitsvereisten die aan kredietinstellingen worden opgelegd in overeenstemming met andere handelingen van Unierecht, omdat deze specifieke buffer direct gerelateerd is aan de dekkingspool en de specifieke liquiditeitsrisico's daarvan probeert te beperken. Om de regeldruk zoveel mogelijk te beperken, dienen lidstaten de mogelijkheid te krijgen om een passende interactie toe te laten met de liquiditeitsvereisten die zijn vastgesteld in andere handelingen van Unierecht of nationaal recht en die andere doelstellingen dienen dan die van de liquiditeitsbuffer van de dekkingspool. Daarom mogen lidstaten beslissen dat de verplichting van een liquiditeitsbuffer voor een dekkingspool alleen dient te gelden indien aan de kredietinstelling geen ander liquiditeitsvereiste wordt opgelegd op grond van Unierecht of nationaal recht tijdens de periode waarvoor die andere vereisten gelden.

(22) In een aantal lidstaten zijn innovatieve structuren voor looptijdprofielen ontwikkeld die een antwoord moeten bieden op potentiële liquiditeitsrisico's, met inbegrip van looptijdmismatches. Die structuren bieden ook de mogelijkheid om de geplande looptijd van de gedekte obligatie voor een bepaalde termijn te verlengen zodat de kasstromen van de activa in de dekkingspool rechtstreeks naar de houders van de gedekte obligaties overgaan. Voor een harmonisatie van de structuren met een verlengbare looptijd in de Unie is het van belang dat de voorwaarden worden bepaald waarop lidstaten deze structuren kunnen toestaan, zodat deze niet te complex zijn of beleggers aan grotere risico's blootstellen.

(23) Het bestaan van een raamwerk voor speciaal overheidstoezicht is volgens artikel 54, lid 2, van Richtlijn 2009/65/EG een van de bepalende elementen van gedekte obligaties. Die richtlijn legt echter niet de aard, de inhoud en de met de uitvoering van dit toezicht te belasten autoriteiten vast. Daarom is het van essentieel belang dat de bepalende onderdelen van dit overheidstoezicht op gedekte obligaties wordt geharmoniseerd en dat de taken en verantwoordelijkheden van de nationale bevoegde autoriteiten die dat toezicht uitvoeren, duidelijk worden beschreven.

(24) Aangezien het overheidstoezicht op gedekte obligaties moet worden onderscheiden van het toezicht op kredietinstellingen in de Unie, dienen lidstaten de mogelijkheid te hebben om voor deze verschillende toezichtstaken andere nationale bevoegde autoriteiten aan te stellen dan de autoriteit die het algemene toezicht op de kredietinstelling uitoefent. Met het oog echter op coherentie in de toepassing van het overheidstoezicht op gedekte obligaties in de hele Unie dient te worden verlangd dat de bevoegde autoriteiten die het overheidstoezicht op gedekte obligaties uitoefenen, nauw samenwerken met de bevoegde autoriteit die het algemene toezicht op kredietinstellingen uitoefent.

(25) Het overheidstoezicht op gedekte obligaties dient het verlenen van toestemming voor het uitgeven van gedekte obligaties te omvatten. Omdat alleen kredietinstellingen de toestemming mogen verkrijgen om gedekte obligaties uit te geven, dient een vergunning als kredietinstelling een voorafgaande voorwaarde te zijn voor die toestemming. Deze richtlijn dient bepalingen te bevatten met betrekking tot de voorwaarden waarop op grond van het Unierecht vergunninghoudende kredietinstellingen toestemming kunnen verkrijgen om de activiteit uit te oefenen van het uitgeven van gedekte obligaties in het kader van een programma van gedekte obligaties.

(26) Wat de reikwijdte van die toestemming betreft, een programma van gedekte obligaties betekent in dat verband dat één of meer dekkingspools zijn opgericht voor de eerste uitgifte van gedekte obligaties. Verschillende uitgiften (verschillende International Securities Identification Numbers (ISIN's)) van hetzelfde programma van gedekte obligaties vormen niet noodzakelijkerwijs afzonderlijke programma's van gedekte obligaties.

(27) Om de inachtneming te verzekeren van de verplichtingen die worden opgelegd aan kredietinstellingen die gedekte obligaties uitgeven, en om een vergelijkbare behandeling en inachtneming in de hele Unie te verzekeren, dient van de lidstaten te worden verlangd dat zij voorzien in administratieve sancties en andere administratieve maatregelen die doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.

(28) De administratieve sancties en andere administratieve maatregelen die lidstaten vaststellen, dienen aan bepaalde essentiële vereisten te voldoen wat betreft de adressaten van die sancties of maatregelen, de bij het opleggen van die sancties of maatregelen in aanmerking te nemen criteria, de bekendmaking van verplichtingen opgelegd door bevoegde autoriteiten belast met het overheidstoezicht op gedekte obligaties, de sanctiebevoegdheden en de hoogte van administratieve geldboeten die kunnen worden opgelegd.

(29) Van de lidstaten dient te worden verlangd dat zij ervoor zorgen dat de met het overheidstoezicht op gedekte obligaties belaste bevoegde autoriteiten, wanneer deze het type administratieve sancties of andere administratieve maatregelen en de hoogte van die sancties bepalen, met alle relevante omstandigheden rekening houden, zodat administratieve sancties of andere administratieve maatregelen in alle lidstaten coherent worden toegepast.

(30) Om eventuele inbreuken op de voorwaarden met betrekking tot de uitgifte en het verhandelen van gedekte obligaties op het spoor te komen, dienen met het overheidstoezicht op gedekte obligaties belaste bevoegde autoriteiten te beschikken over de nodige onderzoeksbevoegdheden en doeltreffende mechanismen om de melding van potentiële of daadwerkelijke inbreuken aan te moedigen. Die mechanismen dienen de rechten van verdediging van personen of entiteiten die door de toepassing van die bevoegdheden en mechanismen worden geraakt, onverlet te laten.

(31) Bevoegde autoriteiten die overheidstoezicht uitoefenen op gedekte obligaties, dienen ook de bevoegdheid te hebben om administratieve sancties en andere administratieve maatregelen op te leggen, zodat zo veel mogelijk ruimte wordt gecreëerd voor optreden nadat een inbreuk heeft plaatsgevonden, en om verdere inbreuken te helpen voorkomen, ongeacht of deze in nationaal recht als een administratieve sanctie dan wel als een andere administratieve maatregel worden aangemerkt. De lidstaten dienen de mogelijkheid te hebben om te voorzien in aanvullende sancties, en in hogere administratieve geldboeten, naast die waarin door deze richtlijn wordt voorzien.

(32) Bestaande nationale wetgeving over gedekte obligaties wordt gekenmerkt door het feit dat deze instrumenten onderworpen zijn aan gedetailleerde regelgeving op nationaal niveau en een toezicht op de uitgiften en programma's van gedekte obligaties dat moet garanderen dat de rechten van de beleggers ten aanzien van de uitgifte van gedekte obligaties te allen tijde zijn veilig gesteld. Dat toezicht omvat de doorlopende monitoring van de kenmerken van het programma, de dekkingsvereisten en de kwaliteit van de dekkingspool. Een passend niveau aan informatie voor beleggers over het reguleringsraamwerk voor de uitgifte van gedekte obligaties is een wezenlijk onderdeel van de beleggersbescherming. Daarom dient ervoor te worden gezorgd dat bevoegde autoriteiten op gezette tijdstippen informatie bekendmaken over hun nationale maatregelen tot omzetting van deze richtlijn en over de wijze waarop zij hun overheidstoezicht op gedekte obligaties uitoefenen.

(33) Gedekte obligaties worden momenteel in de Unie op de markt gebracht onder nationale benamingen en labels, die soms een lange traditie hebben. In diverse lidstaten bestaan dergelijke benamingen of labels echter niet. Daarom lijkt het noodzakelijk om kredietinstellingen die in de Unie gedekte obligaties uitgeven, toe te staan het specifieke label 'Europese gedekte obligatie' te gebruiken wanneer zij gedekte obligaties verkopen aan beleggers in zowel de Unie als in derde landen, op voorwaarde dat die gedekte obligaties voldoen aan de in het Unierecht vastgestelde voorwaarden. Een dergelijk label dient te worden gecreëerd, om het voor die beleggers eenvoudiger te maken om de kwaliteit van de gedekte obligaties te beoordelen en deze instrumenten zodoende voor hen aantrekkelijker te maken als beleggingsvehikel zowel binnen als buiten de Unie. Het gebruik van dat label dient evenwel facultatief te zijn en het dient voor lidstaten mogelijk te zijn hun eigen bestaande nationale benamingen en labellingraamwerk te blijven gebruiken naast het label 'Europese gedekte obligatie'.

(34) Om de toepassing van deze richtlijn te beoordelen, dient de Commissie, in nauwe samenwerking met EBA, de ontwikkeling van gedekte obligaties in de Unie te monitoren en verslag te doen aan het Europees Parlement en de Raad over het niveau van beleggersbescherming en de ontwikkeling van de markten voor gedekte obligaties. Ook dient het verslag te kijken naar de ontwikkelingen met betrekking tot de voor uitgifte van gedekte obligaties als zekerheid gestelde activa, met inbegrip van de mogelijkheid voor lidstaten om toe te staan dat gedekte obligaties worden uitgegeven om leningen te financieren waarbij openbare bedrijven betrokken zijn.

(35) Momenteel is er geen gelijkwaardigheidsregeling voor de erkenning door de Unie van door kredietinstellingen in derde landen uitgegeven gedekte obligaties, behalve in een prudentiële context waar, op bepaalde voorwaarden, preferentiële behandeling ten aanzien van liquiditeit wordt toegekend aan bepaalde obligaties van derde landen. Daarom dient de Commissie, in nauwe samenwerking met EBA, na te gaan of het noodzakelijk en relevant is om een gelijkwaardigheidsregeling in te voeren voor emittenten van en beleggers in gedekte obligaties uit derde landen. De Commissie dient uiterlijk drie jaar na het tijdstip waarop lidstaten de bepalingen tot omzetting van deze richtlijn moeten toepassen, een verslag over deze kwestie in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad, in voorkomend geval vergezeld van een wetgevingsvoorstel.

(36) Kenmerkend voor gedekte obligaties is dat zij een vastgestelde looptijd van meerdere jaren hebben. Daarom dienen overgangsmaatregelen te worden opgenomen, zodat gedekte obligaties die op [OP: Please insert the date laid down in the second subparagraph of Article 32(1) of this Directive] reeds zijn uitgeven, niet worden getroffen.

(37) Doordat een eenvormig raamwerk voor gedekte obligaties wordt vastgelegd, dient de beschrijving van gedekte obligaties in artikel 52, lid 4, van Richtlijn 2009/65/EG te worden gewijzigd. In Richtlijn 2014/59/EU worden gedekte obligaties omschreven onder verwijzing naar artikel 52, lid 4, van Richtlijn 2009/65/EG en aangezien die beschrijving wordt gewijzigd, dient ook Richtlijn 2014/59/EU te worden gewijzigd. Om voorts te vermijden dat vóór [OP: Please insert the date laid down in the second subparagraph of Article 32(1) of this Directive] in overeenstemming met artikel 52, lid 4, van Richtlijn 2009/65/EG uitgegeven gedekte obligaties worden geraakt, dienen die gedekte obligaties tot hun vervaldag verder gedekte obligaties te worden genoemd of als zodanig te worden omschreven. De Richtlijnen 2009/65/EG en 2014/59/EU dienen derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(38) Overeenkomstig de gezamenlijke politieke verklaring van 28 september 2011 van de lidstaten en de Commissie over toelichtende stukken 29 hebben de lidstaten zich ertoe verbonden om, in gerechtvaardigde gevallen, de kennisgeving van hun omzettingsmaatregelen vergezeld te doen gaan van één of meer stukken waarin het verband tussen de onderdelen van een richtlijn en de overeenkomstige delen van de nationale omzettingsinstrumenten wordt toegelicht. Met betrekking tot deze richtlijn acht de wetgever de toezending van dergelijke stukken gerechtvaardigd.

(39) Daar de doelstellingen van deze richtlijn, namelijk de vaststelling van een gemeenschappelijk raamwerk voor gedekte obligaties waarmee de structurele kenmerken van gedekte obligaties in de hele Unie kunnen worden afgestemd op de risicokenmerken die ten grondslag liggen aan de preferentiële behandeling door de Unie, niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt, maar vanwege de noodzaak om in de hele Unie markten voor gedekte obligaties verder te ontwikkelen en grensoverschrijdende beleggingen te ondersteunen, beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

(40) De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is overeenkomstig artikel 28, lid 2, van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad geraadpleegd 30 en heeft op [...] een advies uitgebracht 31 .