Toelichting bij COM(2022)391 - Leidende beginselen voor kennisvalorisatie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2022)391 - Leidende beginselen voor kennisvalorisatie.
bron COM(2022)391 NLEN
datum 09-08-2022
1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

In 2008 heeft de Commissie een aanbeveling uitgebracht betreffende het beheer van intellectuele eigendom bij kennisoverdracht en een code van goede praktijken voor universiteiten en andere publieke onderzoeksorganisaties (C(2008) 1329). Het landschap van onderzoek en innovatie (O&I) is sinds 2008 aanzienlijk veranderd, zowel wat betreft de actoren en de complexiteit van de O&I-ecosystemen als op het gebied van de mondiale uitdagingen die een rol spelen. De COVID‑19-pandemie heeft ook aangetoond dat het dringend noodzakelijk is de in de Europese Unie (EU) gegenereerde O&I-kennis te gebruiken en te valoriseren. Dit vereist dat beleidsmakers nieuwe doelstellingen vaststellen en geactualiseerde richtsnoeren voor kennisvalorisatie verstrekken.

De leidende beginselen voor kennisvalorisatie zullen in de plaats komen van de aanbeveling van de Commissie van 2008 en de nadruk zal komen te liggen op het maximaliseren van de waarde van de O&I-investeringen, bovenop de traditionele kennisoverdracht. Kennisvalorisatie is afhankelijk van verschillende kanalen 1 en betrokkenheid van alle actoren in het O&I-ecosysteem en hun kennis. De leidende beginselen zullen ook helpen om lacunes op het gebied van kennisvalorisatie in de lidstaten op te vullen en ervoor te zorgen dat burgers in alle lidstaten beter kunnen profiteren van de resultaten van onderzoek en innovatie.

De mededeling van de Commissie van 2020 getiteld “Een nieuwe EOR voor onderzoek en innovatie” 2 legt de basis voor de ontwikkeling en actualisering van leidende beginselen voor kennisvalorisatie en een gedragscode voor het slimme gebruik van intellectuele eigendom tegen eind 2022. In de aanbeveling van de Raad van 26 november 2021 over een pact voor onderzoek en innovatie in Europa 3 wordt kennisvalorisatie aangemerkt als een van de prioritaire gebieden voor gezamenlijk optreden ter ondersteuning van de Europese onderzoeksruimte (EOR).

Bij de op 26 november 2021 vastgestelde conclusies van de Raad over de toekomstige governance van de Europese onderzoeksruimte 4 is de EOR-beleidsagenda voor 2022‑2024 bekrachtigd. De EOR-beleidsagenda omvat “De EU-richtsnoeren voor een betere kennisvalorisatie verbeteren” als EOR-actie 7. Het eerste resultaat hiervan is het ontwikkelen en goedkeuren van richtsnoeren voor kennisvalorisatie.

De leidende beginselen voor kennisvalorisatie zullen verder worden ondersteund door twee praktijkcodes die meer gedetailleerde richtsnoeren bieden voor de uitvoering van bepaalde gebieden van kennisvalorisatie voor actoren in het O&I-ecosysteem. EOR-actie 7 voorziet in het ontwikkelen van een praktijkcode voor een slim gebruik van intellectuele eigendom en een praktijkcode voor onderzoekers op het gebied van normalisatie.

De leidende beginselen bouwen voort op de cocreatie door de subgroep van het EOR-forum over kennisvalorisatie, die is opgericht door de informele deskundigengroep van de Commissie (het EOR-transitieforum).

Het huidige voorstel voor een aanbeveling van de Raad zal het mogelijk maken een gemeenschappelijke lijn vast te stellen voor beleidsbeginselen en maatregelen ter verbetering van de kennisvalorisatie in de EU zonder juridisch bindende bepalingen op te leggen.

De leidende beginselen voor kennisvalorisatie zullen de geactualiseerde industriestrategie voor Europa 5 en het EU-actieplan inzake intellectuele eigendom 6 (IE) ondersteunen door de onderzoeksgemeenschap bewuster te maken van het belang van het IE-beheer, het doeltreffende gebruik en de toepassing van IE te bevorderen en de toegang tot en het delen van door IE beschermde activa te vergemakkelijken. Zij zullen ook de initiatieven van de Europese Green Deal ondersteunen en de koppeling tussen onderzoek en normalisatie versterken, in overeenstemming met de EU-strategie voor normalisatie 7 . In lijn met de mededeling van de Commissie over een nieuwe Europese innovatieagenda 8 zullen de leidende beginselen ook helpen om de diverse talenten, intellectuele activa en industriële capaciteiten in Europa te benutten. Zij zullen ook de kennisvalorisatie van universiteiten helpen verbeteren en de nadruk leggen op creatieve en ondernemersvaardigheden ter ondersteuning van de Europese strategie voor universiteiten 9 , de Europese onderwijsruimte 10 en de Europese vaardighedenagenda voor duurzaam concurrentievermogen, sociale rechtvaardigheid en veerkracht 11 . Voorts zijn de leidende beginselen in overeenstemming met de conclusies van de Raad van 10 juni 2022 over de beoordeling van onderzoek en de uitvoering van open wetenschap 12 , waarin wordt voorgesteld dat bij de ontwikkeling van de onderzoeksbeoordelingssystemen in Europa rekening moet worden gehouden met kennisvalorisatie. Tot slot zullen de leidende beginselen de capaciteit van de O&I-systemen versterken om empirisch onderbouwde beleidsvorming, overheidsdiensten 13 en betere regelgeving 14 te ondersteunen.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslagen voor dit initiatief zijn artikel 182, lid 5, en artikel 292 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Overeenkomstig artikel 292 VWEU kan de Raad aanbevelingen goedkeuren en op voorstel van de Commissie besluiten in alle gevallen waarin in de Verdragen is bepaald dat de Raad handelingen op voorstel van de Commissie vaststelt.

Artikel 182, lid 5, biedt de mogelijkheid om de in het meerjarenkaderprogramma geplande activiteiten aan te vullen door het Europees Parlement en de Raad in staat te stellen, volgens de gewone wetgevingsprocedure en na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité, de maatregelen vast te stellen die nodig zijn om de EOR te realiseren.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Overeenkomstig artikel 179 VWEU heeft de Europese Unie (EU) tot doel haar wetenschappelijke en technologische grondslagen te versterken door de totstandbrenging van een Europese onderzoeksruimte waarbinnen onderzoekers, wetenschappelijke kennis en technologieën vrij circuleren, tot de ontwikkeling van het concurrentievermogen van de Unie en van haar industrie bij te dragen en de onderzoeksactiviteiten te bevorderen die uit hoofde van andere hoofdstukken van de Verdragen nodig worden geacht. Artikel 180 VWEU bepaalt dat de EU een aantal activiteiten moet ontplooien die een aanvulling vormen op de activiteiten van de lidstaten. Daartoe behoren het bevorderen van samenwerking met en tussen ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten, alsmede het verspreiden en exploiteren van de resultaten van de activiteiten inzake onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie in de Unie.

Overeenkomstig artikel 181 VWEU moeten de EU en de lidstaten hun activiteiten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling coördineren teneinde de wederzijdse samenhang van het beleid van de lidstaten en het beleid van de Unie te verzekeren. De Commissie kan in nauwe samenwerking met de lidstaten alle dienstige initiatieven nemen om deze coördinatie te bevorderen, met name initiatieven om richtsnoeren en indicatoren vast te stellen, de uitwisseling van beste praktijken te organiseren en in de nodige elementen te voorzien met het oog op periodieke controle en evaluatie. Het Europees Parlement moet ten volle in kennis worden gesteld.

De leidende beginselen voor kennisvalorisatie zijn bedoeld om een gemeenschappelijke lijn vast te stellen voor beleidsbeginselen en maatregelen waarmee nationale, regionale en lokale beleidsmakers de kennisvalorisatie kunnen verbeteren. De toepassing van de leidende beginselen zal ervoor zorgen dat gegevens, onderzoeksresultaten en innovatie op efficiënte wijze worden omgezet in duurzame producten, processen, diensten en beleid die sociaal-economische waarde hebben en de samenleving ten goede komen. Het voorgestelde initiatief is in overeenstemming met de artikelen 179 en 181 VWEU, waarbij de Unie de algemene bevoegdheid wordt verleend om de activiteiten van de lidstaten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling te ondersteunen, te coördineren of aan te vullen. Door de nadruk te leggen op bewustmaking, de uitwisseling van beste praktijken en intercollegiaal leren over de belangrijkste aspecten van kennisvalorisatie, zal dit voorstel voor een aanbeveling van de Raad leiden tot een verbetering van de waardecreatie die voortvloeit uit de O&I-resultaten in de lidstaten, zonder juridisch bindende bepalingen op te leggen.

Uit raadplegingen van de lidstaten (in het kader van het EOR-transitieforum dat is opgezet als een informele deskundigengroep van de Commissie) en belanghebbenden is ook gebleken dat er behoefte is aan actualisering van de aanbeveling van de Commissie van 2008 betreffende het beheer van intellectuele eigendom bij kennisoverdracht en aan een cultuuromslag, waarbij van het traditionele concept van kennisoverdracht moet worden overgestapt op de valorisatie van intellectuele activa die voortvloeien uit een breed scala aan O&I-activiteiten, waarbij steeds meer cocreatie door verschillende soorten actoren in de O&I-ecosystemen plaatsvindt.

Een aanbeveling van de Raad zal toegevoegde waarde bieden in de beleidsvorming door de leidende beginselen zichtbaarder te maken in de lidstaten en bij de belanghebbenden. Dit zal het voor de EU gemakkelijker maken een standpunt in te nemen om meer sociaal-economische waarde te verkrijgen uit onderzoeksresultaten en innovatie.

Evenredigheid

De voorgestelde acties staan in verhouding tot de nagestreefde doelstellingen. Het voorstel ondersteunt de verwezenlijking van de doelstellingen van de nieuwe EOR. Het vormt een aanvulling op de inspanningen van de lidstaten op het gebied van kennisvalorisatie. Het voorstel eerbiedigt de praktijken van de lidstaten en past in een genuanceerde aanpak die de verschillende economische, financiële en sociale omstandigheden van de lidstaten weerspiegelt, alsook de diversiteit van de onderzoekssystemen en de respectieve instellingen en organisaties. Ook wordt erkend dat verschillende nationale, regionale of lokale omstandigheden kunnen leiden tot verschillen in de manier waarop de voorgestelde aanbeveling wordt uitgevoerd.

Overeenkomstig artikel 5, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie gaat noch de inhoud noch de vorm van de voorgestelde aanbeveling van de Raad verder dan nodig is om de doelstellingen ervan te verwezenlijken. De verbintenissen die de lidstaten aangaan, zijn niet bindend en elke lidstaat blijft vrij om te beslissen welke aanpak moet worden gevolgd.

Keuze van het instrument

De aanbeveling van de Commissie van 2008 betreffende het beheer van intellectuele eigendom bij kennisoverdracht was voor veel door de overheid gefinancierde kennisproducenten een doorbraak. Uit een in 2013 gepubliceerde studie 15 bleek dat bijna alle bij de studie betrokken landen (92 %) aangaven dat nationale en regionale overheden de ontwikkeling van capaciteit en vaardigheden op het gebied van kennisoverdracht in universiteiten en andere publieke onderzoeksorganisaties ondersteunden. Sommige lidstaten hebben strategische investeringen gedaan in infrastructuur en diensten voor kennisoverdracht, zoals bureaus voor technologieoverdracht en andere intermediairs, en sommige hebben IE-specifiek beleid ingevoerd, zoals het nationale IE-protocol in Ierland. Ondanks deze resultaten loopt de EU nog steeds achter bij haar mondiale concurrenten wat betreft het omzetten van wetenschappelijk onderbouwde ideeën in innovaties 16 en blijft de kenniscirculatie binnen de EU onsamenhangend 17 . Digitalisering, open wetenschap en open innovatie hebben het ecosysteem waarin de O&I-actoren actief zijn drastisch veranderd en de EU moet zich dienovereenkomstig aanpassen.

In het werkdocument van de diensten van de Commissie van 2020 bij de mededeling van de Commissie “Een nieuwe EOR voor onderzoek en innovatie” 18 werd het verbeteren van kennisoverdracht en ‑valorisatie in de EU aangemerkt als een nog resterende uitdaging. Het ontbreekt ons aan een alomvattende Europese valorisatiestrategie die richting en doelstellingen geeft en richtsnoeren biedt voor relatiebeheer wat de O&I-betrekkingen betreft om samenwerking op het gebied van valorisatie te stimuleren, met inbegrip van advies over beheer en gebruik van IE. Er moet rekening worden gehouden met de complexere O&I-ecosystemen en er moet een bredere groep belanghebbenden en actoren bij het proces worden betrokken om dynamische kennisstromen te kunnen waarborgen.

De vorige leidende beginselen uit 2008 werden vastgesteld als een aanbeveling van de Commissie. Voor de huidige leidende beginselen is een aanbeveling van de Raad gekozen vanwege de politieke context, en met name de noodzaak om de waardecreatie te verbeteren en de maatschappelijke en economische effecten van O&I te vergroten, zoals vermeld in de aanbeveling van de Raad over een pact voor onderzoek en innovatie in Europa. Dit zal de lidstaten een groter gevoel van betrokkenheid bij de leidende beginselen geven, de zichtbaarheid ervan vergroten en de EU aanmoedigen een standpunt in te nemen om een grotere sociaal-economische waarde van onderzoeksresultaten en innovatie te verkrijgen, zonder juridisch bindende bepalingen op te leggen.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Raadpleging van belanghebbenden

Bij verschillende gelegenheden zijn de standpunten van belanghebbenden verzameld. Dit voorstel is het resultaat van een proces van cocreatie met de lidstaten in het kader van het EOR-transitieforum (opgericht als een informele deskundigengroep van de Commissie), en met name de subgroep van het forum voor kennisvalorisatie, die de specifieke taak en de nodige deskundigheid had om de Commissie te adviseren over het opstellen van leidende beginselen voor kennisvalorisatie. Tussen april en mei 2021 is een enquête over leidende beginselen voor kennisvalorisatie uitgevoerd, die werd voorgelegd aan de lidstaten en de landen van de Europese Economische Ruimte, om feedback te verzamelen over de stand van zaken en het effect van de aanbeveling van de Commissie van 2008 betreffende het beheer van intellectuele eigendom bij kennisoverdracht. Tussen juli en september 2021 is ook een openbare raadpleging over de leidende beginselen voor kennisvalorisatie gehouden om de standpunten van een breed scala van belanghebbenden te verzamelen 19 .

Uit de resultaten van deze raadplegingen blijkt duidelijk dat er behoefte is aan een actualisering om een cultuuromslag te bevorderen, waarbij wordt overgestapt van het traditionele concept van kennisoverdracht naar de valorisatie van intellectuele activa die het resultaat zijn van een breed scala van O&I-activiteiten, met een toename van de cocreatie tussen verschillende soorten actoren in de O&I-ecosystemen. In vergelijking met de aanbeveling van de Commissie van 2008 moeten de richtsnoeren worden uitgebreid van universiteiten en publieke onderzoeksorganisaties tot een breder scala van actoren, zoals individuele onderzoekers, innovatoren en bedrijven, ongeacht hun omvang, overheidsdiensten en het maatschappelijk middenveld. Voor meer cocreatie en uitwisseling van onderzoeksresultaten moet in een vroege fase een overweging worden gemaakt van de zeggenschap over en de eigendom van alle soorten intellectuele activa in elke fase van het O&I-proces.

Relevante belanghebbenden en overkoepelende organisaties werden uitgenodigd om hun standpunten te delen tijdens de vergadering van belanghebbenden bij de EOR op 16 maart 2022. In dit voorstel wordt met deze standpunten rekening gehouden.

Effectbeoordeling

Voor het huidige voorstel is geen effectbeoordeling vereist en er is geen effectbeoordeling uitgevoerd. Aangezien het een actie betreft die is gedefinieerd in de mededeling van de Commissie “Een nieuwe EOR voor onderzoek en innovatie”, wordt echter in hoge mate voortgebouwd op de analyses en bewijsstukken die ter ondersteuning van de nieuwe Europese onderzoeksruimte zijn verzameld (in het bij die mededeling gevoegde werkdocument van de diensten van de Commissie van 2020). De conclusie luidt dat er op EU-, nationaal en regionaal niveau, door particuliere en openbare actoren, veel strategieën, instrumenten en maatregelen zijn ontwikkeld om de kennisoverdracht en -valorisatie te verbeteren. Voor een doeltreffender kennisvalorisatiebeleid is echter een holistischer aanpak nodig uit kennis om waarde te creëren en de O&I-resultaten om te zetten in duurzame oplossingen van economische waarde en voordelen voor de samenleving.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Niet van toepassing.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Het huidige voorstel zal als onderdeel van het EOR-actieplan onderworpen zijn aan het passende monitoring-, evaluatie- en verslagleggingsmechanisme dat daarin is uiteengezet.