Toelichting bij COM(2023)169 - Gedelegeerde handelingen van de Commissie onder Richtlijn 96/16/EG betreffende statistische enquêtes inzake melk en zuivelproducten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. INLEIDING

Richtlijn 96/16/EG van de Raad betreffende statistische enquêtes inzake melk en zuivelproducten1 is vastgesteld op 19 maart 1996. Die verordening is gewijzigd bij Verordening (EU) nr. 1350/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot wijziging van bepaalde wetgevingshandelingen op het gebied van landbouw- en visserijstatistieken2 om uitvoeringsbevoegdheden in overeenstemming te brengen met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Artikel 3, lid 2, van de richtlijn verleent de Commissie de bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen “tot wijziging van de lijst van zuivelproducten waarop de enquêtes betrekking hebben en tot bepaling van de bij de mededeling van de resultaten voor de verschillende producten toepasselijke uniforme definities”. De wijzigingen die in de gedelegeerde handelingen zijn aangebracht moeten in voorkomend geval naar behoren worden gerechtvaardigd met gebruikmaking van bijdragen van relevante deskundigen op basis van een kostenefficiëntieanalyse. Deze bijdragen moeten een evaluatie van de lasten voor de respondenten en een schatting van de productiekosten omvatten.

De lijst van zuivelproducten en de uniforme definities ervan zijn opgenomen in bijlage I bij Beschikking 97/80/EG van de Commissie van 18 december 1996 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 96/16/EG van de Raad betreffende statistische enquêtes inzake melk en zuivelproducten3.

Overeenkomstig artikel 6 bis, lid 2, van de richtlijn wordt de bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen aan de Commissie verleend voor een termijn van vijf jaar met ingang van 10 januari 2014. Deze bevoegdheid werd stilzwijgend verlengd tot 10 januari 2024 in 20194.

Verordening 96/16/EG zal met ingang van 1 januari 2025 worden ingetrokken bij Verordening (EU) 2022/2379 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 betreffende statistieken over de landbouwinput en -output, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 617/2008 van de Commissie en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1165/2008, (EG) nr. 543/2009 en (EG) nr. 1185/2009 van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 96/16/EG van de Raad5.

De Commissie moet uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag over de bevoegdheidsdelegatie opstellen. Die verplichting wordt met dit verslag vervuld.

2. UITOEFENING DOOR DE COMMISSIE VAN DE GEDELEGEERDE BEVOEGDHEDEN UIT HOOFDE VAN RICHTLIJN 96/16/EG VAN DE RAAD

De Commissie heeft de aan haar uit hoofde van Richtlijn (EU) nr. 96/16/EG verleende bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen nog niet uitgeoefend.

De wijzigingen in de technologische en economische omstandigheden waren zo gering dat de lijst van zuivelproducten in de betrokken periode niet hoefde te worden gewijzigd.

3. CONCLUSIES

De Commissie heeft de aan haar uit hoofde van Richtlijn (EU) 96/16/EG van de Raad verleende bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen nog niet uitgeoefend.

Bovendien is de Commissie is niet voornemens de haar verleende gedelegeerde bevoegdheden uit te oefenen, aangezien Verordening (EG) nr. 1165/2008 met ingang van 1 januari 2025 zal worden ingetrokken bij Verordening (EU) 2022/2379.


1PB L 78 van 28.3.1996, blz. 27.

2PB L 351 van 21.12.2013, blz. 1.

3PB L 24 van 25.1.1997, blz. 26.

4COM(2018) 012 final.

5PB L 315 van 7.12.2022, blz. 1.

NL NL